N». 68. 122« ng. 1879 Vrijdag 21 Maart. Voetstappen in de sneeuw. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zón- en Feestdagen. Prijs per 3/m, franco 3,50. [Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentien: 20 Cent per regel.' Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangére G L. Daube en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones. bericht. Zij die zich vóór 1 April 1879 op deze courant ahonneeren, ontvangen de nog in dit kwartaal verschijnende nom mers gratis. Middelburg 20 Maart. FEtriLLETON. 4. Benoemingen en besluiten. Onderwijs. ft Het volgende schrijven is aan den minister van waterstaat gezonden door de Amsterdamsche kamer van koophandel. „Het zij ons vergund de aandacht van U. E. te vestigen op een onderwerp, dat in de hoogste mate de bezorgdheid heeft opgewekt, het duidelijk gebleken streven namelijk van onderscheidene Duitsche spoorwegmaatschappijen, om door de vaststelling harer tarieven het goederenverkeer over en met Nederland te bemoeilijken. Op ver schillende in den lateren tijd gehouden spoorweg- conferentiën werd besloten, om voor het vervoer van en naar Hamburg en Bremen merkelijk lagere vrachtcijfers vast te stellen dan voor het. verkeer met de Nederlandsche havensook zelfs naar streken, die op korteren afstand van de laatstgelegen zijn, en evenzeer om voor de vervoeren naar Zuid- Duitschland en naar Zwitserland eene groote begun stiging toe te kennen aan de verbinding met Antwer pen. Wij zouden dit in vele bijzonderheden kunnen aantoonen, doch vermoeden intusschen, dat deze reeds door de N ederlandsche spoorwegmaatschap pijen zelve ter kennis van U. E. zijn gebracht. Door de Nederlandsche directiën werd tegen deze achterstelling op de meest energieke wijze gepro testeerd. Het mocht echter niet baten, en naar wij vernemen, werd haar door de Duitsche banen op ondubbelzinnige wijze te kennen gegeven, dat men in deze slechts zoude handelen oyereenkom- s tig bevelen van de Duitsche regeering ontvangen. Wij houden ons overtuigd, dat mocht deze op vatting de juiste zijn, U. E. zich wel reeds zal verstaan hebben met haren ambtgenoot van buitenlandsche zaken om het dreigende gevaar af te wenden. Ons doel bij het schrijven dezer regelen is slechts om ook onze overtuiging uit te spreken, dat het gevaar ernstig schijnt te zijn en dat bezwaarlijk een grooter slag onzen handel zou kunnen treffen, dan wanneer inderdaad de regeering van het Duitsche rijk het mocht geraden achten, om de in vele opzichten voor den handel zoo gunstige ligging van ons land door de vast stelling van te hooge aansluitende spoorwegtarieven te neutraliseeren." dook DORA RUSSEL. EERSTE DE EL. HOOFDSTUK II. Hare minnaars. „Dat is gemakkelijk te verhelpen," zei de jonge Tyrell en van dien dag af werd hij de schaduw van Elisabeth Gordon, zoo dikwijls hij te Wendell kwam. Te vergeefs berispte zijn moeder hem hierover, te vergeefs vermaanden en beknorden zijne zusters hem. „Gij meisjes behoeft niets te zeggen," zei hij op zekeren dag tot haar„Ik ben nu mijn eigen meester en Elisabeth is een meisje uit duizenden en zij zorgt wel dat' men niet al te zeker is van haar te krijgen, dat kan ik je zeggen." Sir John hoorde het bericht van de verliefdheid van zijn zoon als naar gewoonte met waardige kalmte aan. V j r.; Aan een brief van den Haagschen briefschrijver der Zutf Ct. over de financieele ontwerpen der regeering is het volgende ontleend: „Laat ons eerlijk bekennen, dat met betr^king tót deelde in het staatsbestuur het bekende spreekwoord, waarin iets voorkomt van een pot en een ketel, die beide zwart zijn, van volle toe passing is. Van weelde in het staatsbestuur waren in de laatste tien jaren de conservatieven evenmin