BUITENLAND. Aflverteatiêa. •De Crediet-V ereeniging, Gemeenteraad van Viissingen, Algemeen Overzicht. Graanmarkten enz, fryzea van Effecten. «H- CO co AGENTSCHAP TE MIDDELBURG. deringen, zoo aangrijpende verliezen zijn geleden door het vaderland, en door de provincie. In het begin van dit jaar ontviel ons een vorst, zoo geëerd, zoo algemeen bemind, dat zijn droevig verscheiden nog van merkbaren invloed was toen, drie maanden later, de koning en de koningin plechtig werden ingehaald in de hoofd stad des rijks en in de koninklijke residentie. De dood van prins Hendrik wierp een sombere tint over die gewichtige gebeurtenis. Maar, al was de feestvreugde toen minder levendig, opnieuw werd bewezen dat de Nederlandsche natie hare prinsen niet slechts bij hun leven waardeert. Het bleek dat de deugden van den edelen vorst, aan wien ook de Zeeuwen zooveel waren verplicht, voortleven in de dankbare herinnering van het volk. De wond, door het heengaan van den onver- getelijken prins Hendrik geslagen, was dan ook nog ver van geheeld toen, vóór weinige weken, de prins van Oranje geheel onverwachts, in den bloei zijner jaren, te Parijs overleed. Aan hoe velerlei verwachtingen, M. H., is door die groote ramp voor ons vaderland de bodem ingeslagen hoeveel smart is daardoor veroorzaaktWij denken met eerbiedige deernis aan den koning en aan den hooggeschat ten prins, dien het verlies van zijn eenigen broeder met nieuwen weemoed vervult. Yan uwe deelneming in de herhaalde beproeving van het koninklijk huis zult gij, M. H., wanneer u daartoe zoo even het voorstel wordt gedaan, ongetwijfeld willen doen blijken. Maar ook de provincie bleef, sedert uw jongste samenzijn, niet van grievende slagen verschoond. Mij treft de gedachte, nu ik u wederom mag vergaderd zien, dat meer dan éen uwer rouw draagt over het verlies van geliefde naaste be trekkingen. Ik betuig mijn warm medegevoel met het leed, daardoor ondervonden. En met u allen betreur ik het overlijden van drie uwer geachte medeleden. Wij herdenken den waardigen Hermanus Gerard Hammacher, in zeer ver gevorderden ouderdom op het laatst van Januari te Groede gestorven. Na de invoering der provinciale wet tot lid der staten van Zeeland gekozen bleef hij daarin onafgebroken zitting behouden. In erustigen zin vatte hij steeds zijn mandaat op en wij weten met hoe grooten ijver hij, tot het laatste toe, belang stelde in ouze werkzaamheden. Drie maanden later bezweek te Zeist mr. Willem Phoenix Vis, sedert 1856 met het lidmaatschap der staten bekleed. Hij was twee jaren afgevaardigd in het gedeputeerd college, totdat hij in 1859 en van toen af jaar op jaar werd gekozen om in de gevallen, bij de wet voorzien, in die vergadering te worden geroepen. Bevordering van den landbouw was, ook in uwen kring, inzonderheid zijn nuttig en vruchtbaar streven. Eu hadden wij ons gevleid, na het afsterven van die twee verdienstelijke mannen, voor eenigen tijd althans het graf ge sloten te zien, die hoop is verijdeld. Den lOen der vorige maand stierf te Middelburg ook mr. Thomas Adriaan Lambrechtsen. Gij kent de uitnemende gaven van verstand en hart, die met hem voor ous zijn verloren gegaan. Voor gede puteerde staten, in wier midden hij veertien jaren