BUITENLAND.
Laatste berichten.
Benoemingen en besluiten.
Onderwijs.
Kerknieuws.
Marine en leger.
Kunst nieuws.
Land bouw.
Rechtszaken,
Thermometerstand.
Gemeenteraad van Middelburg,
Algemeen Overzicht.
te vinden is, een einde aan gemaakt kon worden.
Het wordt waarlijk al te erg.
Uit het jaarverslag der in 1871 opgerichte
spaarbank van het departement Ter Neuzen der
maatschappij Tot nut van 't Algemeen blijkt dat
over 1878—79 aan 120 deelnemers f 7028.77 aan
inlagen en renten verschuldigd was, terwijl het
in kas zijnde kapitaal, met inbegrip van het te
goed, bedroeg f 7610.27, zoodat het reservefonds
f 581.50 beloopt.
De Eotterdamsche correspondent van het
Haagsche Dagblad heeft weder eene onwaarheid
verteld door te beweren dat, naar thans gebleken
was, de spaarbank te Rotterdam voor een aan
zienlijk bedrag aan obligatiën in de Afrik. Handels-
vereeniging betrokken was. De heeren Mensing
en Doesburg, bestuurders van het Rotterdamsch
departement der maatschappij Tot Nut van 't Al
gemeen, verklaren in de N. R. Ct bij hun onder
zoek, op den 2en dezer, naar den aard der
eigendommen van de spaarbank te hebben
bevonden, dat deze geen enkel aandeel of obligatie
der Afr. Handv. bezit of ooit bezeten heeft.
Een leugen meer of minder komt er, waar het
Rotterdamsche zaken betreft, voor het Haagsche
Dagblad niet op aan. Maar het is te betreuren
dat men niet voorzichtiger is in 't opnemen van
berichten, welke ten nadeele kunnen strekken
eener inrichting van zoo algemeen belang als de
spaarbank.
Onder voorzitterschap van den heer mr. D. van
Eek werd gisteren te 's Gravenhage de algemeene
vergadering van het Nederlandsch Vredebond
gehouden.
Door den algemeenen secretaris, mr. G. Belin-
fante, werd het verslag uitgebracht, waaraan het
volgende ontleend is.
Had de vrede-zaak in Nederland nog niet de
vorderingen gemaakt, die men juist van een zoo
vrede-minnend en handeldrijvend land als het
onze mocht verwachten, vooral in Italië en Oos
tenrijk was in het laatste jaar de oprichting van
vredebonden sterk toegenomen. Was federatie
der vredèvereenigingen het naaste doel, dat het
Nederlandsche Vredebond zich voorstelde, het was
slechts een middel óm tot tweeërlei einddoel te
gerakenontwapening en arbitrage.
Het verslag wijst op het steeds klimmend belang
der ontwapening en toont door cijfers aan, dat
alleen in Engeland, Duitschland, Frankrijk, Rus
land, Oostenrijk en Italië thans 2,100,000 man,
in vredestijd, onder de wapenen staan, de staten
van den tweeden en derden rang niet medegere-
kend. Vooral onder den .financieelen last gaan
de volken gebukt en door dien steeds toenemen-
den aanwas van militaire uitgaven worden de
kapitalen aan grootsche ondernemingen van handel
en nijverheid onttrokken.
Daarna werd breedvoerig de stand van de
quaestie der internationale arbitrage medegedeeld,
werden de redenen ontvouwd, waarom het Ber-
lijnsch tractaat aan de arbitrage-clausule van het
Parijsche vrede-congres geene gezaghebbende
kracht heeft gegeven, en werd het leedwezen
uitgedrukt, dat ook sedert de motie Van Eck-
Bredius van 1874, de opvolgende Nederlandsche
regeeringen in geen enkel sedert gesloten tractaat
de arbitrage-clausule hebben opgenomen.
Eindelijk werd een schets gegeven van de
werkzaamheid van het bestuur van het Neder
landsche Vredebond in het verloopen tweejarig
tijdvak en werden de middelen besproken, waar
door het Vredebond, dat in weerwil van vergui
zing, in overleg met buitenlandsche staatslieden
zijne taak onafgebroken vervolgt, in Nederland
duurzaam zou kunnen worden gegrondvest.
