Voor Ali Mushid. Ingezonden Stukken. Réclam es. Parijs-Tentoonstelling. Zeet ij dingen. Handelsberichten Openbare Gezondheid. Graanmarkten enz. Prijzen van Effecten. Alsof zulk eene eredietaanvrage niet welsprekend genoeg is, eindigt de minister zijne redevoering met een beroep op den volksgeest iu 1821 en op de tijden van Themistocles. Vóór de heer Coumoundouros zulk natuurlijk met gejuich be groet marktgeschreeuw aanheft, moest hij de volksvertegenwoordiging eerst vergast hebben op eane vergelijking tusschen de Hellenen, die door Themistocles te velde werden gevoerd, en de be woners van het Griekenland van onze dagen. Het is dan ook zeer goed mogelijk, dat dit alles maar bij een bluf blijft, en dat Griekenland alleen langs diplomatieken weg zal trachten aan zijne ziekelijke annexatiezucht te voldoen. Het is Inderdaad te dwaas, dat een landje, dat zijne aangegane verplichtingen niet nakomt, dat geen innerlijke kracht genoeg bezit om zelfs de open bare rust binnen zijne grenzen te bewaren, aan spraak zou maken op vergrooting van grondbezit ten koste van een nabuur. Als Griekenland nog droomt van zijn grootsch verleden en niet nalaten kan zich de tijden voor oogen te spiegelen van vóór ruim 2000 jaren, dan kan het in de ge schiedenis dier tijden en op zijn eigen klassieken bodem vele inspiratiën vinden, die het landje niet behoeven te leiden tot hooge oorlogskosten en tot annexatieoorlogen, maar het op gansch andere wijze eene eervolle plaats kunnen geven onder de staten van Europa. De Porte heeft op hare circulaire, waarin zij zich beklaagde over de wreedheden der Oosten rijkers in Bosnië niet veel succes. Te Berlijn en te Londen werd de klacht alles behalve vriende lijk opgenomenvooral de eerstgenoemde regeering kan uit de laatste jaren te goed weten, dat gru welen onvermijdelijk zijn, als door het voortdurend bloedstorten en door het wennen aan de afgrij selijkste tooneelen, de bestialiteit bij de troepen de overhand neemt. Eene regeering kan al het mogelijke doen om hare troepen te beletten de regelen te overschrijdendie een zeker soort beschaving en mensehelijkheid voor den oorlog hebben gesteld; zij kan echter niet voor alles instaan, alSj nadat de strijd een tijd lang geduurd heeft, verbittering het hek van den dam heeft genomen. Oostenrijk zelf antwoordt de Porte natuurlijk met eene volstrekte ontkenning van de beschuldiging. De regeering te Weenen verwijt aan de Porte, dat zij zulke zware beschuldigingen tegen Oosten rijk aan de mogendheden heeft rondgezonden, zonder vooraf aan den beschuldigde zeiven inlichtingen gevraagd te hebben. De Oostenrijk- sche regeering zegt gemakkelijk te kunnen bewij zen, dat er van de geheele zaak geen woord waar is. Serajewo is niet geplunderd en in brand gestoken. Het Oostenrijksche leger heeft in het bewustzijn zijner eer gehandeld, overeenkomstig den geest der proclamatie, bij het begin dei- bezetting tot de Bosniërs gericht. Deze procla matie bevatte de verklaring, dat de Oostenrijkers als vrienden kwamen. Over de geloofwaardigheid dezer beweringen uit Weenen meenen wij te moeten oordeelen als over die van diplomatieke stukken in het algemeenmen moet er maar niet te diep in doordringen. Ook de telegrammen, die door de groote nieuws- bureelen worden verspreid, moet men niet altijd naar de letter nemen. Zoo ontvingen wij gisteren avond een bericht, dat na de houding van het centrum (tegenover de socialistenwet) de verhou ding tusschen Berlijn en Rome thans een „minder radicalen" grondslag zal hebben. Dat „minder radicale" van den tegenwoordigen grondslag onderstelt- iets „meer radicaal" in het verledene, en het telegram zou ons kostbaar nieuws gebracht hebben, als het ons tevens wat bijzónderheden had gegeven van