Réclames. Zeet ij dingen. Handelsberichten. AdvertentiSiL De Engelsclie consulaten. Ae Getuigenis Graanmarkten enz, Prezen van Effecten. den heer Jules Ferry. Eene dergelijke pressie op den senaat schijnt niet wenschelijk, en niet alle middelen zijn goed om een doel te bereiken. Is de senaat gekant tegen het veelbesproken arti kel 7, dan valle het in November en schikke zich de minderheid in hare teleurstelling. Wil men dan den senaat, die wederom sénal-obstacle gaat worden, tot zijne straf afschaffen, dan zou dat misschien begrijpelijk zijn, maar men oefene geen invloed op de senatoren persoonlijk uit door het uitlokken van geanimeerde beraadslagingen over de politiek in lichamen, die met de politiek niets te maken hebben. Er valt toch geen nieuw licht te ontsteken over de qnaestie, die reeds ampel in de kamer en in de pers van alle richtingen is besproken, en men verkrijgt door het uitlokken dier discussies niets anders dan de uitoefening van een recht van wenschen uit te drnkken, dat van zeer dubieuze wenschelijkheid is in den constitutioneelen staat, en woelige zittingen, waarin misschien administratieve belangen worden verwaarloosd door de opwinding der politieke hartstochten. Er schijnt zooal niet eene kans op oorlog, dan toch eene zeer gespannen verhouding te bestaan tusschen de Spaansche regeering en Muley Has san, den sultan van Marokko. Spanje laat in Marokko zekere rechten gelden, welke de Marok- kaansche regeering niet wil erkennen, en hoezeer de regeering van koning Alphonsus slechts een zeer matig verlangen naar oorlog kan bezitten, is het toch best mogelijk, dat hare donkerkleurige overburen den als een halven heilige vereerden onwetenden en dweepzieken vorst tot onvoor zichtigheden verleiden, die de Spanjaarden zouden noodzaken naar Afrika te stevenen. Marokko heeft heel wat handel en blijft een begeerlijk hapje voor iedere Europeesche regeering, die het naar behooren weet te exploiteeren, en het zou niet te verwonderen zijn, als Spanje vroeg of laat eene poging tot annexatie waagde. De consulaten zijn eene instelling, die aan het groeiende wereldverkeer, dat ze in het leven riep, onschatbare diensten hebben bewezen, en bij geene enkele natie is die instelling tot zulk eene ont wikkeling gekomen als bij de Engelschen. Even als in zooveel andere zaken, waar het een practischen blik en vastberadenheid in de uit voering hunner plannen geldt, staan zij vooraan in het gelid, en die overtuiging doet ons menig maal heenstappen over hetgeen men hunne hinderlijke zelfverheffing zou mogen noemen. Daarom geven wij ook gaarne in onze kolommen het woord aan een Engelschman, die eene be schouwing levert over hetgeen de consulaten zijner regeering zoo al voor nut stichten in de wereld, hoezeer de verstandige lezer dikwerf over tuigd zijn zal, dat de schrijver wel wat uitsluitend aan zijne eigen natie verdiensten toeschrijft, die gelukkig een meer kosmopolitisch en niet uit sluitend Engelsch karakter dragen. In de weinig ontgonnen of bezochte streken der wereld, schrijft onze zegsman, - is de Britsche consul bijna de eenige Blagboom tusschen niet alleen de onderdanen der koningin maar de zwakken van alle natiën, en roof en verdrukking. In het Oosten, in China en in Turkije is hij rechter en bestuurder zijner om geving. Hij boezemt kleine dwingelanden ontzag in, en dikwerf houdt alleen zijne vastberadenheid en onpartijdigheid het evenwicht staande tusschen yijandige stammen of secten en verhindert hij alleen, dat zij elkander naar de keel vliegen. Dit alles doet hij meestal alleen door handigheid want wij EBgelschen schermen lang niet zoo spoedig met onze macht als menigeen van onze naburen. Wel is waar zijn wij er spoedig genoeg bij om eene beleediging te wreken, en als wij eens