lang uw welverdiend en vol vertrouwen had, is zijn gemis zeer groot; door hen, door velen uwer, door uw voorzitter niet bet minst, wordt hij betreurd als een vriend. M. H., zal onze levensmoed verflauwen onder al het leed, waarvan ik u gewagen moest Neen, wij trachten ook uit pijnlijke ervaring te leeren, en gij vergunt mij wel u het schoone woord van Beets te herinneren: „Gedenkt te sterven," ruischt langs zerken en zoden ons in 't oor. „Gedenkt te leven en te werken," klinkt daar met nadruk door." Ik heb Het voorstel tot het zenden van een adres van rouwbeklag aan den koning werd met acclamatie aangenomen en het bereids opgemaakt concept adres onveranderd goedgekeurd. De verschillende ingekomen stukken werden deels voor kennisgeving aangenomen, deels ter griffie voor de leden ter inzage gelegd en deels naar de afdeelingen verzonden. Na splitsing der vergadering in afdeelingen werd de volgende openbare vergadering, waarin de benoeming van een lid^van gedeputeerde staten en de benoeming van een lid, bedoeld bij art. 89 der provinciale wet, zal plaats hebben, bepaald op a. Vrijdag des morgens te 10 uren en de tegenwoordige gesloten. In de zitting van Dinsdag den l®n Juli is nog, behalve het verhandelde dat in ons nommer van gisteren werd medegedeeld, voorlezing gedaan van den navolgenden brief, ingekomen van den afge treden burgemeester, den heer H. P. Winkelman: „Mijne heerenHet is mij eene behoefte bij het nederleggen mijner betrekking als hoofd dezer gemeente, gedurende een tiental jaren met zoo veel lust en genoegen door mij bekleed, een woord van dank en sympathie tot u te richten. „Op hoedanige wijze deze betrekking door mij is vervuld geworden, staat niet aan mij te worden beoordeeld; maar dit weet ik, dat ik steeds zoo veel in mijn vermogen was de belangen der ge meente Viissingen heb getracht te bevorderen en het welzijn der ingezetenen te behartigen. „De grootsche werken en inrichtingen, door het rijk onder mijn bestuur in deze gemeente aange legd, heb ik, voor zoover dit van mij kon afhan gen, steeds getracht voor de stad mijner inwoning zoo productief mogelijk te maken, terwijl ik de geldelijke aangelegenheden van Viissingen, zooveel ik kon, heb trachten op te beuren. „Thans_ sta ik gereed deze mijne betrekking, waaruit ik op mijn verzoek, om redenen van ge zondheid, door Z. M. den koning eervol ben ont slagen, over te dragen op mijnen, door Z M benoemden opvolger. Met genoegen geef ik die betrekking over in handen van een man, van wiens voornemens om den bloei dezer gemeente te bevorderen, ik de grootste verwachtingen koester. „Moge hij dan ook door u met de meeste in genomenheid worden begroet en de achting en het vertrouwen, steeds aan mij geschonken, door op hem worden overgedragen. „Den leden van den gemeenteraad zeg ik dank voor de welwillendheid en toegenegenheid, steeds tan hen ondervonden en voorden steun en het ver trouwen mij geschonken bij onze gemeenschap pelijke beraadslagingen in het belang der gemeente. „U, mijne heeren 1 met wie ik gedurende die jaren het dagelijksch bestuur heb uitgeoefend, breng ik mijnen dank voor uwe hulp, uwe werk zaamheid en uwen ijver, waarmede gij mij steeds ter zijde stondt. „Vooral de welwillende en