N°. 101. 122e Jaargang] 1879. Woensdag 30 April. Dit blad verschijnt dagelijks] met uitzondering van Zon- en Feestdagen Prijs per 3/m, franco 8,50. Afzonderlijke noimners zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentiens 20 Cent per regeL Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels f 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère 6. L. Daubk en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones. Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL. Middelburg 29 April. De plechtige intocht van den Koning en de Koningin te 's Gravenhage, MIDDELBllRGSC Bij Prov. blad n° 41 is gevoegd een besluit van den commissaris des konings in Zeeland, waarbij bepaald wordt dat de aflevering van de bij de nationale militie, voor de lichting van dit jaar, in te lijven manschappen uit de gemeenten dezer provincie, zal geschieden op de plaatsen, dagen en uren hierna vermeld. Op Maandag 5 Mei 1879, te Tholen in het voorportaal van het raadhuis, des voormiddags te 9§ uur, die der gemeenten gelegen in de eilanden Tholen en St. Philipsland. Op Woensdag 7 Mei 1879, te Vlissingen in het groot Arsenaal, des voormiddags te 10| uur, die der gemeenten gelegen in Walcheren en Nieuw en St. Joosland, uitgezonderd Middelburg, des namiddags te 1 uur, na aankomst der stoomboot van Ter Neuzen, die der gemeenten gelegen in het Oostelijk gedeelte van Zeeuwsch-Vlaanderen. Op Donderdag 8 Mei 1879, te Vlissingen in het groot Arsenaal, des middags te 2 uren, na aan komst der stoomboot van Breskens, die der ge meenten gelegen in het Westelijk gedeelte van Zeeuwsch-Vlaanderen. Op Vrijdag 9 Mei 1879, te Middelburg op de bovenvoorzaal van het raadhuis, des voormiddags te lij uur, na aankomst der Zeeuwsche spoorboot van Zierikzee, die der gemeenten gelegen in Schouwen, Duiveland en Noord-Beveland. Op Maandag 12 Mei 1879, te Middelburg op de bovenvoorzaal van het raadhuis, des voor middags te 10 uren, die der gemeente Middelburg, te lli uur, die der gemeenten gelegen in Zuid- Beveland. Op Dinsdag 18 Mei 1879, te Middelburg op de bovenvoorzaal van het raadhuis, des voormiddags te 10 uren, allen uit de verschillende gemeenten dezer provincie die zich voor de zee-militie heb ben aangemeld. Donderdag jl. trad de kapitein der infanterie J. N. Hardeman als spreker in de te Vlissingen gevestigde afdeeling van den Anti-dienstvervan- gingsbond op. De heer Hardeman toonde in zijne rede door tal van argumenten van krijgskundigen en eco- nomischen aard aan, dat het stelsel van verplich ten persoonlijken dienst in het belang van het leger, en dus ook in het belang van den staat dringend noodig is. Hij noemde de millioenen, die thans het oor logsbudget kost, onnut besteed geld, zoolang het intellectueel en moreel gehalte van het leger niet verbeterd wordt. Hij hoopte dat het systeem van remplaceering voor een volk, waarvan de meerderheid zich liberaal noemt, volgens spr. een gruwel, spoedig tot het verleden zal behooren. Ten slotte achtte de heer Hardeman het wen- schelijk, dat de leden van den hond bij de aanstaande periodieke aftreding van de leden van de tweede kamer der staten-generaal alleen die candidaten stemmen, die het door den bond begeerde stelsel huldigen, en dat de afdeelingen zoo noodig een eigen candidaat stellen, die per tinent verklaard heeft een voorstander van den verplichten persoonlijken dienst te zijn. Deze rede werd met groote belangstelling aan gehoord, terwijl eenige niet-leden, ter vergadering aanwezig, lid van den hond werden. Na eenige discussie werd eindelijk bij acclama tie de volgende door den heer Michaelis voorge stelde motie aangenomen. „De vergadering is van oordeel dat de invoering Van den verplichten persoonlijken dienst een krachtig middel is tot verbetering der levende strijdkrachten en dus in het belang van het leger en derhalve ook in het belang van den staat dringend gevorderd