beginnen, doen wij het gewoonlijk flink. Daarom worden onze consulaire ambtenaren dan ook vrij wel geëerbiedigd. Slechts zelden wordt iemand, die door Engelsche macht wordt gesteund, beleedigd of mishandeld. Alleen een of ander Zuid-Amerikaansch partijhoofd vergeet wel eens, dat er spoedig een oorlogschip bij de hand is om zijne fouten te straffen. Doch niet alle consuls leven in onbeschaafde en verafgelegen landen; de meesten wonen in zeer aangename plaatsen, niet ver van Engeland. Soms ook in eenig zuidelijk lustoord, waar hunne landgenooten den winter komen doorbren gen, of meer in het noorden, waar zij een aange name, werkzame bevolking vinden en een goed jachtveld, als zij smaak hebben in dat vaderlandsch vermaak. Het aangename van deze plaatsen wordt echter dikwerf geboet door minderen invloed en minder gewichtige positie. Toch is ook hun werk niet goed te verrichten zonder kracht en prestige. Dikwerf zijn zij politierechters zonder politie en moeten zij door zachte woorden moei lijkheden uit de wereld helpen, voor welke eene rechterlijke uitspraak, gesteund door voldoende macht, het eenig afdoend middel zou schijnen. Schepen met kapiteins en equipage zijn hun eigenaardige taak. Waar daarover maar eene moeilijkheid ontstaat, wordt hunne hulp inge roepen. Is de cargadoor een schurk, dan neemt aanstonds de kapitein zijne toevlucht tot den consul en rekent hij erop, dat deze de zaak in het reine zal brengen. Yertelt men den kapitein, dat hij de zaak voor den rechter in de haven brengen moet, dan haalt hij de schouders opzijn cousul moet hem helpen, anders weet hij niet waar hij terecht moet komen. Waartoe hebben wij een consul, vraagt hij stekelig, als die geen Britsche schepen kan beschermen Dikwerf is er heel wat diplomatische tact noodig om hem bedaard te houden en schandaal te voorkomen. De consul wordt ook wel als arbiter in der minne geroepen in eene quaestie, waarin iedere partij een bepaald doel heeft, dat hij wil door zetten. Wonderen van vleierij, overreding en rede neering moet de scheidsrechter dan soms ver richten. Zijn beste kans is dan nog, dat beide partijen elkanders taal niet verstaan, want dan kan hij bij de vertolking aan hunne soms niet zachte uitdrukkingen het scherpe ontnemen. En eene Engelsche scheepskapitein kan er soms nog al eens wat uitwerpen, maar is ook gauw belee digd als hij wat aanhooren moet. Meestal ziet dan de consul de partijen de deur uitgaan, terwijl hij een zee van vragen tegemoet kan zien van het ministerie, tengevolge van een of andere ingediende klacht. Al die vragen moeten weder uitvoerig beantwoord worden. Heeft de kapitein standjes met zijn volk, dan staat meestal de moeite en last voor den consul in omgekeerde verhouding tot het gewicht der zaak. Is er geroofd of gemoord aan boord, dan js alles gesneden koek voor den consul. Hij levert eenvoudig den misdadiger in handen van de rechterlijke macht en heeft niets meer aan de zaak te doen. Komt er echter een klein standje voor hem, dan is hij een ochtend kwijt met het aanhooren van vijf ol zes booze menschen, die elkander den mantel uitvegen om eene klei nigheid het vooronder spreekt den kapitein tegen en omgekeerd; terwijl er geen onpartijdige bij de hand is om de zuivere waarheid te zeggen. De equipage roept om de handhaving van rechten, die zij zelve niet kennen. De kapitein vraagt steuu voor zijn gezag en laat het aan den consul over om de middelen te zoeken. Dikwijls is een der partijen inschikkelijk en vatbaar om mede te spreken en op zijn ongelijk gewezen te worden; dan verwacht men, dat de consul zich met die soort preek zal belasten, eene zware taak voor iemand, die wat humor bezit. Doch het zijn niet alleen zeelieden, voor wie de consul een reddende engel zijn moet. De kooplieden