vriendschappelijke wijze waarop de voorkomende zaken door ons steeds zijn behandeld, maakte, dat ik mijne be trekking met zoo veel genoegen vervulde. „En in he bijzonder den oudsten wethouder zijt hier mijn hartelijke dank gebracht voor de uit nemende wijze, waarop hij gedurende mijne onge steldheid in de laatste maanden met zoo grooten ijver en nauwgezetheid mijne functiën heeft waargenomen, waardoor in den geregelden gang van zaken in het huishouden der gemeente geen de minste stoornis werd teweeg gebracht. „Den secretaris zèg ik dank voor zijne vele diensten en de bewijzen van welwillendheid en vriendschap steeds van hem ondervonden. „De gemeente-ambtenaren en bedienden voor de trouwe hulp waarmede zij mij ter zijde stonden. „En nu, mijne heerenhet ga u wel in alle opzichten, zoowel in uwe verschillende betrek kingen als in uw bijzonder leven. „Mogen uwe beraadslagingen onder mijnen op volger voor den bloei mijner vaderstad rijke vruchten voor de toekomst dragen en eindelijk onder zijn bestuur de zoolang gekoesterde ver wachtingen van handel en bedrijvigheid verwezen lijkt worden, en wel in die mate dat Viissingen en hare burgerij eenmaal tot een vroeger onge- kenden staat van bloei, leven en welvaart komen. „Dat zij zoo Drie ministers, die nog het meest vrijzinnige element in de Pruisische regeering vormen, heb ben hun ontslag ingediend, de heeren Hobrecht, minister van financiën, Friedenthal, minister van landbouw, en Falk, minister van onderwijs en eeredienst. De heer Hobrecht gaat heen, wijl de rijkskanselier omtrent de aanhangige belasting- quaestiën met het centrum eene overeenkomst had gesloten, waarin hij als minister van financiën niet gekend was. Dezelfde reden bestaat ook voor den heer Friedenthal, die echter redenen van gezondheid opgeeft. Van de aftreding van den heer Falk is, zooals men zich herinnert, reeds meermalen sprake geweest. Reeds sedert het vorige jaar, toen prins von Bismarck met de uitramontanen begon te onderhandelen, was de uitvoerder van den Eulturkampf niet meer op zijne plaats in het ministerie, en nu bij de behan deling van de financieele wetten eene vormelijke vriendschap gesloten is tusschen den kanselier en zijne vroegere vijanden van het centrum, nu de heer Windthorst den gastvrijen drempel van Bis- mareks woning wederom heeft betreden, kon de heer Falk niet blijven. Hij schijnt dan ook zelf gezegd te hebben, dat hij zijn ontslag nam om de onderhandelingen met het Vaticaan niet te bemoeilijken, en zijn heengaan is wellicht de voorbode van het tot stand komen van den lang gewachten modus vivendi. De Pall Mall Gazette meende reeds eergisteren de grondslagen van de overeenkomst te kunnen aangeven. De Duitsche regeering zou de bisschoppen benoemen onder goedkeuring van den pausde bisschoppen zouden de pastoors aanstellen onder goedkeuring van de regeering, en de geheeie geestelijkheid zou zich onderwerpen aan de in dezen zin uit gelegde Meiwetten. Voor de juistheid van dit bericht zouden wij niet gaarne instaan. Over geen enkele zaak worden zooveel proelballetjes opgeworpen dan over de verhouding van den pauselijken stoel tot verschillende regeeringen doch het valt niet te ontkennen, dat het bericht eenig gewicht ontleent aan