i\«. 28 122e Jaargang. 1879. Dinsdag 28 Januari. Een Elba op de Theems. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50^ Afzonderlijkelnommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentien: 20 Gent per regeL Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50 iedere regel niesr 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte, Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangére G L. Daube en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones. Gemeente-belastingen. Middelburg 27 Januari. De burgemeester en wethouders van Middelburg, maken bekend dat bij hun besluit van heden ten kantore van den gemeente-ontvanger als beambte, hoofdzake lijk belast met de inning der plaatselijke belas tingen, is aangesteld P. H. ,J. Vermeulen, met bevoegdheid namens den gemeente-ontvanger quitantie te geven voor alle door hem te innen belastingen of daarmede gelijkstaande heffingen. Middelburg, den 27'° Januari.-1879. De burgemeester en wethouders voornoemd, SCHOBEE. De secretaris, Gr. N. DE STOPPELAAE. Ofschoon het ingevallen dooiweder de hanen, die op de vest buiten de Seisbarrière door de vereeniging Uit het volkvoor het volk voor de hardrijderij op schaatsen waren ingericht, onbruik baar gemaakt had en niemand vermoedde dat die hardrijderij zou doorgaan, heeft, dank zij den on vermoeiden ijver van het bestuur der genoemde vereeniging, de wedstrijd heden toch plaats gehad. Heden morgen werd een aanvang gemaakt met de inrichting van de nieuwe banen, op de vest tusschen de voormalige Langeviele-poort en het kanaal, en 's middags was men, niettegenstaande alles van het eerst aangewezen terrein moest worden overgebracht, gereed. Op twee flinke banen, die naast elkander zijn gelegen en eene lengte van 120 M. bij eene breedte van 3 M. hebben, heeft de wedstrijd plaats gehad. Het terrein was even als de muziektent, waar door het harmoniegezelschap Accelerando gedu rende den wedstrijd eenige nommers werden uit gevoerd, met vlaggen en wimpels versierd. Het terrein zelf werd vrij druk bezocht, doch op den singel verdrong zich eene talrijke menschenmassa. Van het Schuttershof kwamen de rijders, ten getale van 45, voorafgegaan door de muziek, te 12 uren op het terrein aan. Te 12* uren begon de kampstrijd. Door de mannen, boven de 18 jaren, die er aan deel namen, was eerst, volgens het vooraf bekend gemaakte reglement, geloot om de volg orde waarin zij rijden zouden. Zij reden paars gewijs - tegen elkander, n° 1 tegen n° 2, 3 tegen 4 enz., tot de lijst geheel was afgeloopen. De uitslag was als volgt. Voor den wedstrijd op Hollandsche schaatsen werd de eerste prijs, een gouden horloge, toegekend aan F. L. Klaassen, 2 FEUILLETON. dook RICHARD DOWLING. Hij nam een cab om naar het kantoor terug te rijden en zoodra hij daar aankwam begon hij te zoeken in de hoop van iets te ontdekken, dat het zonderlinge gedrag va'n Jordan kon verklaren. Maar hij vond niets. Eindelijk begreep hij dat zijn plicht hem gebood de verontrustende tijding niet langer voor zijne patroons te verbergen en ging hij naar het binnenvertrek en deelde het geval mede. Zij gelastten hem dadelijk naar Blankstreet, Chelsea, te gaan, om te hooren of men daar ook iets van Jordan vernomen had. De klerk ging naar het voorvertrek om zijn jas te halen, die aan denzelfden knop hing, waaraan die van Jordan 's morgens gehangen had, trok zijn jas aan, merkte dat er iets ongewoons in de borstzak zat en haalde er de groote portefeuille van Jordan uit. Met deze in de hand liep hij naar het kantoor terug, legde de portefeuille voor zijne patroons neder en vertelde hun hoe hij die gevonden had. In de gegeven, omstandigheden was het niet onbescheiden haar te openen en weldra vonden zij de vijftig banknoten van hon de tweede prijs, een zilveren horloge, aan J. Vermeulen, terwijl de premie, f 