0 n d e r w ij s.
Kerkni e uws.
Marine en leger,
Kunst nieuws,
Land bouw.
Rechtszaken,
Koion iën.
volksvoorstelling en het oplaten van luchtballons,
had te 1 uur op het raadhuis de uitreiking plaats
van herinnerings-medailles aan de vereenigingen
en corporatiën die aan den optocht hadden deel
genomen.
's Middags was er in het Valkenberg eene
matinee music ale, door de academie aan de gemeente
Breda aangeboden.
's Avonds werd een groot bal den genoodigden
in het feestlokaal op de academie aangeboden,
terwijl op de markt in de kiosk concert werd
gegeven en op andere plaatsen bals plaats hadden.
Donderdag werd te 12 uren een groot interna
tionaal festival gegeven door de koninklijke
muziekvereéniging Vlijt en Volharding, 's Na
middags werd aan de academie door de sociëteit
Casino eene matinée aangeboden.
Te 6 uren werden aan de verschillende muziek
korpsen, die aan den optocht deel hadden genomen,
herinneringsmedailles uitgereikt en te 9 uren had
eene muziekuitvoering op de Groote markt plaats.
De feesten, waarbij niettegenstaande den ont-
zettenden toevloed van menschen, naar wij ver
nemen, geen ongelukken te betreuren zijn, werden
Donderdag avond door een schitterend vuurwerk
besloten.
De onlangs opgerichte algemeene afdeeling
Onderlinge levensverzekering van Eigen Hulp
heeft dekoninklijke goedkeuring verkregen op haar
reglement en hare tarieven. De afdeeling treedt
in werking zoodra een directeur is benoemd, het
oprichtingskapitaal ad 50,000 is geplaatst en
het getal aannemelijke verbintenissen tot deelne
ming 500 bedraagt. Het bestuur bestaat uit éen
of twee directeuren, die nog benoemd moeten
worden en drie commissarissen, de heeren W. L.
van Meurs, jkr. mr. G. de Bosch Kemper en
D. F. A. Bauduin. De hoogleeraar A. J. Pesch
is tot wiskundig adviseur aangesteld.
De premiën zijn hooger gesteld dan het minimum,
dat voor een solied ingericht levensverzekering
genootschap vereischt wordt; maar daardoor ver
wacht men een behoorlijke winst en daarvan
wordt aan de leden van Eigen Hulp, die deelne
men, 9095 pet. terugbetaald op hunne
premiën, en genieten zij de winst uit de verzeke
ringen van niet-leden behaald. Bovendien wordt
het netto bedrag der tarieven niet verhoogd met
de administratiekosten, wat bij de meeste andere
maatschappijen wel het geval is.
Een ingezonden stuk in het Vaderland van
gisteren luidt als volgt
„Evenals vóór de vacantie is de uitslag van
het admissie-examen voor de Leidsche universiteit
zeer ongunstig geweest.
Van de 57 candidaten trokken zich 10 gedu
rende het examen terug, terwijl er 19 werden
toegelaten en 28 afgewezen.
Het stuk, opgegeven om uit het Latijn in het
Hollandsch te vertalen, was weer zoo moeilijk,
dat de meeste candidaten daarover struikelden.
Mij werd door een doctorandus in de letteren
verzekerd, dat in genoemd stuk een zin voorkomt,
waarover hij geruimen tijd had moeten denken,
voordat hij de constructie begreep. Wat betee-
kent dit? vraagt men zich onwillekeurig af.
Terwijl vroeger het examen belachelijk licht
werd gemaakt en daardoor het aantal studenten
tot een ongekende hoogte steeg, maakt men nu
den toegang veel lastiger. Er zijn er, die hierin
verband zien met de financieele bepalingen der
nieuwe wet. Anderen willen dit verband niet
aannemen en denken aan volslagen willekeur.
Misschien zijn er goede gronden, die pleiten voor
een verzwaring van de eischen van het examen.
Maar verlangt dan de billijkheid niet, dat men
minstens een paar jaar te voren die eischen pu
bliceert, opdat ieder wete wat hij doet, vóórdat
hij zich gaat prepareerén
aangenaam zou zijn, maar daal- de omstandig
heden dit onmogelijk gemaakt hebben, ben ik van
plan zoodra mijn uitzet gereed is, mevrouw Alc-
kenzie te worden.
