N°. 85.
122e Jaargang^
1879
Donderdag
10 April.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering ?an Zon- en Feestdagen?
Prijs per S/in., franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Ad verten tiens 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 17 regels f 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publieité étrangère 6. L. Daube en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones.
Middelburg 9 April.
Benoemingen en besluiten.
Onderwijs.
Rechtszaken.
In de heden namiddag gehouden zitting van
den gemeenteraad werd ingewilligd het verzoek
van den heer J. C. de Waal om alsnog op de
lijsten van kiezers van leden voor de tweede
kamer der staten-generaal en der provinciale
staten te worden geplaatst.
Uitgeloot werden vervolgens 4 aandeelen ad
f 500 in de geconverteerde leening, zijnde de nos
360 (gesplitst), 366, 377 (gesplitst) en 426 (ge
splitst)
vijftig aandeelen ad f 1000 in de geldleening
van 200,000 (waarvan 49 voorbuitengewone
aflossing), zijnde de nommers 125, 133, 170, 172,
56, 124, 12, 71, 151, 152, 131, 89, 198 (gesplitst),
127, 113, 75, 102, 181 (gesplitst), 157, 73, 10, 92,
11, 96, 153, 104, 111, 197 (gesplitst), 31, 138,
189 (gesplitst), 146, 67, 135, 45, 179 (gesplitst),
43, 103, 171, 187 (gesplitst), 33, 21, 42, 126, 38,
98, 167, 84, 166 en 29;
en een aandeel van 1000 in de leening van
1876, groot f20,000, zijnde n° 4.
De uitgelote obligatiën zullen na 1 Juli ten
kantore van den gemeente-ontvanger betaalbaar
gesteld worden.
Na behandeling der ingekomen bezwaarschriften
werd het kohier voor den boofdelijken omslag
voor 1879 vastgesteld op f 71941.39§. De hef
fing zal 287ioo van het belastbaar inkomen be
dragen.
Op voorstel van den heer Snijders werd de
benoeming van een stads-klokkenist aangehouden
en besloten voor die betrekking sollicitanten op
te roepen, die zich aan een voor eene commissie
van deskundigen af te leggen examen zullen
moeten onderwerpen.
Tot ambtenaar van den burgerlijken stand
werd benoemd de heer jhr. mr. J. W. M. Schorer.
Verder werden de voorstellen van het dage-
lijksch bestuur betreffende het gymnasium te
Middelburg aangenomen waaromtrent wij ver
wijzen naar het onder de rubriek Gemeenteraad
■van Middelburg medegedeelde.
Het gewone, meer uitgebreide verslag geven
wij in een volgend nommer.
Vil ssingen, 9 April. Heden nacht omstreeks
1 uur werd brand ontdekt in een der gebouwen
van de fabriek de Schelde. Door spoedige en doel
matig aangebrachte hulp met de bluschmiddelen
der fabriek zelve was men den brand spoedig
meester, hoewel die zich in het begin dreigend
liet aanzien.
De inspecteur van politie alhier liep bij die
gelegenheid, door het duister misleid, in eene
openstaande regenbak en bekwam eene ernstige
verwonding aaD het voorhoofd.
Het dagelij kseh bestuur der residentie heeft
thans officiëel ter kennis van de ingezetenen ge
bracht, dat de plechtige intocht van den koning
en de koningin bepaald is op Maandag 28 April
In den avond van dien dag zal ook de van ge
meentewege reeds vroeger vastgestelde gasillumi-
natie in 't Lange Voorhout worden ontstoken.
Bij vernieuwing worden de ingezetenen uitge-
noodigd om tot een algemeene illuminatie ter eere
van hunne majesteiten mede te werken.
Naar wij vernemen, heeft Z. K. H. prins
Frederik het slot Backer shag e op den Wasse-
naarschen weg tijdelijk ter beschikking gesteld
van H. K. H. prinses Hendrik, die het buitenver
blijf tegen het laatst dezer maand voor eenigen
tijd zal betrekken. Vad
Aan de Gazette de Liège meldt men uit Brussel
als zeker, dat de onderhandelingen tusschen
België en Nederland over het kanaal van Ter
Neuzen afgeloopen zijn en den gewenschten uit
slag opgeleverd hebben.
In de vergadering van aandeelhouders in de
Zierikzeesche stoombootmaatschappij op 7 April
ten huize vaü den societeithouder W. Eanaar,
te, Zierikzee, gehouden, is rekening en verant
woording gedaan van de dienst 1878 en het
dividend per aandeel vastgesteld op 70,50,
Zijnde ruim 14%.
