N°. 209 122« Jaargang? 1879. Vrijdag 5 September. A AH DE GRENZEN. Dit blad verschijnt dagelijks,1 met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers rijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentieni 20 Gent per regel,1. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer f 0,20. öroote letters worden berekend naar plaatsruimte? Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère 6. L. Daubk en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones. Middelburg 4 September. FETJILLETOIT. yah M0RITZ VON REICHENBACH. IH1DDELBURGSCH -i Vlissingen, 4 Sept. De geheele bemanning van de Fr&nsche bark Chandernagor is gisteren avond ontslagen en met eene sleepboot naar Ant werpen vertrokken, om van daar naar Havre te worden overgebracht. Naar men zegt hebben die zeelieden, in het verwisselen der vlag van Franseh in Amerikaansch, hetwelk nu spoedig gebeuren zal, eene reden gevonden om hun dienst aan den markies de Rays op te zeggen. De Maatschappij Arti et Amicitiae te Amster dam heeft besloten tot het bonden van eene ten toonstelling van kunstwerken in vroeger eeuwen uit edele metalen vervaardigd, welke zij in het begin van April 1880 in hare zalen weuscht te openen. Oisehoon uit den .aard der zaak de Nederland sche kunstvoorwerpen de hoofdgroep op de ten toonstelling zullen vormen, wenscht de Maat schappij de buitenlandsehe kunstvoorwerpen niet nit te sluiten en meent zij dat de tentoonstelling zal moeten bestaan: 1°. Uit kunstvoorwerpen vóór 1800 uit goud en zilver vervaardigd, alsvoorwerpen van de gilden afkomstig, kerksieraden, voorwerpen van huiselijk gebruik, lijfsieraden, horloges, penningen (zooveel mogelijk naar de vervaardigers gerangschikt), enz. enz. 2°. Voorwerpen en gedrukte stukken betref fende de goud- en zilversmidsgilden, vooral b. v. de koperen platen met de namen en merken der kunstenaars. 8°. Portretten van en herinneringen aan goud en zilversmeden uit vroegere eeuwen. De heer mf. G. N. de Stoppelaar alhier heeft zich, op het tot hem gericht verzoek, bereid ver klaard om als correspondent voor deze tentoonstel ling op te treden. In de Dinsdag gehouden zitting van den ge meenteraad van Ter Neuzen is besloten, een adres aan Z. M. den koning te zenden met verzoek: 1°. Afschaffing van de bestaande kanaalrechten, voor zooveel de buitenlandsehe vaart betreft. 2°. Uitvoering van de in 1869 gesloten over eenkomst betreffende het aanleggen van spoorwe gen te Ter Neuzen. 3°. Ondersteuning door het rijk van den stoom- bootdienst Ter NeuzenVlissingen. 4°. Om weder begunstigd te worden met gar nizoen. Tot gemeente-geneesheer te Wemeldinge is door 12 IV. ALLERLEI RAADSELACHTIGE DINGEN. Zij had dit alles met klimmende drift uitgespro ken, met wangen die steeds rooder werden en oogen waarin tranen glinsterden, die nu over hare wangen begonnen te vloeien zonder dat zij er aan dacht ze af te drogen. Met een mengeling van verbazing en ingenomenheid had Lichtenfeld haar aangehoord en nu kon hij niet laten haar met bijzonder veel genoegen in de betraande oogen te zien, ofschoon dat meer werd opgewekt door de gevoelens, welke zij voor haar zuster aan den dag legde dan door haar eigen persoontje. Daarom antwoordde hij ook niet anders dan: Gij schijnt uwe zuster zeer lief te hebben, freule Vallinka?" Zij keerde het hoofd af en gaf geen antwoord, Waarop Lichtenfeld met een zucht vervolgde: „Zij is waarlijk zeer beminnelijk." Daarna gingen zij stilzwijgend naast elkaar voort. Eens den gemeenteraad benoemd de heer A. Huinemann, geneesheer te Melissant. (G. Ct.) Door de kamer van koophandel te Waalwijk is een adres aan den minister van waterstaat ge richt, waarin gewezen wordt op den kwijnenden toestand der schoenmakerij en leerlooierij, welke het gevolg is