„Sibylle," riep hij stampvoetend uit, „gij maakt
mij razend. Ik wil en kan het niet gedogen."
„Wat hebt gij op de wereld met mijne plannen
te maken mijnheer Carlton?" vroeg ze weer
lachend.
„Moet ik dan maar zoo lijdelijk aanzien dat gij
u zelve aldus wegwerpt aldus verkoopt?
Nooit!" hij zweeg een oogenblik en hervatte
toen op kalmer toon. „Kan geld iets aan uw
besluit veranderen, Sibylle? Ik heb van daag
vijf duizend pond gewonnen, dank zij Couleur de
Eose, maar nog meer dank zij uw doorzicht, uw
goeden raad en het geluk dat gij mij aangebracht
hebt. Als ik de vijf duizend pond geheel tot uwe
beschikking stelde in plaats van de som welke
wij overeengekomen waren, zég, zou dat er u toe
kunnen bewegen om deze akelige, afschuwelijke
banden te verbreken?"
Een verblindende lichtstraal, gevolgd door een
oorverdoovenden donderslag en een hevigen stort
regen, maakte voor het oogenblik elk gesprek
onmogelijk. Sibylle die, onder de parapluie van
Carlton staande, het oog steeds op de trap ge
vestigd hield, werd op eens Alckenzie gewaar.
Er waren nog slechts weinige menschen op het
plat en hij begaf zich regelrecht naar de plaats
waar Sibylle afgesproken had op hem te wachten,
maar ziende dat zij die verlaten had, zocht hij
De uitreikingen van belooningen aan leerlingen
der openbare school te Sluis, die in het jaar 1877
minder dan 5 schooltijden verzuimd hadden, had
den 20en dezer plaats, in tegenwoordigheid van
den districts-schoolopziener en den burgemeester.
De plechtigheid werd voorafgegaan door eene
openbare les aan de vier hoogste klassen in. eenige
vakken.
nergens anders, meenende dat zij hem ergens
beneden wachtte, waar zij beter beschut was
tegen den regen. Zoodra hij weg was zei Sibylle
„Nu is onze tijd gekomen, Alckenzie is zonder
mij heengegaan. Wij moesten maar hoe eer hoe
beter naar de stad terugkeeren. Ik ril van de
koude en ben vreeselijk nat."
„Ik ga niet van hier," zei Carlton, „voor dat
gij belooft het denkbeeld op te geven u aan dien
zwarte te verkoopen."
„Wilt gij niet van hier gaan!" zei zij met een
fijn lachje. „Dan moet ik mijn weg alleen zoeken."
En zonder dat hij haar met woord of daad kon
weerhouden, boog zij het hoofd, dook onder de
parapluie uit, en liep naar den trap zonder acht
te slaan op den regen, die in stroomen neerviel en
haar zijden kleed doorweekte.
Hij kende haar genoeg ora te weten dat niets
haar op haar besluit zou doen terugkomen en
dat hem niets anders over bleef dan haar te
volgenmaar toen hij het eerste portaal bereikte
vond hij Alckenzie reeds bij haar, druk bezig
met haar te beklagen en zooveel hij kon met
zijn zakdoek den regen van haar japon af te
vegen.
„Wilt gij mij toestaan u thuis te brengen, miss
Moreton?" vroeg Carlton met een buiging.
„Dank u, mijnheer Carlton," zei zij. „Majoor
Alckenzie'heeft zich verantwoordelijk gesteld voor
mijn veiligheid en ik geloof waarlijk dat gij beter
zoudt doen met naar uw vrouw om te zien, in
dit afschuwelijke weer." I
het zooveel mogelijk verschaffen van arbeid
gedurende den winter, en
het verleenen van hare medewerking tot het
oprichten van spaarkassen en ondersteunings
fondsen voor zieken en voor bejaarden, die voor
den arbeid ongeschikt geworden zijn.
De inrichting en het beheer der fondsen worden
bij afzonderlijke statuten geregeld, en aan speciale
commission opgedragen.
De jaarlijksche contributie van het lidmaatschap
bedraagt twee guiden.
„Hoe zorgzaam van u om nu aan mevrouw
Carlton te denken," sprak de zorgzame echtgenoot
dier dame, met een soort van grijns. Maar al was
zijn toon tuw, zijne manieren waren beleefdhij
nam zijn hoed af, maakte nog eene diepe buiging
en ging zonder verder een woord te spreken naar
beneden en naar buiten.