beide grondslagen. Van de gansche onderhandeling tusschen Bismarck en Masella te Kissingen toch is nog geen enkel resultaat waargenomen,- zoo men althans niet als zoodanig wil beschouwen de vriendelijke woorden aan Duitschland door den paus gewijd in zijn brief aan kardinaal Nina. Dat zijn echter weder uitlatingen in een voor publiekma- king bestemd stuk, die even goed door de utiliteit van het oogenblik als door waarheidsliefde kunnen zijn in de pep gegeven. Men kan echter wel met eenigen grond vermoe den, dat Bismarck, na de houding der Duitsche ultramontanen in de laatste dagen, niet zeer ge zind zal zijn tot verzachting van de toepassing der Meiwetten, laat staan tot hare intrekking. De behandeling van de socialistenwet fn tweede lezing is gisteren ten einde gebracht. Het laatste artikel, dat de werking der wet beperkt tot 31 Maart 1881 is onveranderd gebleven, niettegen staande er meer dan éen amendement op was ingediend. Dat is nog een zure appel voor den machtigen kanselier om door te bijten. De te. genwoordige rijksdag zal dan nog de gelegenheid hebben om in het voorjaar van 1881 de werking van zijn maatregel te beoordeelen en hopen wij om schuld te erkennen. De derde lezing, die Vrijdag morgen zal aan vangen, bestaat weder in eene behandeling artikel voor artikel vau het ontwerp, zooals het de tweede lezing verlaat. Bij deze laatste behande ling moet ieder amendement door 30 leden onder steund worden. De artikelen 6—10 en 16, die in tweede lezing uit het ontwerp zijn gevallen zullen nu in den vorm van amendementen in deze laatste lezing moeten binnengesmokkeld worden, wil de groote socialisten-verdelger een lemmet aan zijn mes behouden. Het begin van alle zaken heeft zeker zeer groote waarde voor hare juiste beoordeeling, en daarom geven wij onzen lezers de „volledige en waarachtige geschiedenis" van de onbeleefdheid; door een officier van den emir van Kaboel aan het gezantschap van sir Neville Chamberlain aan gedaan, zooals de correspondent van de Times te Calcutta ons de geschiedenis vertelt. Het gezantschap vertrok den 21e° September des nachts om éen uur van Peschawur naar Jum- rood, een fort nog juist op Britsch grondgebied en dat voor de Engelschen bezet was door het hoofd van een dorp op de naburige vlakte. De stoet van het gezantschap telde bijna duizend menschen, waaronder elf Engelsche officieren, vier inlandsche hoofden en 234 strijdbare mannen. De rest waren lieden, belast met den voorraad van de troepen en bedienden. 315 kameelen, 250 muilezels en 40 paarden dienden tot vervoermid delen. Reeds in Peschawur had men gehoord van een plan tot verzet van de zijde van den emir. Het was ook bekend dat des emirs Mir AkJior (generaal van de kavallerie) te Ali Mushid was, en daar deze, zooals bekend was, een innigen baat koestert tegen al wat Engelsch is, scheen het niet voorzichtig om den ganschen trein in den bergpas te zenden, voordat men nauwkeurige berichten had omtrent de voornemens van den kommandant van Ali Mushid. Majoor Cavagnari werd daarom vooruitgezonden met een klein geleide en het inlandsch hoofd van de Engelsche grensdorpen. Zoodra men dit troepje bespeurde; werden de wallen van het fort bemand en ver schenen ook troepen op den tegenoverliggenden bergtop. Na lang oponthoud kwam eindelijk een boodschapper, die de tijding bracht, dat de kom mandant Cavagnari met drie anderen zou ontvan gen op eene tevens aangewezen plaats bij een riviertje midden tusschen beide hoogten. Kort daarop zag men den Kaboelschen officier uit het fort komen, waarop majoor Cavagnari met een officier en twee man van zijn escorte benevens het inlandsch hoofd, dat hem vergezelde, Faiz Mohammed (zoo heet de Kaboeler) tegemoet ging. De rest van het escorte