BTJITESTLAITD.
Correspondentie.
Zeetijdingen.
Handelsberichten.
Advertentiën.
Algemeen Overzicht,
De Pest
Graanmarkten enz.
Frijzen van Effecten.
gfenzen van Afghanistan. De doctoren in
Frankrijk en Engeland. Februari. De sehaffers-
maaltijd in Bremen. Edison de uitvinder.
Tanger in Marokko. -De kleine machinerieën
op de Parijsche tentoonstelling. Wanneer zal
de dom te Keulen instorten?
Eigen Haard. (Haarlem. H. D. Tjeenk Wil
link.) Januari. Menschen van de zee en menschen
van den wal, door A. Werumens Buning.
Waldeck in vogelvlucht, door Gerard Keller.
Het nieuwe sociëteitsgebouw in de diergaarde te
Rotterdam, door J. Craandijk. Het Nederl.
museum voor geschiedenis en kunst te 's Graven-
hage, door D. v. d. Keilen Jr. De Leidsche
broodfabriek enz., door D. Hartevelt De
Sumatra-expeditie, door dr. H. F. R. Hubrecht.
Schoolreisjes, door G. Garelsen. Een nieuwe
landaanwinning (droogmaking der Makkumer-Par-
regaster enWorkumer meren), door M. E. v. d. Meu-
len. Platen: Portret van den koning en de konin
gin. „Je moet stil zijnnaar eene schilderij
van J. H. Melis. „Maria van Bourgondië te
Brussel", naar de schilderij van E. Wauters.
„Achter meesters rug", naar eene schilderij van
J. Taanman. Arolsen en omstreken. Het
paleis, het studeervertrek en de uitvaart van
prins Hendrik te Walferdange. De „eerste en
laatste woning" van generaal Pel, te Kotta-Radja.
Teekeningen, schetsen enz.
De aarde en haar volken. (Haarlem. H. D.
Tjeenk Willink.) Januari en Februari. Amster
dam. Stanley's laatste reis door Afrika
Een Engelsch gezantschap naar Kashgar.
Met platen en kaarten.
Het amnestie-ontwerp houdt nog aller aandacht
In Frankrijk bezig, eii men begint er naar te
verlangen, dat die zaak, hoe dan ook, haar beslag
krijge. Het rapport van de commissie van onder
zoek is gisteren middag in de kamer voorgelezen,
en wijl deze gewoonlijk Woensdags vacantie
neemt, zal eerst Donderdag de discussie aanvangen
die men rekent, dat zekfer twee dagen zal in be
slag nemen. De commissie heeft de regeering
overgehaald nog enkele categorieën van veroor
deelden te voegen bij degenen, die bij het ver
krijgen van gratie ook de voordeelen der
amuestie meteen ztllen, genieten. Zij vondechtei
het ministerie onverbiddelijk op het punt der
veroordeelden wegens het gebeurde te Parijs den
31 October 1870, zoodat men op dit punt met
zekere spanning de uitspraak der kamer tegemoet
ziet. Men herinnert zich het dien dag gebeurde.
Toen Parijs in den hoogsten nood was en al
zijne krachten noodig had om zich. te verdedigen
tegen den overmachtigen vijand, die voor de stad
stor-d, werd door eenige roekelooze politieke en
socialistische woelwaters eene beweging op 't
getouw gezet en bijna volvoerd om de voorloo-
pige regeering en den commandant Trochu te
verwijderen en reeds toen de proef te nemen met
de regeering op socialistischen grondslag, die
enkele maanden later Frankrijk zooveel leeds
berokkende. Tusschen die poging en de commune
van het voorjaar van 1871 ligt daarom een groot
verschil, wijl de laatste eerst is uitgebroken, toen
de wapenstilstand met de Pruisen was geteekend
en Frankrijk feitelijk in vrede was. Den 31
October echter poogden Blanqui, Flourens, Vallés
en anderen onrust en twist te stichten in eene
belegerde stad. Dat maakt inderdaad een groot
verschil.