HOOFDSTUK XIII.
BEKAADSL AGINGEN.
Terwijl de eerste donderslag wegstierf kwamen
sir Hardley en Colonel Winter terug bij de
dames, die reeds haar toevlucht in de koets ge
nomen hadden. Mevrouw Carlton deed een zwakke
poging om voor te stellen dat zij de rest van
het gezelschap zouden gaan opzoeken, waarmede zij
eigenlijk meende dat ze haar man hoopte te vinden,
maar mevrouw Winter verklaarde op vriendelij
ken, doch beslisten toon, dat dat „al te belache
lijk" zou zijn.
„Gij kunt er van op aan, lieve dat al de
anderen wel zoo wijs zullen zijn van te maken
dat zij naar huis komen. Uw man heeft u -in
goede handen gelaten en rekent er ongetwijfeld
op dat er goed voor u gezorgd wordt, en daar
wij in de gelegenheid zijn van regelrecht naar de
stad te rijden, zonder eerst nat te worden, moeten
wij daarvan gebruik maken en dankbaar zijn."
Wordt vervolgd.)
en 1876 over nog meer infanterie, maar ook
onder zijn troepen bevonden zich een paar ba
taljons bariesan van Madura. Men kan dus niet
zeggen, dat men bij de operatiën, die thans zijn
ondernomen, althans wat betreft de infanterie,
slecht is bedeeld.
Wenschelijk is het dat het machtsvertoon, dat
door het zenden van het lle bataljon wordt ten
toon gespreid, den vijand bewege het hoofd i i
den schoot te leggen of hem uitlokke tot het
aanvaarden van een wanhopigen strijd, die voor
onze dapperen moet uitloopen op overwinning.
Vluchten, en dus ons noodzaken diepe}- het land
in te trekken, is wel het slechtste dat hij voor
ons kan doen. Ware Atjeh een land als Java,
doorsneden met goede wegen en in het bezit van
een overvloed van transportmiddelen, dan hadden
onze betere bewapening en oefening reeds lang
gezegepraald, zelfs op een tienmaal sterkeren
vijand. Overwinnen is te Atjeh niet de grootste
moeite, wel te komen waar men zijn wil. Dit
laatste wordt niet genoeg in het oog gehouden.
Verleden Zaterdag waren te Oostburg twee
jongens van 8 en 11 jaren aan het vechten. Een
voorbijganger plaats'te zich tusschen de twistenden
en scheidde hen. Daardoor werd een der jongens,
dewijl hij thans zijn toorn niet uitwerken kon,
zoo woedend, dat hij onmiddellijk neerviel en als
lijk werd weggedragen. Uit de lijkschouwing is
gebleken, dat hij tengevolge van een aanval van
beroerte is overleden. (Sluisch wbl.)
De eerste steenlegging voor de gebouwen
van de kweekschool voor zeevaart te Leiden zal
binnenkort plaats hebben. De fundeering is bijna
geheel gelegd.
In tegenstelling met andere landen, zooals
Schotland en Noorwegen, levert de haringvisscherij,
die zich aanvankelijk gunstig liet aanzien, dit
jaar hier te lande slechte resultaten op. In den
regel is September de maand, waarin de meeste
aanvoeren plaats vindendit jaar maakt daarop
een ongunstige uitzondering. Na 6 tot 8 weken
te zijn uit geweest, komen de loggers terug met
weinig vangst, die afwisselt van 40 tot 180 ton,
een enkele, die meer aanbrengt, uitgezonderd.
Daarbij komt nog, dat ook de prijzen gedrukt
blijven, doordat Duitschland en Amerika niet
trekken. Verandert die toestand niet spoedig,
dan zal 78 onder de ongunstigste jaren voor de
groote visscherij moeten worden gerangschikt.
Door de Haarlemsche Tramwaymaatschappij
is gisteren een proef op hare lijnen genomen met
de Merry weathers Stoomtramway," (agenten de
heeren Crans -C"., te 's Hage). In tegenwoor
digheid en onder toezicht van 's rij ks ingenieur
bij het toezicht over het stoomwezen, zullen heden
proefritten voor het publiek plaats hebben.
