N°. 268.
121® Jaargang.
1878.
W oensdag
18 November.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/rn. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentieni 20 Gent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—-7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangère G. L. Daube en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones.
Bij deze courant behoort een BIJVOEGSEL.
Middelburg, 12 November.
MIDDELBURGSGHE COGRAIMT.
GEMEENTERAAD
De burgemeester van Middelburg maakt bekeud,
dat op Vrijdag den 15en November 1878, des
namiddags te 2 uren, een openbare zitting van
den gemeenteraad zal plaats hebben.
Middelburg, den lten November 1878.
De burgemeester voornoemd,
SCHORER.
De gemeenteraad van Middelburg zal op Vrij
dag a., des namiddags te twee uren, eene open
bare zitting houden, ter behandeling der volgende
zaken Ingekomen stukken suppletoire kohieren
inkomsten- en hondenbelasting 1878; oninbare
posten inkomstenbelasting 1878rekening en
begrooting der concertzaal 1877/78; rapporten en
voorstellen van burgemeester en wethouders: a
adres mej. Roest, om ontslag als le hulponderwij-
zeres school B; b adres P. A. Janssen, jaarlijksche
belooning, provoost-arrest schutters; c verkoop
grond in de Bogardstraatd wijziging programma
der lessen op de burgeravondschoole overleg
met de gemeentebesturen van Vlissingen, Oost
en West-Souburg en Koudekerkebestrating
bermweg; herhalingsonder wijs.
Naar aanleiding van het hier algemeen ver
spreide en ook gisteren door ons vermelde ge
rucht, als zouden aan het strand te Westkapelle
eenige lijken zijn aangespoeld, is door ons op de.
plaats zelve *en in de nabij gelegen gemeenten
een onderzoek ingesteld. Het gevolg van dat
onderzoek is dat wij kunnen verzekeren dat te
Westkapelle of in den omtrek heden nog geen
enkel lijk gevonden was.
Alleen is te Westkapelle eenig wrakhout aan
gespoeld, waaronder een eenigszins gebogen scheeps-
bord met den naam Elise, waarschijnlijk afkom
stig van het vaartuig waartoe het in ons nommer
van 8 dezer vermelde stuk van een scheepsdek,
met scheepsklok, gemerkt Wustrow Elise heeft
behoord.
Ook te Zoutelande zijn eenige Noordsche delen
geborgen.
Te Koudekerke is heden nacht aangespoeld het
bovenblad van eene vlaggenkist, waarop geschil
derd Julius Byron 1874 en daaronder twèe vlag
gen, de eene in een geel veld een zwarte draak
en de andere de kleuren blauw, wit en rood ver-
toonendebeide vlaggestokken zijn door een
eikenkrans verbonden.
De heden ontvangen scheepstijdingen beves
tigen in geen enkel opzicht het vermoeden dat
het op den Banjaard verongelukte driemastschip
de Alblasserdam geweest moet zijn. Aan de
N. Rott. Ct. wordt integendeel uit Hellevoetsluis
gemeld dat de bemanning van de loodskotter
no. 9, die van Dungeness aldaar is binnengeko
men, het er voor houdt dat het vergane schip
een driemastschip moet zijn, dat in de vorige
week van Vlissingen is uitgevaren.
Wij nemen deze geruchten op, zonder ze te
bevestigen of in twijfel te trekken. De treurige
waarheid zal weldra, door het aanspoelen van
lijken en wrakgoed, moeten blijden. Doch eene
waarschuwing tegen bet lichtvaardig verspreiden
van en geloof slaan aan geruchten, die veeltijds
geen anderen grond hebben dan de verbeelding
van ontstelde berichtgevers, lijkt bij deze gelegen
heid weder niet overbodig.
Zoo meldt men ons dat de gezagvoerder van
de te Ymuiden binnengekomen sleepboot Hercules
van welke, volgens de Amsterdamsche bladen,
het bericht, dat het vergane schip de Alblasser
dam geweest zou zijn, afkomstig was, aan een
der betrekkingen van den gezagvoerder te Vlis
singen geseind heeft, dat hem omtrent het ver
ongelukte schip niets bekend was.
