Telegraphische berichten. Benoemingen en besluiten. Marine en leger Kunst nieuws. Rechtszaken. Burgerlijke stand. Thermometerstand. Kamer van koophandel en fabrieken te Middelburg. bij e r ii s t i g e n wil van den minister van kolo niën, (in strijd misschien met dien zijner onder geschikten in Indië en hier te lande) zonder twijfel voor verbetering vatbaar is. „Na langen tijd, schrijft de heer Cnypers, niets van mijn zoon P. Cfourier bij het Oost-Indische leger, vernomen te hebben, wendde ik mij deswege om inlichting ter plaatse waar zulks behoort. Na maanden lang wachtens tus- schen hoop en vrees, ontving ik op 5 dezer van het koloniaal departement het bericht of liever een klein strookje papier, waarop alleen de woor den: overleden te Edi 9 April 1878. „9 Maanden moesten dus verloopen eer ons die paar koude woorden gewerden, door ons in hoop en vrees doorgebracht. „Eenigszins van den eersten schrik bekomen, daar ik nu dan toch eindelijk de stellige tijding van zijn overlijden had, las ik onder aan boven genoemd strookje„van zijn nalatenschap niets bekend." „Op mijn vraagwanneer ik daarvan iets kon vernemen, daar ik kort voor zijn verscheiden hem nog goederen en geld had toegezonden, werd mij geantwoord: dat daarvan meestal weinig terecht komt. U moet maar eens over drie jaar terug komen, d. i. in 1881, mogelijk dat er nog iets overblijft. „Zoo humaan is het koloniaal bestuur voor de nagelaten betrekkingen van jongelingen, die vaak hun leven opofferen voor de belangen van hun vaderland en voor de rechten onzer Oost- Indische bezittingen." Evenals de spoorweg BoxtelWezel de mede dinger van den staatsspoorweg kan worden voor de verbinding van de Duitsche stations met de zeehavens, zoo dreigt de spoorweg die in bijna rechte lijn Antwerpen verbinden zal met Gladbach aan de BergischMarkische baan en verder met Neuss en Dusseldorp, een geduchte concurrent te worden voor de beide Nederlandsche maat schappijen. Van belang is daarom hetgeen aan de N. Rott. Ct. over den tegenwoordigen toestand der werken aan den spoorweg AntwerpenGlad bach gemeld wordt uit Roermond, een van de stations der nieuwe lijn. „Het ziet er, schrijft men, met de spoor wegverbinding RoermondGladbach op dit oogen- blik lang zoo gunstig niet uit als een paar maanden geleden. Toen hoopte men dat de exploitatie tot Gladbach met 1 December reeds een aanvang kon nemen. Dat tijdstip zal een maand of vier ten allerminste later gesteld moeten worden. De weg is nog niet gereed, er zijn nog geen draaischijven gesteld en tusschen de be trokken maatschappijen bestaat, naar men zegt, ook niet de noodige overeenstemming, terwijl voor het grensstation te Vlodrop ook nog geen ambtenaarspersoneel is aangewezen. Ook de exploitatie in de richting van Antwerpen zou zich wel eens kunnen laten wachten, wanneer de Maas voortgaat met aan spoorbrug en spoordijken te Buggenum parten te spelen. Op dit punt wordt de waterloop door het overstroomde Maasdal samengeknepen tot de beperkte opening tusschen de pijlers, en krijgt de slechts door zoden be schermde spoordijk, uit kiezel bestaande, door den langs hem schurenden stroom het hard te verantwoorden. Tengevolge van de kunstmatige vernauwing van het Maasdal is nog een ander gevaar ontstaan voor de brug zelve, tusschen wier pijlers zich volgens gedane peilingen een diepe geul heeft gevormd, aanzienlijk dieper reeds dan de fundamenten der pijlers liggen. Wanneer dus de hooge waterstand, wat te verwachten is, zich dezen winter herhaalt en de omstandigheden „Als ik kon „De mensch kan wat hij wil." „Nu, dan wil ik niet." „Dat hadt gij wel dadelijk kunnen zeggen." „Wat was het