BUITENLAND,
Het zinken der Princess Alice.
ingezonden Stukken.
Zeet ij dingen.
Handelsberichten.
Thermometerstand.
Kamer van koophandel en fabrieken
te Middelburg.
Alg emesn Overzicht.
Graanmarkten enz-
Prijzen van Effecten.
4 Sept. 's av. 11 u. 62 gr.
5 's morg. 8 u. 64 gr. 's midd. 1 u. 69 gr.
's av. 6 u. 69 gr.
Zitting van Woensdag 4 September.
Waarnemend voorzitter de heer mr. G. N. de
Stoppelaar
afwezig de heeren Borsius en B. A. Fokker,
beiden met kennisgeving.
Nadat door den heer de Stoppelaar de ver
gadering is geopend, worden de notulen van het
verhandelde in de vorige vergadering gelezen en
goedgekeurd
De voorzitter deelt mede dat is ingekomen een
brief van B. en W. van .Middelburg, houdende
bericht dat met 1 Augustus a. zal aangevangen
worden met de afbraak van het provoosthnis
op den dam en dat, ter vervanging van de localen
tot dusver bij de kamer van koophandel en
fabrieken in gebruik tot het houden van verga
deringen, met dien datum ter beschikking der
kamer wordt gesteld een beneden lokaal in het
raadhuis.
Hierbij deelt de voorzitter mede dat de secretaris
zich beijverd heeft het archief over te brengen en
stelt voor te bepalen, dat dit lokaal voortaan zal
zijn de gewone vergaderzaal der kamer, waar ook
de stukken ter visie zullen worde n gelegd. Hier
toe wordt besloten.
Voorts worden overgelegd:
Een brief van den minister van waterstaat,
handel en nijverheid, houdende toezending van
een afschrift van een schrijven van G. Parry te
Manchester, betreffende eene door hem gedane
vinding om lossen ballast aan boord van zeeschepen
door middel van eene eenvoudige inrichting zoo
danig te plaatsen, dat zijne beweging onmogelijk
wordt en daardoor het gevaar, aan het gebruik
van lossen balla3t verbonden wordt weggenomen
Een brief van de fabriekanten van schelpkalk in
Nederland, waarbij zij, onder mededeeling van
eeD door hen aan den minister van waterstaat,
handel en nijverheid gezonden adres, de onder
steuning van de-kamer verzoeken om te verkrijgen
dat alle landswerken met schelpkalk worden uit
gevoerd en het woord steenkalk en al wat daarop
betrekking heeft uit het algemeen voorschrift voor
de uitvoering van werken onder beheer van het
departemént van binnenlandsche zaken gelicht
worden.
Beide stukken zullen voor de leden, en het
eerste bovendien ook voor de hoofden van bier
gevestigde reederijen, ter visie worden gelegd.
Een brief van den beer W. J. Schuttevaer
houdende mededeeling van bet adres door de
schippersvereeniging Schuttevaer op 24 Aug. aan
prins Hendrik, beschermheer der vereenigïng
gericht.
De voorzitter deelt hierbij mede dat dit schrij
ven hoofdzakelijk ten doel heelt om in herinnering te
brengen dat door den heer Schuttevaer nog altijd
pogingen worden aangewend om de zoo als bekend
is, hier opgeheven afdeeling van de schippersver
eeniging Schuttevaer opnieuw te vestigen. Hij
brengt in herinnering dat de afdeeling Middelburg
eene der oudste dier vereeniging was en beveelt
de zaak zeer in de belangstelling der leden aan.
Een brief van den commissaris des konings in
Zeeland, houdende toezending van bet verslag van
den toestand der provincie over L877.
Een brief van den minister van marine daarbij
toezendende het jaarboekje van de koninklijke
Nederlandsche zeemacht 1876—1877.
Beide werken worden onder dankbetuiging aan
vaard en zullen voor de leden ter visie gelegd
worden.
Brieven van den minister van waterstaat, han-
del en nijverheid, geleidende de berichten wegens
den handel en de scheepvaart in het Britsch
koninkrijk van Mei, Juni en Juli 1878.
Nog zijn ingekomen verschillende gedrukte
stukken die evenals de vorigen voor de leden ter
visie gelegd worden.
Vervolgens wordt door de commissie voor de
maand Juli rapport uitgebracht betreffende het
aan den minister van waterstaat, handel en
nijverheid gericht adres van P. Hazewindus c. s
schippers, houdende bezwaren tegen de beperkende
bepaling bij art. 2 van het reglement van politie
voor het kanaal door Walcheren, voor het vertoef
der in- en uitvarende schepen in het kanaal.