in zijne woonplaats zelve geven hem weinig moeite. Tenzij hij ongelukkig is in de waarneming van zijn ambt of totaal gebrek aan tact heeft, zijn zij meestal zijne vrienden. Buiten dien kennen zij de plaatselijke omstandigheden en eischen zij nooit het onmogelijke. De grootste moeite heeft onze consul met de groote massa Engelschen, die Europa doorkruisen, zoekende naar gezondheid of rijkdommen, en van onnoozele jongelui, die geplukt" zijn. Ook de reiziger met ruim voorziene beurs is een onvermengd verdriet voor den consul. Hij wil, tegen de bepalingen van het vreemde land in, zijn geweer mee op reis nemen en roept des consuls hulp in bij al zijne kibbe larijen met logementhouders, stoombootconducteurs en al dat slag van lieden. Nooit verstaat hij een enkel woord van de taal van het land waar hij reist. De enkele Engelsche reizigers, die hun eigen weg kunnen vinden, de landsman, die men gaarne eens in een vreemd land zou ontmoeten, komt juist nooit in de buurt van een consulaat. De reiziger voor zijne gezondheid is nog wat erger dan de pleizierreiziger. Hij moet zich wel betrek kelijk rustig houden, maar hg weet met zijn tijd geen raad en tracht dien te dooden door eens aan het consulaat aan te loopen, waar hij een praatje maakt over de verschijnselen zijner kwaal en de ongemakken van zijne woning, gevarieerd met een omstandig verhaal over de plaats, waar hij vroeger gewoond heeft. Het ergste zijn wat men de Engelsche gipsies of heidens zou kunnen noemen. Deze zijn weer onderscheiden in heidens die werken, en heidens die anderen voor zich laten werken. Het is hun doel om eene winstgevende zaak te maken uit het vermaak van anderen. De leden van reizende paardenspellen zijn van deze soort wel de belang rijkste, dat wil zeggen zij veroorzaken de meeste moeite. Het aantal van deze lieden, meest clownsdie over de gansche aarde verspreid zijn, is ongeloofeljjk, en hun ongeluk en onbeholpen heid is grenzeloos. Zij komen buiten werk of vallen en worden verminkt, en dan is hun eenige toevlucht de consul. Daar er voor andere ver minkte Britsche onderdanen dan zeelieden geen gouvernementsgeld beschikbaar is, moeten zij door inteekenlijsten geholpen worden, die de consul uit zijn karig salaris dan nog openen moet. Soms zijn deze lieden ook de slachtoffers van een minder nauwgezetten speliebaas, wiens ontvangsten niet zijn meegevallen. Ook zit wel eens zulk een geheel gezelschap zonder een cent in een of andere stad. Dan wordt wederom de consul geroepen om de zaken te regelen, wat natuurlijk zeggen wil, dat hij geld moet geven en nog op den koop toe uitgescholden wordt, als hij niet aan alle onmogelijke eischen voldoet. Buiten deze artiaten, zooals die menschen zich gaarne noemen, is er nog eene vlottende bevol king van menschen, die werk zoeken, taal-, toe ken- en muziekonderwijzers, en die gewoonlijk rondzwerven in de buurt van de plaatsen, waar het rijke Engeland gezondheid of vermaak zoekt. Dikwijls zijn het vrouwen, weduwen en dochters van buitenslands gestorven Engelschen, die, zon der vrienden in het moederland, hun fortuin moe ten zoeken, zwervende van de eene vreemde stad naar de andere. Jongelui, die eene plaats als klerk willen hebben, ongezonde arme lieden, die werk zoeken in eene streek, waar zij eenige kans op langer leven hebben in éen woord de on eindig gevarieerde menigte, aan wien de hoop een vleiend verhaal heeft ingefluisterd van fortuinen, die te winnen zijn in een of ander buitenlandsch Dorado al die lieden vinden hun weg naar het consulaat. De consul moet hun vriend en be schermer zijn. Hij kan zich wel verschuilen achter de letter zijner instructie, wijl die avon turiers geen matrozen zijn en dus geen recht op onderstand hebbenmaar geen Engelschman, die maar een