Het denkbeeld van het comité, dat gelden ver
zamelt om de geamnestieerden, als zij zullen zijn
teruggekomen, ondersteuning te verleenen, totdat
zij weder een werkkring hebben gevonden, vindt
terecht veel medewerking. Het is dan ook een
bij uitstek practiseh idee, om die lieden aan den
gang te helpen weder een of ander bedrijf op te
vatten en hen te behoeden om uit gebrek weder
gekheden of erger te doen. De gemeenteraad van
Parijs dacht er ook zoo over en stelde-een crediet
van fr. 100.000 voor dat doel beschikbaar. Dit
besluit mocht echter de vereischte goedkeuring
der regeering niet wegdragen wegens een gebrek
in den vorm, welks aard wij nog niet vermeld
vinden. Het beginsel echter vond volkomen in
stemming bij den heer de Marcère, die gisteren
in de kamer verklaarde, dat hij voor hetzelfde
doel van plan was een crediet aan te vragen. De
reactionaire bladen zijn daar natuurlijk woedend
over en verzuimen de gelegenheid niet om de
menschen, die voor dezen voorzichtigheidsmaat
regel gestemd zijn, mét de èommunards\en pétroleuses
op éene lijn te stellen.
De tijd van die bladen eü van hen, door wier
belangen zij zich geïnspireerd gevoelen, is trouwens
voorloopig voorbij. Zij slaan een mal figuur. De
heer Gambetta drukte dat op de hem eigen
geestige en krachtige wijze uit in het antwoord,
dat hij Zaterdag ochtend gaf aan eene deputatie
van zijne kiezers uit Belleville, welke hem kwamen
gelukwenschen met zijne benoeming tot president
van de kamer. „Ik beschouw niet als ernst,
sprak hij, en ik houd het niet voor wezenlijke
hinderpalen, dat geschreeuw en gesteen der over
wonnen partijen, die de vrij onschuldige en tevens
vrij belachelijke rol spelen van Jeremiassen in
tranen te midden van den triomf en de vreugde
van de Fransche democratie."
Moge die thans rechtmatige trots nog lang
haar recht van bestaan houden. Dan moet
Frankrijk zich echter niet bezighouden met kin
derachtigheden, als het oprakelen van eene oude,
in onbruik geraakte wet, waarbij de Marseillaise
in het Bulletin des lois werd geplaatst en tot
volkslied werd verklaard ter eere van de heilige
beginselen, qui ont rent ersé la Bastille le 14 Juillet
et la royauté le 10 Aotlt. Dat decreet paste in
het kader van dien tijd, doch thans is het .be
spottelijk te achten, dat eene regeering, die wer
kelijk wel ander werk te doen heeft en ieder
oogenblik spreekt van de behoefte, welke het
land heeft aan vrede en rust, langs officieelen
weg het volk een lied in den mond geeft, dat èn
in (le bedoeling van den dichter en in zijn inhoud
niets anders is dan een krijgszang tegen buiten-
landsche vijanden.
Volgens een telegram in de Times trekt een
deel der Engelsche troepen uit Kandahar terug
naar Engelsch Indië. Slechts 6000 man zouden
te Kandahar bij ven. Het schijnt dus, dat men
zich daar veilig acht en de koorden der beurs
wat gaat aanhalen. De correspondent van de
Standard meent te weten, dat het niet in de
plannen der regeering ligt om Kandahar te be
houden. Eene andere depêche in de Times trekt
zeer de aandacht in Engeland. Zij behelst het
zeer onverwachte bericht, dat er in Kaboel geen
quaestie is van binnenlandsche standjes, en dat
Yakoeb Khan bezig is regimenten te verzamelen,
die moed beginnen te krijgen (het staat er letterlijk
who are gaining heart), doch in de eerste weken
nog niet in beweging zullen gebracht worden.
(Uit de Zeitung der Vereins Deutscher
Eisenbahn Verwaltungen.)
