Telegraphische berichten,
Benoemingen en besluiten.
U n d e r w ij s.
Marine en leger
Kunst nieuws.
<&m«ISmffjto.
Winkler Prina dit vraagstuk ook kunnen oplossen
Onder de voorwerpen, die men in den vorm van
ring, doekspel, of armband iemand als aandenken
wilde aanbieden, waren er dit jaar, die niet prijkten
met het geijkte woord souvenirmaar met den naam
Mizpa. Dit maakte de nieuwsgierigheid gaande,
en vroeg men den winkelier, óf, om geen majes-
teits schennis te plegen, den heer magazijnhouder,
wat dit had te beduiden, dan verwees hij den
weetgierige naar, Genesis 31. vs. 49 en nam in
enkele gevallen den Bijbel in de hand om voor
te lezen wat daar staat geschreven.
Hoe moet wel een iid der anti-revolutionaire
oppositie te moede zijn geweest, die daar, zijn
aankoopen doende, ongezocht vond, wat hem op
de scholen werd geweigerd?
Wanneer we op 5 December de blikken richt
ten naar Berlijn en Londen, mochten we als
Nederlanders wel dankbaar wezen, dat we alleen,
te zorgen hadden voor de feestelijke ontvangst
van dien goeden ouden heilige, voorzien van een
werkelijken gard, en niet gezegend met iets wat
naar staat van beleg zweemtdat wij niet hadden
te jubelen voor een keizer bij de genade Gods,
die zijn geliefde onderdanen den gard al vooruit
had gestuurd in den vorm van een socialistenwet.
En is het niet beter dat een parlement, al is het
iets later dan gewoonlijk, zijn aangewezen jaar-
lijkschen arbeid volbrengt, dan dat het in buiten
gewone zitting wordt opgeroepen, waarom? om
de huicheltaal aan te hooren van een sluwen
staatsman die even als Talleyrand het woord
gebruikt om zijn gedachten te verbergen.
De algemeene beraadslagingen liepen spoediger
ten einde dan men algemeen had verwacht. Woens
dag werd toch hoofdstuk I nog aangenomen.
Wat de heer Gratama daarbij te berde bracht,
om toch vooral spaarzaamheid en doelmatigheid
bij het bouwen van rijkswege te betrachten, was
zeker wel een woordje op zijn pas. Wij Hage
naars stemmen er van ganscher harte mede
in, want oals men lang3 de nieuwe konink
lijke stallen en het in aanbouw zijnde minis
terie van justitie gaatdan wordt het een
nuchter mensch zoo raar te moede en vraagt men
zich, zooals men dit voor ruim veertig jaren al
zingende deedWeet gij het ook, waar
die millioenen bleven"?
In de afgeloopen week maakten de kamerleden
een ruim gebruik van aanhalingen en spreekwoor
den in velerlei talen. Bestond er van Harrebomée's
Spreekwoordenboek een zakuitgavemen zou
meenen dat de heeren er mede gewapend waren i
intusschen ware er, bij al wat er gezegd is om
trent zuinigheid, nog deze gulden spreuk te voegen
»In 't klein te sparen is wel goed
«Mits dat men 't ook in 't groote doet.
Het klinkt echter in onze vergaderzaal flinker
wanneer men zulke aanhalingen in de moedertaal
hoort wedergeven, al is het dan wellicht ten koste
van het kernachtige. De afgevaardigde uit Win
schoten had zeker beter gedaan door te zeggen
„de uitersten raken elkaar alsles extremes se
touc/ient. Het Dagblad nam dadelijk die gelegen
heid te baat om een hatelijkheid te tappen aan
het adres harer tegenpartij. In tiet nommer van
Donderdag staat: „geen enkel spoor vindt men er
in terug van het programma van 24 Nov 1874
en de uitspraak door den heer Borgesius, van
een bekend spreekwoord bracht ons dan ook de
vraag op de lippenof de uitersten nu reeds
verkonden zijn?"
Deze week kenmerkt zich door het woord
Bravo op drieërlei wijze.