voor een sleutel vroeg Anna. „Dat heb ik immers al gezegd," riep Lebrecht, „een oude, groote, zonderling gevormde sleutel, uit de zestiende of misschien wel uit de vijftiende eeuw, zooals men zq nu nergens meer vindt. Ik herinner mij zelfs dat de oude Hinrich voor eenige jaren uren lang te vergeefs aan dat slot gemor reld heeft." „Ga dan maar," zei Anna, „anders vinden de arme menschen niemand aan het station." „Gij hebt nog al den tijd," zei de dokter, „het is even over negeneneen vol uur en men rijdt er in tien minuten heen." „Er moet toch nog ingespannen worden" zei Lebrecht; „wij hebben bovendien een tweeden wagen noodig voor het goed ik zal het onze meteen meebrengen, Anna. Is er nog iets „Neen dankje," zei Anna. Haar koele toon sneed Lebrecht door de ziel, zij vermoedde immers niet waarom hij haar ver zoek had afgeslagen en dat hij slechts éen wensch koesterde: dat hij reeds alles gezegd had en het verzoek dus ook niet had behoeven te weigeren. Maar het was nog niet te laat Bertram wilde heengaan hij kon dan onder het een of ander voorwendsel blijven of terug komen eer hij wegreed zoo en passant kon hij het misschien het beste zeggen. „Gij gaat toch immers mee, Bertram Nebelow komt niet terug en misschien doet hij die bood schap ook verkeerd dan komt er een misver stand." zich maar eenigszins keeren ten nadeele van het nagenoeg voltooide werk, dan is het niet onmo gelijk, dat door onverwachte ongevallen de exploitatie nog geruimen tijd zal moeten worden uitgesteld. De St.-Ct. bevat het verslag der commissie belast met het afnemen der examens ter verkrijging van een diploma als stuurman aan boord van koopvaardij schepen De heer Rikkers heeft in de Zaterdag gehouden vergadering van den gemeenteraad van Breda, bij de vaststelling der notulen, de zaak ter sprake gebracht van den tegen den heer Havard door den burgemeester gebezigde uitdrukking. „De notulen, zoo zeide hij, volgens een verslag in de Bred, ct., behoeven wel niet letterlijk het gesprokene weer te geven, maar moeten toch den geest kenmerken, welke daarin heerschende was. Nu werd er in de vorige vergadering door den voorzitter een woord gesproken, dat als een echo door het geheele land had weerklonken. Hij ver langt dit woord zelf niet in de notulen vermeld te hebben, maar wilde daarin toch geconstateerd zien, dat door den voorzitter eene uitdrukking werd gebezigd, welke onaangenaam en beleedigend was voor een vreemdeling, die, voorzien met aanbevelingen van den minister van binnenl. zaken en den commissaris des konings in N.-Brabant, een bezoek aan Breda bracht, en ons kleine land in den vreemde in een gunstig licht stelt. Hij acht dit te eer wenschelijk, omdat, tot zijne be vreemding, bij het doen dier uitdrukking, niemand der raadsleden daartegen protesteerde. Hij zelf werd daarin verhinderd, eensdeels omdat zijne gedachten vervuld waren met zijne afkeurende stem over de begrooting, en ten andere doordien die uitdrukking hem te veel verbaasde. „De voorzitter dankt den heer Rikkers deze zaak ter sprake te hebben gebracht. Hij had, zegt hij, een woord gesproken, dat hij niet had moeten sprekenmaar verontwaardiging had hem driftig gemaakt. De heer Havard toch heeft het zóo voorgesteld, alsof het oud-archief op eene vliering als een hoop vodden opeen ligt. Om zich persoonlijk te overtuigen, dat dit niet zoo is, noodigt hij de leden uit met hem het oud-archief, waaraan sedert het te Breda zijn van den heer Havard hoegenaamd niets is veranderd, te gaan bezoeken. Wat overigens het verlangen van den heer Rikkers betreft, niemand der raadsleden heeft het recht te eischen, dat datgeen in de notulen worde