De commissie heeft na onderzoek redenen ge
vonden om als hare overtuiging uit te spreken,
dat de bezwaren der adressanten inderdaad ge
grond zijn. Zij herinnert dat de oorspronkelijke
bepaling van het reglement die van 3, later op 6 uren
gebracht is, maar meent dat de ondervinding leert
dat ook die tijdruimte voor zeeschepen en in den
regel voor binnenschepen, in vele gevallen onvol
doende is: bij het binnenkomen, omdat geen
geregelde sleep- of trekdienst op het kanaal
bestaat, bij het uitvaren omdat verblijf in de
buitenhaven niet wordt toegelaten.
Maar al werd die sleep- of trekdienst geregeld,
dan nog meent de commissie dat bij ongunstig
weder, mist of buien de tijdsbepaling drukkend
onbillijk zou blijven.
De tijdsbepaling doet ook op andere door de
commissie aangevoerde gronden dikwerf de toe
kenning van de voorrechten van de Middelburg-
sche vaart verloren gaan, door onnoodige be
moeilijking welke dengene treft en nadeel doet die
onwillekeurig de bepaling niet kon nakomen.
De commissie adviseert mitsdien, dat de kamer
het adres der schippers bij de regeering'onder
steunde en te meer opdat ook de groote vaart
van den drukkenden last der tijdsbepaling worde
ontheven.
Na eenige discussie, waarbij door een der leden
de wenschelijkheid van algeheelen vrijdom wordt
besproken, wordt de conclusie van het rapport
der commissie aangenomen.
Daarna wordt door de commissie van Augustus
rapport uitgebracht over het bij schrijven van
den 28 Augustus 11. door gedeputeerde staten aan
de kamer gezonden ontwerp algemeen reglement
van politie voor de rijkskanalen, welk reglement
die commissie tot eenige opmerkingen aanleiding
gegeven heeft, die zij voorstelt aan gedeputeerde
staten mede te deelen, terwijl zij in overweging
geeft dat college te verzoeken de kamer eventueel
in kennis te willen stellen met het ontwerp van
een bijzonder reglement van politie voor het
kanaal door Walcheren.
Na eene artikelsgewijze behandeling van dat
rapport wordt, nadat in enkele artikelen wijzi
gingen zijn voorgesteld en aangenomen, besloten
het aan gedeputeerde staten in te zenden.
De secretaris deelt mede dat de lijst der leden
van de kamer, loopecde van 1720 tot 1807, door
hem uit verschillende bronnen tot heden is bijge
werkt.
De vergadering wordt daarna gesloten.
De Fransche bladen bevatten uitvoerige be
schrijvingen van de plechtigheid waarmede eergis
teren de gedenkdag van Thiers' dood in Parijs
door afgevaardigden uit gansch Frankrijk is
gevierd. De godsdienstige ceremonie in de kerk
werd gevolgd door een optocht naar Père Lachaise,
waar Thiers' 'overschot verleden jaar zoo plechtig
is ter aarde besteld. Men rekent, dat er 50,000
menschen op de begraafplaats aanwezig warea.
De bijzonderheden van den dag sparen wij
onzen lezerszij leveren weinig merkwaardigs op.
Alleen liep het zeer in bet oog, dat de president
der republiek niet aanwezig was, en zich ook
niet had laten vertegenwoordigen. Zou Mac
Mahon dan werkelijk weder onder den invloed
der ultramontaaen komen? Deze zijn verwoed,
dat Frankrijk weder op zoo treffende wijze lucht
geeft aan zijn vaderlandsch gevoel. Hunne
verbittering komt sprekend uit in de Dêfense,
het orgaan van mgr. Dupanloup, den hartstoch
telijken bisschop van Orleans. Wij nemen de
appreciatie van het Thiersfeest, door dit blad
aan zijne lezers opgedischt, hier over om weder
een van de zoo menigmaal voor de hand liggende
bewijzen te geven, dat geen haat meer intensiteit
bezit en minder het gehalte der middelen ontziet
dan die door kerkelijken hartstocht gevoed wordt.
Het blad zegt (wij vertalen letterlijk)„heden
is het de begrafenis, de werkelijke begrafenis,
waaraan men overigens de beleefdheid heeft het
karakter eener apotheose te geven. Heden be
graaft men met luister de herinnering, de leerstel
lingen en de politieke theorieën van den heer
Thiers. Dit is zoo waar, dat men na de ceremonie
naar Père Lachaise terugkeert; men wil de be
grafenis weer beginnen en ditmaal op afdoende
wijze. Men wil bepaald den dood constateeren.