2.50, behaald werd door J. Jongepier. Bij den wedstrijd op Friesche schaatsen bekwam A. van Eeen den eersten prijs, een gouden horloge, J. W. Domenie den tweeden prijs, een zilveren horloge, en P. E. Ha- zewindus de premie, f 2.50. Na afloop van den wedstrijd, ongeveer te 41 ure, begaven zich de rijders, weder voorafge gaan door de muziek en vergezeld door het grootste deel der toeschouwers, langs de kaaien en de Korte en Lange Delft naar het Schutters hof, waar de prijzen werden uitgereikt. De heer Koning, lid van het bestuur der vereeniging Uit het volk voor het volkdoor wien de prijzen uitgereikt werden, bracht, nadat hij de winners had geluk gewenscht, een woord van dank zoo aan de commissie die de regeling van den wijdstrijd op zich had genomen, als aan de heeren Domenie, van der Heil en Woutersen, die zich voor het welslagen er van zoo veel moeite hadden gegeven. Spreker bracht verder ook zijn dank aan allen die zich bereid hadden getoond om door hunne medewerking het feest te doen ge lukken. Bovenal zeide hij zich gelukkig te achten er op te kunnen wijzen, dat zich geen enkele wanklank had doen hooren, dat alles ordelijk en flink was afgeloopen. Zoowel de winners der prijzen bij den wedstrijd op Hollandsche als bij dien op Friesche schaatsen, dankten de commissie voor de wijze waarop de wedstrijd was geregeld, voor de goede baan en voor de orde die er had geheerscht. Nadat de uitreiking der prijzen en premiën af geloopen was, en aan de winners der horloges was medegedeeld dat zij morgen in staat gesteld zouden worden eene inscriptie op hunne prijzen te doen stellen, werden aan de rijders vanwege de vereeniging verversehingen aangeboden. Hiermede was dit feest afgeloopen, dat bij allen, die daaraan deelgenomen hebben of er ge tuige van zijn geweest, zeker de aangenaamste herinneringen zal achterlaten. VSIssingen, 27 Januari. Beweerden wij iu ons laatste nommer de noodzakelijkheid om de berichten der groote bladen omtrent ijsgang enz. iu verband met de haven van Vlissingen te ver beteren, het kleine blad, genaamd Vlissingsche Courant, vereischt waarlijk niet minder correctie en het is volstrekt niet twijfelachtig, of zij niet beter deed in haar eigen zoowel als in het alge meen belang, om over zulke zaken te zwijgen in plaats zoo te spreken. Het bericht voorkomende in N° 8 van 26 Jan. toch is van zoo onbegrijpelijk absurden aard, dat men gerust kan zeggen het raakt kant noch wal. derd p. st., net zooals hij die aan de bank ont vangen had. „Onze beide jassen hingen aan denzelfden knop. Toen hij terug kwam om zijn jas te halen, zal hij zijn portefeuille uit den zak van zijn grijze jasje genomen en in den borstzak van mijn over jas gestoken hebben, in plaats van in de zijne" zeide de klerk. Hier hield Zwaanders even op, zocht in een portefeuilletje dat hij bij zich had en haalde een viesch half velletje papier te voorschijn. Het handelshuis ontving den volgenden morgen dit briefje „Mijne heeren, ik heb de vijfduizend p. st. verloren terwijl ik mij van de bank naar het Tolkantoor begaf. Ik verwacht niet dat gij mij gelooven zult. Niets kan mij hier van zuiveren. Zelfs al veronderstelde ik dat gij mij op mijn woord van eer zoudt gelooven dat ik het geld niet gestolen hebzou ik toch nooit meer onder uwe oogen durven komen, terwille van de groote schade en den last welke mijn onachtzaamheid u berokkent. Gij behoeft niet te hopen dat gij mij vinden zult. Ik zal u in dit loven nooit weerzien maar indien fer hier namaals een ge rechtigheid bestaat zult gij weten dat ik u niet met opzet benadeeld heb. „Edward Jordan." Zwaanders vouwde den brief dicht en legde hem weer in zijn portefeuille. „Den dag daarna" vervolgde hij „riep mijnheer William Jordan, de In dat nommer wordt driestweg het volgende gezegd „de firma's, die gedwongen zijn om van den