BUITENLAND.
Een vriend, die mij mijn
feilen toont enz.
Réclames.
Parijs - Tentoonstelling.
Zeetijdingen.
Handelsberichten
1 il
Gemeenteraad van Vlissingen,
Thermometerstand,
Algemeen Overzicht
Graanmarkten enz.
Prijzen van Effecten.
BUITENLAND.
Rome. De oorspronkelijke grondslagen voor
de onderhandeling tusschen het Vatikaan en
Berlijn zijn vervallen wegens de houding van
het centrum. De wederzijdsche verhouding zal
thans een minder radicalen grondslag hebben.
Londen. Men verzekert dat de onderkoning
verlangt dat Shere Ali naar Peshawur komt;
eene eenvoudige betuiging van leedgevoel zou
voldoende worden geacht.
Konsfaniinopel. Een Turksch blad zegt
dat Shere Ali oorlog voerende tegen Engeland,
den eenigen bondgenoot van den Islam, het mis
noegen van eiken muzelman zou wekken.
Zitting van Woensdag 16 October.
Voorzitter de heer Winkelman.
Afwezig de heeren Schraver en Callenfels;
laatstgenoemde komt later.
De voorzitter deelt mede dat van den heer
Schraver bericht is ontvangen dat hij door ziekte
verhinderd is deze vergadering bij te wonen.
Op voorstel van den voorzitter wordt de lezing
der notulen van de vorige vergadering aange-
gehouden tot het einde van deze of tot eene
volgende vergadering, en het laatste punt dei-
agenda, de behandeling der gemeente-begrooting
voor 1879, het eerste aan de orde gesteld.
Dientengevolge wordt voorlezing gedaan van
het rapport der financieele commissie waaruit in
hoofdzaak het volgende blijkt:
Wat de uitgaven betreft
Hoofdstuk I, afdeeling 1, art. 5: presentiegeld
van de leden van den raad. Om de bekende
redenen waren twee leden tegen het behoud van
dezen post. Zij kunnen niet aannemen dat de
leden van den raad, alleen om presentiegeld, de
zittingen getrouw zouden waarnemen.
Afd. 2. art. 1jaarwedden van de ambtenaren
en bedienden der secretarie. De voorgestelde
verhooging werd met ingenomenheid vernomen.
Art. 4. jaarwedde van de vroedvrouw tevens
lavementzetster. Bij de behandeliug van dit
art. werd ook behandeld het in handen der com
missie gestelde adres van M. M. Kielin geb.
Florisse, houdende verzoek om verhooging harer
jaarwedde. Algemeen was men van oordeel dat
deze wedde behoort te worden verhoogd. Het
bedrag der verhooging wenscht men aan het oor
deel van den raad over 'te laten.
Art. 11jaarwedde van de ambtenaren belast
met het toezicht op de invordering der plaatse
lijke belastingen. - Ook met de hier voorgestelde
verhooging is de commissie ingenomen. Een lid
wenscht om de meerdere werkzaamheden, die aan
deze ambtenaren zijn opgedragen, de wedde- in
stede van met f 25 met f 50 per hoofd opte-
voeren.
Art. 12: jaarwedden van leeraars en onderwijzers
enz. aan de scholen voor lager en meer uitgebreid
lager onderwijs. Op het door den heer G. J.
Endhoven ingezonden adres om verzoek tot ver
hooging zijner jaarwedde, op grond der wan
verhouding die er bestaat tusschen zijn salaris en
dat der hulponderwijzers aan de scholen voor
gewoon lager onderwijs alhier en de aanmerke
lijke verhooging aan het traktement, verbonden
aan de thans vacerende betrekking van le hulp
onderwijzer aan school C te Middelburg, vindt
de commissie geene termen om gunstig op dit
verzoek te adviseeren, Voorts is de commissie
Van oordeel dat, aangezien geene uitvoering gege
ven is aan het raadsbesluit van 4 Juli 1877,
waarbij is bepaald dat 7 hulponderwijzers aan de
school voor on- en minvermogenden zullen werk
zaam zijn, behoort te worden besloten gezegd
besluit in te trekken en het artikel met f 550
te verminderen.