De St.-Ct bevat een kon. besluit houdende:
lo bepaling dat de Oosterspoorweg van de
Hollandsche IJzeren Spoorwegmaatschappij mede
zal worden gebruikt ten behoeve van den spoor
weg ter verbinding van den staatsspoorweg noor
delijk van den St. Anthoniedijk met het entrepotdok
te Amsterdam;
2o vaststelling van het reglement voor het
gemeenschappelijk gebruik van een gedeelte van
den Oosterspoorweg van de Hollandsche ijzeren
spoorwegmaatschappij voor den dienst:
a van dezen spoorweg;
b van den spoorweg in verbinding van den
staatsspoorweg, noordelijk van den St. Anthonie
dijk met het entrepotdok;
c van de spoorwegen ter verbinding van den
Nederlandschen Rijnspoorweg met den staatsspoor
weg té Amsterdam.
ruk vaart commissaris sen. Op verzoek, eervol
ontslag verleend aan mr. W. A. P. Verkerk
Pistorius, als Nederlandsch commissaris voor de
Rijnvaart, onder dankbetuiging voorde door hem
in die betrekking bewezen diensten.
Als zoodanig is benoemd W. A. baron van
Verschuer, administrateur der afdeeling handel
en nijverheid bij het departement van water
staat enz.
notarissen. Benoemd tot notaris binnen het
arrondissement Rotterdam, ter standplaats de
gemeente Rotterdam, J. J. L. Mees, candidaat-
notaris aldaar.
rechterlijke macht. Benoemd tot kanton-
rechter-plaatsvervanger te Oirsehot H. W. J. San-
nes, ontvanger der registratie en domeinen aldaar.
Tot kantonrechter-plaatsvervanger te Tholen A.
M. de Kruyff, ontvanger der registratie en do
meinen aldaar.
Deze laatste benoeming is onder Laatste Berichten
in een gedeelte der oplaag van ons vorig nommer
medegedeeld.
Benoemd tot griffier bij het kantongerecht te
Sommelsdijk mr. E. van Popta, advocaat te
's Gravenhage.
leger. Op nonactiviteit gesteld, in afwachting
dat omtrent hen nader zal worden beschikt, de kol.
jhr. K. W. de Koek en de majoor V. W. R. baron
Bentinek tot Schoonbeten, beiden van den grooten
staf, laatstelijk adjudanten van nu wijlen Z. K. H.
de prins van Oranje, en zijn gemelde hoofdofficieren,
in verband daarmede, in hunne rang overgeplaatst,
eerstgenoemde bij het wapen der infanterie en
laatstbedoelde bij dat der cavalerie.
Aan de rijks-universiteit te Leiden is bevorderd
tot doctor in de rechten de heer C. Lucasse, van
's Heer Arendskerke, met een academisch proef
schrift Over het huwelijk bij volmacht. (Onder
Laatste berichten gisteren reeds medegedeeld).
Vlissingcn, 3 Juli. Door den kerkeraad
der N. H. gemeente alhier is tot predikant beroe
pen de heer M. A. Adriani Nz. thans te Maarssen.
TlissSngesi, 3 Juli. De heer O. Mees 2°
luitenant bij het 3® regiment infanterie, alhier in
garnizoen, is overgeplaatst bij het 8e regement
van dat wapen. Garnizoensplaats vermoedelijk
Doesburgh.
De veertienjarige prins Herman, zoon van
den vorst van Waldeck-Pyrmont, broeder van
onze koningin, zal, zijn opleiding ontvangen als
zeeofficier en bij den aanvang van den nieuwen
cursus op het koninklijk instituut voor de marine
worden geplaatst.
4
/Amsterdam, 3 Juli. Tot óns leedwezen
vernemen wij dat de heer J. H. Albregt, de
uitstekende en algemeen geachte tooneelspeler,
na reeds geruimen tijd ziek te zijn geweest, thans
op 't uiterste ligt. De geneesheeren schijnen alle
hoop op herstel te hebben opgegeven.
In de vergadering der Gelder sche Maatschappij
van Landbouw kwam o. a. de vraag ter sprake:
„Meent men dat de daling van de prijzen der
landerijen een doorgaande zal zijn of acht men
die het gevolg van een paniek?
„Wat denkt men omtrent de daling der pacht
prijzen in verschillende deelen van ons land?
Waarvan zijn die het gevolg?