bleef achter. Onderweg trachtte een ander hoofd van de Khayberstammen den majoor tegen te houden met de opmerking, dat hij éen man meer bij zich had, dan het verlof luidde. Cavagnari zette hem echter op zijde en beweerde, dat hij niet gekomen was om met hem te praten, maar met Faiz Mohammed. Toen die beiden elkander ontmoetten, gaven zij elkander de hand, en gingen zij zitten, omringd door een honderdtal soldaten van Faiz Moham med. Na eenige vriendelijke woorden van begroe ting, van beide zijden gewisseld, opende Cavagnari het gesprek, zeggende, dat zij beiden dienaren waren van hunne regeeringen, die enkel hunne orders hadden uit te voeren. Er was dus geene aanleiding om het gesprek op een anderen dan vriendschappelijken toon te voeren. Hij Faiz Mohammed moest het optrekken vau het gezantschap reeds bemerkt hebben, en „daarom, zeide Cavagnari, heeft sir Neville Chamberlain mij vooruitgezonden om van uwe eigen lippen te hooren, of gij eenige bevelen hebt ontvangen omtrent de ontvangst van het gezantschap." Lie ten zijne bevelen plaats voor uitleg over, dan zou de kommandant zich wel rekenschap willen geven van de zware verantwoordelijkheid, die hij op zich zou laden door het tegenhouden van het gezantschap, daar iedere daad van hem zou beschouwd worden als eene daad van den emir. Faiz Mohammed antwoordde op deze woorden, dat hij vriendschappelijke gevoelens koesterde voor majoor Cavagnari, wat bleek uit het feit, dat hij uit zijn fort was gekomen om hem te ontmoeten, terwijl hij even goed zijne manschappen op hem had kunnen laten vuren. Verder deelde hij den majoor mede, dat hij reeds eene strenge berisping had beloopen, omdat hij Gholam Hus sein, den boodschapper van den onderkoning, had laten passeeren, en dat hij daarom het gezantschap niet kon doorlaten. Hij verzocht daarom, dat sir Neville Chamberlain zou wachten, totdat hij, Faiz, orders gevraagd had te Kaboel. Dit was volgens Cavagnari volstrekt niet noodig, omdat men te Kaboel reeds lang wist, dat het gezantschap komen zou. Zoo ging het gesprek een tijd lang voort, zonder dat een van beiden iets verder kwam. Toen eindelijk Cavagnari wederom wees op den vriendschappelijken aard van het gezantschap, werd de Oosterling eenigszins warm en zeide, dat die zoogenaamde vriendschap alleen ten doel had om tweedracht te zaaien in het gebied van den emir en zijne onderdanen door omkooperij tegen hem op te zetten. Hierop verhief zich een on heilspellend gemompel onder de Oostersehe soldaten, en Cavagnari zeide zeer politiek, dat dit geen onderwerp van discussie was voor ondergeschikten, en dat zoo de emir zich te beklagen had, zeker de Engelsche regeering hem een voldoend antwoord zou geven. Hij vroeg daarom alleen een recht streeks antwoord, of hij welbegrepen had, dat men voornemens was het gezantschap met geweld den doortocht te beletten. Faiz Mohammed zeide, dat hij, zoo de missie mocht willen doordringen, geene andere keuze had. Cavagnari vroeg aan zijne volgers of zij dit antwoord duidelijk achtten wat natuurlijk het geval was. Daarop dankte hij Faiz Mohammed voor zijne beleefdheid, drukte de hoop uit, dat zij elkander in gunstiger omstan digheden nog eens zouden ontmoeten, drukte hem de hand, en een gesprek was afgeloopcn, dat wellicht de aanleiding is geweest tot een langen en bloedigen oorlog. Onder de vele nuttige zaken, die onze stads architect te Parijs bij zijne reis naar de tentoon stelling kan zien, kan hem uit naam der burgerij niet genoeg op 'thart gedrukt worden, vooral na te gaan hoe in die wereldstad zorg wordt gedra gen voor behoorlijke wegvoering der faecale stoffen. Wellicht dat de bestudeering van dat onder werp zonder dat hij zich in details behoeft te verdiepen hem aan de hand