opgenomen wat door een ander raadslid gesproken is. „Aan genoemde uitnoodiging wordt hierop voldaan, en verlaten alle leden, onder geleide van den voorzitter, de vergadering, om een bezoek te gaan brengen aan het oud-archief. „Na den terugkeer der leden worden de werk zaamheden hervat." Het blijkt dus niet uit dit verslag, welken in druk het bezoek aan het archief heeft gemaakt. burgemeesters. Benoemd tot burgemeester der gemeenten Colijnsplaat, Cortgene en Cats mT. L. A. Bijbau, met toekenning van eervol ontslag als adjunct-commies bij het departement van binnenlandsche zaken. Reeds onder de Tel. her. gemeld). onderscheidingen. Vergunning verleend aan R. Hol, te Utrecht, tot het aannemen van den titel van Officier Académie, waartoe hij door de Fransche regeering is benoemd, en tot het dragen van het hieraan verbonden onderschei- dingsteeken. „Zeker, zei de dokter „om alles ter wereld geen misverstand! mevrouw ik heb de eer Zij gingen beiden naar de deur. „Dokter!" Bertram keerde zich om. „Wat is er van uw dienst?" „Ik wilde u iets vragen over mama;dames praatjes niets voor u beste Lebrecht; de oude kwaal van mama, ik weet dat zij er van avond al over zal beginnen en mij nooit vergaven dat ik onzen vriend op zulk een belangrijk geval niet heb voorbereid. Zoudt gij nog een oogenblik willen blijven, dokter?" Lebrecht knarste met de tanden het mocht dus niet geschieden „Ik zal u niet storen, zei hij, tot wederziens!" Hij was de deur uit. De dokter stond met hoed en stok in de hand, hij was woedend op Lebrecht, woedend op Anna dat zij op echte damesmanier, zonder in 't minst te vermoeden wat zij deed, die oogenblikken, waarvan leven en dood afhingen, meende te mogen verbabbelen over een nietigheid. Hij wilde juist zeggen, „het spijt mij mevrouween ander maal!" en Lebrecht achterna hollen, toen de jonge vrouw die stil gestaan had als of zij luisterde, hare blanke handen tegen hem uitstrekte, op hem toe traden op angstigen toon riep „Ga niet heen, ga niet heen, ik moet u spreken „Zoo !'I zei de dokter „moet gij mij spreken dat is wat anders. Neem weer plaats, als ik verzoeken mag, mevrouwwat is er Wordt vervolgd.) geneeskundige dienst. Bevorderd bij de zee macht: tot inspecteur van den geneeskundigen dienst, de dirigeerende officier van gezondheid H. L. Oudenhoven; tot dirig. off. van gezondh. de off. van gezondh. le kl. H. L. Koning; en tot off. van gezondh. le kl., de off. van gezondh. 2e kl. W. Schoondermark. De officier van administratie le kl. J. H. C. ten Hove, behoord hebbende tot het eskader in Oost- Indië en in Nederland teruggekeerd, is op non activiteit gesteld. De commissie der vereeniging Uit Tiet vólle, voor het volk heeft heden middag onder de deelnemers in de loterij drie teekeningen verloot uit de por tefeuille van Pulchri Studio, die haar ter bezich tiging was afgestaan. Een Watergezicht van H. Veder viel op n°. 20, eene teekening van mejuffrouw Pruijs van der Hoeven op n°. 42, en Kaartspelende visschers van M. A. van Aken op n"» 26 van de loterij. Buiten deze voor de loterij aangekochte stukken is nog eene teekening van den heer H. J. van der Weele door een bezoeker der tentoonstelling aangekocht. De tentoonstelling werd deze keer schaars bezocht. Mad»e Agar heeft met haar begaafden collega Coquelin van het Theatre Francais belangeloos medegewerkt aan eene voorstelling, ten behoeve van den Schoolpenning, Zaterdag in het Alhambra te Brussel gegeven. .Ter gedachtenis ontving de kunstenares een zilveren krans ten geschenke. Na ongeveer tien maanden in het huis van arrest alhier preventief gevangen te hebben geze ten, werd heden naar de gevangenis te 