Op Woensdag door het Bravo-solo van den
heer Wintgeus, na at de minister van binnenland-
sche zaken had verklaard geen getuige te willen
zijn van de toekomst, waarin voor Nederland het
algemeeD stemrecht was neergelegd. Later noemde
de heer Kappeijne het algemeen stemrecht vol»
nieuwe, die mevrouw zelve huurt, geen haar beter
zijn, zal mevrouw toch in de eerste dagen geen
last hebben van die malle praatjes. En dat is
ook wat waardheb ik geen gelijk, mevrouw
„Ik weet waarlijk niet, waar gij over spréékt,"
antwoordde Anna.
De huishoudster keek half verlegen, half ver
stoord.
„Och'kom! weet mevrouw dat niet, waarlijk
niet Dan vraag ik nederig excuus. Ik hoor
zeker niet tot die menschen die hun mond niet
kunnen houden en als mijnheer zegt: juffrouw
Uelzen, spreek daar niet van, want het moet een
verrassing zijnen als mijnheer gezegd had
juffrouw Uelzen, vertel mijn vrouw niets van
hetgeen er met mijnheer Fliederbusch gebeurd is,
dan had ik niets gezegd. Is er nog iets van
uw dienst, mevrouw
Zij maakte een dienaresse en deed alsof zij met
een gevoel van gekrenkte huishoudsters-eer wilde
heengaaneensklaps echter bleef zjj staan. Me
vrouw was opgestaan en zag haar zoo vragend,
ja zij meende zelfs, zoo ontsteld aan.
„Maar mevrouw, weet u er dan wezenlijk niets
van vroeg zij.
Anna schudde nauw merkbaar met het hoofd,
zoodat juffrouw Uelzen vol verbazing de handen
in elkaar sloeg en uitriep
„Ja, lieve God, mevrouw, nu weet ik ook niet
of ik verder iets zeggen mag. Want als mijnheer
er u niets van verteld heeft nu ja, mijnheer
heeft een goed geweten en behoeft niets te vree-
strekt en beperkt „met lange of korte rokken."
Op Vrijdag door het Bravo in koor na het
gesprokene door den heer Zijlker.
En eindelijk Zaterdag door de Bravo-opera van
Salvayre, die hier dan voor het eerst wordt op
gevoerd. Hierover in een volgenden.
belastingen. Op verzoek is aan C. de Jong
eervol ontslag verleend uit zijne betrekking van
ontvanger der directe belastingen en accijnsen en
van den waarborg op de gouden en zilveren
werken te Schoonhoven c. a., behoudens aanspraak
op pensioen.
Onze beroemde voormalige landgenoot dr. Jacob
Moleschottot dusver hoogleeraar te Turin,
is benoemd tot hoogleeraar in de physiologie aan
de universiteit te Rome.
Bij koninklijk besluit is vergunning verleend
tot het geven van lager onderwijs hier te lande,
aan: mejuffrouwen E White,geboren te Heston
(Engeland)L. H. Jaquier, geboren te Rolle
(Zwitserland)E. Loba, geboren te Rolle (Zwitser
land) Th. A. R. Gaydou, geboren te Turijn
(Italië)S. S. Rigoulot, geboren te Hericourt
(Frankrijk) en aan den heer A. M. de Leeuw,
geboren te New-York (Amerika).
De commissie van oppertoezicht en beheer der
kweekschool voor zeevaart te Leiden bericht dat op
Maandag 23 dezer's morgens 10 u. in voornoemde
inrichting eene keuring zal plaats hebben van
jongens, die eene verbintenis in 's rijks zeedienst
wenschen aan te gaan.
Landbouw.
De reeks voordrachten in dit winterseizoen van
wege de afdeeling Walcheren der Zeeuwsche
maatschappij tot bevordering van landbouw en
veeteelt alhier werd Zaterdag, op de bovenzaal
der Sociëteit de Vergenoeging door den heer A. F.
Marlet, met eene voordracht over „vee-veredeling"
geopend.
Na het doel te hebben aangestipt dat de M. v.
L. met de landbouwvoordrachten beoogt: nl.
opwekking van warme belangstelling van den
landbouwersstand in de landbouwzaak, wees hij
op het streven van den tegenwoordigen tijd:
vermeerdering en verbetering van den veestapel.