„Van welken invloed, meent men, dat de uit
voer van landbouwproducten uit Amerika, met
name van varkensvleesch, op de prijzen dier
producten hier te lande zijn zal Zullen die er
te zeer door worden gedrukt en welk is het
middel om aan dat gevaar te ontkomen
De heer Hartog, die van het standpunt uitgaat,
dat de daling van de landbouwproducten het
gevolg is van grooter aanbod uit Amerika, heeft
aldaar allerlei berichten ingewonnen, en is tot de
slotsom gekomen, dat een verdere daling van de
prijzen niet verwacht kan worden. Kan men dan,
in dat vertrouwen, hier te lande de mededinging
tegenover Amerika volhouden? Op die vraag
antwoordt hij toestemmend onder het beding: 1°
dat de pachtprijzen redelijk zijn; 2° dat de grond
goed wordt behandeld, en 3° dat uit den bodem
worde gehaald wat er uit te halen is. Op de
bekende oeconomische gronden is hij tegen het
heffen van rechten bij den invoer hier te lande.
Daarentegen behoorde de regeering, naar zijn
meening, den landbouw in zoover te steunen,
door hem in de grondbelasting niet exceptioneel
zwaar te treffen. Die belasting diende althans
tot een minimum te worden herleid. In dien zin
wenschte hij, dat stappen bij de regeering worden
gedaan.
Door den heer Van der Woude werd de stelling
ontwikkeld, dat de positie hier ongezond is ge
worden, doordien het kapitaal, na groote verliezen
in effecten te hebben geleden, zich op landbezit
heeft geworpen, waardoor de waarde van den
grond tijdelijk onevenredig hoog werd opgevoerd.
In de afdeelingen gingen evenwel ook stemmen
op tegen vermindering van grondbelasting, omdat
die zaak hier te lande thans niet aan de orde is-
wel de herziening van de belastbare opbrengst
der ongebouwde eigendommen en dat die herzie
ning plaats zal hebben, daarover verheugde men
zich in niet geringe mate, doordien men van
oordeel was dat daardoor elke overdreven voor
stelling van winst zou vervallen en de landbouwer
niet boven zijn krachten zal worden belast.
Die meening vond in de sectie vrij algemeen
steun, en als van zelf kwam men daardoor tot
een conclusie die lag buiten de vragen, hij den
beschrij vingsbrief gesteld. Die conclusie was deze
dat zoo veel mogelijk dient te worden
gezorgd dat bij de herziening van de belastbare
opbrengst der ongebouwde eigendommen, die type
niet te hoog werd gesteld.
De heer Van Dedem stelde voor, dat het hoofd
bestuur door de algemeene vergadering zal worden
uitgenoodigd het oog te houden op de taxatie
van de gronden als type voor de geheele provincie
en dat het, indien daartoe aanleiding mocht
blijken te bestaan, zich met zijn bezwaren tegen
te hooge taxatie zal wenden tot de regeering.
Die conclusie werd bij acclamatie aangenomen.
Met den hoofdonderwijzer der Christelijke na
tionale school te Alkmaar, die door het gerechts
hof te Amsterdam wegens onzedelijke handelin
gen tot 2 jaren celstraf is veroordeeld (M. Ct van
2 dezer) wordt, naar ons uit Wissenkerke gemeld
wordt, niet bedoeld de heer H. S. Loran, vroe
ger gedurende zes jaren hoofdonderwijzer aan de
Chr. Nat. school aldaar en sedert 1 Januari 1879
te Alkmaar. De veroordeelde heet, volgens on
zen berichtgever, J. Ch. Hormei en werd reeds
een jaar geleden door de commissie te Alkmaar
ontslagen, onmiddellijk nadat er ongunstige ver
moedens omtrent hem gerezen waren.
Oostburg, 2 Juli. Heden namiddag geraakte
hier een paard op hol, dat gespannen was voor
een tilbury, waarin een 3tal heeren uit Sluis
zich bevonden. Het ongeval ontstond door het
aanrijden tegen een wiel van een stilstaanden,
zwaar geladen vrachtwagen. Door den schok
braken de beide triemen brancardsvan de til
bury en stortte het rijtuig voorover tegen het
achterdeel van het paard, dat door den schrik
niet te houden was.
Gelukkig werden de passagiers spoedig uit het
rijtuig geworpen, want een 100tal meters verder
sloeg het rijtuig tegen een arduinen paal bijna
geheel aan stukken, en geraakte het paard los,
dat aan het. einde der straat werd opgevangen.
Met eenige kleine kwetsuren aan handen en bee-
nen zijn de passagiers vrijgekomen.
De erfprinses van Saksen-Meiningen, doch
ter van den Duitschen kroonprins, is, vergezeld
van prinses Maria van Saksen-Meiningen, eergis
teren te Scheveningen aangekomen.
De nieuwe kies vereeniging Algemeen Belang
te Rotterdam heeft van de aan dé beurt van af
treding zijnde leden van den gemeenteraad niet
weder candidaat gesteld de heerendr. van der
Looy, van Andel, Weymans Ligtenberg, Thijsen,
Mirandolle, mr. van Raalte en Mart. Hij mans de
laatste had voor het lidmaatschap bedankt.
