Laatste berichten.
BUITENLAND.
Rivier-berichten.
Benoemingen en besluiten.
Onderwijs.
Rechtszaken.
Weerkundige waarnemingen,
6 Augustus des morgens te 8 uren.
w
w
Gemeenteraad van Middelburg,
Algemeen Overzicht.
De directie van de Rijnspoorwegmaatschappij
zegt in haar jaarverslag
„Zorgwekkend is de nieuwe handelspolitiek,
welke zich in Duitsehland begint te vestigen.
Met groote behoedzaamheid zullen ook de spoor
wegondernemingen zich hierbij hebben te gedra
gen. Aan een onberaden stap van een dezer is
het reeds te wijten, dat België zich hierbij eene
betere stelling wist te verschaffen dan Nederland,
en moeite zal het kosten om het daardoor verlo
ren terrein weder te herwinnen. Een vijand moet
daartoe bondgenoot worden, en de Rijnvaart be
ginnen met den strijd te openen van natuurlijke
handelswegen tegen kunstmatigen wedijver. Daarna
is het te hopen, dat Duitsehland weder tot inkeer
kome en aan de spoorwegen, langs den Rijn
gelegen, liever hunne vrijheid teruggeve om tegen
dien waterweg de concurrentie te hervatten, dan
te ontwaren, dat het vervoer slechts werd over
gebracht van de spoorwegen op den waterweg,
zonder het doel waartoe de maatregel strekken
moest (bescherming van eigen zeehavens) te
hebben kunnen bereiken. In dit opzicht heeft
het streven dér Pruisische regeering tot uitbrei
ding van haar staatsspoorwegnet eene goede zijde."
Men leest het volgende in de Nieuwe Bredasche
en Oosterhoutsche Courant
In het Dagblad van Zuidbolland en 's Gravenhage van
Donderdag 31 Juli jl. lazen wij het navolgend uit de
M.{iddelburgsche) CL overgenomen bericht, waarin op
schromelijke wijze de waarheid wordt verkracht:
»Een merkwaardig voorbeeld van vlugheid in de
journalistiek. De Nieuwe Bredasche en Ooster
houtsche Courant geeft in haar nummer van 27
dezer een verslag van de vergadering van den
Oosterhoutschen gemeenteraad van den 4en Juni.
Volgens denzelfden maatstaf mag men nudenlöen
September een mededeeling verwachten van het
verhandelde in de zitting van verleden Vrijdag,
waar de vergunning tot het leggen van rails door
die gemeente voor den stoomtram BredaGeer-
truidenberg verhandeld werd. Men blijft op die
wijze bewaard voor alle fouten, welke de overijling
in den dienst van bet publiek soms kan veroor-
Wij hebben in ons nommer van 27 Juli jl. niet ge
geven een verslag van de vergadering van den Ooster
houtschen gemeenteraad van den 4en Juni, maar wel
opgenomen de officieele notulen van de op dien
datum gehouden vergadering, welke notulen toch niet
konden geplaatst worden voor en aleer ze waren gearres
teerd, en dat geschiedde in de vergadering van Vrijdag
den 25en Juli jl., 's avonds te 6 uren. We namen ze op
in bet nommer dat des anderen daags gedrukt
werd.
Wij hebben hiermede voldaan aan het verzoek,
door de N. B. en O. C. tot alle bladen gericht,
die ons bericht opnamen of plaatsten, om ook
„voor haar ontegensprekelijk tegenschrift een
plaatsje te willen inruimen."
Nu wij hiermede aan een plicht voldaan hebben,
voelen wij ons andermaal gedrongen tot de be
tuiging dat een blad, dat den 26 Juli, door me
dedeeling der officieele notulen, aan hare lezers
bekend maakt wat in een raadsvergadering van
4 Juni is voorgevallen, naar het ons voorkomt
een merkwaardig voorbeeld geeft van
vlugheid in de journalistiek.
Het Augustus-nommer van Het Leeskabinet
(uitgave Gualtth Kolff, te Leiden) bevat de por
tretten van twee overleden vorstenzonen, Z. K. H.
den prins van Oranje en prins Napoleon, met
bijschriften in dichtmaat van H. Th. Boelen en J.
M. E. Dercksen. Vóórts verschillende oorspron
kelijke of vertaalde romantische bijdragen en in
het Bibliographisch Album eenige boek-beoor-
deelingen.