Art. 17jaarwedde van den commissaris van
politie. De commissie is ten aanzien van het door
dien ambtenaar ingediende adres van oordeel dat
de aan die betrekking verbonden wedde, ook uit
aanmerking dat de wedden van het overig personeel
in de laatste jaren zijn verhoogd, waardoor de
verhouding tot de wedde van den commissaris is
verbroken, behoort te worden verhoogd en stelt
voor
1° te doen vervallen art. 11 afd. 2 van het
11' hoofdstuk. „Bureaukosten van den commis
saris van politie
2° de wedde van den commissaris van politie
Vast te stellen op f1600 per jaar, onder bepaling
dat de titularis verplicht zal zijn te zorgen voor
de bureaubehoeften bij de politie benoodigd.
Hoofdst. IIe afd. 1 art. 1onderhoud en schoon
houden der gebouwen en der zich daarin bevindende
meubelen
op bladzijde 16 van de memorie van toelichting
komt voor „onderhoud van de muziek estrade.
Algemeen is de commissie van oordeel dat het
gedurig verplaatsen van dit voorwerp niet goed
is; zij wenscht dat de estrade te behouden waar
die nu staat en het onderdeel van dit artikel 6
te verminderen met 20. Een lid verklaarde zich
tegen den ganschen post en wenscht dus de ƒ64
te doen vervallen
Hoofdst. Ill afd. 1 art. 1 agewoon onderhoud
van openbare gebouwen enz. Onder dit artikel
is, blijkens de memorie (bladzijde 22) uitgetrokken
voor de zeehonden werf een bedrag in uitgaaf
van 230, ter wij 1 op bladzijde 8 der memorie,
de inkomst van die inrichting wordt geraamd op
214; de gemeente zal dus aan de inrichting ten
koste moeten leggen f 16. De commissie is van
oordeel dat het meer in het belang der gemeente
zoude zijn als de gemeenteraad kon besluiten de
zeehondenwerf, bij voorbeeld voor een zevental
achtereenvolgende jaren, in het openbaar te
verhuren en meent te weten dat ingezetenen wel
geneigd zouden zijn daartoe een aannemelijk bod
te doen.
ad letter b is 2000 M3 meer baggerwerk uitge
trokken. Blijkens bekomen inlichtingen van den
wethouder voorzitter der commissie zou het doel
van dit werk zijn, vermindering van stank, voort
komende uit de spuiingen der riolen in de Potten-
kaai. De vraag werd gedaan, waarom bij voor
keur de Pottenkaai en niet de Beer- en Schar-
dijnkaai, waar de bewoners aanhoudend last van
stank hebben Buitendien is men van oordeel
dat zoolang de kaden droogvallen, de stank niet
kan worden weggenomen en dat de meer uitge
trokken som zeer gevoegelijk dus kan wegvallen.
Blijft echter het voorgestelde getal M3 behouden,
dan wenscht de commissie het uitbaggeren ook
over de andere kaaien uit te strekken.
Hoofdst. IV, afd. 1, art. 1voor het stadskof-
fiehuis de Beurs. De commissie, voorgelicht door
haar deskundig lid, is van oordeel dat de voor
gestelde verandering van den vloer tot geen be
vredigende uitkomsten leiden zal en stelt dus
voor: 1° de herstelling ad f 50 te doen vervallen
en 2° daarvoor in de plaats te stellen verdubbeling
van den vloer met vuren delen, zwaar 0.028 M.
ad ƒ2 f 130.
Hoofdst. YIII, afd. 1 art. 1kosten van het
middelbaar en lager onderwijs. Het trok de
-aandacht der commissie dat voor het onderhoud
van kachels op de burgerschool en de school voor
min- en onvermogenden hooger bedragen dan bij
de vorige begrootingen zijn uitgetrokken. Het
aanschaffen van een kast op de burgeravondschool
ad f 140 acht de commissie niet volstrekt noodig.
afd. 4, art. 3, kleeding en wapening van dienaars
der politie zal blijkens de memorie met f 80
bekooren te worden verminderd.
Wat de inkomsten betreft kwamen geene
aanmerkingen voor.
{Wordt vervolgd.)
15 Oct. 's av. 11 u. 52 gr.
16 's morg. 8 u. 52 gr. 's midd. 1 u. 57 gr.
's av. 6 u. 55 gr.
Het zesde artikel van het socialisten-ontwerp,
zooals het door de commissie van éen en twintig
was veranderd en in de tweede lezing der wet
eergisteren in discussie kwam, luidde als volgt.
„Drukwerken waarin zich op voor de openbare
rust gevaarlijke wijze een sociaaldemocratisch,
socialistisch of communistisch streven zal laten
waarnemen, dat op het oog heeft de omverwerping
van de bestaande orde in staat en maatschappij,
zullen verboden worden.
