N«. 139. 122*Jaargang: 1879.
Rijweg naar Kleverskerke.
Valsche IJkmerken.
Dit blad verschijnt dagelijks,'
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Fry» pèp? 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke hqihmers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.
Advertentiens 20 Cent per regeL
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,5*.
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend haar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor ffët Buitenland: de Compagnie générale dé publicité étrangère G. L. Daub* en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones.
Middelburg 14 Juni.
Mr. G. N. DE STOPPELAAR,
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
maken bekend:
dat bet verkeer met rij- en voertuigen langs
den klinkerweg naar Kleverskerke, wegens daar
aan te verrichten herstellingen, tot wederopzeggens
is gestremd.
Middelburg, den 13 Juni 1879.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
N. C. LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM, l. b.
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAR.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
gezien de circulaire van gedeputeerde staten
van Zeeland van den 7'Juni 11. n° 155 (Provin
ciaal blad n° 56),
maken bekend:
dat het muntcollege heeft verklaard, dat
op koperen gewichten met het fabrieksmerk een
loopend viervoetig dier (een vosje), valsche ijk-
merken 8, L, voorkomen, onder opmerking:
1° dat de letter L van het goedkeuringsmerk
een veel schuiner stand heeft dan die der valsche
merken
2° dat de lengte doorsneden der valsche kan-
toormerken over het geheel kleiner en de num
mers (8) grooter zijn dan die van de echte stempels
3° dat de openingen in de 8 niet zoo zuiver
zijn en bij sommige afslagen zoo goed als geheel
ontbreken.
Vermits reeds verscheidene partijen gewichten
van bovenomschreven merken voorzien, ontdekt
en aangehouden zijn, worden de ijkplichtigen, op
de bedoelde uitspraak van het muntcollege op
merkzaam gemaakt en gewaarschuwd om zich
bij het koopen van nieuwe koperen gewichten,
ter voorkoming van schade, eerst van de echtheid
der merken te vergewissen.
Middelburg, den 13 Juni 1879.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
N. C. LAMBRECHTSEN VAN RITTHEM, l. b.
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAR.
Bij de eerste stemming voor de verkiezing
van een lid der provinciale staten hebben wij
ons van inmenging onthouden. De oorzaak
dier onthouding lag niet in gemis van belang
stelling, maar daarin dat tussehen de verschil
lende candidaten, die vooropgesteld werden,
niet een zoodanig kenmerkend verschil in
richting en denkwijs bestond, dat aanbeveling
van den een, welke moest neerkomen op be
strijding van de anderen, voor ons plicht zou
zijn geweest. Reeds meer dan voldoende in
beslag genomen door onze deelneming aan de
verkiezingen voor de tweede kamer, hebben
wy daarom bij deze gelegenheid de kiezersin
hunne keuze tussehen de heeren De Stoppe
laar, Van Teijlingen en Snijders ongemoeid
willen laten.
Bij de herstemming op aanstaanden Woens
dag is de toestand veranderd. De verkiezin
gen voor de kamer zijn voor 'toogenblik van
de baan. Voor de aanwijzing van een lid der
staten wordt onze keuze bepaald tussehen twee
candidaten. Ook nu gelooven wij dat hunne
politieke denkwijs buiten beschouwing kan
blijven. Voor zoover die ons bekend is, mee-
nen wij 'ter voor te mogen houden dat in dit
opzicht tussehen de heeren De Stoppelaar en
Van Teijlingen niet veel verschil bestaat. Wèl is
dit het geval met beider verleden en met hunne
daarop zich grondende aanspraken. De eerste,
vergrijsd in de gemeente-administratie onzer
provinciale hoofdplaats, als wetenschappelijk
man in de geschiedenis en de letterkunde gunstig
bekend, om zijn ijver in alles wat hij aanvat hoog
geacht bij allen, die door zijne veelvuldige
bemoeiing met publieke belangen van allerlei
aard met hem in aanraking gebracht worden. De
ander een weinig bekend, jeugdig burgemeester
van een klein dorp. Meer kunnen wij van den
heer Van Teijlingen niet zeggen. Andere ti
tels zijn ons van hem niet bekend en wij ge*
looven niet dat zijne beste vrienden eenige
andere aanspraken kunnen aanvoeren, die hem
op eene plaats in de gewestelijke vertegen
woordiging recht zouden geven.