staatsspoorweg gebruik te maken, klagen dat het zoo lang duurt eer men begint te lossen. O. a. is men eerst gisteren begonnen met het ontladen van eene stoomboot, die reeds twee dagen in de buitenhaven lag." üe zaak is aldus: Donderdag namiddag om streeks 2 uren, kwamen van de reede in de haven de stoomschepen Flamingo en Emeraldzij wer den onmiddellijk doorgeschut en lagen omstreeks 4 uren in het dok aan de losplaatsde Emerald opende den volgenden morgen om half acht zijne luiken en begon te lossen, de Flamingo, bij eigen verkiezing, twee uren later. Dat een der schepen twee dagen in de buiten haven heeft gelegen is dus 'eene schromelijke vergissing; natuurlijk zijn de schepen in de bui tenhaven geweest om naar het dok te komen, er is nu eenmaal geen andere weg voor schepen dan die vaarweg. Over den dijk zou het waar schijnlijk langer duren. Bovendien is het den schepen streng verboden om zich in de buitenhaven op te houden, langer dan noodig is om er door te passeeren. Het stuit ons wel dat wij de reputatie van Vlissingen moeten verdedigen waar die door eene Vlissingsche courant benadeeld wordt, evenwel achten wij wederlegging van onjuiste voorstellingen onzen plicht. Wij spreken nu maar liever niet over het bericht in datzelfde nommer dat op de reede Zaterdag morgen reeds veel ijs was, hetgeen ook al niet als bijzonder juist geprezen kan worden. Eerst' Zondag morgen kwam er een weinig ijs op de reede, dat evenwel geen belem mering aan de vaart berokkende. JSergen op Zoom 25 Januari. Gister avond beeft de kapitein Van Tuerenhout, van Breda, die als spreker optrad in de afdeeling Bergen op Zoom van den Anti-dienslvervanging- bond, in eene voor deze plaats en voor dergelijke zaisen vrij talrijk bezochte bijeenkomst, het nut aangetoond der verspreiding van meer kennis aangaande het krijgswezen en de middelen, die daartoe kunnen leiden. Uit zijne voordracht bleek, dat de daarin ontwikkelde denkbeelden de vruchten waren van grondige studie en dat de middelen, door hem aangegeven om verbetering voor te bereiden in den bij voortduring toch onhoudbaren toestand, zeer goed uitvoerbaar zijn. De arbeid van den kapitein Van Tuerenhout (die zéér terecht opmerkte, dat het een dwaal begrip is, als zouden officieren „uit den aard hunner positie" de invoering van den verplichten vader van den ongelukkigen jongen, mij bij zich en gaf mij last om zijn zoon op te sporen. Ik krijg vijftig p. st. belooning als ik hem vind. Gij wilt, mij nu wel helpen, niet waar? „Eonduit gezegd, Zwaanders, interesseert uw zaak mij in 't minst niet. Het is een erg alle- daagseh geval en het levert geen speelruimte hoegenaamd voor de verbeelding op. Gij moet niet denken dat ik er iets in zal kunnen uitrich ten. Ik ben overtuigd dat ik mij het lot van dien zorgeloozen jongen nooit zal kunnen aan trekken Wilt gij Claret of portwijn Claret. Heel goed. Vertel mij nu eens een geschiedenis. .Doe dat vervelende notitieboek dicht en vertel mij eens iets aai digs." Hij deed terstond het hoek dicht en stak het in zijn zak. „Kijk eens hier" zei hij „als wij het nu eens niet als een zaak behandelden maar eenvoudig als een ver haal mag ik u dan vertellen wat ik in de laatste drie weken in mijn vrijen tijd aangaande dit geval te weten heb kunnen komen?" „Dat moogt gij. Neem een lucifer en ga voort." „Ik zal u niet met bijzonderheden vervelen, maar alleen de uitkomsten vermelden. Den 17 Nov. 