„Waar het periodiek uitkomende geschriften
geldt, zal het verbod zich tot het verder ver
schijnen kunnen uitstrekken, zoodra krachtens
deze wet een nommer verboden is."
De heer Ackermann, een Saksisch conservatief,
had op dat artikel twee amendementen voorge
steld. Het eerste strekte om in den eersten zin
de woorden te voegen„op eene wijze, die de
goede verstandhouding tusschen de verschillende
klassen der maatschappij in gevaar brengt." Dit
werd met eene aanzienlijke meerderheid aange
nomen. Met zijn tweede amendement was hij
echter minder gelukkig. Dit wilde de laatste
woorden van den tweeden volzin van het artikel
weglaten en dus aan de politie de macht geven
om dadelijk bij het eerste vergrijp eene courant
of een tijdschrift geheel en al op te heffen. De
commissie had hieraan de voorwaarde verbonden,
dat het verbieden van een nommer moest vooraf
gaan, hetgeen eenigszins als eene waarschuwing
kon beschouwd worden. Ook die zeer lichte
wapenrusting gunde de heer Ackermann niet aan
de socialistische pers, waarbij hij gereede onder
steuning vond hij de regeering. Hij had echter
buiten den waard gerekend, of liever buiten het
beetje liberaliteit, dat hier en daar nog hij de
nationaalliberalen te vinden is: het amendement
werd verworpen. Toen hadden achtereenvQlgens
twee stemmingen plaats met negatief resultaat,
de eerste over het artikel zooals de commissie
het wilde, dat alleen de stemmen der nationaal
liberalen kon behalen, de tweede over het artikel,
zooals het oorspronkelijk door de regeering was
voorgesteld. Dit laatste was van ongeveer gelijke
strekking als het tweede amendement,Ackermann
en viel tegen dezelfde meerderheid: alleen de
beide conservatieve partijen waren er voor. Zoo
hadden de tegenstanders der geheele wet, door
Verdeeldheid in het tegenovergestelde kamp, deels
de conservatieven en deels de nationaalliberalen,
de nieuw aangeworven en naar het schijnt nog
niet volkomen gedisciplineerde afdeeling der
regeeringsmeerderheid, tot hulp om iets van de
bedreigde burgerschapsrechten uit den brand te
redden. Het feit maakt een verrassenden indruk,
daar men reeds verzekerd meende te mogen zijn,
dat liet geheele ontwerp door het pas bezegelde
verbond van nationaalliberalen en conservatieven,
artikel voor artikel, zon worden aangenomen.
Prins Bismarck zal boos wezen en zeker
eerstdaags den heeren de les komen lezen.
De artikelen 7 tot 10 moesten, als in het
nauwste verband staande tot en voortvloeiende
uit art. 6, buiten behandeling blijven, en men
ging dus ook voort met art. 11, dat met de
volgenden tot 15 toe nog eergisteren werd aan
genomen. Gisteren ochtend begon men aan art. 16,
waarbij aan sociaaldemocratische agitators het
verblijf buiten hunne woonplaats kan worden
ontzegd, en hun het verblijf in bepaalde districten
kan verboden worden. Bij dit artikel herhaalde
zich de gang van zaken, die art. 6 den vorigen
dag had doen vallen. De verscherpende amende
menten van Ackermann en Schmid werden ver
worpen, evenals het voorstel der commissie en
de oorspronkelijke regeeringsvoordracht. In
derde lezing zal men thans die gapingen moeten
trachten aan te vullen, en de regeering zal
haar best moeten doen om vóór dien tijd
de nationaalliberalen wat meer meegaande te
stemmen. De beide verworpen bepalingen zijn
toch bij uitstek die, welke prins Bismarck het
lemmet van het mes noemde, waarmede hij het
socialisme wil om hals brengende tweede lezing
van het ontwerp laat hem dus alleen het heft.