Nog bijna geheel onbeschaafd zijn de volks
stammen, welke aan deze zijde van den Wolga
wonen. Van oudsher Nomaden, hebben zij, sedert
zij onder het juk van Rusland zijn gekomen,
hun karakter weinig veranderd. De Russische
heerschappij is daar meestal een territoriale, zij
strekt zich niet uit over de menschen, maar alleen
over het gebied. Waar deze Nomaden zich des
zomers ophouden, waarheen zij trekken, dat hangt
geheel af van den toestand der weilanden, van
de jacht en van den handelzij trekken bijna
onafgebroken heen en weêrhunne standplaatsen
Stanitsaskunnen in het geheel niet vergeleken
worden met hetgeen men in beschaafde landen
onder woonplaatsen verstaat. Het zijn niets meer
dan verzamelplaatsen, waar zij de grijsaards en
zieken achterlaten om die van tijd tot tijd op te
zoeken. Zoowel onder hunne kudden, als onder
hen zelf komt dikwijls eene groote sterfte voor
in dat geval verplaatsen zij zich nog spoediger
dan anders. Zij trachten de besmettelijke ziekte,
wanneer die zelfs voor de Oostersche ongevoelig
heid te erg wordt, te ontvlieden in de Steppen,
maar in den regel verhuist de dood met hen.
Vandaar, dat dit gebied bijna nimmer vrij van
epidemische ziekten isde pokken, de pest komen
daar bijna altijd voor.
De ziekten verplaatsen zich slechts met de
van plaats veranderende menschen en breiden
zich uit naarmate van den toestand van den grond
en van het klimaat, dat, zooals bekend is, daar
zeer afwisselend is.
In het voorjaar van 1877 werd b. v. de pest
in de nabijheid van Zarizijn bemerkt; zij zou
daar overgebracht zijn met die zwarte vellen,
die men hier onder den naam van Astrachaner
pelswerk kent. Aan zulke gevallen gewoon,
maakte men daarvan geen ophef; en zelfs de heer
Jelenski, directeur der stoombootmaatschappij
Liebedwerd door de ziekte aangetast, zonder
dat daarvan bijzonder melding werd gemaakt.
Jaarlijks tegen den herfst beginnen de tochten
der aan deze zijde der Wolga wonende Nomadische
volkstammen langs dezen stroom, die het voor
naamste verkeermiddel van Oostelijk Rusland, de
directe verbinding tusschen de Kaspische en Bal-
tische zee is. Zij ruilen dan hoofdzakelijk te
Zarizijn en Astraehau hunne waren (vellen, huiden,
pelswerk, saffraan) in tegen Russische en buiten-
landsche artikelen. Verder heeft dit handelsver
keer Wolga-afwaarts meest door Tartaren plaats.
Wordt nu de scheepvaart op de Wolga gestremd
(in den winter door het ijs, thans door het pest-
cordon) dan is de voortplanting der smetstof
geheel afgesloten.
Smokkelarij is, nu de dienst van den eenigen
spoorweg, die de verbinding met het Westen
vormt, gestaakt is, niet mogelijk, ten deele door
de groote afstanden en het gebrek aan wegen,
die het gebruik van andere middelen van vervoer
onmogelijk maken, ten anderen omdat de handel
met de uit dat gebied voortkomende producten,
wanneer die in het klein moet gedreven worden,
geen winst genoeg afwerpt. Nu is in die streken
de pest uitgebroken, de pest in den eigenlijken
zin des woords. Onder den invloed van een
buitengewoon milden winter (de Wolga, die anders
geregeld in het begin van December bevriest, is
nu nog tot Zarizijn open), hebben zich de reeds
in den zomer voorgekomen gevallen van de ge
vreesde ziekte belangrijk vermenigvuldigdonder
steund door de ontmoeting op hunne tochten met
Baschkiren, Kirgisen, Kalmukken, Tskerkessen
en Tataren, door den terugkeer der uit den
Armenischen veldtocht komende Kozakken, heeft
de pest zich van den linker- naar den rechteroever
verplaatst en heeft daar, zooals uit het rapport
van den officier van gezondheid der Kozakken
blijkt, in verschillende dorpen, vooral in Wetl-
janka in November 11. met buitengewone heftig
heid gewoed. Dit feit is niet te betwijfelen. Iets
anders is het echter, of de vrees, welke daaruit
ontstaat, werkelijk gegrond is.