van de ongelijke mededinging der Duitsche en Engelsche machinale schoenmakerijen, gesteund door hooge invoerrechten. De kamer verzoekt daarom, ook in Nederland een daarmede overeenkomend invoerrecht te heffen en onder steunt het adres van gelijke strekking, dat door de Vereeniging van en voor Industrieelett in 't voorjaar van 1879 aan den koning is ingediend. Het blijkt niet dat de kamer van koophandel, nevens de belangen der schoenmakers en leder- fabrikanteD, ook die der schoen- en lederver bruikers heeft uiteengezet, die vermoedelijk door de Duitsche en Engelsche mededinging niet zoo bijzonder benadeeld worden. Het Handelsblad meldt, dat het materieel, be stemd voor den spoorweg van Delagoabaai tot de grens der Zuid-Afrikaansche republiek, waarvan een gedeelte naar genoemde baai is verzonden ^n het overige onder opslag van 's rijks havenmeester te Vlissingen was geborgen, thans door het En gelsche gouvernement is overgenomen. De ingenieur die daartoe uit Engeland is over gekomen, heeft niet alleen zijne volkomen tevre denheid betuigd over de qualiteit van dat materieel maar ook over den toestand waarin het zich thans, drie jaar na de aflevering, bevindt. Nadat de Znid-Afrikaansche republiek door Engeland geannexeerd was, is de rente der leening, door den ex-president Burgers gesloten, geregeld door tusschenkomst van het bankiershuis Insinger C°. betaald geworden en heeft er bovendien jaarlijksche nitloting plaats gehad. Genoemde leening, rentende 5 pet., werd tot 87 pet uitge geven en de laatste prijs, waarvoor, die ter beurze verhandeld werd, was 90 pet. Zeer waarschijnlijk is bij de akte van annexatie bedongen, dat de schuld der Zuid-Afrikaansche republiek door En geland werd gewaarborgd, maar officieel werd zulks niet bekend gemaakt. Nu het Engelsche gouvernement het spoorweg-materieel heeft over genomen, dat door de gelden dier leening betaald werd, zal de officieele overneming dier schuld wel spoedig volgen. Aan de Arnh. Cour. wordt uit Den Haag ge schreven dat de minister Six een kon. besluit zou provoceeren, waarbij de dag der invoering van de onderwijswet wordt vastgesteld op een eenigszins verwijderd tijdstip, zoodat aan regee ring en vertegenwoordiging gelegenheid blijft voor klaps bleef Vallinka staan en zei met een soort van vijandigen blik en strijdlustige houding: „Dus zult gij voortaan alles vermijden wat Kamilla kan verontrusten of angst aanjagen?" „Zeker Vallinka, maar ik dacht wezenlijk niet dat zij zou schrikken van hetgeen ik vandaag gezegd heb." „Zij schrikt nog wel van geheel andere dingen. Dikwijls komt zij doodsbleek met beweende oogen uit haar kamer, alleen omdat zij akelig gedroomd heeft. En dan wil zij toch niet hebben dat ik in haar kamer slaap, hoe dikwijls ik het ook ge vraagd heb. Zij verbeeldt zich dat zij zulk een lichten slaap heeft, dat ik haar zelfs zou hinderen en eigenlijk heeft zij gelijk, want ik word er dikwijls zelf wakker van dat ik hardop praat of lach als ik droom. Maar het is toch treurig, want zij is zoo bang, dat zij eiken avond de deur tnsschen onze kamers grendelt uit angst dat er iemand een dief of een spook, bij haar zal komen. En gij moet weten dat haar kamer geen anderen toegang heeft, dus wie bij haar zou willen komen, moet eerst door mijn kamer gaan." Lichtenfeld werd bij deze mededeeling weer zonderling bewogen. Aan den overkant van het grasveld lag het slot en hij wees op het venster waar hij gisteren het roede gordijn voor gezien had. „Dat is de kamer van uwe zuster,niet waar?" „Ja, ziet gij, dat is het laatste van de geheele rÜ>" zei zij, „en achter dien dikken muur, die de invoering, de financieele zijde der zaak in orde te brengen. Wanneer bij voorbeeld die dag be paald werd op 1 Aug. 1880, zou de tijd niet