De laatste moeilijkheden, die het voltallig
maken van het Egyptische ministerie verhinder
den, schijnen uit den weg te zijn geruimd. Men
herinnert zich, dat Frankrijk er op aandrong om
aan den te benoemen Franschen miaister, den
heer de Blignicres, evenveel invloed te geven, als
de heer Bivers Wilson, de Engelschman, uit den
aard der zaak zou hebben door het bestuur van
het departement van financiën. De Blignières
zal nu minister van openbare werken worden, en
onder zijne administratie zullen vallen alle spoor
wegen en havens, behalve die van Alexandrië,
alle kanalen en besproeiingswerken. De door den
khedive afgestane domeinen zullen beheerd wor
den door eene commissie, bestaande uit de beide
Europeesche ministers en een Egyptenaar. Frank
rijk had wel aanspraak om in de samenstelling
van het ministerie, dat aan Egypte's ongelukkigen
financieolen toestand een einde moet maken, een
woordje mede te sprekende Engelsche bladen
erkennen dit zelve op den grond, dat in geen
enkel land zooveel Egyptische schuld onder de
bevolking verspreid is als in Frankrijk. Het is
in alle geval te hopen, dat geen politieke naijver
tusschen beide landen de poging in den weg zal
staan om het rijke Egypte financieel en moreel
te doen herleven. Nimmer was de gelegenheid
daartoe zoo gunstig als thans. Het feitelijk
bewijs van goeden wil, dat de khedive gaf door
den afstand der onrechtmatig verkregen domeinen
en door de benoeming van Nubar pacha en de
beide Europeanen, is wel geschikt om den houders
van Egyptische fondsen moed in te boezemen.
Men onthoude echter, dat hervormingen in het
Oosten nog steeds zeer moeilijk gebleken zijn.
In de laatste dagen heeft de keizer van Oos
tenrijk aan menigeen raad gevraagd, wat hij doen
moest in de dubbele ministerieele crisis, o.a. ook
aan den heer Simonyi, een zeer invloedrijk lid
van de oppositie in het Hongaarsche parlement.
De Keue Freie Presse deelt het advies van dezen
staatsman aan zijn vorst mede. Het geeft eene
beschouwing van Oostenrijks toestand van ver-
schillende zijden, die voor velen in geheel Europa
groot belang heeft, waarom wij er de hoofdpun
ten van weergeven.
Simonyi zeide tot den keizer, dat de algemeene
toestand van het rijk slecht is, en dat met name
de materieele welvaart van Hongarije sterk ach
teruit gaat. Eene der oorzaken van de kwijning
van handel en nijverheid is de lange duur van
de crisis in het Oosten; eene tweede oorzaak is,
dat Oostenrijk met vreemde landen geene duur
zame handelstractateu heeft gesloten, en dat het
algemeentarief van inkomende rechten het land
nog lang zal beletten zulke overeenkomsten te
sluiten. In de algemeene financiën eindelijk van
het rijk is eene groote bres geschoten door de
bezetting van Bosnië, en indien deze bezetting
nog lang mocht voortduren, zou eene groote
financieele ramp onvermijdelijk zijn.
Uit een militair oogpunt is de bezetting even
verderfelijk voor het rijk als uit een financieel
oogpunt. Vooreerst was zij niet noodig tot ver
meerdering van het prestige van het rijk. Nie
mand twijfelde, noch kon twijfelen, of men zou,
als men met genoegzame legermacht Bosnië
binnentrok, het land in enkele weken onderwer
pen. Daarenboven kan de bezetting een groote
last worden en de treurigste gevolgen hebben bij
nieuwe Europeesche verwikkelingen. „Indien
wij in een oorlog met eene andere mogendheid
komen, zeide de heer Simonyi, znllen wij óf onze
troepen uit Bosnië moeten terugtrekken, of onze
iriacht verspreid houden door een deel van ons
jeger daar te laten. Hoe belangrijker de buiten-
andsche oorlog is, des te meer troepen zullen
wij in Bosnië moeten laten om het in bedwang
te houden en te verhinderen, dat het een welkom
bondgenoot voor onze vijanden worde. Eindelijk
moet men nimmer vergeten, dat wij Servië en
Montenegro in onze buurt hebben, en dat wij bij
een Europeeschen strijd immer een deel onzer
macht zullen moeten gebruiken om die beide
buren in het oog te houden".
Wat de financieele voordeelen van de bezetting
betreft, zijn Simonyi en zijne vrienden van meening,
dat die voordeelen zoo ver in verschiet liggen,
dat men ze niet eens noemen mag. De bezetting
zal jaarlijks millioenen verslinden, en zeker zal
deze eeuw Bosnië niet beschaafd en ontwikkeld
genoeg meer zien om Oostenrijk eenige compen
satie te kunnen bieden voor zijne velerlei uitga
ven, ten behoeve der bezetting gedaan.
