f Voorstel tot vaststelling der grenzen van
de werken tot zeewering en oeververde
diging aan den calamiteusen Anna-Frlso-
polder.
daarvan kan derhalve nimmer komen ten laste van
een der polders.
Het algemeen verslag der afdeelingen wordt uitge
bracht door den heer Vader.
Aan het onderzoek in de afdeelingen hebben deel
genomen 40 leden, waaronder 5 leden van gedeputeerde
staten. -
In geene der drie afdeelingen is bedenking ingebracht
tegen het onderwerpelijk voorstel.
De voorzitter deelt mede dat dit verslag aan
gedeputeerde staten geen aanleiding heeft gegeven
tot wijziging van hun voorstel. Daar niemand over
dit voorstel het woord verlangt te voeren en ook geen
hoofdelijke stemming verlangd wordt, wordt het
voorstel van gedeputeerde staten zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
Na raadpleging van den hoofdingenieur van den
waterstaat is het gedeputeerde staten noodzakelijk
voorgekomen dat voor den calamiteusen Anna-Friso-
polder worden vastgesteld de in art. 69 van het
reglement voor de calamiteuse polders of waterschap
pen bedoelde grenzen der werken tot zeewering of
oeververdediging.
Zij stellen alzoo voor te besluiten:
Vast te stellen de grenzen van de werken tot zee
wering of oeververdediging van den calamiteusen
Anna-Frisopolder, zooals die zijn aangewezen op de
bij dit besluit gevoegde kaart en waarvan de beschrij
ving is als volgt
1° tusschen de bedoelde werken en die van den
aangrenzenden Sophiapolder
De grenslijn gaat door het snijpunt van het midden
der kruinen van den zeedijk van den Sophiapolder
en den dijk tusschen dezen en den Anna-Frisopolder.
Zij maakt met den zeedijk van dien polder een hoek
van 75»,
2® tusschen de bedoelde werken en die van den
aangrenzenden Jacobapolder
De grenslijn gaat door het snijpunt van het midden
der kruinen van den zeedijk van den Anna-Frisopolder
en den dijk tusschen den Jacoba- en den Anna-Friso
polder. Zij maakt met den zeedijk van dien polder
een hoek van 60®.
Dit besluit is door gedeputeerde staten ontworpen
in overleg en met medewerking van den hoofdinge
nieur. De grenslijnen zijn ongeveer rechthoekig ge
nomen op de vermoedelijke latere richtingen van de
laagwaterlijn, hetgeen als het meeBt normaal wordt
beschouwd en als voor de aangrenzende polders eer
te gunstig dan te ongunstig.
Van de belanghebbende besturen heeft alleen dat
■van den Jacobapolder bedenking daartegen mede.
gedeeld.
Zij luiden als volgt:
Naar aanleiding der missive van 9 Mei 1879 no.
1883/114 heeft het bestuur van den Jacobapolder de
eer mede te deelen, dat ingelanden van gevoelen zijn,
dat, daar als punt van uitgang voor de scheidinglijn
is genomen het snijpunt van de kruinlijnen der dijken
van Anna-Friso- en Jacobapolder, terwijl de lijn verder
loodrecht op eene later vermoedelijk te ontstane laag
waterlijn is bepaald, deze scheidingljjn op zeer onze
kere gronden is aangenomen, daar eene later misschien
te ontstane laagwaterlijn, toch bezwaarlijk als punt
van uitgang voor eene grenslijn kan worden genomen.
Ingelanden zijn van oordeel dat, daar de dijk tus
schen den Anna-Frisopolder eu Jacobapolder, geheel
op grond van den Anna-Frisopolder ligt en ook door
den Anna-Frisopolder is gelegd, de lijn vallende in het;
verlengde der lijn getrokken door het midden der:
bermsloot al3 grensscheiding diende aangenomen te<
worden en mocht men van oordeel zijn dat de grens
dan in het voordeel van den Jacobapolder zoude aan
genomen worden, in ieder geval als punt van uitgang
voor de lijn der grensscheiding diende genomen te
worden, het snijpunt der lijnen gaande door het midden
der bermslooten in den Jacobapolder; omdat dan de
dijk door Anna-Frisopolder aangelegd, ook geheel
blijft ten laste van het bestuur der waterkeering.
De hoofdingenieur bericht, na raadpleging met den
ingenieur, aan gedeputeerde staten het volgende:
De grensscheiding tusschen de Anna-Friso- en Jaeoba-
polders zoo als die is voorgesteld, is m. i. eer in het
voor- dan in het nadeel van den Jacobapolder.
Rationeel toch is de aanneming van het snijpunt
van het midden der kruin van den scheidingsdijk
met het midden der kruin van den zeedijk als aan
vangspunt. In den regel is dit zoo ook aangenomen en
dan is zelfs het aanvangspunt eerder te veel naar de
zijde van den Jacobapolder. Wegens de ongelijkheid
der kruinen in hoogte is voornoemd snijpunt niet
juist te bepalen.
De waarneming der richting loodrecht op een ver
moedelijke latere laagwaterlijn is ook geschied in
belang van den Jacobapolder. Nam men die richting
haaks op de tegenwoordige laagwaterlijn, hetgeen an
ders het rationeelst is, zoo zoude zulks in het nadeel
van den Jacobapolder zijn. Werd het verlangen van
den Jacobapolder gevolgd, namelijk de verlenging van»
het midden der bermsloot, dan zoude een gedeelte
van den zeedijk van den Jacobapolder door Anna-
Friso moeten worden onderhouden hetgeen m. i. niet;
kan toegestaan worden.
Wel is bij den Vlietepolder bij de scheiding met
den Thoornpolder op die wijze de scheiding aangenomen,,
maar daardoor onderhoudt ook feitelijk de Vlietepolder
een klein gedeelte van den dijk van den Thoornpolder^
Op grond van het bovenstaande geeft de hoofdinge
nieur in overweging de voorgestelde grens aan te-
houden.
De heer Vader brengt het algemeen verslag der-
afdeelingen uit.
Aan het onderzoek in de afdeelingen hebben deel
genomen 40 leden, waaronder 5 leden van gedeputeerde
staten.
In éene afdeeling kon men zich algemeen vereenigen
met het onderwerpelijk voorstel.
In eene andere afdeeling desgelijks; zoomede in
eene derde afdeeling, waarin echter door een lid de
bewering van den Jacobapolder niet ongegrond werd-
geoordeeld, dat het territoir van ADna-Frisopolder zich
uitstrekt zoo ver als deszelfs dijken en dijksbermen,
en dat daarop bij de bedoelde demarcatie behoorde»
gelet te worden.
De voorzitter deelt mede dat gedeputeerde staten
het verslag hebben overwogen, doch daarin geen aan
leiding gevonden hebben wijziging in hun voorstel te
brengen en opent de beraadslaging.
De heer Vader zegt bij de behandeling der zaak
in zijne afdeeling bedenkingen te hebben geopperd,
die niet voldoende opgelost zijn en verlangt hoofdelijke-
stemming over dit voorstel. Het komt spreker voor
dat de grens ontegenzeggelijk is zoo als in het.
sehrijven van het bestuur van den Jacobapolder van»
30 Mei is aangetoond midden door de bermsloot
van den Jacobapolder. De Anna-Frisopolder is 40 jaren,
vóór den Jacobapolder bedijkt en had toen als grens
den noordwestelijken zeedijk en een gedeelte berm..
Dat was het grondgebied van dien polder, en is dat»