de gelijktijdige aftre ding van den minister Faik. De onverwachte overeenstemming tusschen het centrum en de beide conservatieve partijen over de constitutioneele waarborgen schijnt geen recht- streekscben invloed op de ministerieele crisis te hebben uitgeoefend, hoewel zij daarop toch wel zal ingewerkt hebben. Zij behoorde tot die par lementaire verrassingen, zooals alleen mogelijk zijn bij eene verwarring in de staatkundige par tijen, welke de rijkskanselier zoo kunstmatig heeft in het leven geroepen. Bij de kern zijner vaste conservatieve garde voegt bij door een of ander compromis nu eens de nationaal-liberalen dan weder het centrum, zoodat deze, wanneer zij, als thans de nationaal-liberalen, door het hoofd van de regeering in den steek zijn gelaten, ver legen zijn met hunne houding en in eigen boezem oneenigheid voelen opkomen. Dat maakt de regeering weer sterker. Die „constitutioneele waarborgen" moeten strek ken om te zorgen, dat de opbrengst van de voor de schatkist zoo vruchtbare belastingen, welke men bezig is aan te nemen, niet geheel vrij ter beschikking van de regeeriug zullen blijven, maar dat het daarvan te maken gebruik jaarlijks in eene begrooting aan het oordeel van den rijksdag zal worden ouderworpen. De quaestie wordt meer gecompliceerd door eene tweede, welke er in 'de vorige week mede vermengd is. De waarborg, dat het Duitsche rijk niet te ruw met het geld zal omspringen, werd tot nu toe daarin gevonden, dat de rijksuitgaven bestreden werden door «laïWenfar-bijdragen van de verschillende staten, die natuurlijk ieder voor zich de uitgaven des rijks behoorlijk controleerden om niet te veel te betalen. De nationaal-liberale partij vond dat niet goed en wilde het rijk onafhankelijke inkomsten bezorgen, waarvoor dan de nieuwe rijksbelastin gen zouden moeten dienen, die heeten in haar gevolg eene vermindering te zuilen medebrengen van de directe heffingen van iederen staat, als deze niet meer in de rijkskas zal moeten storten. Dewijl nu de behoeften des rijks, waarvan op de begrootiug 1878/79 76 percent (408 millioen Mark door leger en marine werden in beslag genomen, aanmerkelijk kunnen uiteenloópen en het wensche- lijk is, dat jaarlijks de rijksdag vooral over dat hoofdstuk van uitgaven wordt geraadpleegd, had de heer Von Bennigsen in de tariefcommissie voor gesteld, om het bedrag der inkomende rechten op koffie en zout en den zoutaccijns jaarlijks bij begrooting vast te stellen. Bij de overige vaste belastingen zouden deze bewegelijke middelen een moderator voor de rijksuitgaven kunnen vormen. Dit plan der nationaal-liberalen, om de financieele onafhankelijkheid des rijks te paren aan de handhaving van het begrootingsrecht van den rijksdag, leed echter schipbreuk op eene over eenkomst tusschen beide conservatieve par tijen en het centrum, die de meerderheid vorm den, welke een ander voorstel van den heer Von Franekenstein aannam. Dit wil, dat het be drag der nieuwe belastingen, dat eene zekere som te boven gaat, naarmate van het aantal der be volking (dus naar denzelfden maatstaf, volgens welken de matricular-bijdragen werden geïnd) zou verdeeld worden onder de verschillende staten. Deze worden dus erkend als rechthebbende op de opbrengst