Hierna werd de vee-veredeling in het algemeen be
sproken, waarbij spreker vooral deed uitkomen
dat, wanneer in eigen boezem iets goeds te vinden
is, men niet tot vreemden zijne toevlucht behoeft
te nemen; men moet echter niet alleen trachten
dat goede te behouden, maar ook het te verbe
teren. Wijzende op het voorbeeld van Engeland,
werd door hem in het licht gesteld dat dit land
niet aan den invoer van vreemd vee, maar aan
het vast houden aan goede eigenschappen en aan
steeds voorgezette verbetering, waaraan nog
geen einde is, zulke goede resultaten heeft te
danken.
Het bekende feit dat de kosten van het land
bouwbedrijf steeds stijgen, zonder dat de opbrengst
daarmede gelijken tred houdt, gaf spreker aan
leiding er op te wijzen hoe, door verbetering en
vermeerdering van den veestapel, de opbrengsten
kunnen worden verhoogd. Als voorbeeld werd
België genoemdwaar bijna ieder landbouwer
paardenfokker is en waar de gefokte paarden
verbazend hooge prijzen opbrengen
Ook de rundveehouding kan belangrijke voor
zen, en hij weet ook niet wat de menschen hier
daarover pratenanders had hij stellig aan me
vrouw vérteld hoe her gekomen is, daar mevrouw
het toch hooren moet, voordat ze vier en twintig
uren in Woldom geweest L; en dan is het mis
schien nog wel zoo goed dat mevrouw het maar
van mij hoort, daar ik het goed met mijnheer
meen, en ik ten minste weet, wat ik weet, en
hoe het begonnen is de anderen weten heelemaal
niets, al vertellen ze nu ook dat ik jaloersch
ben geweest van mijnheer Fliederbusch maar
van mijnheer Fliederbusch zal mijnheer u toch
wel eens gesproken hebben
„Ik herinner het mij niet," zei Anna op doffen
toon.
„Hoe is het mogelijk!"
Wordt vervolgd.)
deelen geven, waartoe echter een eerste vereischte
is het aanfokken van uitmuntend vee. Om dat
te verkrijgen is het houden van stamboeken zeer
aan te bevelen, aankweeking der goede en voort
durende bestrijding der kwade eigenschappen
noodig, goede voeding natuurlijk onmisbaar,
terwijl flinke stallen met zuiver drinkwater
levenseischen zijn. Ook goede behandeling van
het vee mag niet uit het oog verloren worden.
Vervolgens behandelde de spreker de voeding
en de eigenschappen der fokdieren; hij wees op
de verkeerde gewoonte om te veel koeien voor
een stier te gebruiken en is de meening toegedaan
dat een getal van 80 per jaar niet mag worden
overschreden; ook wordt de stier vaak te jong ge
bruikt; op den leeftijd van II of 1{ jaar kan men er
eerst mede beginnen om er met het 4e jaar mede
te eindigen.
Op goede, voortreffelijke voeding der koe,
tijdens zij drachtig is, en het nog verbeteren der
voeding als de tijd der verlossing nadert, werd
door spreker aangedrongen.
Na eene pauze, waarin door den heer Marlet
op verschillende vragen van belangstellenden in
lichtingen gegeven werden, besprak hij de voeding
der jonge kalvers in de eerste dagen werd
het gebruik der moedermelk aanbevolen,latei-
is goede koemelk voldoende, die gevolgd moet
worden door daaraan zoo nabij mogelijk komend
voedsel, als b. v. half afgeroomde melk en lijn
zaad. Het kapitaal, dat bij eene dergelijke voeding
aan het kalf wordt ten koste gelegd, wordt niet
alleen ruimschoots vergoed door de flinke, spoedige
ontwikkeling van het dier, maar ook doordien
eene koe, die in hare jeugd goed is gevoed,
hare melkgevende eigenschap langer behoudt dan
anderen.
Het gebruik van erwten en boonen voor het
voederen van rundvee achtte spreker niet voor-
deelig. Uitmuntend hooi en goed weidegras,
hoewel het zelden voorkomt, is het beste. Minder
goed hooi behoeft bijvoeging, waartoe graan,
lijnkoeken en lijnzaad zijn aan te bevelen.