Uit Lith wordt aan de Pr. Noordbr. Ct ge
schreven
De Beersche Maas, eenmaal over de grenzen
van ons gewest, zet, als een meer, dat zich voort
beweegt, haar droeven zegetocht door onze lan
den voort, zich storend noch aan bestaande of
in der haast opgeworpen leidammen en waterkee-
ringen, noch zich bekommerend om het belang,
den rijkdom of de armoede der menschen. Zij
rust niet voor zij is weergekeerd tot den stroom,
waarvan zij uitging. Bij Beers verliet zij de
Maasdoor de Blauwe Sluis of Dieze wil zij zich
wêer met baar vereenigen. Maar is haar reis
een zegetocht, wèl is de zegepraal haar bestreden.
De inval over de grenzen moge haar niet moei
lijk gevallen zijn, voet voor voet werd haar het
verder voortdringen door den landman betwist.
Onze polders zijn overstroomd, hooi, weide, graan
en aardappelvelden gingen verloren, maar eerst
na tegenstand geboden te hebben ten einde toe,
kalm en vastberaden, maar tevens als in wan
hoop.
Wie de verdediging hebben gezien, de verzwa
ring, verhooging en versterking der achterdij-
ken van het Hoog- en van het Laag-Hemaal en
van den polder van der Eigen, zullen niet aarze
len eere te geven aan allen, die pal stonden voor
de bun toevertrouwde belangen. Maar roem
boven allen is ingeoogst door de verdedigers van
den achterdijk van den polder van Lith. De
grond onder de voeten was vergraven halver
wege stonden velen in het water; dijkbreuken
vielen en werden gedicht. Door het water stormde
men los naar plaatsen, waar de dijk dreigde te
bezwijken. Gevaar voor leven werd niet geteld.
Als een met eer verslagen leger namen de strij
ders den terugtocht aan.
Eer en hulde aan aanvoerders en arbeiders, die
al hun kracht hebben ingespannen om een ramp
af te wenden, waarvan de schade niet te bere
kenen is.
Een 2e linie van defensie is opgeworpen. Dag
en nacht door werken een 200-tal arbeiders. Men
hoopt de hooge wei- en bouwlanden te beveiligen.
Moge een gelukkige uitkomst de belooning zij n
Men meldt uit Den Bosch dd. 4 Aug.: Het
water is hier in de laatste drie dagen 61 cM. ge
vallen en teekent 4.42 M. -j- A. P. De achter-
dijken en de Hepkensdonkdijk, dienende tot
bescherming van den polder Yan der Eigen, zijn
door een 200tal arbeiders opgekist en tot dusver
behouden. Uit vrees voor het doorsteken dier
dijken door kwaadwilligen, wordt de wacht ge.
houden door een 40tal daartoe op verzoek van
het polderbestuur door den commissaris des
konings gerequireerde militairen.
hypotheken en kadaster. Benoemd tot be
waarder van de hypotheken, het kadaster en de
scbeepsbewijzen te Breda A. C. L. W. Treussart
ridder van Rappard, thans ontvanger der registra
tie voor de gerechtelijke en administratieve akten
en der domeinen te Rotterdam.
belastingen. Benoemd tot ontvanger der dir.
bel. en ace. te Yianen c. a. G. J. van Kerkwijk,
thans ontvanger derzelfde middelen te Hedel c. a.
militieeaden. Benoemd tot voorzitter van den
militieraad in de prov. Drente voor de lichting
der nationale militie van 1879, jhr. W. A. van
der Feltz, lid der staten van voormelde provincie,
ter vervanging van jhr. mr. P. A. G, de Milly,
die opgehouden heeft lid der staten van die pro
vincie te zijn.
rechterlijke macht. Benoemd tot kantonr.-
plaatsverv. te Maastricht jhr. L. H. L. J. van
der Maesen de Sombreff, adv. aldaar.
archiefwezen. Benoemd tot archiv. in Drente
G. R. W. Kijmmell, thans comm. ter provinciale
griffie en provinciaal archiv. van Drente.
burgemeesters. Benoemd tot burgemeester
der gem. Ewijk H. van Koolwijk Hz. en tot
burgemeester der gemeente Zwartewaal J. J. P.
Tichler.
leger. Voor den tijd van vijf jaren gedetacheerd
bij het wapen der infanterie van het leger in
Nederlandsch-Iniië, de len luit.-adj. P. Yink-
buyzen, van het regt. gren. en jagers,
Benoemdbij het wapen der art., tot len luit.,
de 2en luit. G. M. C. C. Gerlach, magazijhm. der
art. van de 3e kl., thans op nonact.bij den staf
van het wapen, tot len luit. de 2en luit. J.