als de liberalen, maar ook de liberalen evenmin als de conservatieven bijzonder afkeerig. Men zegt wel eens, dat een volksvertegenwoor diging de afspiegeling is der natie; maar dit is toch zeker, dat de oud-Hollandsche zuinigheid in de laatste jaren op bet Binnenhof vrij wel zoek is geraakt. Geen jaar is voorbijgegaan zonder dat er over opdrijving van het budget klachten werden aangeheven; maar telkénlook werden die klachten door nieuwe en steeds hoogere opdrij ving bespottelijk gemaakt. Voor drie, vier jaren schreef men in de dagbladen, dat het wel anders zou worden als de millioenen uit de Oost maar minder rijkelijk begonnen te vloeienmaar zie, voor de millioenen zijn reeds tekorten in'de plaats gekomen en nog altijd wacht het Nederl. volk op het eerste bewijs, dat de geest van zuinigheid is teruggekomen. Wijs mij niet op de begrooting- stukken, die tot walgens toe van zuinigheids jeremiaden overliepen; ware er ook werkelijk gehandeld in overeenstemming met hetgeen in die stukken geschreven staat, misschien zelfs zouden op dit oogenblik nog in 't geheel geen nieuwe belastingen noodig zijn; maar er is niet alleen niet naar gehandeld, neen! de regeering is als het ware door de staten-generaal gedwongen om nog steeds meer dén verkeerden weg op te gaan. De begrootingen waren hoog, in verhouding tot de geraamde middelen zelfs te hoog, maar de begrootingen, zooals zij uit den smeltkroes der tweede kamer zijn teruggekomen, waren nog veel hooger. En, ik herhaal het, in dit opzicht hebben alle partijen evenveel schuld. De»liberalen maken er het ministerie-Heemskerk een grief van, dat onder zijn regeering de gewone uitgaven verba zend toenamen, zonder dat men tegelijkertijd op vermeerdering der gewone inkomsten bedacht was; maar zij vergeten, dat dit alles niet moge lijk geweest ware, indien die conservatieve minis ters daarbij niet steeds den steun van een groot deel der liberalen hadden gevonden. De conser vatieven verwijten de liberalen dat ook thans nog niet met betrekking tot de uitzetting der uitgaven een krachtig„tot hiertoe en niet verder", wordt gehoord; maar desniettemin vinden zij er volstrekt geen bezwaar, in, om in diezelfde richting van verhooging nog een stoot te geven, indien het slechts uitgaven zijn welke in den smaak vallen van hun geestverwanten. Zoo is het b. v. naar mijn overtuiging onverantwoorde „Mijn beste vrouw," sprak hij tot zijn gade, die bitter aan het jammeren was over de dwaasheid van Harry, „Henry is er juist de jongen naar om een vrouw ergens uit een achterbuurt te nemen en dus moogt ge heel dankbaar zijn als hij ie mand kiest uit zulk een fatsoenlijke plaats als een boerderij." Maar de arme Lady Tyrell kon dit niet inzien; ofschoon zij zoowel als hare dochters moesten toegeven dat het Harry was die miss Gordon naliep en niet miss Gordon, Harry. Daar viel ook niet aan te twijfelen. De jonge Tyrell maakte kennis met ,mr. Horton en was even be leefd tegen den goedhartigen pachter en zijne zoons als tegen Elisabeth. De jonge dame nam zijne hulde in den beginne volstrekt niet ongaarne aan. Zij voelde zich inderdaad gevleid als zij de bezorgde blikken van Lady Tyrell opmerkte telkens wanneer ztj elkaar ontmoetten. Zij mocht Harry Tyrell ook wel lijden, omdat hij openhartig, goedig en op haar verliefd wasen waarschijnlijk zou hij, als hij den moed gehad had haar gedu rende het eerste jaar hunner kennismaking zijn liefde te verklaren, geen ongunstig antwoord ge kregen hebben. Maar dat deed hij Diet. Hij ging weer naar Oxford, keerde naar Wendell terug, vertrok wederom naar Oxford en sprak het groote woord niet uit. Hij was smoorlijk verliefd op Elisabeth, dat zei hij zelf; „tot over mijn ooren toe, weet ge, oude