Men gaat daar niet bidden op een graf; men
gaat een eeuwig vaarwel uitroepen." Dat is
gemeene taal de qualificatie moge ruw klinken,
doch wij vinden geene, die beter onze gedachte
uitdrukt. Het is ook onwaarheid, en dat weet
de Défense zelve zeer goed. Frankrijk zal Thiers
niet vergeten en het heeft daar vele redenen
voor. Als men gewond en hulpbehoevend heeft
ter neder gelegen, vergeet men den helper niet, al
komt hij uit Samaria. Ook de nriesters en Le
vieten kan men moeilijk vergeten, die het hunne
taak niet achtten hulp te bieden waar die noodig
was.
Een correspondent van de Polftische Correspon
ded schrijft uit Philippopoli, dat hij op de hoogte
is van de instructiën welke uit Petersburg ge
zonden zijn betreffende de organisatie van het
aanstaande vorstendom Bulgarije. De invoering
van eene constitutioneele regeering moet ten
strengste worden tegengegaan, als heilloos voor
een zoo weinig verlicht volk als de Bulgaren.
Echter zou men toch aan eene vergadering van
notabelen eene staatsregeling ter aanneming voor
leggen, waarin bepaald worden zou, dat Bulgarije
zal geregeerd worden door een vorst, die in zijn
initiatief noch door eene kamer, noch door een
senaat zou belemmerd worden en dns absoluut
zou heerscken, en wiens ministers alleen aan hem
zouden verantwoordelijk zijn Tout comme c-hez
nous, kan een Bus zeggen. Er zal een staats
godsdienst zijn, de Grieksche, echter geheel
onafhankelijk van den patriarch van Konstanti
nopel. Andere godsdiensten zullen echter gelijke
rechten hebben. Waartoe dan die staatsgodsdienst
Geen adel en geen prerogatieven van eenigen
stand, alle Bulgaren gelijk voor de wet, doch
het onderwijs in handen van de geestelijkheid.
Deze regeeringsbeginselen verloochenen hunnen
Bussischen oorsprong niet, en, als het waar is dat
Midhat naar Konstantinopel zal terugkeeren en
hij eene constitutie volgens zijne beginselen zal
kunnen invoeren, is het hoogst waarschijnlijk,
dat de Turken meer vrijheid genieten zullen
dan de „van hun wanbestuur verloste" Bulgaren.
Natuurlijk is niemand beter in staat dezen
voorpost van het régime van den knoet te be
sturen dan een Bus. Twee oandidaten van die
natie worden dan ook genoemd: generaal Igna-
tieff, die de minste kansen zou hebben, en prins
Battenberg, door de correspondentie, welke wij
volgen, een neef oomzegger des keizers van
Busland genoemd, doch door den Almanack de
Gotha niet onder die doorluchtige familie opge
geven. Voor de laatste candidatuur zou de
czaar zeer gunstig gestemd zijn. De meer ont
wikkelde Bulgaren willen echter van hun land
wel wat meer maken dan een vermomd Eussisch
wingewest, en een prin3 uit eene Bulgaarsche
familie kiezen. Ook daarin echter is veel gevaar,
tenzij men een persoon en eene familie vindt, die
zoover boren hunne landgenooten uitsteken, dat
alle jaloezij voor dat verschil zwijgt.
De bezetting van Batoum door de Bussen is
begonnen, terwijl de inscheping der troepen uit
de buurt van Konstantinopel wordt voortgezet.
In verband hiermede wordt bericht, dat admiraal
Hornby met het Engelsche eskader naar het
eiland Pacba Liman zou stevenen en zich dus
ook wat verder van Konstantinopel zou ver
wijderen, boewei hij toch in de zee van Marmara
blijft.
Omtrent het verschrikkelijke ongeluk, eergiste
ren avond op de Theems gebeurd, meldt de Pali
Mall Gazette het volgende
Ongeveer 20 minuten over achten was de wel
bekende salonboot Princess Alice op haar terug
tocht vanSheerness met tusschen 700 en 800
passagiers aan boord, toen zij juist vóór Trip'
cocks Point, eene bocht in de rivier ongeveer
eene mijl beneden Woolwich, werd aangevaren
door eene ijzeren, voor kolenvervoer bestemde
schroefstoomboot, de Bywell C'astlekapitein T.
Harrison, in ballast van Millwall Docks naar de
Tyne bestemd. Dit schip had als loods aan boord
zekeren Christopher Dicks van Stepney. Het groote
ijzeren schip schijnt in volle vaart tegen de
Princess Alice te zijn geloopen, trof deze aan
bakboord ongeveer midscheeps en sneed het schip
letterlijk bijna in tweeën, zoodat het in niet veel
meer dan vijf minuten in achtien voet water
gezonken was. De stoomboot schijnt dadelijk
gestopt te hebben en hare reddingsboeien over
boord te hebben geworpen, terwijl zij later eenige
booten uitzettewaarin sommigen gered werden
en een aantal lijken werden opgenomen. Gelukkig
waren er eenige booten in de buurt, die zooveel
hulp verleenden, als zij konden. Betrekkelijk
echter beteekende deze hulp weinig, daar zoovelen
van de ongelukkige reizigers gevangen zaten in
de kajuiten, evenals de matrozen op de Eurydice.