Stelüngwerff, magazijnm. der art. van de 3e kl.;
bij het le reg. veld-art., tot len luit. de 2en
luit. A. W. de Jonge van der Halenvan
het korps; bij de le afd. vest.-art., tot maj.,
de kapt. W. Beijerinck, van den staf van het
wapen, chet der pyrot. werkplaatsen; tot kapt.
2e kl.; de le luits. G. A. baron van Till, van die
afd., en R. van Dam, van het 2e reg. veld-art.;
tot len luit., de 2en lnit. H. Oolgaard, van die
atdeeling; bij de He afd. vesting-art., tot kapt.
van de 2e kl., de len luit. M. J. Telhuys, van
die afd.; bij de Vde afd. vesting-art, tot luit.-kol.
en komm. van bet korps, de maj. F. M. Collard,
van de Ie afd. vesting-art.bij de Vie afd. vesting-
art., tot len luit., de 2en luit. E. F. Delprat,
van de Ie afdeeling vesting-artillerie; bij het reg.
rijdende art. tot kapt. 2e kl., de len luit.-adj.
jhr. F. J. A. des Tombe, van het 2e reg. veld-
art; tot len luit., de 2en luit. A. M. A. van
den Wall Bake, van het korps.
Benoemd: bij den grooten staf, tot kol., de
luit.-kol. van dien staf Ch. H. F. graaf Du Mon-
ceau, adj. van Z. M. den koning; bij het wapen
der inf. tot kap. 2e kl., de len luit. W. G.
Gelinck, vau het wapen, thans op noactiviteit
bij het 4e regiment, tot kolonel en kommandant
van het korps, de luit.-kol. F. J. G. W. Leers,
komm. van het instructie bat.bij het 6e reg.,
tot kolde luit.-kol. A. M. Siereveld, komm.
van het korps; bij het 7e reg., tot maj., de
kap. H. P. J. Hemius, van het 8e reg.bij het
8e reg., tot kap. 2e kl., de len luit. G. van
Tienhoven, van het reg. gren. en jagers; bij het
instr.-bat., tot luit.-kol. en komm. van het korps,
de majoor L. J. J. A. Joost, van den staf van
het wapen, souschef der afd. inf. bij het depar
tement van oorlog; 2o is bestemd tot sous-chef
der afd. inf. bij het depart, van oorlog, de maj.
H. F. Alings, van het 7e reg. inf., die in verband
daarmede in zijnen rang wordt overgeplaatst bij
den staf van het wapen.
marine. Benoemd: tot adelborst le kl.:
de adelborsten 2e kl., le afd. van het Kon. inst.
voor de marine: F. J. Stam, H. Herman, L. A.
van Asperen van de Velde, L. J. van der Man
dele, J. G. A, Goedhart, W. F. de Booy, G. L.
Goedhart, J. H. Commijs, S. Woldringh, J. Beeck-
man, J. B. Mulder, M. W. L. Olivier, B. Nier»
strasz, J. J. van Laar, G. C. D. baron van Har-
denbroek, H. T. Hoven, jhr. H. L. Wichers,E.E.
Dulleinond, D. A. van Drooge, P. D. Holtzapffell,
G. Witsen Elias, J. O. P. Kraijenhoff van de
Leur en E, Zegers Rijser.
Aan 't gymnasium te Leiden zijn, behalve de
thans in functie zijnde leeraren, benoemd: tot
leeraar in de Ned. taal- en letterkunde dr. P. J.
Blok, in het Fransch J. J. A. A. Frantzen, in de
natuur- en scheikunde dr. J. Campert.
Benoemd tot leeraar in de staatsweten
schappen aan de H. B. S. te Leiden mr. C. C. N
Krom, thans tijdelijk met die betrekking belast.
Prof. W. Moll, hoogleeraar in de godgeleerd
heid te Amsterdam, is gevaarlijk ziek.
Door H. P. Kerdijk, die gisteren middag te
'1 u. 56 m. uit België te 's Gravenhage is aange
komen, is tot raadsman en verdediger gekozen
de beer mr. Jac. van Gigch.
Heden middag is naar het huis van arrest al
hier overgebracht II. V., die Maandag avond te
Ter Neuzen werd aangehouden en verdacht wordt
den reeds vermelden diefstal in een earoussel op
de markt alhier te hebben gepleegd.
Voor den kunstenmaker in 't Casino te
Scheveningen, die bijna zijn bals gebroken heeft,
is niet f 1000 gecollecteerd zooals het Vaderland
bij vergissing meldde, maar f 100.
De zoogenaamde „potjes-kermis" is met
algemeen e stemmen door den gemeenteraad van
Zwolle afgeschaft.