ontbreken om in het tweede half jaar een belasting te doen werken, en de gemeentebesturen in staat te stellen om de in October te behandelen be grootingen daarmede in overeenstemming te brengen. „Wij hebben zoo lang op de onderwijswet ge wacht, zegt de berichtgever, dat dit uitstel van een jaar nog wel te dragen is, mits men slechts de zekerheid, hebbe dat zij op een bepaald tijd stip in werking zal treden." De goedkoope verzending van pakjes tusscben Nederlandsche en Belgische spoorwegstations heeft een goeden stap vooruit gedaan, gelijk blijkt uit de volgende advertentie van den administrateur der Holl. lJz. spoorwegmaatschappij „Bij beschikking van Z. Exc. den minister van waterstaat, handel en nijverheid van 23 Aug. 1879, no. 35, afd. handel en nijverheid, is mach tiging verleend tot voerloopige invoering van een uniform-tarief voor het rechtstreeksch vervoer van pakjes bestelgoederen, van een gewicht van 5 KG. en minder, tusschen de meeste Belgische en alle Nederlandsche spoorwegstations. „Het bedoelde tarief is op den len dezer in werking getreden. „Inlichtingen omtrent de in het tarief opgeno men Belg. stations, voorwaarden van vervoer enz., zijn aan onze stations te bekomen, waar ook binnen eenige dagen exemplaren van het tarief, tegen betaling, verkrijgbaar zullen zijn. „Eene der voorwaarden isdat de zendingen steeds gefrankeerd moeten worden." Amsterdam, 3 Sept. De begrooting dezer gemeente voor 1880 wordt geraamd aan gewone inkomsten f 5.801.359,78, en aan buitengewone f 3.066.457 te zamen 8.857.816.78. Onder de buitengewone inkomsten behooren de f 3.000.000, als het eerste gedeelte der geldleening 1879 ad f 7.500.000. De uitgaven worden geraamd op gewone /5.800.868.97J,buitengewone f 2.308.947.80$ te zamen f 8.709.816.78, zoodat er een vermoedelijk batig saldo zal zijn van f 148.000. Onder de buitengewone uitgaven, te bestrijden uit de geldleening, worden o. a. genoemd: de vergrooting der houthaven ad f 563.000 5 dading met den staat ad ƒ826.000; aankoop van grond 685.000; vereeniging tot bet bouwen van ar beiderswoningen f 300.000land- en waterwegen 161.000, gebouwen voor politie en brandweer 91.000. De onvoorziene uitgaven worden ge raamd op f 37.991.80J. Uit de stukken blijkt, dat de raming der ge- gewone uitgaven voor 1880 die voor 1879 over- aan den buitenkant den vorm van een znil heeft, begint die akelige schuur, waarachter de zuilen gang ligt. Als ik in haar plaats was zou ik nooit die kamer gekozen hebben, maar omdat het de kamer van vader was, staat zij er op die te houden. Gij kunt u niet begrijpen, hoe zij aan alles gebecht is, wat aan vader herinnert. Lichtenfeld zag nog eens naar het venster en zei „En als zij nu eens ziek werd, of haar iets overkwam achter die gesloten deur Ik zou het niet gedoogen, als ik - hij hield ver schrikt op. „Als gij mijn zwager waart, niet waar?" vulde Vallinka aan. „Neen, hij moest het ook niet ge dogen, maar hij hij Zij bleef steken en vervolgde op zachter toon„Hij heeft zijn hoofd altijd zoo vol met zijne zaken. Ja, als ik in zijn plaats was dan weet ik wel wat ik deed!" „Wat deedt gij dan?" „Dan zou ik eeu maand lang of nog langer iederen nacht in den spookgang zitten, totdat ik er het mijne van had. Als die malle praatjes hier niet liepen, zou Kamilla ook zoo bang niet zijn. Ik heb eens in een boek gelezen dat valsche munters zich in een toren ophielden en de men- schen door spookvertooningen bang maakten; wie weet wat er bij ons voorvalt." Lichtenfeld moest onwillekeurig lachen, maar Vallinka zag zoo aandachtig naar den grond dat zij het niet merkte. treft met een bedrag van f 191.000, hetgeen evenwel kan worden gedekt uit de ontvangsten, niettegenstaande de inkomsten-belasting, met een percentage van 3 pet., in opbrengst