In de Nederlandsche afdeeling der Parijsche
tentoonstelling zijn o. a. gouden medailles toege
kend aan de koninklijke fabriek van goud- en
zilverwerken van de heeren van Kempen te Voor
schoten, aan de koninklijke Stearinefabrieken aan
de firma Wijnand Fockink en erven Lucas Bols
te Amsterdam. Met zilveren medailles zijn de
heeren van Znylekom, Levert en C°. te Amsterdam
bekroond. Voorts zijn de heeren Hajenius en
Reijnvaan met het zilveren eermetaal, de hoogste
onderscheiding, in deze tentoonstellingsklasse
vereerd.
Door het vergaan der Princess Alice hebben
zich in Londen twee merkwaardige zaken voor
gedaan, 1° dat vele lijken nog niet herkend zijn en
2,J dat bij de politie naar vele vermisten is ge
ïnformeerd, die zich naar alle waarschijnlijkheid
niet op de stoomboot bevonden. Beide zaken
werpen een eigenaardig licht op het leven in de
wereldstad. De lijken die niet herkend zijn, zijn
meest van vrouwen, die naar het uiterlijk te
oordeelen op vrij ruimen voet leefden. Fijne klee
deren, gouden horlogies en andere sieraden geven
dat aan. Al was het niet uit werkelijke belang
stelling, dan hadden vrienden of verwanten toch
om deze zaken van waarde onderzoek moeten
doen naar het lijk. Dat dit niet geschiedde be
wijst, dat vele menschen in de groote stad leven
en sterven, zonder iemand te hebben, die zich om
hun bestaan of niet bestaan in het minste be
kommert. Zij kunnen verdrinken of vermoord
worden, zonder dat iemand er zich om bekom
mert. Aan den anderen kant is ook het vrijwil
lig verdwijnen in zulk eene stad zeer mogelijk,
en dat gebeurt dan ook meer dan men meestal
denkt. Want nooit gebeurt er een ongeluk, zoo
als nu, waarbij vele menschen omkomen, of er
komt bij de politie navraag naar de vermisten,
die het later blijkt, dat niet eens in de buurt
van het ongeluk geweest zijn. Zij maken van
zulk een ramp gebruik om voor dood gehouden
te worden, en staan dan of in eene kolonie, of
zelts in een ander deel van Londen weder onder
een anderen naam op. Kan het hun voordeel
geven, dan melden zij zich zelf weder wel eens
als levend aan.
De giften tot ondersteuning van hen, die
door de ramp van de Princess Alice hun brood
winners verloren hebben, bedragen 29,000 p. st.
voor de slachtoffers der ontploffing van de
Abercarne-mijn 16,000 p. st.
In Bosnië is het eerste nommer verschenen
van eene Oostenrijksche officieele courant, die den
Dinsdag vierde de Nederlandsche Oustaaf-
Adolf-vereeniging in de Pieterskerk te Leiden
het feest van haar 25jarig bestaan, waaraan door
tal van belangstellenden werd deelgenomen.
Na de uitvoering van een koor uit de Schep
ping van Haydn, werd door prof. Rauwenhoff
een welkomstgroet uitgesproken, waarbij hij,
hoewel de Vereeniging in het afgeloopen tijdperk
geen groote -dingen had gedaan, toch dankbaar
het vele goede door haar gesticht erkende.
Door een koor van dames en heeren werd
daarop een koraal aangeheven, terwijl vervolgens
dT. Laurillard, in eene boeiende feestrede aan het
ontstaan der vereeniging herinnerde en daarbij
mededeelde dat nog twee der oprichters in Leidén
woonachtig waren, de heeren C. Krabbe en
H. Obreen, beiden in het kerkgebouw aanwezig.
De feestredenaar eindigde met eene opwekking
tot ondersteuning.
Na eene uitvoering van een koraal door het
zangkoor werd door ds. C. Segers een slotwoord
gesproken
De luitenant ter zee 2e klasse W. C. P. E. de
Klopper wordt geplaatst in de rol van Z'. M\
wachtschip te Amsterdam.
Den heer P. Arendzen, graveur te Amsterdam,
is bij den internationalen wedstrijd van gravures
naar oude en nieuwe Belgische meesters, te Brus
sel gehouden en uitgeschreven door de Académie
Eogale aldaar, ten deel gevallen de groote gouden
medaille ter waarde van fr. 600. Het bekroonde
stuk is getiteldDans la Bruyère. (N. R. Ct.)
De Staats-courant bevat de statuten der ver
eeniging Landbouw en Veeteelt te Wolfaartsdijk.