's middags om half 3 kwam de jonge Jordan aan zijn woning in Blankstreet, waar hij niemand thuis vond, behalve de meid. Hij kwam met zijn sleutel binnen en ging regelrecht naar zijn eigen kamer. De meid had hem de stoep zien opkomen en naar boven hooren gaan. Een kwartier daarna schelde hij. Zij ging naar boven. Hij vroeg of zijn vader en moeder thuis wdreu en zij ant- persoonlijkea dienst wenschen en bevorderen) moet te mëer óp prijs wórden gesteld, omdat hij geen lid is van den .Bond, doch als „staatsburger" het doel daarvan op prijs stelt en bevorderlijk wil zijn, zonder zich te bekreunen om allerlei kleingeestige consideratiën, die anderen weerhou den om iets te doen, al zijn zij het volko men eens met het streven en overtuigd van het nut dat de Bond beóogt en bevordert. De kapitein Van Tuerenhout maakt zich ver dienstelijk jegens den Bond, en de wensch, dat hij in vele afdeelingen zal optreden, of zijn arbeid in druk zal uitgeven, wordt in 't algemeen belang geuit. Sluis, 25 Januari. Naar wij van goede zijde vernemen heeft de gemeenteraad alhier in beginsel aangenomen om voor rekening der gemeente een post- en telegraafkantoor te bouwen. De gemeen teraad zal trachten een der gemeente-gebouwen daartoe in te richten; het post- en telegraafkan toor zullen alzoo vereenigd biijven. In de laatste raadsvergadering is met algemeene stemmen de goedkeuring geschonken aan het geheele ontwerp tot de vereeniging der gemeenten Sluis, Heille en St. Anna ter Muiden tot éene gemeente. Prins Frederik Karei van Pruisen is Zaterdag namiddag te 4 uren 20 min naar Berlijn terug gekeerd. Aan het Rijnspoorwegstation te 's Hage werd hem uitgeleide gedaan door den hofmaar schalk van wijlen prins Hendrik, den Duitschen gezant en diens legatieraad, benevens baron Van Lijnden van Sandenburg, en een adjudant en ordonnance-officier des konings. De groothertog en prins Herman van Saksen- Weimar zullen heden of morgen naar Duitschland terugkeeren. Door de Amsterdamsche Kanaalmaatschappij is indertijd het verzoek tot de regeering gericht, om hare concessie in dien zin te wijzigen, dat de oppervlakte der Noordzeehaven, die volgens de concessie tot eene bepaalde diepte moet opge leverd worden, belangrijk zou worden verkleind. In plaats van een havenkom ter breedte van 650 meter zou, volgens de aanvrage tot concessie- wijziging, een vaargeul van 250 meter breedte verkregen worden. Ter beantwoording der vraag, of die concessie- wijziging zonder bezwaar voor de scheepvaart kon worden toegestaan, werd door den minister van waterstaat, handel en nijverheid eene.com missie benoemd, bestaande uit de heeren jhr. H. P. de Koek, hoofdinspecteurJ. Spanjaard, 'inspecteur van het loodswezenK. Junius van woordde: Neen; zij waren uit rijden gegaan, hadden plan om eenige bezoeken af te leggen en zouden door Regentstreet terugkeeren, waarme- vrouw Jordan boodschappen te doen had, zoodat zij niet voor na zessen thuis konden komen. Daarop vroeg hij of zij geld had voor het huis houden, waarop zij antwoordde: Neen, maar dat mevrouw haar twaalf gulden gegeven had voor den melkboer. Hij zei haar dat ze die aan hem moest geven en nadat hij er haar een quitantie voor geschreven had nam hij zijn regenmantel nog bij zijn overjas die hij niet uitgetrokken had en ging heen zonder verder een woord' te zeggen. Bij een zeer nauwkeurig onderzoek is gebleken dat hij niets anders had medegenomen dan onge veer acht el touw, waarmede een groot pak dichtgebonden was geweest. Daar hij van nie mand anders geld geleend had en meD wist dat hij 's morgens niet meer dan ongeveer f 12 in zijn zak had, moet zijn heele voorraad geld in iets meer dan twee p. st. bestaan hebben. Hij droeg nooit ringen, of doekspelden, of eenige andere sieraden en het eenige stuk van waarde lat hij bezat, zijn horloge"is gevonden!" vroeg ik. Slechts éen ding had tot nu toe mijn belangstelling gaande gemaakt. Wat had hij met die acht el touw uit gevoerd? Het was een groot pak, dat weinig waarde voor hem kon hebben. „Het horloge werd onder buitengewone omstan digheden gevonden, die ik later zal vermelden. Laat mij mijn eigen draad volgen dan beu ils des te spoediger gereed.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1879 | | pagina 1