ongeveer f 200.000 lager geraamd is, en het getal opcenten, 80, hetzelfde is gebleven. Tot deze gunstige vooruitzichten zullen 0. a. bijdragen de inkomsten der straatbelasting ad 230.000, alsmede de verhoogde belasting op het personeel. Onder de buitengewone uitgaven behoort een som van f 120.000 voor rente der te sluiten leening. Dinsdag werd te Amsterdam de 5e algemeene vergadering gehouden van de Maatschappij tot Opvoeding van Weezen in het huisgezinopgericht 19 Mei 1874. De heer C. P. Metelerkamp, voorzitter van het bestuur, bracht verslag nit omtrent den uitwen- digen toestand der maatschappij en den uitslag harer bemoeiingen. Het getal leden steeg van 305 tot 366, dat der begunstigers van 214 tot 261, zoodat het getal contribuanten tot .1200 in het geheel is ge klommen. Op voorbeeld van Z. K. H. den prins van Oranje verhoogden velen hunne jaarlijksche contributiën. Sedert zijne opening werd het doorgangsbuis bezocht door 34 kinderen; spoedig zullen er weder 8 vertoeven, om na eenigen tijd by hun pleegouders geplaatst te worden. Mocht het gelukken het vereisehte kapitaal voor de plaatsing van het doorgangshuis in het midden van het land bijeen te krijgen, dan zal men trachten het getal comités te verhoogen. Het getal medearbeiders nam toe. Armbesturen en weesvoogdijen riepen de tusschenkomst en hulp der maatschappij invoogden en voogdessen van een der rijkste weeshuizen bielpen de maat schappij in de plaatsing van twee harer pupillen. fiet getal wee zen is van 74 tot 83 toegenomen. De weezen hielden zich over het algemeen goed en ook de pleegouders, die wel geen modellen zijn, hebben alle hun plicht getrouw betracht. Hierna werden enkele bijzonderheden uit tiet leven van onderscheidene weezen medegedeeld. 50 weezen behooren tot de Gereformeerde, 19 tot de Roomsche, 6 tot de Doopsgezinde, 6 tot de Lnthersche en 2 tot de Israëlietische kerk. 11 ervan zijn geplaatst te Dokkum, 14 te Nijmegen, 11 te Oosterbeek, 7 te Amsterdam, 6 te Brummen en omstreken, 4 teZutten, 4teNeede, 2 te Assen, 2 te Leeuwarden, 3 te Rotterdam en de overigen op onderscheidene plaatsen. Eene vindt als assistente in het huishouden haar eigen broodeen is werkmaneene is dienstbode'; een aan 's lands werf; een heeft de pupillenschool doorgeloopen en is thans korporaalspoedig is eene bekwaam voor het modevak, die nagenoeg „Uw zwager heeft mij verteld dat hij wachten had uitgezet en vallen gesteld, doch dat hij ten slotte tot de, naar mijn meening, zeer juiste con clusie was gekomen dat de spoken alleen in do verbeelding van het volk bestaan. „Ach, mijn zwager heeft zich eens verbeeld, dat men het op zijn voorraadschuur voorzien had en zoodra bij overtuigd was dat er niet gestolen werd, heeft hij alle belangstelling in de zaak verloren. Er is namelijk van dien gang naar de schuur een groote ijzeren deur, die niemand kon openmaken, want het is een zeer kunstig slot en de sleutel is verloren geraakt. Maar daar die deur van buiten geen sleutelgat beeft en niet open kan en daar de tweede ingang van binnen toegemetseld is, heeft men die deur gelaten voor hetgeen zij was. Maar verbeeld u nu eens dat iemand toch een middel wist om die deur te openen, wat zou dat dan een heerlijke schuilplaats zijn voor voor „Voor valsche munters, Vallinka?" „O, gij lacht er om en zijt geen haar beter dan de rest, dat is heel leelijk van u." Zij bleef staan en scheen terug te willen keeren. „Wees niet boos, Vallinka," zei Lichtenfeld, „wezenlijk, ik zal nooit meer over iets lachen dat gij zegt, maar de gedachte aan die valsche munters „O, gij behoeft u niet te verontschuldigen, want eigenlijk is het mij precies hetzelfde of gij lacht of niet," riep zij met gloeiende wangen

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 1