Zooals reeds boven gezegd is, zijn het geen
woonplaatsen als die van ons, welke door de pest
aangevallen zijn, maar slechts verzamelplaatsen
van ellendige horden, waarin een half wild volk
woont, dat slecht gevoed, onzindelijk, jaar uit
jaar in door besmettelijke ziekten bezocht wordt.
En juist dat volk drijft in het geheel geen
handel en keut geen bedrijf, en wanneer het
vlucht, dan vlucht het naar het Oosten in de
steppen, niet naar het Westen, waar het zich niet
vrij genoeg gevoelt en waar alle middelen voor
hen om te trekken en te leven ontbreken. Zooals
opgemerkt is, is het een geheel op zichzelf
staande, eigenaardige bevolking, die in geenerlei
betrekking tot het Westen staat. En dan de
afstanden
Weenen is van Zarizijn i 2900 kilometer ver
wijderd en van Wetljanka 3050, Om per spoor
uit Weenen te Zarizijn te komen heeft men zeven
dagen noodig; dus evenveel tijd als per stoom
boot van Havre naar New-York.
Met de streken waar thans de pest heerscht,
wordt bijna in het geheel geen handel gedreven,
en ook met de aangrenzende streken heeft Oos
tenrijk, uitgezonderd misschien voor caviar en
gedroogde vischbijna geen handelsverkeerwijl
de weinige handel in "artikelen uit Astrachan,
zoowel vroeger als tegenwoordig, zich over de
route RevalStettinBreslau beweegt. Het is een
opmerkenswaardig feit, dat het uitbreken van de
pest, welke b. v. in 1837 te Konstantinopel ver
schrikkelijk was in dien tijd op het overige
Europa bijna geen indruk maakte, terwijl men
zich thans zoo bekommert. Een goed gedeelte
dezer zorg mag wellicht gezocht worden in den
gespannen politieken toestand van Europa, maar
vindt toch veel meer zijn grond in de avontuur
lijke belichten, die, om welke reden ook, verspreid
worden.
Niet van een eenzijdig, egoïstisch standpunt,
maar alleen door het bewustzijn geleid, dat het
ieders plicht is, tot duidelijkheid der zaak en ook
wellicht tot geruststelling van vele gespannen
gemoederen iets te helpen bijdragen, is getracht
hier een schets te geven van de plaatselijke toe
standen en eigenaardige trekken der volkstammen
waaronder de epidemie is uitgebroken. Hieruit
schijnt te blijken, dat men zich niet zeer angstig
behoeft te makendat de vreeselijke ziekte zich
verder zal uitbreiden. Geen enkel teeken spreekt
voor dreigend gevaarwerkelijk gevaar is daaren
tegen die vreesachtigheid, die bijna nog schade
lijker werkt dan de pest.
Het ons toegezonden bericht uit Kats heeft gis
teren verkort in de N. Bott. Ct. en heden gelijk
luidend in de Goesche Ct. gestaan, en komt dus
niet voor plaatsing in aanmerking.
Vertrokken de schoener Houthandel, gezagv.
de Wit, naar Noorwegen in ballast.
Rotterdam, 18 Februari. Ter markt van heden
waren aangevoerd 1142 runderen105 vette, 46
nuchtere kalveren; 22 schapen; 480 varkens;
64 biggen; runderen le.qual. 86, 2e qual. 68
3- qual. 50; kalveren le qual. 105, 2e qual. 85;
schapen 85 cent.
Vlissingen, 18 Februari. Boter per kilogram
f 1.30 a 1.22. EiereD per 104 stuks.
