N°. 89, 122e Jaargang^ 1879 Woensdag Voetstappen in de sneeuw. Dit blad versehijnt dagelijks, met nitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50» Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentien: 20 Gent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangére 6. L. Daubb en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach eh Jones. Middelburg 15 April. FEUILLETON. Omtrent het beschermend recht, dat de Duitsche regeering van plan zon zijn te heffen op de koloniale waren, die niet ovfer Duitsche zeehavens ingevoerd zijn, lezen wij in.de KölnischeZeitung: „De door 'de rijksregeering voorgenomen heffing op den invoer van koloniale waren over niet- Duitsche havens, eene navolging van de Fransche surtaxe d'entrepot, heeft tot nogtoe in de pers hoofdzakelijk slechts aanleiding gegeven tot de bespreking der belangen van de zeesteden. Het orgaan van den Verein Deutscher Eisenbahn- Ver- waltungen vestigt thans terecht er de aandacht op, dat door de heffing van dit beschermend recht ook het verkeer op de westelijke spoor wegen (van Duitschland) door het ophouden van den invoer naar Duitschland over Fransche, Bel gische en Nederlandsche havens ernstig zou bena deeld worden. Men kan dit betoog ook nog uitstrekken tot de Rijnscheepvaart, die evenzeer grootendeels slechts bloeien kan door den invoer van overzeesche goederen uit Rotterdam en Amsterdam. Zooals bekend is worden met name over Havre, Rotterdam en Amsterdam aanmerke lijke hoeveelheden ruwe stoffen en voedingsmid delen, vooral katoen, wol, petroleum, huiden en koffie ingevoerd, welke uit die havens langs den waterweg of d<j spoorwegen Dditschland be reiken." "v Vlissingen, 12 April. Bij het loodswezen te Vlissingen zijn deze week twee kotters in dienst gesteld, bestemd om, te beginnen met 20 April a., een loodspost te bezetten in de nabij heid van den vuurtoren van Dungeness, zoodat» alsnu de naar Ylissingen bestemde schepen daar steeds een loods zullen kunnen vinden. Het zee gat van Vlissingen is thans dus gedekt door vijf immer in zee kruisende loodsvaartuigen. Van de zeezijde is voor de welvaart van de stad alzoo behoorlijk gezorgd; als er nu in het vervolg geene ladiDgen op Vlissingen gedirigeerd worden, mag met eenigen schijn van zekerheid veronder steld worden dat het aan de landzijde hapert. Oostlburg, 14 April. Er loopt hier eèn gerucht, dat men aan 't ministerie van financiën eindelijk tot de overtuiging gekomen zou zijn dat het algemeen belang der ingezetenen van het kanton Oostburg bevorderd zou worden, wanneer het kantoor van den ontvanger der registratie niet langer te Sluis, maar te Oostburg, de hoofdplaats van het kanton, gevestigd werd. Reeds vroeger werd, om die verplaatsing ge- 19. DOOK DOEA BUSSEL. EERSTE DEEL. HOOFDSTUK XL Het bezoek van sir John. De pachter ging met sir John naar buiten en juist toen Elisabeth wilde beproeven of zij kon loopen en haar eigen kamer bereiken, want zij rilde en beefde nog over al hare leden, stormde Dick Horton de kamer binnen en liep driftig naar haar toe. „LissaLissa, wat is er zij zeggen dat gij erg ongesteld zijt geweest. Wat is er gebeurd „Niets, Dick," antwoordde Elisabeth met een flauwen glimlach; „de warmte deed mij flauw Vallen, anders niet." „Maar zijt gij daar zeker van?" en hij knielde naast haar neder, en kuste haar hand hartstoch telijk. daan te krijgen, veel moeite aangewend en werden vele adressenuit verschillende gemeenten, inge diend. Nu de heer Rovers, tot dusverre ontvanger te Sluis, naar Oost-Indië vertrekt, bestaat er misschien reden om een beter resultaat te ver wachten. De Amhemsche courant moet dezer dagen