geeft eene verbe tering in het verwijderen der drekstoffen van de bewoners der terreinen aan de Loskade alhier. .Zooals die nu plaats heeft, eischt zij, zoowel uit een gezondheids- als uit vele andere oogpun ten, dringend verbetering. Heden ochtend, kwart voor 9 uren(!) bij voorbeeld, ging in plechtigen omgang langs de fraaiste en drukst bezochte gedeelten der stad (langs de kaden), eene slede, beladen met tonnen of kuipen die reukeloos mochten zijn, doch waar van de verpestende stank langen tijd te ruiken was, nog na het voorbij rijden. Het doel van den tocht was naar buiten de Dampoort, waar zich, zoo we ons niet bedriegen, de vergaarbak bevindt. Nu zou het kunnen gebeuren dat het resultaat van bovengenoemde kunstreis zou zijndat van stadswege bevolen wierd om de kwalijk riekende tonnen of kuipen aan de Loskade in eene boot te laden, (aan het einde der Loskade ligt eene geschikte embarcadère daartoe, ter plaatse van het dure overzetveer)verder kon de tocht over water tot den vergaarbak geschieden. Middelburg was dan ten minste van dien pestwalm verlost. Dat het vervoer iets meer zou kosten en eenige moeite aan den pachter zou veroorzaken, zijn be zwaren die niet gelden bij eene gemeente, die op onbekrompen wijze handelt wanneer het hare verdienstel ij ke ambtenaren geldt. Middelburg, 16 October 1878. Gr. (Wij wenschen hierbij aan te teekenen dat aan den gemeente-bouwmeester, voor zijne reis naai de wereldtentoonstelling, door het Dagelijkseh Bestuurder gemeente eene aanwijzing van onder werpen wordt opgegeven, welke- hij gedurende zijn verblijf te Parijs bepaaldelijk zal te bestudee- ren en waarover hij na zijne terugkomst verslag uit te brengen zal hebben. Red.) (Prijs per plaatsing 30 Cent per regel) Met het oog op de uitreiking der medailles welke den 21 dezer zal plaats hebben, en bij welke gelegenheid geen mindere feesten te voor zien zijn als den 30 Juni hebben plaats gehad, en voorts naar aanleiding van het sluiten der Ten toonstelling, hetwelk tegen den 10en November officiel en definitief bepaald is, neemt de keer RE1G-NAED, eigenaar van het Hotel du Helder, de vrijheid de aandacht van het Hol- landsch publiek op zijn Hotel te vestigen voor een eventueel bezoek, hetzij tijdens de fees ten, hetzij gedurende de laatste dagen dat de Tentoonstelling zal geopend zijn. Zijn Hotel, bestaande uit 3 huizen, ligt in de rue du Helder, op weinige passen van de groote Boulevards; men vindt er een uitstekende table d'höte, goeden wijn en Hollandsche bedienden en couranten. Tot 15 November slechts, pension per dag3" en 4e étage frs. 20, le en 2e frs. 25. Gisteren avond is te Ylissingen binnengekomen als bijlegger, de Ned. bark Carolina, gezagv. Cupido, van Riga naar Rotterdam. Oostburg, 16 October. De aanvoer ter graan markt bepaalde zich heden tot tarwe, gerst, erw ten en haver, van alle welke artikelen de goede monsters zeer waren begeerd, terwijl afwijkende soorten slechts bezwaarlijk koopers vonden, vooral om de hooge vraagprijzen. Van boonen en zaden kwam bijna niets voor. Er is besteed voor Tarwe zeer enkel 10 en iets daarboven. Voorts 9.75, meest ƒ9.50, 9.25 a ƒ9, zijnde voor de geringere en roode soorten 8 a 8.50 geboden rogge 7 a 6.75; wintergerst 7.15, /7a ƒ6.75; zomergerst 6.75, 6.50 a ƒ6; haver 4.50, 4, 3.50 a 2, ook 9.25,1 9 a ƒ6 per 100 Kg.paardenboonen f 8a/ 7.50erwten 9.50, 9, 8.50 a 7.50. Middelburg, 17 October. Daar de veldarbeid nog niet is geëindigd, was de aanvoer uit Wal cheren heden nog gering en van buiten was niets ter markt. Goede jarige Walchersche tarwe werd voor verbruik prijshoudend gekocht Nieuwe puike Walchersche tarwe was begeerd en 25 cent kooger betaald. Bruine qualiteit minder gezocht. Nieuwe rogge in zaaisoort gevraagd maar