wordt". (Vliss. Ct Het Adresboek van Middelburg voor 1879, uit gave van de firma J. C. W. Altorffer, vraagt ons een woord van aankondiging. Het heeft dat eigenlijk niet noodig, of het moest zijn omdat bet nieuwe jaar reeds zoo lang ingetreden is, dat menigeen er misschien reeds op gerekend heeft zich weder met de adressen van verleden jaar te moeten behelpeD. Dit is dan nu echter het geval niet en voor de acht maanden van 1879,' die nog overblijven, alsmede voor de adressen, welke niet reeds met den grooten verhuisdag, over twee dagen, veranderen, zal het boekje aan velen ongetwijfeld welkom zijn. Het Haagsche Dagblad geeft heden een feest- nommer, vergezeld van een buitengewoon bijvoeg sel, bevattende een Duitsch lied van P. Bunsen, zangwijze van Eose, dat op de volksscholen in Waldeck gezongen wordt. Het is getiteld Lob der Eiche en behelst in acht coupletten een lof lied tei eere dezer echt Duitsche „koningen des wouds." Aan 't hoofd van dit bijvoegsel ziet men de wapens van het koninklijk echtpaar, benevens de. paleizen te 's Gravenhage en te Pyrmont. Het Vaderland heeft aan zijn hoofd een gedicht van den heer Bernard ter Haar, deel uitmakende van een eerlang door dezen uit te geven bundel Laatste gedichtengetiteld Hulde aan het konink lijk echtpaar. De Winschoter kiesvereeniging de Grondwet bekend door de meening van een deel barer leden, met den heer Winkler Prins aan 't hoofd, dat verdediging van ons land onnoodig en doelloos geacht moet worden, zal den 17en Mei a. twee stellingen behandelen, ingezonden door hare afdeeling Veendam. Ze luiden als volgt: I. Nederland moet zich in staat van verdedi ging stellen tegen eiken buitenlandschen vijand. Het moet zich gaarne de grootste opofferingen, in goed en bloed getroosten om leger, vestingwerken en vloot in een uitmuntenden t oestand te brengen teneinde zich tegen iederen aanvaller te kunnen verzetten. II. Nederland is als klein koninkrijk op den duur niet bestand tegen de overmacht van een zes- of tienmaal sterkeren vijand. Het heeft ge noeg aan eene kleine krijgsmacht, voldoende tot het handhaven der hinnenlandsche orde en tot het interneeren van vluchtende troepen aan de grenzen. De kosten bovendien aan ons leger, aan de vestingwerken enz. besteed, zijn ten eenenmale nutteloos en moeten, als noodlottig voor het volksgeluk, van de rijksbegrooting verdwijnen. Door eenige afgevaardigden uit verschillende deelen van het hoofdkiesdistrict Steen wijk is eene vergadering gehouden om over den candidaat te spreken, die voor opvolger van den heer Storm van 's Gravesande als lid der tweede kamer in aanmerking kon komen. Een verzoek van den heer Smit, uitgever van het Steenwijker Nieuwsblad om als verslaggever in de bijeenkomst tegen woordig te zijn, werd met ingenomenheid ont vangen en met- aigemeene stemmen ingewilligd" Over vier candidaten, de heeren Van Gorkom) Van Karnebeek, Van Diggelen en Dijkmeester, werd van gedachten gewisseld. Het nemen van een besluit is echter uitgesteld tot eene volgende vergadering, den 15en Mei te Meppel te houden. In eene gisteren te Rotterdam gehouden ver gadering van houders van certificaten van eerste hypotheek op den Noordbrabantsch-Duitschen spoorweg, bleek uit de mededeelingen der directie dat de aanstaande Mei- en November-coupons niet betaald kunnen worden. De opbrengst der lijn gaat echter, ondanks alle bezwaren, geleide lijk vooruit en wat de regeling der transito-tarie ven aangaat is men op weg om tot overeenstem ming te geraken. Er bestaan dus, meent de di rectie, gegronde vooruitzichten dat de rente op 1 Mei 1880 en later geregeld voldaan zal kunnen worden en daar nu de certificaat-houders, indien zij gebruik maakten van hun recht tot executie, de zaak zouden bederven en zichzelven waar schijnlijk nog benadeelen, is door de directie eene regeling voorgesteld, waarbij de coupons van 1 Mei en 1 Nov. a. geconsolideerd en