's Gravenhage overgebracht C. C. v. d. B., oud secretaris en gemeente-ontvanger van Krabbendijke en Bath- Rilland en eenige polders, beschuldigd vanten eerste het als openbaar bewaarhouder, of die in zijn post wegens gelden verantwoordelijk is, verduisteren of aan zijne bestemming onttrekken van penningen aan het publiek toebehoorende, die uithoofde van zijn post in zijne handen waren en eene waarde boven de drie duizend franken hadden; ten tweede als boven, die eene waarde hadden den gestelden borgtocht te bovengaande. Voor welke feiten hij den 16en Januari 1879 voor het hof te 's Hage zal terecht staan. Het huwelijk van den hertog van Connaught, derde zoon van koningin Victoria, met de zuster van onze prinses Hendrik is wegens het overigden van de groothertogin van Hessen minstens drie maanden uitgesteld. Men stelt zich voor het koninklijk echtpaar bij zijne komst te 's Gravenhage een schitterende ontvangst te bereiden. Op verschillende punten zal de residentie fraai versierd wordeneere poorten, piramides, wapenschilden, vlaggen en groen zullen weder dienst moeten doen en om nu eens iets nieuws te vertoonen heeft de, ge meenteraad besloten het Voorhout met kolossale gasornamenten te verlichten. De heer Wisse, de bekende ondernemer van electrische verlichtingen had aan B. en W. voorgesteld het Voorhout, het Noordeinde nabij 's konings paleis, het Plein 1813 enz. electrisch te verlichten, maar dat was den raad blijkbaar al te nieuwMen heeft het afge wezen en zal zich deels met gas-, deels met talkvlammetjes behelpen. Toch is er, naar men verzekert, nog sprake van een gedeeltelijke elec trische verlichting der residentie op den feestdag, maar van particuliere zijde. „Men is druk bezig met het in orde brengen der apartementen voor de koningin in het paleis. Een viertal salons worden geheel gerestaureerd door een Parijsch huis. (N. Gr. Ct.) De burgemeester van Haarlem heeft de in gezetenen gewaarschuwd tegen het gebruik van groen behangselpapier, dat in die gemeente ver kocht wordt, als zijnde voor de gezondheid hoogst nadeelig. Monsters daarvan zijn ter gemeente secretarie ter bezichtiging gesteld, terwijl hande laren in behangselpapier worden verzocht dit papier uit hunne magazijnen te weren. De directie voor den schouwburg te Arnhem heeft voor de veiligheid van den schouwburgbe zoeker een paar nuttige veranderingen gemaakt. De tochtdeuren, die naar binnen opensloegen, zijn thans in overeenstemming gebracht met den eisch voor deuren in alle gebouwen waar talrijke bijeenkomsten plaats hebben, terwijl tevens veilig heidslampen zijn ingericht, die bij het uitbarsten van brand onmiddellijk kunnen ontstoken worden, als de gaskraan wordt afgesloten. Te Berlijn geschiedt thans de reiniging der straten 's nachts, eene regeling, waarvan de directe voordeelen licht in 't oog springen. Nog een indirect voordeel echter vloeit er uit voort. Er gebeuren hoe langer hoe minder nachtelijke diefstallen, want de dieven worden door de straatreinigers in hun handwerk gestoord. binnenland. Tweede kamer. Bij de behandeling der begrooting van waterstaat, motiveerde de heer Wintgens zijne afkeurende stem op grond van de schromelijke opdrijving der uitgaven, buiten verhouding tot den financieelen toestand, en de positie van handel en nijverheid, bij het bestaande te kort van 15 millioen en het vooruitzicht van nieuwe lasten en leeningen. Dit alles maakt matiging en spaarzaamheid noodzakelijk. In antwoord op de bijzondere punten, door eenige sprekers behandeld, gaf de minister hoofd zakelijk te kennen dat de waterstaatsbelangen partieel geregeld zullen worden, naar de volg orde, in de