Veerc, 9 April 1879. Benoemd tot gemeente
ontvanger de heer C. A. van Randwijk, gep.
kapitein van het O. I. leger, te Leyerdorp.
De minister van binnenlandsche zaken brengt
ter algemeene kennis, dat in de maand Juni e. k.
gelegenheid zal worden gegeven tot het afleggen
der examens, vermeld in de arti. 4, 8 en 9 der
wet van 1 Juni 1865, gewijzigd bij de wet van
8 Juli 1874, ter verkrijging van diplomata voor
het eerste natuurkundig examen en het natuur
kundig examen voor hulp-apothekers, het tweede
natuurkundig examen, of van akten van bevoegd
heid als hulp-apotheker en apotheker, in art. 16
vermeld.
Dag en plaats dier examens zullen nader wor
den bekend gemaakt.
Nadere bijzonderheden bevat de Staats-ct.
De minister van binnenlandsche zaken brengt
ter kennis van de belanghebbenden, dat in den
loop van de maand Juli e. k. gelegenheid zal
gegeven worden tot het afleggen van het vee-
artsenijkundig examen, vermeld in art. 12 der wet
van 8 Juli 1874, ter verkrijging van het diploma
van veearts en tot het afleggen van het natuur
kundig examen voor aanstaande veeartsen, be
doeld in art. 12 der wet van 8 Juli 1874.
Nadere inlichtingen deelt de Staats-ct. mede.
Den 5«n dezer werd te Amsterdam de alge
meene vergadering gehouden van aandeelhouders
der Maatschappij tot landaanwinning op de Frie-
sche Wadden. Op den stand van dit belangrijke
werk, dat de aanwinst ten doel heeft van niet
minder dan 25,000 bunders grootendeels uitmun
tenden bouwgrond, mag, meenen wij, niet zonder
vrucht de aandacht onzer lezers gevestigd worden.
Te zien wat in het Noorden van ons land, niet
alleen tusschen Ameland en den vasten wal, maar
ook op andere punteD van Friesland op de zee
veroverd wordt, is een schouwspel dat niet kan
nalaten in onze omgeving belangstelling op te
wekken.
Blijkens het uitgebracht verslag is de dam, welke
ter lengte van 9000 meters, ongeveer twee
uren gaans, van Holwerd uit, den Frieschen
wal met Ameland vereenigt, den 23™ September
1878 door de ingenieurs van den waterstaat op
genomen, met de concessie vergeleken en goed
gekeurd. Op dien dam staande, die thans in zijn
geheel tot boven volzee is afgewerkt, ziet men
bij laagwater, rechts en links, zoover het oog
reikt, eene met slib bedekte, door eenige geulen
doorsnedene vlakte, welke bij het doorkomen van
den vloed met ongeveer een meter water bedekt
wordt. In ruim zeven jaren afgewerkt, heeft deze
dam gedurende dat tijdsverloop veel te lijden
gehad zoo van het stormweder, als van de schip
pers, die in den eersten tijd de vaart op de Wadden
niet wilden opgeven, en van de schelpvissehers,
die de aangespoelde schelpen telkens weghaalden,
den dam beschadigden en het slib loswoelden. Van
de stormen, hoeveel kwaad zij ook aanrichtten,
werd echter ook menigmaal het groote voordeel
ondervonden, dat zij de slib en de schelpen, elders
van den bodem losgemaakt, bij groote massa's
te gelijk op of bij den dam deden neerslaan.
In 't algemeen heeft de aanslibbing ten westen
van den dam veel krachtiger en regelmatiger
plaats gehad dan aan het oostelijk gedeelte, dat
voor de stormen nit het N. en N. N. W. geheel
open ligt. De dikte der westelijke slib-laag wis
selt af van 4 tot meer dan 7 palm, wat eene
waarde van den bodem aanduidt, die voor de
kostbare gronden in het IJ niet onder zal doen.
De loop, die in 't vervolg aan de werken
gegeven zal worden, hangt in groote mate af van
den verderen gang der opslibbing. Naarmate deze
echter voortgaat, zal de hand geslagen worden
aan de groote afsluitingsdijken, die, ten Oosten
en ten Westen van den verbindingsdam, het
daartusschen liggende terrein voorgoed van de
zee zullen scheiden. De Oostelijke dijk, 12000
meter lang, kan niet anders loopen dan van de
Friesche kust, ongeveer ter hoogte van Wierum,
over de hooge Engelschmansplaat, naar de Pinke-
of Oerderduinen op den Oostelijken uithoek van
Ameland. De Westelijke dijk kan verschillende
richtingen volgen, naarmate men zich met een kleiner
of grooter deel van aan te winnen grond tevreden
wil stellen. Bij de ruimste rekening zou, bij eene
lengte van den dijk van ruim 15000 meter, hét
hooger genoemde maximum van aanwinning, of
ongeveer 25,000 bunders land, verkregen worden.