een pleizierigen tijd beleefd hebben. Voor de grap, ten minste bij ons is 't niet opgekomen er iets anders in te zien, heeft zij verteld dat de heer Van Tienhoven, lid der tweede kamer en oud-wethouder van Amsterdam, een diner gegeven heeft aan de ministers, met eene politieke bedoeling. Die bedoeling zou geen andere geweest zijn dan zijne ingenomenheid aan den dag te leggen, als vermogend Amsterdammer en finan- cieele specialiteit, met de effecten-belasting. Tal van bladen hebben over dit Arnhemsche „mopje" gesproken alsof 'tiets ernstigs ware. Nu eindelijk komt er een, het Bott. Nbl. (wij noemen het ditmaal omdat het daarop gesteld schijnt te zijn) „met zekerheid" melden, dat de heer Van Tienhoven geen politieke bedoeling gehad, maar alleen zijn koperen bruiloft gevierd heeft Eenige ministers, zijne gewezen ambtgenooten in 't dagelijksch bestuur der hoofdstad en som mige leden van den gemeenteraad waren daarbij zijne gasten. Tot agent der Nederlandsche Handelmaatschappij te Rotterdam is benoemd de heer J. C. Hoynck van Papendrecht, als opvolger van wijlen den heer Van Schelle. ,~r--z«guig.,»,... Volgens het Alg. Dagblad van N. I. zou de Indische begrooting over 1880 vastgesteld zijn met een vermoedelijk tekort van 13 milioen, zonder bijdrage aan Nederland. Onder de uitgaven moet echter 10 millioen voorkomen voor spoorwegen en havenwerken. De 1" en 2e afleveringen zijn thans verschenen van het vroeger door ons aangekondigde plaat werk Scherts en Ernst uit de portefeulle van A. Ver Huell (uitgave van P. Gouda Quint te Arn hem). Ze bevatten negen teekeningen eener ge heel nieuwe reeks. Onder deze zal eene teekeniDg van het huisje te Roozendaal, bij Arnhem, waar De Genestet zijne laatste levensdagen doorbracht en gestorven is, den ontelbaren vrienden van den onvergetelijken dichter zeker welkom zijn Eene andere teekening, Andersen's uitvaartop zinne beeldige wijze voorgesteld, behoort door dichter lijkheid van opvatting en fijnheid van uitvoering tot het aller-uitstekendste, wat ons ooit van Ver Huell's hand onder de oogen kwam. „Ja, Dick," antwoordde zij zacht en stak haar vingers door zijn donker haar. „Arme Dick" prevelde zij onhoorbaar. Zij dacht hoe hij zijn liefde, zijn vurige, vergodende, ijverzuchtige liefde, verspilde aan een vrouw die hem niets teruggaf wie zelfs het denkbeeld van gevaar voor een ander het bloéd in de aderen deed verstijven. „Laat ik u naar boven helpen," zei hijzij stak haar arm door den zijnen en zoo verlieten, zij samen de kamer. Dick zorgde zoo liefderijk en goed voor haar, dat zij zich bittere verwijten deed en telkens bijzichzelven herhaalde: „Arme joDgen," terwijl zij in 't donker op haar kamer lag en naar men dacht, bekwam van haar flauwte. „Waarom kan ik niet leeren hem lief te hebben waarom kan ik het beeld van dien onwaardige niet uit mijn hart verbannen?" De dag liep echter niet ten einde zonder een uitbarsting van woede van de zijde van Dick, toen hij toevallig hoorde dat sir John er bij was geweest toen Elisabeth ongesteld werd. „Dus", sprak hij, met slecht verborgen toorn in zijne oogen, „hebt gij sir John Tyrell van middag hier gehad, ofschoon gij u niet verwaar digd hebt mij van dit bezoek kennis te geven „Ik dacht dat gij het wist, Dick." „En mag ik vragen", vervolgde hij met klim mende woede, „welk gesprek er gevoerd is, waarbij gij het noodig oordeeldet om flauw te vallen?" De taats-courant bevat het bon. besluit bepa lende de plaatsing in het Staatsblad van de tus- sc'hén Nederland en Groot-Brittannië en Ierland op 7 Maart 1879 te 's Gravenhage gesloten over eenkomst tot regeling van het telegraphiscb verkeer. Bij koninklijk besluit van 11 April 11. is Zr. Ms. commissaris in de provincie Gelderland gemach tigd tot het buitengewoon bijeenroepen van de staten dier provincie in de tweede helft der maand April 1879, ter behandeling van het rivier-polder reglement. Het overzicht van de opbrengst der -rijks middelen over de maand Maart, in de 'Staats courant van 14 en 15 April opgenomen, geeft aanleiding tot de volgende opmerkingen. Raming voor êene maand. 