beetje goedhartig is, kan zijne landge noten in een vreemd land honger zien lijden, zonder althans eene poging te doen om te helpen. Hij moet dan plaatsen vinden voor klerken en leerlingen voor onderwijzers en in het laatste ressort moet hg huis en beurs openzetten om de ongelukkige lieden te herbergen en te voeden. Op de beurs van een consul worden haast zoovele aanslagen gedaan als op die van een bisschop. Zijn tijd en zijn arbeid worden beschouwd als ter beschikking van het publiek te zijn. Geleerde genootschappen, die informaties noodig hebben, zenden ellenlange uitgewerkte brieven; samen stellers van reisgidsen schrijven eindelooze lijsten met vragen, en voortvarende kooplieden, die een détouché zoeken, adresseeren gansche ladingen aan hem, in spijt van de bepaling, die den con sul verbiedt handel te drijven. Eens werd zelfs van een consul geëischt, dat hij een meisje bg zich zou ontvangen en uit zijn huis laten trouwen, die uit eene vreemde plaats kwam om een huwe lijk te sluiten met een stadgenoot van den con sul. Of hij ook een bruiloftspartij geven moest zegt het verhaal niet. Over den Britschen misdadiger, den roofvogel en zwervenden vagebond, behoeft bij de werk zaamheden van den consul tenauwernood gespro ken te worden. Dank zij de uitbreiding der uit- leveringstractaten wordt hij jaarlijks meer ge kortwiekt en daarenboven vermijdt hg om begrijpelijke redenen zorgvuldig de buurt van het consulaat. (Prijs der plaatsing 30 cent per regel.) Parijs, 10 Juli 1871. Ik, ondergeteekende, verklaar en getuig de Zalf genaamd van 't „Roode Kruisbij een aantal gekwetsten in mijne ambulancen met het beste gevolg te hebben aangewend. De wonden die een grijsachtige kleur hadden en van Kwaden of Zweerenden aard waren, be terden snel, de onaangename reuk verdween en ik heb opgemerkt dat de genezing spoedig plaats vond, met een woord ik beschouw die zalf als een uitmuntend geneesmiddel. {Get.) Doctor BILLARD, Oud-Geneesheer de l'hötel des Invalides en oppergeneesheer van zes ambulancen; Kidder van 't Legioen van Eer. (De Zalf van 't Roode Kruis is verkrijgbaar in de voornaamste apotheken.) Te Middelburg, bij L. KIPPING. Het Engelsche stoomschip Achillesgez. Verrill, den 15en dezer alhier binnengekomen met schade door aanvaring met de Belgische sleepboot Engelandis na tijdelijke reparatie aan de werf de Schelde, weder naar zee vertrokken om de reis naar Barrow voort te zetten, na alvorens cautie te hebben gesteld voor de schade aan de sleepboot. Rotterdam, 19 Augustus. Ter markt van heden waren aangevoerd 1119 runderen; 201 vette, 4 nuchtere kalveren; 2050 schapen; 355 varkens; 116 biggen; runderen 1® qual. 86, 2e qual. 70, 36 qual. 50kalveren 1" qual. 90, 2® qual. 70, schapen 90 cent. Vlissingen, 19 Augustus. Boter per kilogram ƒ1.25 a 1.05 Eieren f 3.60 per 104 stuks. Bergen op Zoom, 19 Augustus. Stuk boter f, 1.00 per halve kilo f 0-57^. Eieren per 26 stuks f 1.05. Amsterdam, 18 Aug. 19 Aog. BTAATS1BENIKBEN, ff ederl. Cert. N. W. Sch. 2* dito dito dito. 3 dito dito dito. 4 België. Certificaten. 2J Frankryk. Origin. Inschr. 3 Hongarije. Obl. Goudleen 5 Italië. Cert. Adm. Amsterd 5 Oostenrjjk. Obl. Mei-Nov. 5 dito Febr.-Aug. 5 dito Jan.-Juli.5 dito April-Oct.. dito dito Goud 4 Polen. Obl. Schatkist 1844. 4 Portug. Obl.Btl. 1853/1869. 3 dito dito 1876. 6 Rusland. Obl. Hope C. 1798/18156 pet. 65} 65& 79 781 100} 100} 63} 63} 56 56} 56} 56} 58£ 58} 58* 57ff 67} 80} 80} blik 51} 97 96} Cert. Inschr. 5® Seri» 1854. 5 dito dito 6* 1855. 5 Obligatiën 18625 dito 1864 ƒ1000 5 dito 1864 1005 dito 1877 dito5 dito Oostersche 1* serie 5 dito 1872 gecons. dito. 5 dito 1873 gecons. dito. dito 1850 1® Leening dito. 4} dito 1860 2' Leening dito. 4} dito 1875 gecons. dito 4} Cert. Hope G° 1840 4 dito 2®, 3® 4® Leen. 1842/44. 