Na ook te hebben ge\vezen op het nut van het
verschaffen van beweging aan het vee, besprak
de heer Marlet de gevolgen die het gebruik van
slecht drinkwater na zich kunnen sleepen, daar,
zonder de oorzaken van besmettelijke ziekten in
het water te zoeken, toch wel mag aangenomen
worden dat slecht drinkwater hierbij eene zeer in
de hand werkende omstandigheid is, die de aan
dacht van den veehouder niet mag ontgaan, daar
zijn belang medebrengt, door toepassing van de
eerste grondregels der gezondheidsleer, ziekten te
voorkomenzijn de ziekten er eenmaal, dan
moet ook niet geaarzeld worden bevoegde ge
neeskundige hulp in te roepen.
Spreker verklaarde verder met volle overtuiging
het grootere gebruik van stalmest aan te bevelen,
daar hij, niettegenstaande hij de diensten door den
kunstmest bewezen waardeerde, het niet voor
zichtig acht den landbouw daarheen te drijven
dat kunstmest onontbeerlijk en de landbouw dus
daarvan afhankelijk wordt; ook in deze richting
kan een vermeerdering van den veestapel goede
diensten bewijzen.
Ten slotte vestigde spr. de aandacht op de
groote plaats, die de producten der veehouding in
de lijst der wereldartikelen innemen. Druk wordt
gesproken over mededinging van andere landen,
en zelfs de hulp der regeering wordt ingeroepen
om die mededinging tegen te gaan maar is dat
de rechte weg Neen immers, er is een betere,
en wel onze producten tot de hoogst mogelijke
waarde te brengen en hierin kan ons land, daar
toe door zijn uitmuntende ligging bijzonder ge
schikt, het voorbeeld geven. Geen stilstaand dus,
vooruitgang.
De spreker eindigde zijne voordracht, na nog
met een enkel woord op verbetering der zuivel
bereiding te hebben gewezen, met de mededeeling
dat eene volgende bijeenkomst aan de bespreking
van de weilanden zou worden gewijd
Deze boeiende voordracht, waarvan wij slechts
enkele hoofdtrekken kunnen mededeelen, werd
met onverdeelde aandacht gevolgd. Het publiek
was niet o vertalrijk. Te betreuren is het dat
niet meer landbouwers van eene gelegenheid als
deze waar tal van nuttige wenken gegeven
worden gebruik maken.
De liedertafel Rotte s Mannenkoorte Rotterdam,
is voornemens in de tweede helft van Juni 1879
haar 25jarig bestaan op luisterrijke wijze te vieren
door een vierdaagsch feest waarbij o. a. de
Rubens-cantate van P. Benoit zal uitgevoerd
worden.
Bij de herdenking van Vondels sterfdag, zal in
den stadsschouwburg te Am sterdam op 5 Feb. a
De Leeuwendalers worden opgevoerd.
Zaterdag is het contract geteekend, waarbij
de heer Louis Bouwmeester zich voor de jaren
18791882 (I Sept. tot uit. Aug.) aan Het Ne-
derlandsch tooneel verbindt. Tevens is door die
vereenigiDg geëngageerd mej. Engers, van het
gezelschap Judels en Bouwmeester.
Kruiningen, 7 Dec. Gisteren, Vrijdag, avond
werd door het alhier gevestigde fanfarengezel-
schap, afdeeling: „TooDeelliefhebbers", opgevoerd1
Marie Jeannede vrouw uit de volksklasse. Het
zal wel overbodig zijn van dit overbekend
tuk een overzicht te geven. Zooals men weet
is het uit het Fransch vertaald, vol Fransche
toestanden, die wij in ons vaderland niet kennen
en die, hoe vatbaar een Nederlander ook moge
zijn om vreemde neigingen tot de zijne te maken,
nimmer bij ons ingang zullen vinden.
De uitvoering, tusschen de bedrijven door mu
ziek afgewisseld, was over 't algemeen zeer loffe
lijk en werd door een geanimeerd bal besloten.