De wisselwachter Van Loon, op wachtpost
5, op de lijn Breda—Gilze, is gisteren morgen
door een trein overreden en was terstond een lijk.
Het Berliner Tageblait bevat de volgende
advertentie
„Een jonge dame van een voorname en geachte
familie, schoon als Helena (natuurlijk de jonge
dame), een huisvrouw als Penelope, zuinig als de
keurvorstin Marianne van Brandenburg, geestig
als madame de Staël, chanteuse als Jenny Lind
„de Zweed3ehe nachtegaal", pianiste als Roza
Kastner, vioolspeelster als Teresita Milanotto,
harpspeelster als mad. Bertrand, beeldhouwster
als prinses Maria van Orleans, gestreng in deugd
als Lueretia, weldadig als Elisabeth van Hongarije,
opofferingsgezind als Miss Nightingale, beschikkende
over een groot vermogen, zoekt langs dezen meer
en meer gebruikelijken weg, bij gemis aan man
nelijke kennissen, een echtgenoot. Brieven, franco,
aan de redactie van dit blad."
Naar de Haarl. Ct verneemt, heeft de heer
Pijls, burgemeester van Maastricht, tengevolge
van het niet herkiezen van den heer Francquinet,
wethouder, als gemeenteraadslid, zijn ontslag als
lid van den gemeenteraad genomen.
De Geneeskundige Ct deelt bet volgende ge
voelen mede van een Duitsch geleerde prof.
Th. Husemann over den kina aanplant in Indië.
„Het is alleen een quaestie van tijd, maar lang
duren zal het natuurlijk niet meer, of de basten
der in Nederlaudsch- en Britsch-Indië gekweekte
cinchonaeën zullen in de Europeesche apotheken
als verplichtend voorkomen. Immers de aan
plantingen van kinaboomen zijn ondernomen in
het belang der menschheid, daar zij een genees
middel leveren dat onmisbaar is, en wij uit
Amerika niet alleen basten verkrijgen, die jaar
lijks in waarde sterk verminderen, maar wij ook
ten slotte gevaar loopen, eindelijk van daar geen
kina-basten meer te zullen kunnen betrekken.
Het is derhalve de plicht van eiken beschaafden
staat, of hij er al direct geldelijk belang bij heeft
of niet, de aanplantingen van kinaboomen zooveel
mogelijk te ondersteunen en te bevorderen. Reeds
thans hebben die basten hun weg naar de Euro
peesche chinine-fabrieken gevonden, temeer, daar
de meeste, wat het chinine gehalte betreft, de
beste Amerikaansche basten overtreffen. Vreemd
daarom schijnt het zeker, dat men tot nog toe op
pharmaceutisch gebied niet meer partij ervan
getrokken heeft. Het is dan ook ten zeerste te
hopen, dat in de 2e uitgave der Duitsche Phar-
macopee de Indische basten zullen worden opge.
nomen. Dit is Dnitschland's plicht-"
Victor Hugo hield Zondag eene korte
openingsrede voor eene co?i/érence, welke Louis
Blanc heeft gehouden ten bate van een arbei
derscongres te Marseille. De groote dichter begon
met de volgende woorden, welke wij overnemen
wegens hun zeldzaam optimismeHet menscbelijk
geslacht heeft sedert vierhonderd jaren geene
schrede gedaan, die haar spoor niet heeft achter
gelaten. De zestiende eeuw zal de eeuw geweest
zijn der schilders, de zeventiende de eeuw der
schrijvers, de achttiende de eeuw der wijsgeeren,
de negentiende de eeuw der apostels en profeten.
Om te voldoen aan de negentiende eeuw, moet
men schilder zijn als in de zestiende, schrijver als
in de zeventiende, wijsgeer als in de achttiende;
men moet daarenboven in zich hebben, als Louis
Blanc, die heilige liefde tot de menschheid, die
den apostel maakt en die een duidelijken blik in
de toekomst doet slaan, In de twintigste eeuw
zal de oorlog dood zijn; bet schavot zal dood
zijn de grens zal dood zijnde dogmen zullen
dood zijn; de mensch zal leven. Boven alles
zal éen groot vaderland zijn: de geheele aarde(
en éene groote hoop: de geheele hemel.
liOnden. De Chileensche vloot bombardeerde
weder de stad Iquique;- de schade is gering.
Een Chileensch transportschip en drie geladen
Chileensche koopvaarders werden do or de Ruascar
genomen.
NAMEN
DER
PLAATSEN.
Ba-
rom.
afwij k.