Eindelijk is de bezetting ook eene fout uit het
oogpunt van binnenlandsche politiek. Hongarije
meent, dat het dualisme de eenige vorm is, die
waarborgen geeft voor het bestaan der monarchie.
Het Duitsche element moet bovendrijven in Oos
tenrijk, het Magyaarsche element in Hongarije.
Wil men daarbij een derde element in de mo
narchie halen, dan gaat zij een tijd te gemoet
van onberekenbare binnenlandsche onlusten en
burgertwist.
(Prijs per plaatsing 30 Cent per regel)
Met het oog op de uitreiking der medailles
welke den 21 dezer zal plaats hebben, en bij
welke gelegenheid geen mindere feesten te voor
zien zijn als den 30 Juni hebben plaats gehad, en
voorts naar aanleiding van het sluiten der Ten
toonstelling, hetwelk tegen den 10eu November
ofïïciel en definitief bepaald is, neemt de heer
SE16NAED, eigenaar van het fflètel da
Melder, de vrijheid de aandacht van het fflol-
lanrïsck publiek op zijn Hotel te vestigen
voor een eventueel bezoek, hetzij tijdens de fees
ten, hetzij gedurende de laatste dagen dat de
Tentoonstelling zal geopend zijn.
Zijn Hotel, bestaande uit 3 huizen, ligt in de
rue du Helder, op weinige passen van de groote
Boulevards; men vindt er een uitstekende table
d'hóte, goeden wijn en Hollandsche bedienden en
couranten. Tot 15 November slechts, pension
per dag3e en 4e étage frs. 20, le en 2e frs. 25.
Gisteren avond te Vlissingen binnengekomen
en heden naar hier opgevaren de Ned. schooner
Francois, gezagv. de Eijke, van Riga.
Van Vlissingen naar zee vertrokken na
geëindigde reparatie de Engelsche bark Autocrat
kapt. Kenealy naar Philadelphia, en bet Eng.
3/m schip King of Algeria kapt. Curry naar
New-York.
jzascrassascEïiDs^iBmacen:
Amsterdam, 16 October. Raapolie op zes weken
f 36 Lijnolie f 33$.
Amsterdam, 15 Oct. 16 Oct.
STAATSLEER INGE N.
Mederl. Cert. N. W. Sch. 2$ pet. 61f 61$
dito dito dito. 3 74$ 73$
dito dito dito. 4 96$ 97$
België. Certificaten2$
Frankrijk. Origin. Inschr. 3
Mongarije. Obl. Goudleen. 5 53$ 53$
Etalië. Cert. Adm. Amsterd. 5 -
Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 5050$
dito Febr.-Aug. 5 50$ 50^%
dito Jan.-Juli. 5 52-^ 52$
dito April-Oet.5 52 yk 52
dito dito Goud 4
Molen. Obl. Schatkist 1844. 4 75$
Portug. Obl. Btl. 1853/1869. 3 49 48$
dito dito 1876. 6
Rusland. Obl. Hope C.
1798/1815 5
Cert. Inschr. 5e Serie 1854. 5 57
dito dito 6e 1855. 5 72$ 72$
Ohligatiën 18625 76$
dito 1864 ƒ1000 5 87$
dito 1864 £1005 83 82$
dito 1877 dito5 79-ft 79$
dito 1872 gecons. dito. 5 77$ 77$
dito 1873 gecons. dito. 5 78$$ 78$
dito 1850 le Leening dito. 4$ 79$
dito 1860 2S Leening dito. 4$ 77$ 77$
dito 1875 gecons. dito 4$ 71$ 70$
Cert. Hope C° 1840 4
dito 2e, 3" 4e Leen. 1842/44. 4
Obligatie-Leening 1867/69. 4 70$ 70
dito dito 1859 3 62$
Cert. van Bank-Assign. 6
Spanje. Obl. Buit. 1867/75. 1 14A 14$
dito dito 1876 2 32$ 32
dito Binnenl. Es. 5000-10000 1 14 13$$
dito dito 1876 2 30$ 30kk
Turkije. Obl. Alg. Sch. 1865 5 9rk 9$
dito dito 1869 6 12$ 12$
Egypte. Obl. Leening 1876 6 53s 52$
Spoorw. dito 1876 5
Vereen. Staten. Obl. 1876 4$
Brazilië. Obl. Londen 1865 5 22$
dito Leening 1875 5 87$ 87$