der belastingen, waarvan zij een vast deel afstaan aan het rijk. Het begrootingsrecht van den rijksdag wordt buiten werking gesteld en de individualiteit der staten treedt weder op den voorgrond. Het wekt vooral bevreemding, dat de conservatieven aan dit besluit hebben medegewerkt, omdat de onaf hankelijkheid des rijks van de afzonderlijke staten steeds het streven is geweest van prins von Bismarck. Men wacht nu met zekere spanning hoe deze zelf zich over de zaak zal uitlaten. Raapolie op zes weken Amsterdam, 25 Juni. f 354. Lijnolie f 32. Amsterdam, 1 Juli. 2 Juli. ST AATSLEENINGEN, Nederl. Cert. N. W. Sch. 2j pet. dito dito dito. 3 dito dito dito. 4 België. Certificaten2J Frankrijk. Origin. Inschr. 3 Hongarije. Obl. Goudleen. 5 Italië. Cert. Adm. Amsterd 5 Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 dito Febr.-Aug. 5 dito Jan.-Juli.5 dito April-Oct. dito dito Goud 4 Polen. Obl. Schatkist 1844. 4 ÈPortug. Obl. Btl. 1853/1869. 3 dito dito 1876. 6 Kusland. Obl. Hope C. 1798/1815 5 Cert. Inschr. 5® Serie 1854. 5 dito dito 6" 1855. 5 Obligatiën 18625 dito 1864 f 1000 5 dito 1864 1005 dito 1877 dito5 dito Oostersche 1« serie5 dito 1872 gecons. dito. 5 dito 1873 gecons. dito. 6 dito 1850 le Leening dito. 4 j dito 1860 2® Leuning dito. 4j dito 1875 gecons. dito 4j Cert. Hope C° 1840 4 dito 2e, 3® 4e Leen. 1842/44. 4 Obligatie-Leening 1867/69. 4 dito dito 1859 3 Cert. van Bank-Assign. 6 Spanje. Obl. Buit. 1867/75. 1 dito dito 1876 2 dito Binnenl. Es. 5000-10000 1 dito dito 1876 2 Turkije. Obl. Alg. Sch. 1865 5 dito dito 1869 6 Egypte. Obl. Leening 1876 6 Spoorw. dito 1876 5 Fereen. Staten. Obl. 1876 44 dito - dito 1871 5 dito dito 1861 6 IBrar.illë. Obl. Londen 1865 5 dito Leening 1875 5 INDUSTRIEELS EN FIN AN ONDERNEMINGEN. Nederl. Afr. Hand.-V. Obl. 5 pet. Ned. Hand.-Maatsch. aand. rescontre. 5 Ned. Ind. Handelsb. Aand. Stoomvaartm. Java Obl. 5 dito Zeeland Obl5 dito gegarand. dito4j Oostenrijk. Aand. Nat. B. Duitscliland. Cert. Rijks- bank Adm. Amsterdam. SPOORWEG-LEENINGEN Nederland. Maats. t.Expl. St.-Spw. Aand Ned. Ind. Spoorw. Aand. Ned. Rnn-spw.volgef. Aand. N.-Brab. Boxt. Obl. 1875. 5 dito dito 2® Hypoth. Hongarije. Theiss.Sp. Obl. 5 Italië. Zuid-Ital. Spw. Obl. 3 Polen. Wars.-Bromb. Aand. W arschau-W eenen dito. Rusland. Gr. Sp.-Maats. Aand5 dito Hypoth. Obligatiën. 44 dito dito dito 4 Baltische Spoorweg Aand. 3 Chark.-Azow Oblig. 100. 5 Jelez-Griasi dito5 Jelez-Orel dito 1000. 5 Kiew-Brest Aand. 5 64f| 654 784 784 994 994 63j 63§ 634 64 574 57f 56|f 57f 584 59 584 584 67f 674 774 524 524 98f 96 f 964 55f 554 774 774 84f 914 914 884 884 884 894 55 544 84| 85 85^r 854 86 864 824 824 764 764 57^ 574 75A 754 594 364 37 154 154 374 37 144 144 334 94 9fj 124 12£ 474 474 1044 1014 1014 10214 1024 914 88 CIEELB 184 1024 10244 1284 97 97 1524 1 EN. 1 1 «S 54 794 794 474 474 58 574 1214 1224 88| 884 804 804 484 494 84 844 844 844 Losowo-Sewastopol f 1000. 5 Morschansk-Sysran. Aand. 5 Mosk.-Jaroslaw Obl. 100. 5 Mosk.-Kursk dito dito 6 Mosk.-Smol. dito dito 5 Orel-Vitebsk Obl. dito 5 Poti-Tiflis dito f 1000. 5 Riaschk-Wiasma Aand. 5 Amerika. Cent. Pac. Obl. 6 dito California Oregon dito. 6 Chic. N.-W. Cert. Aand. dito Mad. Ext. Obl. 7 dito N.