bijna niet voorhanden, waardoor vorige prijzen er voor zijn besteed. Dito wintergerst onveranderd. Goede blanke Walchersche zomergerst gewild, weinig getoond en 10 cent hooger betaald. De beste nieuwe Walchersche witte boonen ondervonden veel begeerte en zijn 25 cent hooger afgedaan. Dito bruine boonen en dito paardenboonen 25 cent hooger. Voor nieuwe dito groene kook- erwten was ter buiten- en binnenlandsche ver zending levendige vraag waardoor, ze ook 25 cent hooger zijn gekocht. Dito winterkoolzaad nominaal onveranderd. Jarige Walchersche tarwe 9.50 a 10afwijkende dito 8.40 a 8.75nieuwe blanke dito 9.75 a 10; dito zaairogge 7.50 met graagte betaalddito wintergerst 7.10, dito puike Walchersche zomergerst 6.25 a 6.35 gekochtdito Walchersche witte boonen in de hardste soorten ƒ12.50 a 12.75 gekocht. Ver scheidene houders wilden tot deze notering niet verkoopendito bruine boonen 13.50 dito paardenboonen 8dito groene kookerwten 9.50 a 9.75dito winterkoolzaad 12.50. gemiddelde marktprijzen. Versche boter 1.05 a 1.15eieren per 100 stuks 5.80. Bergen op Zoom, 17 October. Puike witte tarwe 9.75 a 9.50, mindere 7.50 a 8.25 roode 8.25 a 9.75 rogge 6.50 a 7. boekweit 5.- a 5.25nieuwe wintergerst 6.75 a 7.40zomergerst 6.a 6.40 haver 8.50 a 9.kookerwten 8.50 a 9 paardenboonen 7.40 a 8.kanariezaad 7.50 a ƒ8.50; bruine boonen ƒ10 a 13. Suiker nominaal 251 op 88 graden; melasseu niet gevraagdboter per stuk 0.95kilo 65; eieren per 26 stuks 1.65. Amsterdam, 16 Oct. 17 Oct. STAATSLEENINGEN. Mederl. Cert. N. W. Sch. 2£_pct. 61f 611 dito dito dito. 3 73j 73j dito dito dito. 4 97£ 97 België. Certificaten21 Frankrijk. Origin. Inschr. 3 Hongarije. Obl. Goudleen. 5 53 52 Staiië. Cert. Adm. Amsterd. 5 Öostenrïjk. Obl. Mei-Nov. 5 501 50| dito Febr.-Aug. 5 50fl dito Jan.-Juli. 5 52 j 521 dito April-Oct.5 5252 dito dito Goud 4 61 Polen. Obl. Schatkist 1844. 4 75j 741 Portug. Obl. Btl. 1853/1869. 3 481 48f£ dito dito 1876. 6 96 Rusland. Obl. Hope C. 1798/1815 5 921 Cert. Inschr. 5e Serie 1854. 5 57 dito dito 6e 1855. 5 72£ 72f Obligatiën 18625 dito 1864 /1000 5 87f 871 dito 1864 1005 82£ 83 dito 1877 dito5 79f 79f dito 1872 gecons. dito. 5 771 dito 1873 gecons. dito. 5 781 191 dito 1850 le Leening dito. 4j 79£ dito 1860 2" Leening dito. 4£ 77f 77§ dito 1875 gecons. dito 4£ 70£ 711 Cert. Hope C" 1840 4 dito 2e, 3 4e Leen. 1842/44. 4 Obligatie-Leening 1867/69. 4 70 70f dito dito 1859 3 6262£ Cert. van Bank-Assign. 6 §paiaje. Obl. Buit. 1867/75. 1 141 14£ dito dito 1876 2 32 321 dito Binnenl. Es. 5000-10000 1 13(1 14 dito dito 1876 2 30ïk 301 Tnrkile. Obl. Alg. Sch. 1865 5 91 9jk dito dito 1869 6 121 13 Egypte. Obl. Leening 1876 6 521 521 Spoorw. dito 1876 5 Vereen. Staten. Obl. 1876 41 1011 dito dito 1871 5 103 1031 dito dito 1861 6 104£ Brazilië. Obl. Londen 1865 5 921 dito Leening 1875 5 87£ INDUSTRIEELE EN FINANCIEEL! ONDERNEMINGEN. Nederl. Afr. Hand.-V. Obl. 5 pet. Ned. Hand.-Maatsch. aand. rescontre5 103£ 103 Ned. Ind. Handelsb. Aand. 118 117 Stoomvaartm. Java Obl. 5 dito Zeeland Obl5 dito gegarand. dito4£ 101 Ruitschland. Cert. Rijks bank Adm. Amsterdam. tïostenrïjk. Aand. Nat. B. 112£ 1111 SPOORWEG-LEENINGEN. Hïederland. Maats. t.Expl. St.-Spw. Aandpet. 10 Ned. Ind. Spoorw. Aand. 1001 Ned. Rijn-spw.volgef. Aand. 1341 N.-Brab. Boxt. Obl. 1875. 5 711 121 dito dito 2' Ilypoth. 20 20 Hongarije. Theiss.Sp. Obl. 5 70 - Staiië. Zuid-Ital. Spw. Obl. 3 431 43J Polen. Wars.-Bromb. Aand. 4 50£ Warschau-Weenen dito. 51 501 Rusland. Gr. Sp.-Maats. Aand5 110£ 1101 dito Hypoth. Obligatiën. 4£ ooj ot> dito dito dito 4 Baltische Spoorweg. Aand. 3 441 4-i Chark.-Azow Oblig. 100. 5 77 i Jelez-Griasi dito 5 Jelez-Orol dito 1000, 5 <9i 7'

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 3