GïouJmge:». Door de provinciale staten van
Groningen is, met 23 van de uitgebrachte 42
stemmen, tot lid der eerste kamer gekozen, ter
vervanging van den heer Geertsema, de heer
Cremers, oud lid dier kamer.
liondeu. De regeering heeft de stukken be
treffende Egypte overgelegd. Volgens eene dépêche
van lord Salisbury was het karakter van den
khedive de eenige hinderpaal tegen de noodige
hervormingen. Verandering van politiek was alleen
mogelijk door vervanging van den vroegeren
khedive.
2 Juni. 's. av. 11 u. 53 gr.
3 Juli 's morg. 8 u. 58 gr. 'a midd. 1 u. 61 gr.
's av. 5 u. 59 gr.
Zitting van heden 3 Juli.
Voorzitter de heer Schorer.
Afwezig de heer Lambrechtsén van Ritthem,
wegens verblijf buitenslands.
De notulen van het in de vorige vergadering
behandelde worden gelezen en goedgekeurd.
Op voorstel van den voorzitter wordt de be
noeming van een lid in het bestuur der gods
huizen uitgesteld tot dat de plaats van den heer
Tak als lid van den raad zal zijn aangevuld.
Daarna wordt door burg. en weth. overgelegd
de aanbevelingslijst voor de vervulling der plaatsen
van leeraar aan het gymnasium, opgemaakt door
curatoren van het gymnasium, na verhoor van
den inspecteur van het gymnasiaal onderwijs.
Als rector en als conrector worden, voor zooveel
noodig bij continuatie aanbevolen de heeren
dr. H. Polman Kruseman en dr. J. G. Voegler,
en eveneens voor leeraar in de Engelsche taalde
heer P. H. van Moerkerken.
Als leeraar iu de oude talen wordt aanbevolen
de heer dr. W. A. Lehman de Lehnsfeld, als
tijdelijk leeraar voor den tijd van éen jaar, en
als leeraar in de oude talen en de Nederlandsche
taal en letterkunde, dr. B. J. Goedhart te
Utrecht.
Als leeraar voor de geschiedenis en aardrijks
kunde wordt aanbevolen de heer B. H. Steringa
Knijper, doctorandus in de letteren té Utrecht.
Als leeraar in de wiskunde dr. P. A. Knotten
belt, leeraar te Delft en de heer A. A. Beekman,
le luitenant ingenieur te Utrecht.
Als leeraar voor de hoogduitsche taal de heer
F. G. de Liefde.
Als leeraar in de natuur- en scheikunde
dr. J. J. Couvée.
Als leeraar in de natuurlijke historie de heer
H. Gerth van Wijk.
Als leeraar in de gymnastiek de heer G. Keijzer.
Daar het curatoren gebleken is, dat er onmo
gelijkheid bestaat om de betrekking van leeraar
in de Fransche taal te doen vervullen voor de
vastgestelde jaarwedde van f 800, veroorloven zij
zich de vrijheid den raad voor te stellen, die
onder nadere goedkeuring des konings te verhoogen
tot f 1500, en in afwachting dier goedkeuring,
voor zooveel noodig bij continuatie, te benoemen
den heer D. van Oostveen. Curatoren meenen
den raad de verzekering te mogen geven, dat
beneden eene som van 1800 als jaarwedde,
geene vreemde sollicitanten zich zullen aanmelden.
Tevens geven zij in overweging, bij die aan
stelling de voorwaarde te voegen dat de beer
Van Oostveen zich zal moeten belasten met het onder
wijs in de Nederlandsche taal in een of meer der
laagste klassen.
Na voorlezing dezer aanbevelingslijst gaat de
zitting over in eene met gesloten deuren.
De vergadering heropend zijnde worden, nadat
de heer Fokker zijne bezwaren tegen het benoe
men van de leeraren die aan de R. H. B. S.
werkzaam zijn, heeft ontwikkeld, de heeren Pol
man Kruseman, Voegler en van Moerkerken
zonder hoofdelijke stemming bij continuatie be
noemd; de jaarwedde van den leeraar in het
fransch op f 1500 bepaald en voor die betrekking
bij continuatie de heer Van Oostveen benoemd.
De benoeming der andere leeraren wordt aan
gehouden tot het einde der vergadering.