Den tijd, vereischt voor de voltooiing van het
geheele werk, waarbij nog een paar kleinere
dijken ter leDgte van ruim 4000 meter komen,
schat men op ongeveer zeven jaren.
Een groot voordeel zal deze uitgestrektheid
boven vele andere ingepolderde gronden van ons
land opleveren, dewijl zij geen waterbemaling
noodig zal hebben. Men acht het mogelijk, de
ophooging zoo hoog te kunnen opvoeren, dat het
overtollige water alleen door aftapping bij de eb
afgevoerd zal kunnen worden.
Aan het werk is tot het einde van 1878 een
kapitaal besteed van ƒ650,000, bestaande in 300
aandeelen a 1000, een rijks-subsidie van f 300,000
en eene bijdrage der provincie van f 50,000. Yoor
de voortzetting is in het afgeloopen jaar een
tweede serie van 300 aandeelen uitgegeven en
volgeteekend. Voor de geheele voltooiing, kan
op een totaal van zes millioen gulden gerekend
worden, waarvoor, na aftrek der waardelooze per-
ceelen, een oppervlakte bebouwbaren grond van
ruim 20,000 bunders verkregen zal worden, die, tot
den zeer gering geschatten prijs van f 1000 per
bunder, eene waarde van minstens 20 millioen
gulden zal vertegenwoordigen.
Alvorens van dit groote werk af te stappen,
mag een woord van herinnering en waardeering
voor de ontwerpers en uitvoerders ervan niet
uitblijven. Het werd door den concessionaris
jh^. mr. P. J. W. Teding van Berkhout op touw
gezet en ook door dezen, bijgestaan door den
ingenieur Kielstra, tot de thans bereikte hoogte
ten uitvoer gebracht.
Op kleiner schaal, doch met veel meer spoed
en dadelijk goed gevolg, heeft de Friesche land-
aanwinningmaatschap'pij in 1878 hare droogmaking
van de in het Zuidwesten van Friesland, tusschen
Bolsward, Makkum en Workum gelegen drie
meren ten einde gebracht, door welk werk weder
850 bunders land, van het beste gehalte, voor
bebouwing geschikt gemaakt zijn. Hier was
overal het water ondiep, de bodem effen, en sa
mengesteld hetzij uit veen met kleilagen bedekt,
of uit zware vette klei, ter dikte van O.ötotéen
meter. Reeds in 1854 was voor de droogmaking
concessie verleend, doch de uitvoering stuitte af
op het verzet der omliggende gemeenten, die de
vaart op de meren, de daarop gedreven paling-
vangst en al de andere voordeelen en gemakken,
aan eene uitgestrekte watervlakte verbonden,
niet meenden te kunnen missen, Zonderling ge
noeg klinkt het, dat nu het werk voltooid is, nu
de gemeenten, in. plaats van door de ondiepe,
vaak gevaarlijke meren, onderling verbonden zijn
door breede, diepe kanalen, welke door geregeld
varende stoombooten doorsneden worden, nu ze
daarenboven nog geldelijke schadevergoedingen
en de bij het werk betrokken grondbezitters
ruime onteigeningskosten genoten hebben, dat
nu de gelukkige afloop door het aanbieden van
feesten, met uitsteken van vlaggeD en diners, aan
de concessionarissen gevierd is. Aan toejuichin
gen laten de toekijkers bij eenig moeilijk werk
liet zelden ontbreken, als 't namelijk goed
afgeloopen is. Vóór dien tijd ondervindt men
van de meerderheid hunner gewoonlijk niet veel
meer dan afbrekende critiek en ontmoedigende
afkeuring.
Het werk werd aangevangen in 1873. De aan
nemer en concessionaris C. Bouterse was een
man uit nederigen stand, conducteur bij den
spoorweg, in wien talenten en krachten sluimer
den voor welke hij, gelukkiger dan vele anderen
een hun passenden werkkring wist te scheppen.
Met zijne mede-concessionarissen, den gemeente
bouwmeester J. A. van der Kloes, te Bolsward,
en den notaris C. C. Ledeboer, te Makkum, ge
lukte het hem het benoodigde kapitaal van
f 600,000, in 1000 aandeelen, bijeen te krijgen.