Méér dan zulk eene plaats is echter, sedert
de stemming op den 4en dezer, opengekomen.
Het gedeputeerd college, reeds van zijn bui
tengewoon lid beroofd, heeft in den persoon
van den heer Lambrechtsen een waardig me
delid door den dood verloren. En nu is het
niet de taak der kiezers om te voorzien in
deze vacature, maar wel behoort het tot hunne
verplichtingen, te zorgen dat in de staten
léden zitting hebben, welke, hetzij bij deze of
bij toekomstige vacatures, voor het lidmaat
schap der jgedeputeerde staten in aanmerking
kunnen en willen komen. Zulk een man is
de heer De Stoppelaar, door zijn verleden en
zijne kundigheden, bij uitnemendheid. De
heer Van Teijlingen zou, daarvan houden
wij ons overtuigd, indien hem gevraagd
werd of hij in dat opzicht zich met zijn mede-
candidaat op éene lijn zou willen stellen, te
eerlijk en te bescheiden zijn om op die vraag
een bevestigend antwoord te durven geven.
Met het oog op de open plaats in het gede
puteerd college vooral is dus de verkiezing op
aanstaanden Woensdag van groot gewicht.
Met ernst en nadruk geven wij daarom aan
ieder, die naar zijne krachten zorg wil dragen
dat de belangen onzer provincie aan bekwame,
ervaren en achtenswaardige mannen worden
toevertrouwd, den raad om den gang naar de
stembus niet te verzuimen, maar zijne stem
uit te brengen op den heer
Secretaris van Middelburg.
Bij besluit van 13 Juni is door ged. staten
van Zeeland bepaald, dat de verkiezing van een
lid der provinciale staten, ter vervanging van
wijlen mr. T. A. Lambrechtsen, in het hoofd
kiesdistrict Middelburg zal plaats hebben op
Vrijdag 27 Juni 1879 en de herstemming zoo
noodig op Vrjjdag 11 Juli.
Heden werden in het polderhuis in de Abdij
alhier de bussen' en briefjes geopend, die op Don
derdag en Vrijdag waren ingeleverd voor de
keuze van een commissaris in het polderbestuur
van Walcheren, waarin, tengevolge van het over
lijden van, den heer mr. W. Ph. Vis, eene vacature
bestond.
Van de 1048 stemgerechtigde ingelanden in
den polder brachten 251 hunne stem uit, 223 te
Middelburg en 28 te Westkapelle.
De uitslag was dat de heer J. H. Snijders te
Middelburg met 131 stemmen is gekozen.
Op den heer J. de Visser Jz. te Serooskerke
werden 52 en op den heer J. A. Tak te Middel
burg 37 stemmen uitgebracht. Voorts verkregen
de heer C. J. J. A. van Teijlingen 6, J. Peper 4
en J. de Kroo 3 stemmen, terwijl de overige
stemmen op verschillende personen waren verdeeld.
Onder voorzitterschap van dr. B. Carsten,
waarnemend inspecteur van het geneeskundig
staatstoezicht in Zeeland, werd gisteren avond
alhier de zomervergadering van den geneeskun
digen raad gehouden.
Door den voorzitter werd, nadat hij de leden
had welkom geheeten, een hartelijk woord van
herinnering aan de nagedachtenis van wijlen den
inspecteur dr. A. A. Fokker gewijd. Ofschoon
de heer Carsten de overtuiging uitsprak dat de
verdiensten van dr. Fokker te goed bekend zijn
om daarover uit te weiden en dat die in hooge
mate worden gewaardeerd, meende hij toch hulde
te moeten brengen aan den ijver en de nauwge
zetheid van den man, die in vorige jaren het
voorzitterschap dezer vergadering bekleedde.
Achtereenvolgens werd mededeeling gedaan van
de ingekomen stukken en de handelingen van het
geneeskundig staatstoezicht in het afgeloopen
tijdvak, terwijl daarna de verslagen van het
bureau van vaccinatie en van dat voor scheikun
dige en microscopische onderzoekingen werden
uitgebracht.