Nog worden aan de N. Rott. Ct. de volgende
bijzonderheden uit Brouwershaven medegedeeld:
Zaterdag voormiddag te ongeveer elf uren
werd aldaar van den vuurtoren van Westerschouwen
bericht ontvangen, dat een groot schip voor dit
zeegat zeilde, met twee vlaggen aan den grooten
top, hetgeen een sein is, dat het schip eene sleep
boot verlangde te hebben. Eenige minuten later
waren de sleepbooten Zuidholland en Sliedrecht
reeds naar buiten vertrokken. Inmiddels kwam
een tweede sein van den vuurtoren, meldende dat
het gerapporteerde schip op de punt van den
Banjaard aan den grond zat en dringende hulp
noodzakelijk was. Door den storm van den afge-
loopen nacht stond de zee hemelhoog, zoodat op
het Schaar in dit zeegat de zee over de pijp der
Zuidholland heen sloeg. Een half uur latei-
meldde men weder van den toren, dat de groote
en bezaansmast over boord vielen en bet schip
op zijde begon te vallen, terwijl de zee er over
heen sloeg. Hoewel men van hier de ramp niet
kon aanschouwen, vervulden de mededeelingen
van den opzichter der kustveilichting van Wester
schouwen een ieder met innige deernis omtrent
het lot der schipbreukelingen. Hij zag hen wor
stelen tegen de baren en zich zoolang mogelijk
aan het wrak vastklemmenals het schip over-
slingerde, klom de bemanning gedurig naar het
hoogste punt, totdat eindelijk de zee het schip
geheel omverwierp en allen jammerlijk verdronken.
De Zuidholland was juist in zee, toen de laatste
mast over boord viel en de zee kort daarop het
schip bedekte, zoodat alle hulp, welke nog te
verleenen ware geweest, te laat was. Al het
hier medegedeelde geschiedde binnen een tijdsver
loop van drie uren.
De opzichter der kustverlichting houdt zich,
afgaande op het uiterlijk aanzien van het schip,
overtuigd dat het een Hollandsch schip was. Het
had, zooals men het noemt, een witten gang, en
de bemanning van de Zuidholland deelde mede,
dat de laatste mast, welke zij zag, wit geverfd
was. Voorts berichtte men van Burghsluis, dat
van daar de Hollandsche vlag was gezien.
Volgens het Haagsche Dagblad zal na de vol
trekking van het huwelijk van Z. M. den koning
benoemd worden tot grootmeesteres van het huis
van H. M. de koningin, mevrouw de barones van
Hogendorp, geboren gravin van Limburg Stirum.
Tengevolge der stranding van het stoomschip
Gelderlandop den 5en September jl, nabij de
Spaansche kust, zal bij de terugkomst van dien
bodem, welke, na in Engeland hersteld te zijn,
weldra hier te lande verwacht wordt, voor het
eerst toepassing gegeven worden aan het konink
lijk besluit van 5 Aug. jl. (Stbl. no 105). Het
daar bedoelde onderzoek van staatswege, naar de
oorzaak dezer zeeramp, zal worden opgedragen
aan eene gemengde commissie van oud-gezag
voerders ter koopvaardij en zee-officieren.
Bij deze gelegenheid dit koninklijk besluit weder
inziende, valt het ons op dat daarin wel bepaald
wordt dat burgemeesters, strandvonders en andere
openbare ambtenaren, alsmede de eigenaars of
boekhouders van schepen, den minister van water
staat verslag zullen doen van voorgekomen zee
rampen doch dat het van dezen minister afhangt
of daarnaar al dan niet een verder onderzoek
zal worden ingesteld. Kan dit geen aanleiding
geven tot ongelijkheid in de toepassing, tot meten
met twee maten Eene bepalingzooals in
Engeland bestaat, dat alle zeerampen, van zeker
gewicht, van zelf aan het onderzoek eener com
missie worden onderworpen, zou, meenen wij,
meer waarborgen van regelmaat en billijkheid
opleveren.
De Staatscourant bevat twee koninklijke be
sluiten van den len dezer, Stbl. n°. 163 en 164,
tot vernietiging van door gemeenteraden gedane
benoemingen tot wethouders.
Het eerste besluit betreft de gemeente Nijeveen
en is gegrond op de overweging: dat, toen bij
de verkiezing van een wethouder in de vergadering
van den raad van Nijeveen, van 3 September
1878, de stemmen staakten, de oudste der personen
tusschen wie de stemming plaats had, G. A Kei
zer, benoemd werd verklaard; dat art. 51 der
gemeentewet bepaalt, dat ingeval omtrent het
benoemen van personen de stemmen staken, het
lot beslistdat het vermeld besluit tot benoeming
van G. A. Keizer derhalve strijdt met de wet.