8,242,000 Opbrengst Maart 1879 8,962,000 1878 9,011,000 Terwijl in de beide voorafgaande maanden de opbrengst verre beneden de raming voor éen maand bleef, wordt ditmaal die raming met ruim 7 ton overschreden; evenwel blijft die opbrengst nog lij ton beneden die van Maart 1878, niette genstaande, tengevolge van de uitbreiding der successie-belasting, eene vermeerderde opbrengst onder gelijke omstandigheden ware te verwachten. Gaat men de verschillende posten na, dan blijkt dat wederom alle indirecte belastingen min of meer beneden verwachting bleven. Ditzelfde verschijn sel valt bij de accijnsen, behalve bij die op den wijn, op te merken. De gevolgtrekkingen naar aanleiding dier opmerking zijn alweer, dat de o in Set van goederen slap blijft, hetgeen ook van eene andere zijde blijkt uit de prijzen der landerijen, terwijl ook het verteringsvermogen beperkt blijft tengevolge der weinige levendigheid in handel en industrie. Men ziet in deze verschijnselen de be wijzen dat de stoornissen, die men in het buiten land alom waarneemt, ook bij ons haren invloed doen gevoelen. Postergen en telegrafen gaan voortdurend met dezelfde gestadige vermeerdering vooruit. (JV. R. Ct.) Men schrijft ons uit den Haag: Daar werden de residentie bewoners op den eersten feestdag verschrikt door twee doödtijdin- gen en wel van Ary van Veen, sedert nu bijna vier jaar directeur van het Bebouw voor kunsten en wetenschappen, hier kortweg genoemd „het ge bouw," en van Jean-Hippolyte-Auguste-Delaunay de Villemessant, geboren te Rouaan 22 April 1812, directeur van de Figaro. Dat de Hagenaars ook bij de doodtijdiDg van den laatste schrokken en met weemoedige blikken het nommer van Zondag met een rouwrand zagen „Wij hebben over allerlei dingen gesproken en het was alleen de warmte die mij deed flauw vallen." „Ongetwijfeld," snauwde Dick, „of misschien de tijding dat luitenant Tyrell ziek is, zooals vader zegt dat het geval is." „Stil, stil, Dick, hoe kunt gij zoo dwaas zoo onverstandig zijn?" „Gij tergt mij al te veel, Elisabeth," vervolgde Dick somber en verliet de kamer met een vloek, Elisabeth met hare bittere overpeinzingen alleen latende. Den volgenden morgen werd hij nog boozer toen hij, tegen twaalf uur thuis komende om iets te halen, sir John met zijn vader en Elisabeth in de ontbijtkamer vond. Sir John was komen vernemen hoe zij het maakte en was zeer blij geweest dat hij den pachter ook thuis vorid, daar hij natuurlijk voor een nader gesprek met Elisa beth terugdeinsde. Van éen ding was hij nu overtuigd. Zij had Jasper bemind en niet Harry maar hoe was zij er dan toe gekomen dezen ruwen knaap te huwen Sir John had sedert gisteren veel over dit raadsel nagedacht en van morgen was er zeer tegen zijn wil een pijnlijke twijfel een onbe stemde vrees bij hem opgekomen, zoodat hij besloten had niet verder te trachten het geheim van Harry's dood te doorgronden. „Als zij er iets van weet is zij de vrouw niet om verschijnen, laat zich daardoor verklaren, dat dit blad hier veel, zeer veel gelezen wordt en hier helaas nog zooveel fiedeir zijn die met de politiek van Figaro, als dat politiek mag heeten, en zijn schelden op de republiek, instemmen. Te bewe ren dat