Na benoeming van dé verschillende commissiën
werd door dr. De Man de aandacht erop gevestigd,
dat ten platte lande vele verlossingen plaats
vinden zonder dat de hulp van een mannelijken of
vrouwelijke verloskundige wordt ingeroepen. Na
discussie besloot de raad zich tot de'bevoegde
autoriteiten te wenden met verzoek om, door
tusschenkomst van de ambtenaren van den bur
gerlijken stand, op de maandelijks ingeleverd
wordende statistieke staten, opgave te ontvangen
omtrent de bij de geboorten al of niet verleende
verloskundige hulp.
Op eene vraag van dr De Man, of den voor
zitter iets bekend is aangaande de vervulling der
vaceerende betrekking van inspecteur, werd door
dezen medegedeeld dat hem officieel daarvan niets
bekend is, doch dat hij van terzijde heeft ver
nomen dat er plan bestaat om in de vacature te
voorzien.
Nadat de heer Snijder den voorzitter, namens
de leden, dank had betuigd voor de belangwek
kende en zakelijke verslagen doorhem uitgebracht
en voor de wijze waarop deze vergadering was
geleid, werd de openbare vergadering gesloten,
terwijl de leden in comité bijéenbleVen.
Op verschillende in de verslagen medegedeelde
en in de vergadering behandelde punten komen
wij in een volgend nommer terug.
Uit Den Haag meldt men aan de Arnh. Ct dat
het aftreden van het geheele kabinet, behoudens
misschien enkele uitzonderingen, zoo goed als
zeker kan worden geacht. Wel is er nog geene
officièele beslissing publiek gemaakt, maar achter
de schermen ziet en hoort men genoeg, om de
wisseling der acteurs op het tooneel te kunnen
aankondigen.
Gelijk ons gisteren reeds per telegraaf gemeld
werd, is de dag der plechtige begrafenis van
Z. K. H. den prins van Oranje te Delft, bepaald
op Donderdag den 26sten dezer. Het lijk zal uit
Parijs rechtstreeks naar Delft worden gevoerd.
Stuitend voor ons nationaal gevoel is het dat
in buitenlandsche groote bladen, o. a. in het
wereld-orgaan de Times, op het oogenblik van
het overlijden van den Nederlandschen troonop
volger, allerlei berichten en opstellen worden
opgenomen, door welke een allerongunstigst licht
op het leven van den prins van Oranje te Parijs
wordt geworpen.
Zelfs werd gemeld dat van wege het Nederlandsch
gezantschap eene vervolging zou worden ingesteld
tegen een Parijsch blad. Vermoedelijk werd
hiermede de pas opgerichte Globe bedoeld, die in
zijn nommer van 13 Juni een artikel plaatste,
zoo verguizend en zoozeer den eerbied voor den
dood en voor het bijzonder leven met voeten
tredend, dat het minste Nederlandsche schendblaadje
zich ontzien zou hebben het op zulk een oogen
blik te plaatsen.
Gelukkig schijnt het bericht der vervolging
onwaar te zijn. Grooter onhandigheid ware zeker
niet te bedenken geweest en de Globe zou er zich,
zelfs in 't geval eener veroordeeling, in verheugd
hebben als in de vruchtbaarste aller reclames.
De Parijsehe correspondent der Indépendance
meldt dan ook dat er niets van aan is.
Dezelfde vertrouwbare berichtgever beweert
omtrent de onmiddellijke oorzaak van den dood
dat deze aan eene onvoorzichtigheid van den
zieke te wijten zou zijn. Men herinnert zich, dat
een of twee dagen vóór het overlijden, de be
richten zeer gunstig luidden en er zelfs van
volkomen genezing gesproken werd. Tegen het
verbod van den geneesheer zou de prins, den
avond vóór zijn dood, eene vrij groote hoeveel
heid bier gedronken hebben, waarvan hij een
groot liefhebber was. Hierdoor had eene zoo
ongunstige verandering plaats, dat de genees-
heeren des morgens te 5 uren alle hoop opgaven
en daarvaq aan Z. M. den koning bericht zonden;
weinige uren daarna bezweek de lijder.
Omtrent den datum van het overlijden wordt
eene anecdote verteld. De prins had eene soort
van bijgeloovigen afkeer van de getallen 6 en
11. Bij de wedrennen liet hij zijne paarden, wan
neer ze een dier nommers trokken, nooit meedoen.