Den 15™ Augustus 1876 werd de eerste spade
in den grond gestoken, den 25™ Juni 1878 was
de droogmaking met al de daarbij behoorende
werken voltooid en op het oogenblik is de ge
heele uitgestrektheid sinds lang verkaveld en in
bouwgrond herschapen. De volgende datums
stellen de herschepping, door 'smenschen hand
en kracht op deze plek van den aardbodem tot
stand gebracht, op duidelijke wijze in 'tlicht:
31 Januari 1877. Hevige storm op 't meer.
AprilMeiJuni, Droogmaking.
JuliAugustus, Verkaveling, bezaaiing.
DecemberJanuari l878. Lange jacht op hazen.
In Juni 1877 ving men op de meren de laatate
palingen.
In Juni 1878 vond men op het drooggemaakte
land de eerste kievitseieren.
Van de duizend aandeelen, voor het kapitaal
benoodigd, werden er slechts 85 in Nederland
geplaatst. De overige 915 vonden hun wegnaar
Engeland. Daar vindt men dus nu de bezitters
van dezen rijken Frieschen grond. Men heeft
over dit verschijnsel zeer geklaagd en zeker
willen wij op die klachten niet afdingen. Het
Nederlandseh kapitaal kon zich inderdaad met
meer vrucht werpen op dergelijke land-aanwin
ningen, dan op de twijfelachtige schuldbewijzen
van allerlei vreemde landen en ondernemingen,
met den troost van luide te kunnen schreeuwen
en klagen als het in die geldbelegging door de
hand van een belastingzoekenden minister getrof
fen dreigt te worden.
Dit moeten echter onze kapitaalbezitters zelve
weten. Ons zij eenige ingenomenheid geoorloofd,
omdat wij althans de ontwerpers en uitvoerders
dezer beide werken onze landgenooten mogen
noemen. Hun arbeid, die aan duizenden werk en
onderhoud belooft en reeds verschaft heeft, geeft
ons meer moed en vertrouwen dan zekere theorieën,
door welke de aanwezige voorraad voedsel en
middelen van bestaan in evenwicht gehouden zou
moeten worden met een door kunstmiddelen
beneden peil gehouden bevolkingscijfer.
Wie omtrent deze beide, hier vluchtig beschre
ven ondernemingen meer wil vernemen, kan zijn
weetlust bevredigen in de afleveringen n°. 48
van Eigen Haard over 1878 en n°. 5 over 1879.
Ons komt slechts de verdienste toe van lezen en
weergeven.
gezantschappen. Benoemd tot secretaris van
legatie bij het gezantschap te St. Petersburg,
jhr. mr. O. D. van der Staal van Piershil, thans
in dezelfde hoedanigheid werkzaam aan het De
partement van buitenlandsche zaken.
gemeentebesturen. Bekrachtigd de benoeming
van J. van den Heuvel, burgemeester van Lies
hout, tot secretaris dier gemeente.
pensioenen. Pensioen verleend aan P. Mouwer,
hulponderwijzer te Amsterdam, f 734; E, W. van
Heuven, commies ter provinciale griffie van Gel
derland, f 1100; W. P. Hoegen, commies ter
provinciale griffie van Friesland, 1183 en aan
H. L. Zeilmaker, zich noemende en schrijvende
H. Zeilmaker Wz., hoofdonderwijzer te Sneek,
873.
auditeurs-militair. Tijdelijk opgedragen de
waarneming van de betrekking van auditeur
militair in het. 5e militaire arrondissement aan
mr. W. A. van Sloterdijck, te Leeuwarden.
posterijen. Op verzoek, eervol ontslag ver
leend aan J. S. Swens, als directeur van het
postkantoor te Hoogev.een, behoudens aanspraak
op pensioen.
ministerieele departementen. Op Verzoek,
eervol ontslag verleend aan A. J. M. Visser, als
adjunct-commies bij het departement van Water
staat, handel en nijverheid.
ridderorden. Vergunning verleend aan Zr. Ms.
kunstschilder op Java, Raden Saleh, tot het aan
nemen der versierselen van ridder der tweede
'klasse der orde van de kroon van Pruisen, hem
door den koning van Pruisen, keizer van Duitsch-
land, geschonken.
Bij koninklijk besluit is aan Johann Friedrich
Emil Mühlenweg, geboren te Barmen (Pruisen),
mits hij overigens aan de daartoe bij de wet ge
vorderde vereischten voldoe, vergunning verleend
tot het geven van middelbaar onderwijs hier te
lande.
Voor de arrondissements-rechtbank alhier stond
gisteren terecht D. B., arbeider, wonende te Ter