aflosbaar ge steld worden hij uitloting in tien jaren. De gevolmachtigden trusteesvoor de eerste hypotheek en de drie commissarissen voor hypo theekhouders, zijnde gezamenlijk de heeren W. S. Burger Wzn., J. C. Reepmaker, T. A. Klink hamer, G. C. M. Kolff en E. C. Boissevain Dzn, zich met deze beschouwingen der directie vereeni- gende, hebben in haar voorstel toegestemd en eene overeenkomst in dien zin gesloten. Voor de beide coupons van dit jaar worden renversalen uitgegeven groot f 120, rentende 6 pet., voorzien van coupons, die op de datums der oorspronke lijke coupons betaalbaar zijn. De aflossing ge schiedt d parimet minstens 1/10 gedeelte 'sjaars, aanvangende 1 Mei 1882. De vergadering der hypotheek-houders had niets anders te doen dan van deze handelingen der trustees kennis te nemen. Van sommige zijden werd hunne bevoegdheid tot het treffen der schikking betwist, doch zonder gevolg. Een uitvoerig verslag komt voor in de N. R. Ct van heden. Er schijnt nit te blijken dat de vooruitzichten van den spoorweg niet ongunstig zijn, al is ook de tegenwoordige toestand moei lijk. Onder de gedane mededeeling verdient nog vermelding dat men niet voornemens was te trachteu de verlangde doorloopende tarieven te verkrijgen, door opofferingen ten nadeele van den spoorweg BoxtelWezel. Het verslag der Hollandsche Hypotheek-bank, gevestigd te Amsterdam, wijst aan dat in 1878 ontvangen werden 207 aanvragen om leeningeii, waarvan 120 werden toegestaan tot een bedrag van f 1,190,000, makende met het bedrag der in 1877 gesloten leeningen te zamen f 1,589,850, waarvan op 31 Dec. 1878 nog verschuldigd was f 1,571,482. Onder de 120 leeningen waren 2 boven de 50000, 6 van 30 tot f 40000, 27 van 10—/ 20000, 73 van f 1100—f 10000, 12 beneden de f 1000. De meesten waren geplaatst in Noord- Holland, Friesland en Utrecht; het minst in Zuid Holland, voor f 47250Zeeland nam er aan deel voor f 64200. Aan pandbrieven werd in 18.78 gecreëerd tot een bedrag van 1,190,000, makende met het in portefeuille gehouden bedrag een totaal van 1,274,050. Met inbegrip van de op 31 Dec. 1877 in omloop zijnde en na aftrek der uitgeloote, is op 31 Dec. 1878 in omloop aan pandbrieven f 1,571,000. De verkoop geschiedde a pari. Geen executoriale verkoop van verbonden goe deren is noodig geweest en geen der hypothecaire debiteuren was bij het einde des jaars achterstallig. De rente van leeningen en pandbrieven bedraagt 4§ pet. De winst- en verliesrekening sluit met een saldo winst van f 7205.26J. De minister van financiën maakt bekend, dat voor zoo ver de voorraad strekt, aan de kantoren der betaalmeesters, op iederen werkdag, gedurende de gewone kantooruren, in sommen van niet minder dan vijf en twintig cents, tegen overgave van ander wettig betaalmiddel, voor ieder ver krijgbaar zijn bronzen stukken van twee en een halve cent, geslagen naar de wet van 28 Maart i877 (<Stbl. no. 43) en het kon. besluit van 18 April 1877 (Stbl. no. 84). Vlissingen, 29 April. Een inwoner van Dordrecht zond den 22en dezer aan een zijner vrienden te Vlissingen een versche elft en maakte voor de verzending gebruik van den staatsspoor weg, in den waan verkeerende dat dit het snelst bekende vervoermiddel is. Heden den 29en ontving de vriend de elft, welke echter in zoodanigen staat van ontbinding verkeerde, dat die voor de consumtie ongeschikt geoordeeld en de ontvangst alzoo geweigerd werd. Uit Ter Neuzen wordt aan het Bott. Nbl. het volgende geschreven: De voordracht van den kapitein W. Rooseboom te 's Gravenhage „over de handhaving onzer neutraliteit, in verband met de Westerschelde," waarvan in verschillende nieuwsbladen is melding gemaakt, heeft opnieuw de aandacht op onze wel groote maar in geenen deele afgewerkte vesting gevestigd. Uit de voordracht en de daarop gevolgde dis puten is, evenals bij de bediscussieering der vestingwet in de kamers, weer gebleken, dat het