De Parijsehe correspondent der N. Eott. Ct.
seint
Donderdag avond is het lijk van den prins van
Oranje overgebracht naar de Nederlandsche am
bassade. Daarbij waren tegenwoordig het geheele
personeel der legatie, de heeren VanZuylen, Van
Capelle, De Stuers en Ruyssenaers; benevens de
heeren Coster, consul-generaal, De Koek, adjudant
van wijlen den prins, en Bentinck, adjudant des
konings. Het lijk werd in een transportwagen
overgebracht, gevolgd door cavalerie.
Z. K. H. prins Alexander met zijn adjudant
De Grovestins, dr. Vinkhuizen uit Den Haag, ds.
Bersier, mevrouw en freule Van Zuylen, allen in
zwaren rouw, wachtten het lijk aan het hotel der
ambassade af. De predikant Bersier las de litur
gie en hield een kort, zeer welsprekend gebed.
Prins Alexander bedankte den heer Bersier zeer
hartelijk.
De vestibule, de voorzaal, die als rouwkamer is
ingericht, en de groote zaal daarnaast, benevens
de geheele benedenverdieping van het hotel zijn
geheel met zwart behangen, met zilveren franjes
afgezet; het plafond is zwart met zilveren sterren.
In de rouwkamer werd de kist, met een zwart
fluweelen kleed bedekt, onder een verhemelte
van zwarte draperieën met zilveren randen en
hoeken, palmtakken en laurierbladen geplaatst.
Eenige stoelen en bidstoelen, mede met zwart
omhangen, zijn aan weerszijden van het lijk ge
plaatst, dat voorts omringd is door groote zilveren
candelabres met waskaarsen. Aan de wanden zijn
Nederlandsche wapenschilden in kleuren aange
bracht. De kist is bedekt met vele witte en
violette bloemkransen, door prins Alexander,
mevrouw Van Zuylen, prinses Mathilde, prinses
d'Hénin, de Jockeyclub en anderen daar neer
gelegd.
De lijkdienst alhier is op 23 en de begrafenis
te Delft op 26 dezer bepaald.
Prins Alexander blijft hier tot het vertrek van
het lijk.
St. Uaurens, 13 Juni. Aan de heden alhier
plaats gehad hebbende verkiezing van een lid van
den gemeenteraad, ter vervanging van den heer
J. Goedbloed, die door vertrek naar elders zijn
ontslag had genomen, werd door 31 van de 50
kiezers deelgenomen.
Daar niemand de volstrekte meerderheid van
stemmen bekwam, zal tussehen S. Abrahamse en
H. Vader, die respectievelijk 12 en 6 stemmen
verkregen, eene herstemming moeten plaats hebben.
In Eigen Eaard zal eerstdaags eene nieuwe
Indische novelle verschijnen van den schrijver der
Herinneringen van een Indisch officier, van
Toontje Poland enz., den heer W. A. van Rees.
In den trant van Samarow's bekende romans,
zullen daarin, in romantischen vorm, het ontstaan
van den oorlog met Atjeh en onze vestiging in
dat rijk worden geschetst.
Deze gelegenheid om, aan de hand van zulk
een vertrouwden gids als de heer van Rees, kennis
te maken met dit gedeelte van onzen Indischen
Archipel en met het karakter en de zeden des
volks, zal ongetwijfeld aan velen welkom zijn.
De Botterdamsche Handelsvereeniging heeft den
gemeenteraad van Rotterdam voorgesteld, het bij
de gemeente berustend waarborgkapitaal van die
vereeniging terug te geven en te ruilen tegen eea
bedrag van f 500,000' aan obligatiën eener te
sluiten geldleening van 9 millioen, onder hypo
thecair verband van de bezittingen enz. op
Fijenoord.
Het dagelij ksch bestuur bracht hierop een gun
stig advies uit. De belangen der gemeente zij a
dan ook bij het voortbestaan der Handelsv., dat
door de aanneming van dit voorstel verzekerd
schijnt te kunnen worden, bijna even nauw be
trokken als die van de vereeniging zelve.
Heden wordt door den raad hierover beslist.
Het veertiende jaarverslag der vereeniging Uit
het volk voor het volk, over 1878, bevat eene
vrij uitvoerige mededeeling over de Middelbufg-
sche Floralia, die den 3en September hare
tentoonstelling hield,
Zijn sterfdag nu, viel juist op den llen dag der
6e maand van het jaar.