4 Obligatie-Leening 1867/69. 4 dito dito 1859 3 Cert. van Bank-Assign. 6 Spanje. Obl. Buit. 1867/75. 1 dito dito 1876 2 dito Binnenl. Es. 5000-10000 1 dito dito 1876 2 Turkije. Obl. Alg. Sch. 1865 5 dito dito 1869 6 Egypte. Obl. Leening 1876 6 Spoorw. dito 1876 5 Vereen. Staten. Obl. 1876 4} dito dito 1871 5 dito dito 1861 6 Brazilië. Obl. Londen 1865 5 dito Leening 1875 5 jMDÜSTBIEELI RH FIN AHOIEÏIiR ONDERNEMINGEN. pet. 20 8 a a a a n a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a a 59} 59} 80} 80} 85} 85} 93} 93} 90} 90S 90} 58 57} 86} 86} 87} 87} 88 87} 84 83} 78} 78} 62} 77 76} 67} 66} 39} 15} 15} 37} 37} 14 ïk 14} 34} 34} 10} 10} 10} 10} 45 104} 101} 93 93} 89 a a a a a a 116} 118 pet. 107} 107} ff ederl. Afr. Hand.-V. Obl. 5 Ned. Hand.-Maatsch. aand. rescontre. .........5 Ned. Ind. Handelsb. Aand. Stoomvaartm. Java Obl. 5 dito Zeeland Obl 5 dito gegarand. dito4} Duitschland. Cert. Rijks bank Adm. Amsterdam. Oostenrijk. Aand. Nat. B. SPOOR WEG-LEENING EN. ffederland. Maats. t.Expl. St.-Spw. Aand Ned. Ind. Spoorw. Aand. Ned. Rijn-spw.volgef. Aand. N.-Brab. Boxt. Obl. 1875. 5 dito dito 2® Hypoth. Hongarije. Theiss.Sp. Obl. 5 Italië. Zuid-Ital. Spw. Obl. 3 Polen. Wars.-Bromb. Aand. Warschau-Weenen dito. Rusland. Gr. Sp.-Maats. Aand. dito Hypoth. Obligatiën. dito dito dito Baltische Spoorweg Aand, Chark.-Azow Oblig. 100. Jelez-Griasi dito Jelez-Orel dito f 1000. Kiew-Brest Aand Losowo-Sewastopol f 1000, Morschansk-Sysran. Aand. Mosk.-Jaroslaw Obl. 100, Mosk.-Kursk dito dito Mosk.-Smol. dito dito Orel-Vitebsk Obl. dito Poti-Tiflis dito f 1000, Riaschk-Wiasma Aand. Amerika. Cent. Pac. Obl. dito California Oregon dito. 6 Chic. N.-W. Cert. Aand. dito Mad. Ext. Obl. dito N.-W. Union, dito dito Winona St. Peter dito, Illinois Cert. v. Aand. dito Redempt. Obl. Union Pac. Hoofdl. dito. 104} 116} 97} 97} 117} 5 4} 4 3 5 5 5 5 5 6 5 6 5 5 5 5 6 7 7 7 SS B B B S S a B B B B B B S B B B B S B B 9 S 6 6 118 140 63} 17} 17 83} 83& 47} 47} 54} 63} 63} 127} 127 89} 89} 85 84} 51} 51 86} 86} 86} 88} 82 ca» 62} 62} 96} 96 101} 101 87 86} ÖO 60 99} 99} 97 96} 105 104} 105} 105} 91} 91} 107} 107} PREMIS-LKENINGIN. ffederl. Stad Amst. f 100. 3 Stad Rotterdam 3 Gemeente-Crediet8 België. Stad Antwerp. 1874 3 Hongarije. Staatsl. 1870 Oostenrjfk. Staatsl. 1860 5 dito 1864 Rusland. Staatsl. 1864 5 dito 1866 5 pet. 106} 103} 9 B B B J? B B 95} 87 107 136} 146} 145} 107} 103} 95 95} 136} 146 145} Pryzen wan coupons. Amsterdam, 18 Aug. MetalL 21.52}; dito zilver 20.55; Div. Engelsche per f 11.72} Engelsche Portugal per f 11.72}Spaansch» buitenlandsch 47.30; idem Binnenland /2.30}; Amerikaansche dollars in goud 2.47. Amsterdam 19 Aug. Metall. 21.52}; dito zilver 21.55; Div. Eng. per f 11.72}; Eng met affidavit per f 11.97}Eng. Portugal per fFrans, f 47.30 Belg f 47.30; Pruis. 58.45; Hamb. Russ. f Russen in Z. R. f 1.24} Poolsche per fl. Poolsche per Z. R. Spaansche buitenlandsche 47.30Spaan sche binnenlandsche f 2.30} Amerikaansche dol lars in goud f 2.47panier 2.47. Bevallen van een Zoon E. H. V. WELLEMAN— VAN DISHOECK. Hoedekenskerke, 17 Augustus 1879. Bevallen van een Meisje I. B. DIELEMAN— HENRI J. Ter Neuzen, 17 Augustus 1879. Heden overleed te Doetinchem, na een langdu rig lijden, onze geliefde zuster en behuwdzuster Mejuffrouw CORNELIA M AEG ARETHA JOHAN NA SACRÉ. Ritthem, G. C. BOOMER. 17 Augustus 1879. H. M. BOOMER—SAcali. Heden overleed tot onze diepe droefheid, onze geliefde echtgenoot, vader en behuwdvader de heer JACOBUS HOLLESTELLE, in den ouder dom van bijna 72 jaren, na eene gelukkige echt- vereenigiDg van ruim 47 jareu. Groede, C. A. MEIJER, 17 Augustus 1879. Wed. Jao. HOLLESTELLE, Kinderen en behuwdkinderen.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 3