Wind
Toestand der
richt.
krach t
lucht
zee
N. Shields
11.2
ZO
2
betr.
kalm
Sylt
deining
Hartlepool
12.7
ZZO
reg.
Swinemunde
1.4
ZW
3
1. bew.
Hamburg
4.6
ZO
3
betr.
Delfzijl
5.6
W
1
reg.
Groningen.
- 5.4
ZW
0
z. bew.
Helder.
5,6
ZW
3
z. bew.
kalui
Yarmouth.
ZW
4
bew.
kalm
Vlissingen.
4.2
ZW
3
1. bew.
Maastricht
3.7
ZW
3
betr.
Valentia
1.2
NW
4
reg.
deining
Portsmouth.
6
goed
hol
Grisnez
4.2
ZW
5
bew.
Parijs
2
3
bew.
St. Mathieu.
1.5
WNW
4
i. bew.
Biarritz.
0.5
NW
3
reg.
Grootste verschil in Nederland
'b ochtends 8 urenM. 1.9 H.
des namiddags:
Barometer te Middelburg (Graanbeurs)762
Thermometer 5 Aug. 's av. 11 u. 6 6 gr
6 's morg. 8 u. 64 gr. 's midd. 1 u. 68 gr.
's av. 5 n. 65 gr.
Zitting van heden Woensdag 6 Augustus.
Voorzitter de heer Schorer.
Tegenwoordig 8 leden.
De voorzitter deelt mede dat de heeren Lam-
brechtsen van Ritthem, Van Eekelen, Snouck
Hurgronje, Dronkers, Nagtglas en Luteijn wegens
uitstedigheid, en de heeren Damme en De Wind
wegens ziekte verhinderd zijn deze vergadering
bij te wonen en dat, aangezien geen genoegzaam
aantal leden tegenwoordig is om besluiten te
nemen, de vergadering op nieuw zal bijeenge
roepen worden tegen Vrijdag aanstaande, 's na
middags te een uur.
Inmiddels doet de voorzitter mededeeling van
eenige ingekomen stukken, waaronder een missive
van den minister van binnenlandsche zaken
houdende goedkeuring der verhooging der jaar
wedde van den leeraar in de Fransche taal aan
het gymnasium; een adres van mej. H. J. Boone,
verzoekende om, tengevolge harer benoeming tot
onderwijzeres te Delft, eervol te worden ontslagen
als onderwijzeres aan de gemeente gymnastiek-
school; een schrijven van den heer dr. B. J.
Goethart, benoemd tot leeraar aan het gymnasium
alhier, houdende mededeeling dat hij, ook benoemd
zijnde aan het gymnasium te Rotterdam, aan deze
laatste benoeming de voorkeur geeft en eindelijk
van een missive van den heer A. W. van der
Toorn, inspecteur van het ijkwezen, houdende
bericht dat door hem aan den minister is gerap
porteerd omtrent de opening van het nieuwe
ijkkantoor.
De voorzitter deelt hierbij mede dat de inspec
teur zijn dank betuigt voor de welwillende en
ruime wijze waarop de overeenkomst is uitge
voerd en den gemeente-bouwmeester, den heer Will,
lof brengt voor de moeite en zorg en de beleid
volle wijze, waarop hij zich van zijn last heeft
gekweten, waardoor eene inrichting is verkregen
die onder de beste van het land kan worden geteld
Aangezien er verder geene zaken kunnen be
handeld worden, sluit de voorzitter de vergadering.
De minister Jules Ferry heeft eene belangrijke
rede uitgesproken bij de prijsuitdeeüng van de
lycées en colleges van Parijs en Versailles, die
behooren onder het ressort van de université de
France. In die redevoering hoorde men twee
hoofdgedachten, die van den politieken man, die
aan bet hoofd van het departement van onderwijs ge
plaatst, allereerst iederen elericalen invloed op hot
onderwijs wil weren, en van de specialiteit op
ouderwijs gebied, die in den tot beden gevolgden
sleur van het onderwijs in de klassieke talen eene
ingrijpende verandering wil brengen. Wat de
politieke man zeide, kunnen onze lezers zich haast
wel voorstellen. De strijd tegen de ultramontanen
is internationaalen hoe noodzakelijk ook, toch
zoo afgezaagd, dat het zeer moeilijk is daarin
een nieuw gezichtspunt te vinden. Belangrijker
komt ons voor wat de onder wijs-specialiteit sprak.
„Is de methode, zeide bij, door de uni
versiteiten in de vorige eeuw aan de jezuïeten
scholen ontleend, de methode, die het Latijn als
eene levende taal wil beschouwen, en die voor