Bergen op Zoom, 18 Februari. Boter per stuk
f 0.97), per kilo 0.65. Eieren per 26 f 1.10
Amsterdam, 17 Febr. 13 Febr.
STAATSLEENIN GEN,
Siederl. Cert. N. W. Sch. 2) pet. 63) 63)
dito dito dito. 3 76
dito dito dito. 4 981 98^
België. Certificaten2)
Frankrijk. Origin. Inschr. 3 75
Hongarije. 'Obl. Goudleen 56)
Italië. Gert. Adm. Amsterd. 5
Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 52 52 ff
1 dito Febr.-Aug. 5 53)
dito Jan.-Juli. 5 53jf 54
dito April-Oct.53-,4 53
dito dito Goud 4 64
Polen. Obl. Schatkist 1844. 4 75)
Portug. Obl. Btl. 1853/1869. 3 49$ 49^
dito dito 1876. 6 96
Rusland. Obl. Hope C.
1798/18155 95 j 95)
Cert. Inschr. 54 Serie 1854. 5 54) 54)
dito dito 6» 1855. 5 76) 76
Obligatiën 18625 81) 81)
dito 1864 /1000 5 90 90
dito 1864 £1005 86)
dito 1877 dito5 85& 85&
dito Oostersche 1« serie5
dito 1872 gecons. dito. 5
dito 1873 gëcons. dito. 5
dito 1850 le Leening dito. 4)
dito 1860 2Le ning dito. 4)
dito 1875 gecons. dito
Cert. Hope Cu 1840
dito 2e, 3' 4e Leen. 1842/44.
Obligatie-Leening 1867/69.
dito dito 1859
Cert. van Bank-Assign.
pan je. Obl. Buit. 1867/75.
dito dito 1876
dito Binnenl. Es. 5000-10000
dito dito 1876
Turkije. Obl. Alg. Sch. 1865 5
dito dito 1869 6
Egypte. Obl. Leening 1876
Spoorw. dito 1876
Tereen. Staten. Obl. 1876 4)
dito dito 1871 5
dito dito 1861 6
Brazilië. Obl. Londen 1865 5
dito Leening 1875 5
tUCDV STRIEELE EK ÏINAKCIEEEB
0KDEEMEMIK6EÏÏ.
4
4
4
3
6
1
2
1
2
6
5
n
53)
531
rt
'82
82)
83
83TS
V
82 j
81 f
81)
n
n
55;
73j|
59)
14-js
Ï4*
32)
13)
13)
30)
12&
12)
13$
13)
45)
45)
n
67
68)
n
104)
104)
103)
103)
n
92)
92)
n
87)
Nederl. Afr. Hand.-V. Obl. 5
Ned. Hand.-Maatsch. aand.
rescontre5
Ned. Ind. Handelsb. Aand.
Stoomvaartm. Java Obl. 5
dito Zeeland Obl5
dito gegarand. dito4)
Dultschland. Cert. Rijks
bank Adm. Amsterdam.
Oostenrijk. Aand. Nat. B.
SP O O BW EG-LEK»
Nederland. Maats. t.Expl.
St.-Spw. Aand
Ned. Ind. Spoorw. Aand.
Ned. Rijn-spw. volgef. Aand.
N,-Brab. Boxt. Obl. 1875. 5
dito dito 2e Hypoth.
Hongarije. Theiss.Sp. Obl. 5
Italië. Znid-Ital. Spw. Obl. 3
Polen. Wars.-Bromb. Aand. 4
Warschau-Weenen dito.
Rusland. Gr. Sp.-Maats.