-W. Union, dito 7 dito Winona St. Peter dito. 7 Illinois Cert. v. Aand. dito Redempt. Obl. 6 Union Pac. Hoofdl. dito. 6 FREMIE-LEENINGE Nederl. Stad Amst. ƒ100. Stad Rotterdam Gemeente-Crediet België. Stad Antwerp. 1874 Hongarije. Staatsl. 1870 Oostenrijk. Staatsl. 1860 dito 1864 Rusland. Staatsl. 1864 dito 1866 pet. 794 794 61 94 94 854 83£ 844 594 594 1064 107 99 954 954 107 107 103J 1054 1054 88 89 IO64 N. 1064 1074 1034 1034 944 944 95 95 88 884 1084 109 136 1404 142 1384 Prijzen wan coupons, Amsterdam, 2 Juli. Metall. f 21.55; dito zilver f 21.55; Div. Engelsche per f 11.70; Engelsche Portugal per I 11.95 Spaansche buitenlandsch 47.35'; idem Binnenland ƒ,2.324 Amerikaansche dollars in goud 2.444. Amsterdam, 1 Juli. Metall. 21.55; dito zilver f 21.55; Div. Eng. per f 11.70; Eng. met affidavit per f 11.95Eng. Portugal per f 11.95Frans, 47.40Belg. 47.40Pruis. f 58.55; Hamb. Russ. f Russen in Z. R. 1.164 Poolscbe per fl. Poolsche per Z. R. f Spaansche buitenlandsche 47.35Spaan sche binnenlandsche f 2.32 Amerikaansche dol lars in goud f 2.444papier f 2.444. Voorspoedig bevallen van eene Dochter J. M. H. DE BRUIJN—MOLENKAMP. Viissingen, 2 Juli 1879. Heden overleed na een langdurig en smartelijk lijdenmijn gelietde echtgenoote ELISABET ONDERDIJK, in den ouderdom van ruim 63 jaren. Middelburg, 2 Juli 1879. T. DE BRUIN. Aan alle vrienden en bekenden onzen hartelij- ken dank, voor de bewijzen van toegenegenheid en vriendschap, ons geschonken op ons AOjarig Huwelijk. Groede, den 27®n Juni 1879. J. SERLÉ en Echtgenoote, Kinderen en behuwdkinderen. De ondergeteekende betuigt, ook namens zijne kinderen, zijn hartelijken dank voor de vele bewijzen van deelneming, ontvangen bij het over lijden van zijn geliefden oudsten zoon. Dr. M. H. DAMME. Gevoelig voor de talrijke bewijzen van deelne ming, ondervonden bij het overlijden van onzen veelgeliefden zoon en broeder den heer W. G. VAN DER HELL, te Malang overleden, betuig ik, ook namens mijne kinderen en behuwdkinde- ren, onzen innigen dank. Middelburg, 2 Juli 1879. Wed®. M. A. VAN DER HELL— Spits. Ten gevolge van den BRAND die 30 Juni 11. in de Bellinkstraat G. 169 is ontstaan, werd aan eenige behoeftige bewoners der belen dende gebouwen eene voor hen niet onbelangrijke schade toegebracht. Mocht de bekende Middel- burgsche welwillendheid aan dat verlies wenschen te gemoet te komen, dan zijn de ondergeteekenden bereid zich met de ontvangst te belasten. De uitslag zal later worden medegedeeld. W". VAN UIJE ZONEN. J. C. W. ALTORFFER. P. M. DE LIGNY. P. J. DE CLOEDT. Verdaagde ALGEMEENE VERGADERING der Kiezersvereeniging „DE GRONDWETop Donderdag den 3en Juli 1879, des avonds te half aclit uurin het Concertgebouw. Namens het Bestuur, DIRK JERAS, Secretaris. (Kantoor: Heerenstraat, Poort Leenbank.) Neemt gelden aan a deposito, 'tzij in eens 't zij in gedeelten opvorderbaar tegen ver goeding van rente, bedragende thans 2% pet. Neemt aan vragen, tot Fr edict-verlec- nlng ln ontvangst van f 1ÜOO tot f 60,OOO. De Agent DE KANTER. Groote en kleine kapitalen zijn be schikbaar als Hypotheek op Fand en op Gebouwen, ten kantore van J. A. TAK C° Agenten van de Rotterdamsche Hypotheekbank. X

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 3