jongen," schreef bij aan lijk, dat opnieuw de pensioenen van de officieren van de zeemacht worden verhoogdmaar welke partij heeft in de tweede kamer de regeering in stjiat gesteld die verhooging er door te krijgen „Al- is de regeering met de keuze van nieuwe belastingen gelukkig, dit neemt niet weg, dat de waarschuwing tot het betrachten van meer zui nigheid zoowel voor de regeering als voor de volksvertegenwoordiging alleszins gewettigd is. Ja zelfs zou bij de aanstaande verkiezingen de zuinigheidsleus niet zoo geheel misplaatst zijn. De staatskas is veel te veel geworden een publiek jachtveld, dat door corporaties zoowel als door particulieren werd afgejaagd. Die toestand heeft reeds veel te lang geduurdmaar zoolang de kiezers eene speculatie op locale gunst ten koste van den fiscus in de hand werken, is geen verbetering te verwachten en zal bij elke staatsbegrooting het oude spel opnieuw beginnen. Vooral voor een klein land is dat de gevaarlijkste klip, waarop het parlementaire stelsel dreigt te stranden." Van de bemanning van de Willem Barents hebben zoo goed als allen zich weder aangeboden om den tweeden tocht mede te maken. Zeer groot is echter het aantal zeelieden, welke zulk een tocht willen mede maken, en lettende op het doel dezer tochten, wil de commissie daarom liever een nieuwe bemanning aanwerven. Op deze wijze vermeerdert het aantal Holl. zeelieden die met de ijsvaart vertrouwd zijn, en kan men later een groot schip bemannen met ervaren matrozen. Ook hebben zich reeds voor deze en voor een volgende reis dierkundigen aangeboden, die door 't voorbeeld van dr. Sluiter gezien hebben, hoe veel er in de IJszeeën nog te leeren en te ont dekken is. De heer Grant, de Engelsche grondeigenaar, die zijn landgoed in Devonshire verleden jaar verliet om als vrijwilliger mede te gaan, ten einde in het Noorden te photographeeren, gaat weder mede. Ook een onzer schilders, die met veel talent besneeuwde landschappen pleegt af te beelden, had gaarne den tocht mede willen maken. De beperkte ruimte aan boord van de Barents laat dit echter niet toe. {EU.) De gemeenteraad van Amsterdam heeft besloten de concessie der beide gasfabrieken aldaar uiter lijk met 1 September 1887 op te zeggen. Het dagelijksch bestuur is uitgenoodigd nieuwe voor stellen te doen. schreef hij „voor Zij zijn allemaal Naar men verneemt wordt de definitieve be grooting van oorlog dezer dagen van den raad van state teruggewacht om binnen kort de tweede kamer te bereiken. Men verwacht, dat, bij de indiening dezer begrooting, door den minister van zijn jongeren broeder, te Malta, die luitenant bij de marine was, en deze, die eenige ondervinding op dit punt had en meer dan eens een aandoen lijk tafereel van afscheidnemen doorleefd had, aan de verschillende stations welke hij had bezocht, gaf hem een kleine vermaning tot antwoord. „Maak je toch niet belachelijk, beste Hal," eenige vrouw ter wereld, heel lief en aardig en wat je wilt, maar een man die zijn hoofd op hol laat brengen door een dochter Eva's, is een ezel. Gij zegt mij dat uw aangebedene verwonderlijk schoon enz. enz. is. Nu ik zal je zeggen hoe ik haar vind als ik te Wendell kom. Ik denk dat mijn schip spoedig afgedankt zal worden." enz. Het schip werd afgedankt en luit. Tyrell kwam in den herfst, (tegen het einde van Sept.) naar het nieuwe tehuis dat hij nooit gezien had. Hij had een kruistocht van drie jaar gemaakt en in dien tijd waren de omstandigheden der familie geheel veranderd. Hij had zijn vader verlaten met hoogstens duizend p. st. in het jaar om van te leven en hij vond hem terug als een rijk landeigenaar en in een geheel andere positie. In het eerst was bij zijn aankomst alles vreugde en blijdschap te