Aand5
dito Hypoth. Obligatiën. 4)
dito dito dito 4
Baltische Spoorweg Aand. 3
Chark.-Azow Oblig. 100. 5
Jelez-Griasi dito5
Jelez-Orel dito f 1000. 5
Kiew-Brest Aand5
Losowo-Sewastopol 1000. 5
Morsehansk-Sysran. Aand. 5
Mosk.-Jaroslaw Obl. 100. 5
Mosk.-Kursk dito dito 6
Mosk.-Smol. dito dito 5
Orel-Vitebsk Obl. dito 5
Poti-Tiflis dito f 1000. 5
Riaschk-Wiasma Aand. 5
Amerika. Cent. Pac. Obl. 6
dito California Oregon dito. 6
Chie. N.-W. Cert. Aand.
dito Mad. Ext. Obl. 7
dito N.-W. Union, dito 7
dito Winona St. Peter dito. 7
Illinois Cert. v. Aand.
dito Redempt. Obl. 6
Union Pac. Hoofdl. dito. 6
pet.
102 ïV
120
Nederland. Stad Amst. 3
Stad Rotterdam 3
Gemeente-Crediet3
België. Stad Antwerp. 1874 3
Hongarije. Staatsl. 1870
Oostenrijk. Staatsl. 1860 5
dito 1864
Rusland. Staatsl. 1864 5
dito 1866 5
99
99
n
153
9>
113)
113)
IN G EK.
pet.
110
9
9
139)
137)
9
63)
63)
9
9
72)
73
9
46)
46)
9
9
50)
9
113)
113)
9
88)
88)
9
9
46)
46)
9
81f
81)
-9
81
81)
9-
83)
83
9
9
76)
76
9
60)
60)
9
93)
93
9
98
9
9
81 j)
81)
9
83)
84
9
59
59)
9
106)
106)
9
96)
96)
9
88
88&
9
103)
104
9
98)
99
9
100)
100)
9
88)
88)
9
105
105
9
106)
ISSN.
pet. 104)
105
9
103)
103)
9
89)
89
9
95
9
71)
71
9
97)
98
,9
127
127)
■9
133)
133)
9
133)
133)
Pryzen Tan coupons.
Amsterdam, 18 Februari. Metall. f 21.40dito
zilver 21.40 Div. Engelsche per f 11.75
Engelsche Portugal per f 11.75; Spaansche
buitenlandsch 47.50; idem Binnenland 2.24);
Amerikaansche dollars in goud f 2.44.
Amsterdam, 17 Februari. Metall. 21.40; dito
zilver f 21.40 Div. Eng. per f 11.75Eng.
met affidavit per f 12.Eng. Portugal per
f 11.75; Frans, f 47.60Belg 47.60; Pruis.
f 58.80Hamb. Russ. f i Russen in Z. R.
f 1.13Poolsche per fl. Poólsche per Z. R.
f Spaansche bnitenlandsche 147.55Spaan
sche binnenlandsche f 2.24) Amerikaansche dol
lars in goud f 2.44; papier f2.44.
Heden overleed tot diepe droefheid van mij en
mijne kinderen, na een langdurig doch geduldig
lijden, mijn veelgeliefde echtgenoote PIETER-
NELLA VLEUGEL, in den ouderdom van bijna
62 jaren, met wie ik omstreeks 37 jaren allerge
lukkigst vereenigd was.
Allen, die de waardige overledene gekend heb
ben, zullen kunnen beseffen wat wij in haar ver
liezen.
Borssele, J. VAN WIJNGEN.
15 Febr. 1879.
Algemeene kennisgeving.
Heden overleed mijne dierbare echtgenoot
ANDRIES GABRIËLSE, in den ouderdom van
40 jaren, na eene genoegelijke echtvereeniging van
ruim 16 jaren, mij nalatende 4 kinderen.
Zij, die den overledene in zijn werkzaam leven
gekend hebben, zullen beseffen, wat ik met mijne
4 jeugdige kinderen in hem verlies.
Westkapelle, 17 Februari 1879.
PIETERNELLA JOHANNA MINDERHOUD,
Wed». A. GABRIËLSE.
De ondergeteekende betuigt bij dezen zijnen
dank, voor de ontvangene bewijzen van belang
stelling met de bevalling zijner echtgenoote.
Breskens. M. M. MEIJER Jr.