behoud der vesting Ter Neuzen door den een noodig, door den ander onnoodig wordt geacht. De éen wil zus, de ander zoo, en de waarheid blijft in het midden liggen, zonder dat wij een stap vooruitkomen. Intüsschen gaan de troepen uit de veste totdat een volgend minister van oorlog op het idéé komt er weer troepen in te werpen. Aanstaande Woensdag is voor het vertrek bepaald. De artillerie vertrekt per speciale boot van Ter Neuzen rechtstreeks naar Gorinchem, - de infanterie per provinciale boot naar Hansweert en verder per spoor direct naar Bergen op Zoom. De beste wenschen der Ter Neuzenaren verge zellen hen in hunne wel grootere maar misschien daarom nog niet altijd aangenamer garnizoens plaatsen. (Particuliere correspondentie.) II Den Haag, 29 April. Levert de intocht van koning Willem III en koningin Emma binnen deze residentie, welke ik beknopt maar zoo getrouw mogelijk gemeld heb, een schoone bladzijde in 's Gravenhage's feestboek, de illuminatie waarmede de publieke feestviering heden werd besloten, overtrof alles wat van dien aard tot nu toe in de hofstad gezien is. Langza merhand toch is men ook op dat gebied vooruit gegaan. De traditioneele vetlichtjes worden meer en meer vervangen door helderder gasvlammen en ik geloof den tijd niet verre meer af, dat deze op hun beurt door het nog sterkere electri- sche licht zullen worden vervangen. Van dit laatste was ons nu wel niet zoo als te Amsterdam een proefje gegeven, maar daarentegen was veel meer dan vroeger van gas-illuminatie gebruik ge maakt. Van wege de gemeente eigenares van twee in werking zijnde gasfabrieken was daar mede de toon aangegeven en dat wel op een wijze die ieders goedkeuring moet wegdragen. Zooals ik met een enkel woord reeds in mijn vorig schrijven berichtte is, wat de illuminatie betreft, aan het Lange Voorhout het meeste werk besteed. Over de geheele leDgte zijn, ter weers zijden van de midden-allee, lantaarnpalen met licht- bouqüetten van 8 en 12 pitten geplaatst, die on derling met gaspijpen in den vorm van guirlandes verbonden zijn. De duizende gasbekken die op deze pijpen zijn aangebracht droegen, evenals de lichtbouquetten, even zoovele witte ballons. In het breede gedeelte van het Voorhout is bovendien nog een middelrij van enkele lantaarns met lichtbouquetten. Al die gaslichten, tussehen de 5 a 6000, geven, zooals zich laat begrijpen, een zee van licht in den letterlijken zin van het woord en leveren op een afstand een wonderschoon schouwspel op. 't Is dan ook Diet te verwonderen dat van 8 uren af het geheele Voorhout wemelde van wandelaars, die bovendien nu en dan op een muzieknommer door de kapel van het 3e rege- ment huzaren onthaald werden. Ik zou bijna vergeten te melden, dat aan beide uiteinden boven dien gasdecoratien zijn geplaatst, voorstellende het Haagsche wapen en de gekroonde naamcijfers van HH. MM. Na het Lange- trok het Korte Voorhout het meest de aandacht. In de eerste plaats had het gemeentebestuur daar voor eene verlichting zorg gedragen, wel niet zoo helder als de gasvlam men, maar toch ook tussehen al het daar opge stelde groen een aangenaam gezicht opleverend. Ter weêrszijden van het middelpad hingen daar, tussehen de boomen, glazen lantaarntjes in de Dationale kleuren, welke een zacht licht op het groen wierpen. En plafond was dat middelpad bovendien verlicht met zoogenaamde hoepelrok ken, terwijl achter de boomen nog een rij vet lichtjes brandden. Geheel hiermede in overeenstemming was de feestverlichting voor het paleis van Z. K. H. prins Frederik. Aan beide zijden was een hooge triomf boog opgericht en op korten afstand van elkan der langs den geheelen gevel stonden kolommen met slingers aan elkaar verbonden. Op de triomf bogen prijkten de wapens van Nederland en van Zie het eerste gedeelte van deze correspondentie in het hijvoegsel van heden.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 1