We willen dit bericht niet eindigen, zonder den
wensch uit te spreken, dat het den ijverigen
directeur, door wiens bemoeiingen het gelukt in
eene betrekkelijk kleine gemeente zulke gezellig
en genotvolle avonden te verschaffen, nog lang
zal worden gegeven op dien weg voort te gaan
en ten allen tijde die bereidwillige medewerking
te ondervinden, die hem thans wordt geschonken
en waardoor Kruiningen menige stad van rang
beschaamd maakt.
Zaterdag werd naar het huis van arrest alhier
overgebracht D. F. B., oud 34 jaren en matroos
op het in het droge dok liggende schip Caland.
Hij wordt verdacht van in een koffiehuis alhier
twee laden te hebben gelicht en zich ongeveer
f 2 te hebben toegeëigend.
Dinsdag 3 December jl. vergaderde de commis
sie tot het besturenv an nationale en internationale
tninbouw-tentoonstellingen in het Palies voor
volksvlijt te Amsterdam, onder voorzitterschap
van jhr. H. J. Rutgers van Roozenburg. Met
algemeene stemmen werd besloten tot het houden
van een groote nationale Tuinbouwtentoonstelling
van 49 April 1879.
Het programma bestaat uit 60 vragen; eene
som van circa f 3800 aan medailles zal uitge
loofd worden.
Evenals in vorige jaren, werd ook nu besloten
bijdragen te vragen tot het aankoopen van me
dailles.
De programma's zullen binnen korten tijd ver
krijgbaar zijn bij den heer H. Groenewegen, 2"
secretaris der commissie, Linnaeusstraat 55, te
Amsterdam.
De bouw van de stallen, remises, werk
plaatsen, directeurswoningen enz., is door de
directie der Rotterdamsche tramwegen gegund
aan den aannemer J. de Breij, voor f 61337.
Als de stand van het weder in dit seizoen het
toelaat, moeten al de werken den 15 Mei gereed
zijn. Eerstdaags zal worden overgegaan tot
aanbesteding en legging van rails, ten einde zoo
mogelijk in het laatst van April eene lijn in
exploitatie kunne worden gebracht, hetgeen
alsdan achtereenvolgens zal worden voortgezet,
teneinde in den zomer alle lijnen in dienst te
hebben.
-— Het schip Smeroe, in het drijvend droogdok
te Amsterdam op zijde gevallen, is Zaterdag
voormiddag opgericht.
Vrijdag avond was Zwolle bij gebrek aan
voldoenden toevoer van gas in halfduister gehuld.
Gelukkig werd hierin spoedig voorzien en brandde
het licht verder den geheelen avond als gewoon
lijk. Bij de groote uitbreiding, die het gasver
bruik sedert de prijsverlaging heeft gekregen,
wordt de fabriek te klein. Zij moet dagelijks
5090 M3 leveren en kan slechts 3000 M3 bergen.
Naar de Zw. Ct. verneemt, is een herhaling
van het halflicht niet te vreezen. Het pijpennet
wordt gewijzigd en dat zal reeds verbetering
geven. Een geheele wijziging der fabriek kan
echter niet lang meer uitblijven.
Hoe stoomgemalen werken, ondervindt men
met vreugde in den polder „Bijlmermeer ge
meente Weespercarspel. Alles in den omtrek staat
blank, maar de polder is droogde vorige week
was het water er, ondanks al den regen die ge
vallen is en de wellen die daar zijn, 90 centimeter
onder zomerpeil.
Volgens de Pruisische inkomstenbelasting
zijn er in het koninkrijk 179 millionairs van den
ouden stijl, d. w. z. TTwïej-millionairs. Mark
millionairs zijn er 1240.
Petermann's Mittheilungenhet beroemde geo-
graphische maandschrift, blijft ook na den dood
van zijn stichter onder den zelfden naam bestaan.
Behm en Moritz Lindemann zullen de redactie
vormen, en Bruno Hassenstein, Petermann s
oudste leerling staat aan het hoofd van het
eartographische gedeelte.
binnenland.
's tfravcnliage. Benoeiüd tot raad van het
polderbestuur van Walcheren de heer Pouwer.
's Ciravenliage. Het gerechtshof alhier heeft
heden, met vernietiging van het vonnis der recht
bank te Rotterdam, de Tielsche assurantie-maat-