Nadat eenige uitgelootte en afgeloste obligatiën
zijn vernietigd, komt in behandeling het verzoek
van mej. A. H. Jansen, om eervol ontslag als
hulponderwijzeres op school A.onder mededee-
ling dat bij burg. en weth., evenmin als bij de
pl. schoolcommissie daartegen bezwaar bestaat,
stellen burg. en weth. voor het gevraagd ontslag
met 1 Aug. a. eervol te verleenen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt alzoo be
sloten.
Op voorstel van den heer Van Hoek wordt de
benoeming van een commissaris in het bestuur
over de brandweer uitgesteld tot September.
De commissie in de vorige zitting daartoe
benoemd, brengt bij monde van den heer Van
Hoek rapport uit omtrent de met den heer Van
Leeuwen te sluiten overeenkomst.
Ingevolge het advies worden burg. en weth.
gemachtigd die overeenkomst aan te gaan.
Na de mededeeling van den voorzitter dat de
heer Liebert zich zijne benoeming tot tijdelijk
wethouder heeft laten welgevallen, wordt over
gegaan tot de benoeming van leeraren aan het
gymnasium.
Ingevolge de voordracht worden benoemd in
de vakken hierboven vermeld: dr. Goedhart met
algemeene stemmen; de heer Steringa Kuyper
met 13 stemmen (de heer Frederihs verkreeg 2
stemmen)dr. Knottenbelt met 11 stemmen (de
heeren Beekman en Pimentel verkregen er ieder 2)
de heer De Liefde met algemeene stemmen
dr. Couvée met 11 stemmen (4 briefjes in blanco), de
heer Gerth van Wijck met algemeene stemmenter
wijl tot leeraar in de gymnastiek de heer P. B. Oost
Lievense benoemd werd (de heer Keyzer verkreeg
5 stemmen en 2 briefjes waren in blanco). Ein
delijk werd de heer Lehman de Lebensfeld zonder
hoofdelijke stemming bij continuatie benoemd.
Daarna is aan de orde de benoeming van een eerste
en tweede hulponderwijzeres aan de school D.
(hoofdonderw. mej. Achilles). Op de voordracht
zijn geplaatst voor le hulponderwijzeres mej.
Agatha Schouten, te Gouda en voor 2e hulpon
derwijzeres mej. K. van Rees, te Hellevoetsluis;
C. H. Koning te Middelburg en A. A. Jeronimus,
te Vlissingen.
Benoemd worden mej. Schouten met 11 stem
men (4 blanco briefjes) en mej. van Rees met
10 stemmen (op mej. Koning werden 5 stemmen
uitgebracht.)
Nadat de voorzitter heeft medegedeeld dat
tengevolge der benoeming van den heer Lievense
aan den raad zoo spoedig mogelijk eene voor
dracht zal worden gedaan betreffende een lokaal,
wordt de vergadering gesloten.
Wij besloten gisteren ons Overzicht met een©
aanwijzing van de onzekerheid, waarin men
verkeert aangaande hetgeen de Duitsche rijkskan
selier zal doen na de aanneming in de .tarief-
commissie van het voorstel Von Franckensteim
Het centrum begint den prins Von Bismarck
zware conditiën te stellen voor zijne hulp. Wij
ziging, zooniet intrekking, der Mei wet ten blijf, op
hun programma staan, en de keuze van een op
volger voor den heer Falk schijnt licht te moeten
geven in de zienswijze der regeering omtrent die
zaak. Een nieuwe eiseh is het gisteren medege
deelde voorstel Von Franckenstein, waardoor de
regeering afhankelijk blijft van de bijdragen
der verschillende staten, zoodra zij de rijksuit
gaven aanmerkelijk wil verhoogen. Toch heeft
dit voorstel voor den kanselier eene goede zijde.
De contröle der liberalen in den rijksdag wordt
er geheel door op zijde gezet, en Richter en
anderen kunnen met geen lastige cijfers de regeering
verlegen en den kanselier boos maken. Wordt
nu door deze concessies het centrum voor eenigen
tijd gewonnen, dan heeft prins Bismarck eene
vaste meerderheid, conservatief als hij zelf, die
hem helpen zal aan wat nog altijd zijn lievelings
denkbeeld is, maar wat de nationaal-liberalen niet
aanwilden, de naasting van alle spoorwegen door
den staat. Ook zou hij, steunende op die
meerderheid, nog lang de administratieve hervor
mingen kunnen tegenhouden, om welke een goed
deel der bevolking sedert lang vraagt. En bui
tendien is zijn verbond met de mannen van het
centrum heel wat natuurlijker dan dat met de
nationaal-liberalen, nadat de Pruisische regeering