Het hoofddoel dezer vereeniging is de weten
schappelijke en practische ontwikkeling van
landbouw en veeteelt te Wolfaartsdijk en zij
tracht dat doel te bereiken door:
het houden van vergaderingen, waarin belang
rijke onderwerpen op het gebied van landbouw
en veeteelt worden behandeld;
het houden of doen houden van lezingen of
voordrachten over genoemde onderwerpen;
het aanschaffen van geschikte boekwerken,
tijdschriften en brochures;
het vestigen van de aandacht op doelmatige
middelen, waardoor het gemeenschappelijk gebruik
van landbouwwerktuigen, de aankoop van zaden,
meststoffen enz. worden bevorderd;
het inrichten van kleine velden, bestemd tot
proefnemingen
en voorts door al datgene, hetwelk de vereeni
ging tot bereiking van haar oogmerk nuttig
oordeelt.
De vereeniging gegrond op het associatie
stelsel, of het bevorderen van gemeenschappelijke
belangen door onderlinge samenwerking tracht
tevens bevorderlijk te zijn aan de belangen van
den arbeidenden stand, door
In de openbare zitting voor strafzaken van het
kantongerecht te Middelburg van 26 September,
zijn de volgende vonnissen gewezen:
J. T. V., te Vlissingen, wegens het als tapper
tappen van sterken drank aan kennelijk beschon
ken personen, (tweemaal gepleegd), na binnen de
laatste twaalf maanden voor gelijke overtreding
veroordeeld te zijn geweest, en 2° het geven van
een openbaar bal zonder schriftelijke toestemming
van den burgemeester, na binnen de twaalf maan
den voor gelijke overtreding tot straf te zijn
verwezen, veroordeeld in drie geldboeten elk van
f 3 of 2 dagen gevangenisstraf voor iedere boete.
J. D. en J. M. v. d. V., te Vlissingen, diefstal
van te veld staand gras, te zamen en in vereeni
ging gepleegd, ieder in eene geldboete van f 10
of 3 dagen gevangenisstraf.
P. J. Ch., te Vlissingen, het als tapster te
laten tappen van sterken drank aan een kennelijk
beschonken persoon, eene geldboete van f 3 of 1
dag gevangenisstraf.
H. H. en I. ten H., beide te Vlissingen, het als
herbergiers niet branden van een licht boven de
voornaamste deur der woning, beide in eene
geldboete van 1 of 1 dag gevangenisstraf.
A. H., L. R. en W. D., te Westkapelle, het te
samen rapen van kreukels op de werken van den
zeedijk, ieder in eene geldboete van 0.50 of
eene gevangenisstraf van 1 dag.
A. O., te Vrouwepolder, het laten loopen van
eene koe over eens anders in den oogst staanden
grond, in eene geldboete van f 3 of 2 dagen
gevangenisstraf.
L. P., te Zoutelande, het laten loppen van een
kalf over een buurtweg 3e klasse, zonder toe
stemming van het plaatselijk bestuur, in eene
geldboete van f 10 of eene gevangenisstraf van
2 dagen.
A. d. K., te Middelburg, het beschadigen van
den helm in de duinen onder de gemeente Dom
burg, in eene geldboete van 10 of 1 dag ge
vangenisstraf.
Ch. J. v. O., te Vlissingen, het zonder toezicht
laten loopen van een hond op de openbare straat
^te Vlissingen, tusschen 10 uren des avonds en 6
uren des morgens, in eene geldboete van f 3 of
gevangenisstraf van 1 dag.
N. D., te Westkapelle, het halen van zand in
de duinen onder de gemeente te Westkapelle,
buiten de daartoe aangewezen plaats, vrijgesproken.
Al de veroordeelden in de kosten van den
processe.
Omtrent Atjeh deelt men aan de Locomotief
mede, dat de daar nu aanwezige drie sterke
garnizoens-bataljons en negen veldbataljons te
zamen ruim 9500 man infanterie uitmaken. De
eerste expeditie telde 2039 man infanterie, waar
onder 1 bataljon bariesan, minder goed geoefende
troepen; de tweede expeditie telde -6354 man
infanterie, waaronder eveneens 1 bataljon bariesan
en de legioenen van Pakoe Alam en Mangkoe
Negoro.
Generaal Pel beschikte bij zijn operatiën in 1875