Het andere besluit is op den gemeenteraad van
Franekeradeel van toepassing, die op Maandag
deu 2en September tot de verkiezing van een
ryethouder overging. Daarbij wordt overwogen
aait deze verkiezing moest strekken tot vervulling
eener door periodieke aftreding ontstane openge
vallen plaats dat art. 83 der gemeentewet bepaalt,
dat eene zoodanige verkiezing moest plaats hebben
op den eersten Dinsdag der maand September
dat het vermeld besluit van den raad van Frane
keradeel van Maandag 2 September jl. derhalve
strijdt, met art. 83 der gemeentewet.
In het tijdperk van 6 October tot 2 November
1878 zijn, blijkens ingekomen ambtsberichten door
longziekte aangetast: in Gelderland 7; in Zuid-
Holland 28en in Friesland 3 runderen, totaal 38
runderen.
In het vorige tijdperk van vier weken waren
52 runderen door die ziekte aangetast.
(St. Ct.)
De Staatscourant bevat het verslag van de
commissie, van 1 Augustus 1877 tot 1 Augustus
1878 belast met het afnemen van de examens van
apotheker en de practische examens van hulp
apotheker.
De provinciale staten van Noord-Holland hebben
besloten aan de vereenigïng Linnaeus verlenging
te verleenen van het subsidie, groot f 2000, voor
1879, ten einde een plan van reorganisatie der
tuinbouwschool gereed te makentot het geven
van een subsidie van ƒ2000 gedurende 1 jaar
voor een macbinistenschool, en tot het verleenen
van een subsidie ad /1000 gedurende 3 jaren
voor het Museum van kunstnijverheid te Haarlem,
mits de inrichting voor teekenonderwijs worde
opgericht:
Op den 25en en 26en December a. zal te Amster
dam in het gebouw Spuistraat, hoek Kattegat, de
jaarlijksche algemeene vergadering gehouden wor
den van het Algemeen Nederlandsch werklieden
verbond. Op die vergadering zal eene wijziging
der statuten voorgesteld worden, waarvoor een
programma is opgemaakt, aan hetwelk wij, zonder
er voor 't oogenblik eenige opmerking bij te voegen,
het volgende ontleenen
„I. De algemeene vergadering van het alge
meen Nederlandsch werklieden-verbond
„overwegende:
„dat in de laatste honderd jaren de voortbren
ging grootelijks is toegenomen, tengevolge van
eene reeks uitvindingen, en in 't bijzonder door de
toepassing der stoomkracht en de aanwending
van machinerieën
„dat met deze nieuwe wijze vaD voortbrenging
hoe langer hoe meer de vrije mededinging in de
plaats is getreden der vroegere instellingen en
voorschriften, welke voor een groot doel hadden
de zwakken tegenover de sterken te beschermen
„dat zij, die in den strijd der vrije mededinging
alleen over hunne arbeidskracht hebben te be
schikken, een onevenredig gering aandeel ontvangen
uit de voorraadsschuur der maatschappij, welke
zij met hunnen arbeid zoo krachtig helpen vullen;
„dat het loon, wat zij ontvangen, niet voldoende
is om hen behoorlijk en gezond te doen leven en
om gedekt te zijn tegen de nadeelen, verbonden
aan gedwongen werkeloosheid, die uit ziekte,
ongeval, ouderdom of nijverheidscrisis ontstaat;
„dat daartegenover de prijzen der levens
middelen en de huishuren klimmende zijn;
„dat zijniet in staat zijnde hunne stoffelijke
behoeften voldoende te bevredigen, ook ten aan
zien van hunne verstandelijke en zedelijke ont
wikkeling niet dat peil kunnen bereiken waarnaar
zij streven;
„dat deze toestand, waarin de groote meerder
heid van het Nederl. volk verkeerteene op hare
beschaving en menschlievendheid bogende maat
schappij onwaardig is en hare belangen benadeelt;
„dat zij tevens niet is in het belang van den
staat, omdat het goede tusschen de verschillende
elementen der maatschappij er onder lijdt, en er
gevaren voor de openbare rust uit kunnen voort
spruiten
„dat het besef van den ongunstigen toestand
hoe langer hoe levendiger wordt onder de duizenden
en duizenden, die zich daarover beklagen, en dat
dit besef wordt aangewakkerd door de tegenstel
ling, welke de maatschappelijke toestand vormt,
met de door den staat gehuldigde gelijkheid der