Wendell Hall en zijn broeder was even ingenomen als de overige familieleden met den flinken zeeman, die in alle opzichten ontwikkeld was door zijn driejarige reis; maar van lieverlede ontstond er een nieuwe gewaar- oorlog openingen zullen gedaan worden omtrent zijn plannen, betrekkelijk de legerorganisatie en de legervorming. Bij de zitting -van den militieraad te Tilburg reclameerde zekere H. L. vrijstelling van den dienst wegens te zijn eenige zoon, niettegenstaande hij nog drie eigen broeders in leven heeft. Uit het attest bleek, dat hij in Nederland, zijn vader en drie broeders echter alle in België geboren zijn, zoodat die broeders niet aan de loting voor de nationale militie in dit rijk hebben behoeven deel te nemen, en nu de vierde als eenige zoon is vrijgesteld. Ook Z. K. H. prins Frederik heeft een aan zienlijke bijdrage doen toekomen aan het comité voor de uitrusting van de tweede Nederlandsche expeditie naar de Noordelijke IJszee. consuls. Verleend de personeele titel van con sul aan den heer J. van Drunen, vice-consul der Nederlanden te Londen. rechterlijke macht. Benoemd tot procureur bij het gerechtshof te 's Hertogenbosch, m'. H. J. van Leeuwen, procureur bij de arrondissements rechtbanken te 's Hertogenbosch en Roermond. gemeentebesturen. Bekrachtigd de benoeming van E. B. Fremery Kalff, burgemeester van Uit- Hoorn, tot secretaris dier gemeente. universiteiten. Bekrachtigd de benoeming van den heer dr. Max Fürbringer tot gewoon hoog leeraar in de ontleedkunde aan de universiteit te Amsterdam. geneeskundige dienst. Bevorderd tot dirigee- rend off. van gezondheid bij de zeemacht de off. van gezondheid le kl. H. C. Steenbergen. pensioenen. Op zijne* aanvrage op pensioen ge steld de off. van gezondh. 2' kl. J. van Deventer, van het personeel van den geneeskundigen dienst der landmacht, en het bedrag van dat pensioen bepaald op ƒ900 'sjaars. Op pensioen gesteld de majoor J. C. D. Janson, van het 4e reg. inf.en het bedrag van dat pen sioen bepaald op f 1600 's jaars. leger. Benoemd bij het wapen der infanterie: bij het 2e reg. tot kapitein 2e kl.de le luit. C. L. Beck, van het korpsbij het 4e reg. tot ma joor, de kapitein W. A. Brunings, van het 2« regiment. Bergen op Zoom, 19 Maart. Tot 38 hulponderwijzeres aan de school voor meer uit- wording tusschen de beide broeders en de jaloezie die gevaarlijkste aller vijanden voor liefde en vriendschap, begon de oude genegenheid, die ben van kindsbeen af tot elkaar gebracht had, te doen verkoelen en verflauwen. De oorzaak hiervan was niet ver te zoeken. Jasper had met een soort van gezag Harry, uitgelachen toen hij begon over zijn gloeiende be wondering voor het „schoone boerinnetje", zooals hij Elisabeth noemde, en nadat hij haar had leeren kennen had hij openhartig toegestemd dat zij be koorlijk was. Maar hij bleef Harry toch met haar plagen en Harry wilde gaarne het onderwerp van zulke plagerijen zijn. Dit duurde eenige weken zoo voort en de broeders waren aanhoudend bij het schoone buurmeisjezelfs stemde Lady Tyrjjll, op verzoek van Jasper, er in toe om Eli sabeth een bezoek te brengen. „Zij zou een uitstekende partij voor hem zijn," zei sir John, toen zijn vrouw hem hierover raad pleegde. „Mijn waarde pachter, mr. Horton, heeft mij verzekerd dat miss Gordon een kapitaal ge ërfd heeft van tien duizend p. st., dat gedurende de laatste achttien jaar is aangegroeid. Weinig jonge officieren trouwen een meisje met zulk een fortuin tot haar beschikking." „Maar tochzei Lady Tyrell aarzelend. „Lieve vrouw, er zijn altijd „maars" en „tochs" aan alles in de wereld verbonden en het beste is er niet te veel gewicht aan te hechten. De vader

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 1