stukken aangewezen. Bij de alge- meene regeling van het waterschapsbestuur komen van zelf de quaestiën betrekkelijk het provinciaal beheer, de rechtskracht der provin ciale verordeningen enz. te berde. Aan den Hoek van Holland worden maatregelen genomen tot verzekering der achterliggende landen tegen het gevaar van zeedoorbraak. De zaak van de redding van schipbreukelingen moet over gelaten blijven aan het initiatief van particulieren, met steun der regeering. Üe eischen van den tijdgeest en de nationale ontwikkeling vorderen de voortzetting der publieke werken met matiging, waardoor de welvaart toéneemt. Een amendement van den heer Van Delden tot schrapping der aangevraagde gelden voor het waterstaatkundig onderzoek van Nederland, werd verworpen met 51 tégen 16 stemmen. buitenland. Rome. Naar aanleiding van de verklaring van den Duitschen keizer ten gunste van de godsdienstige opvoeding dér, jeugd, heeft de Paus hem een brief geschreven, w;aarin hij zegt, dat de katholieke kerk hetzelfde beoogt. De Paus gaf ten slotte den wensch te verstaan naar den vrede. Pest. Na overeenstemming tusschen de beide delegatiën heeft de Oostenrijksche delegatie het rijksbudget, aangenomen. Louden. Een Engelschman, opzichter bij den telegraaf te Kreta is vermoord. Konstantinopel. Turksche officieren heb ben Engelsche kolonels beleedigd. Brussel. De heer Frèrè Orban heeft geen gevolg gegeven aan zijn voornemen om, door middel van een amendement op de begröoting, de opheffing van de Belgische legatie bij het vaticaan te doen vaststellen. C-U 1 t ti 4 (Van 7—14 December.) Goes. Bevallen: J. Doornebos, geb. Ardon, d. P. Schipper, geb. Hijman, z. P. A. Schuiling, geb. van de Linde, z. A. P. Smolders, geb. van der Does, d. P. de Hpnd, geb. Lindenberg, d. N. Melieste, geb. van Veen, z. Overleden: C. S. Bataille, jd. 73 j. 16 Dec. 's av. 11 u. 30 gr. 17 's morg. 8 u. 31 gr. 's midd. 1 u. 34 gr. 's av. 6 u. 34 gr. Zitting van Maandag 16 December. Van het in deze zitting behandelde deelen wij, aansluitende aan hetgeen gisteren reeds is gemeld, nog het volgende mede. Na de voorlezing van het schrijven der Vlissing- sche kamer, waarbij de ondersteuning van de kamer wordt gevraagd betrekkelijk de voortzet ting der werken aldaar, meent de voorzitter dat het gevoelen van den minister bekend is, dat eene som op de begrooting is uitgetrokken en dat de werken dit jaar zullen worden voortgezet. De beer de Stoppelaar veroorlooft zich de opmerking dat hij meent dat de voorzitter omtrent de voortzetting der werken te Vlissingen in eene dwaling verkeert, gelijk vroeger ook met hemzelven het geval is geweest bij de lezing der mem. van toelichting bij de spoorwegbegrooting en de verder gewisselde stukken. Bij kennismaking met de cijfers is hem gebleken dat tegen f 269,000 voor de geheele lijn Roozen- daal en Vlissingen in 1878, thans voor 1879 slechts ongeveer f 54,000 is voorgedragen. In die som is begrepen nagenoeg f 37,000 voor den vóorlaatsten termijn van het in 1875 aanbe stede buitensluishoofd, naar hij meent voor het grootste gedeelte reeds verwerkt. Voor verdere voltooiing der werken te Vlissingen kan er na aftrek van die som en ook voor dagelijks voor komende werken over de geheele lijn, niet veel meer overblijven, zoodat hij meent het er voor te moeten houden, dat aan die mariuesluis in 1879 niets zal worden verricht. Voor 1878 was daarvoor alleen nagenoeg f 200,000 geraamd. Gelijke som had minstens ook voor 1879 behooren beschikbaar te worden gesteld. Nadat op voorstel van den heer Tak tot de dadelijke behandeling was overgegaan, wordt met

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 2