burgers voor de wet, en met de hooge beteekenis,
welke in theorie aan den arbeid als bestanddeel
der voortbrenging wordt toegekend
„dat dientengevolge pogingen in 't werk moeten
worden gesteld, om den stofielijken, verstandelijken
en zedelijken toestand der arbeidende klasse in
Nederland te verbeteren
„verklaart
„dat het verbond zich ten doel stelt in dien zin
te arbeiden, door
„1° naast het begrip van zelfstandigheid en
onafhankelijkheid, het gemeenschapsgevoel aan te
kweeken bij de werklieden eu tusschen deze en
de overige groepen der maatschappij
„2° te streven naar betere verdeeling van de
rijkdommen der maatschappij en van de vruch
ten die de arbeid afwerpt, inzonderheid: door
het bevorderen van vereenigingen en verbonden
van werklieden in hetzelfde vak en door
bevordering van Coöperatie en Associatie
onder alle vormen, zoowel ter ondersteuning in
ziekte en ongeval, als tot besparing en verkrijging
van bezit en ter gemeenschappelijke uitoefening
van het bedrijf;
„3° het besef te verlevendigen, dat het bijzonder
belang slechts in zooverre mag strekken, dat het
niet met het algemeen belang in botsing komt
„4" het inroepen der tusschenkomst van staat
en gemeente, voor zooverre dit noodig wordt
geacht, in gevallen, waar ter regeling van eene of
andere aangelegenheid particuliere krachten te
kort schieten.
„II. Het Algemeen Nederlandsch Werklieden
verbond erkent het bijzonder eigendomsrecht,
en tevens het recht van den staat om de uit
oefening van dat recht door belastingen en andere
wettelijke maatregelen te wijzigen.
„III. De middelen door welke het Verbond zijn
doel tracht te bereiken, zijn de volgende
„a de verkrijging van het recht voor alle burgers,
die volgens de bepalingen der wet mondig zijn,
om deel te kunnen nemen aan de verkiezingen
van leden der volksvertegenwoordiging, der pro
vinciale staten en van den gemeenteraad
„6 door invloed uit te oefenen op 's lands
bestuur of vertegenwoordiging, door middel van
adressen of petitionnementen
„c. dat het recht van oorlog te verklaren en
vrede te sluiten van het hoofd van den staat op
de volksvertegenwoordiging overga
vd afschaffing van de militie en verplichte
oefening in den wapenhandel door alle burgers,
wier lichaamsbouw en krachten dit toelaten
„e herziening van het belastingstelsel, opheffing
van op den arbeid en de levensbehoeften drukkende
belastingen en invoering van belastingen naar het
inkomen en het vermogen
f bet in het leven roepen van wetten op de
uitoefening van den arbeid en ter bescherming
van bet leven en de veiligheid der arbeiders:
1» toezicht op de arbeiderswoningen, de fabrieken,
werkplaatsen en de huisindustrie2° beperking
van den arbeidsdag voor volwassenen, afschaffing
van Zondagsarbeid3° verbod van arbeid op
werkplaatsen of fabrieken voor gehuwde vrouwen
en voor meisjes beneden 18 jaren4° beperking
en regeling van den arbeid van jongens beneden
dienzelfden leeftijd;
rg het toezicht op de uitvoering dier wetten
op te dragen aan rijks-inspecteurs;
„h het van staatswege in 't leven roepen van
kamers van den arbeid, die, door en uit patroons
en werklieden beiden, gekozen, uitspraak doen in
geschillen die op het gebied van den arbeid tus
schen ondernemers en werklieden zich voordoen,
alsmede die welke de uitvoering der arbeidswetten
mocht opleveren
i bevordering van bet openbaar onderwijs:
1° het lager onderwijs worde kosteloos en voor
allen verplicht op de dagschool tot den leeftijd
van 14 jaren, en voor diegenen die geen middel
bare school bezoeken, des avonds tot lGjarigen
leeftijd: 2° bet middelbaar onderwijs worde
eveneens kosteloos en toegankelijk voor allen,
die er van willen profiteeren, en aan de eisclien
van een toelatings-examen kunnen voldoen;
3° vanwege den staat worde landbouw-en arabachts-
of industrie-onderwijs gegeven aan allen die het
verlangen.
IV. Het Verbond ijvert onafgebroken aan het