dit blad hier de meest gelezen buiten- landsche courant is, is wat sterk, maar dat hier zeer veel exemplaren worden rondgedeeld is een feit en het is treurig als tegenhanger te kunnen melden dat van de zoo bij uitstek goed geredi geerde Daüy News slechts een enkel exemplaar in de wandeling is. Al moet men walgen van de wijze waarop de Figaro op staatkundig gebied zijn partij wist te dienen, niet door het goede van deze aan te toonen, maar wel door op de tegenpartij te schel-, den en die te belasteren, vindt men dat niet wel eens meer een ding moet erkend worden de Villemessant wist wat voor kost aan de men- schen, althans gedurende de tweede helft der re- geeriug van Napoleon III, moest opgedischt worden. Eenmaal heeft hij gezegd„ik wil dat mijn blad gelezen worde van den datum en het nom mer tot aan den laatsten regel der laatste ad vertentie." Bij vele Franschen kreeg de Ville messant dat gedaan, en wie wëet bij hoevele Hagenaars ook. Hij bezorgde het blad veel lezers, den aandeel houders flinke dividenden, het is dan ook te recht dat de „uitluider", door de redactie hem vereerd, begint met de woorden „Een onherstelbaar ver lies heeft de Figaro getroffen." Al zijn die woorden nu niet geheel van toe passing bij den dood van Ary van Veen en al ver mocht deze ook den aandeelhouders nog geen enkele cent dividend te bezorgen, het directeur schap van het gebouw was voor hem als met een schaartje geknipt. Schiller mag mooi zeggenVielen ge/allen ist schl-mm, mach es nur wettigen recht,"dat gaat hier niet op. Het komt hier wel degelijk op aan vielen zu ge/allen. En die kunst verstond Van Veen. Het is nu eenmaal zoo, niet alleen hier maar ook in het buitenland, met zulke groote gebouwen. Al worden ze ook gesticht met het oogmerk om de ware kunst alleen ten goede te komen, willen zij eenigszins de kosten goed kunnen maken, moet er naar andere middelen worden omgezien en van tijd tot tijd een aap bij zijn staart of een Bent zoug soug bij den kop gepakt worden. Doctor Wap, aan wiens krachtig initiatief de stichting van het gebouw stellig voor een groot deel te danken is geweekt, dacht ook zeker niet toen hij de woorden schreef voor de inwijdings cantate, uitgevoerd bij de opening van het nieuwe toevluchtsoord voor de Muzen, waarnaar men te het te verraden," besloot hg zijne overpeinzingen en dus liep het gesprek dezen morgen over zeeralledaag- scke onderwerpen, totdat Richard de kamerdeur opende en binnenkwam, bijna zonder acht te slaan op de beleefde, eenigszins afgemeten bewoordingen waarmede sir John hem begroette. De welopge voede edelman zette eenigszins groote oogen óp, toen de onbehouwen jongeling met een gefronst voorhoofd en ongeduldige gebaren door de kamer liep, overal tegen aanstiet en eindigde met den ouden Tory, die aan de voeten van Elisabeth lag, een schop te geven, waardoor hij zich een wel verdiende berisping zoowel van haar, als van sir John op den hals haalde. De oude hond kroop onder den stoel zijner meesteres om bescherming te zoeken en sir John bukte zich om zijn ruigen kop te streelen. „Zulke oude trouwe vrienden verdienen, dunkt mij, een betere behandeling dan wreede en onrechtvaardige schoppen en slagen, mijnheer", sprak sir John op eenigszins scherpen toon. „Dat akelige oude beest," bromde Dick, „hij ligt ook altijd in den weg, wij moesten hem maar weg doen." „Schaam u, Dick" zei Elisabeth blozende, „hoe kunt ge ooit zoo iets zeggenArme Tory goede, oude hond." „Het is een mooi dier," zei sir John, toen Tory uit" zijn schuilhoek te voorschijn kwam en zijn kop op de knie van Elisabeth legde,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 1