De stoomboot Duke of Teek, evenals de Princess
Alice toebehoorende aan de London Steamboat
Company, was ongeveer tien mijlen achter haar;
doch toen zij op de plaats des ongeluks kwam,
was het te laat om hulp te verleenen. Zij nam
echter de geredden -en de lijken over, die aan
boord van de Bywell Castte waren, en bracht die
naar de Arsenal Pier, waar de lijken in de
bestuurskamer der Maatschappij werden gelegd
en de noodige hulp aan de geredden werd ver
leend. Het aantal der verongelukten kan niet
nauwkeurig worden opgegeven, doch men schat
'bet op meer dan 700.
Uit Woolwich wordt nog bericht, dat de lijken
der slachtoffers over eene groote uitgestrektheid
verspreid zijn, daar er tijdens het ongeluk eb ging,
en dat het moeilijk te begrooten is hoeveel er
nog moeten opgevischt worden.
De kapitein van de Bywell Castle verklaarde,
dat hij dadelijk liet stoppen, toen hij zag, dat
eene botsing onvermijdelijk was, en dat hij toen
alles in het werk heeft gesteld om te redden.
„Zoo spoedig mogelijk, zeide hij, zetten wij de
stuurboord-sloep uit en dadelijk daarop de bak
boord-sloep. Beiden zonken haast van de massa
mensehen, die er in klommen. Samen redden de
sloepen van de Bywell 40 menschen. De kapitein
beweert verder, dat de aanvaring ongetwijfeld te
wijten is aan. de Princess Alice, die haar roer
stuurboord hield, terwijl ze bakboord moest hou
den. Indien zij dat gedaan- had was er geene
aanvaring gebeurd. De Bywell Castte kwam er
goed af en is bijna onbeschadigd. De stuurman
van de Princess Alice redde zich met zwemmen.
Mijnheer de Bedacteur.
Wanneer men maar steeds niets anders hoort
dan van spoorweg-dieverijen en spoorweg-onge
lukken, die zoo gretig door elke courant worden
vermeld of overgenomen, dan is het alsof wij
in een land wonen, waar bovengemelde gebruiken
aan de orde en dagelijksch werk zijn. Hoogst
zeldzaam toch, 'wanneer er een bericht tot ons
komt ten gunste der beambten of der maat
schappijen, en daarom wil ik UEd. een weinig
ruimte vragen in uw veel gelezen blad, in hope
het door andere bladen overgenomen worde.
Mede deelgenoot aan den feest- of pleiziertrein
naar Botterdam (waarom niet naar 's Hage?)
wensch ik de Maatschappij dank toe te brengen
voor het zeer lage tarief en aan de beambten
voor deheusche behandeling tot Botterdam. (Een
kort oponthoud te Boozendaal getuigt mede van
de oplettendheid der beambten, aangezien een
der wagons was warm geloopen, waardoor latei-
een zeer groot onbeii had kunnen plaats hebben).
Van Botterdam naar 's Hage had men wel een
paar bedienden meer gewild tot afgifte der
kaartjes, zoodat men vrij laat te 's Hage aan
kwam, om maar zoo spoedig mogelijk, trots
feilen regen en wind, een onderkomen of goede
staanplaats te krijgen, daar toch ieder oogenblik
de intocht verwacht werd.
Voor zoover ik vele nieuwsbladen inzie, be
speur ik nergens de minste ongelukken en dat
bij een vervoer van zoovele duizenden personen.
Ook bij de retour tot Vlissingen heerschte er bij
de reizigers en beambten de beste orde en
regelmaat.
Nog vóór de tijd van aankomst was de trein
op elke plaats aanwezig, maar wat er ontbrak
en bleef ontbreken? Niet éen onzer dacht er aan
om de directie een woord van buide en dank
toe te brengen.
Het is daarom mijnbeer, dat ik nogmaals UEd.
verzoek om dit weinige in uwe courant te
plaatsen, als tolk zeker van vele mijner mede
feest- en reisgenooten.
Middelburg, 4 Sept 78. I. S. D.
De Engelsche bark Autocrat, gezagv. Benealli,
van Antwerpen naar Yarmouth bestemd, is zwaar
lek in bet dok te Vlissingen gekomen om te re-
pareeren. Heeft op de rivier aan den grond
gezeten.
Middelburg, 5 September. Er was heden uit
Walcheren weder een ruime aanvoer, bestaande
vooral in tarwe, groene erwten en zomergerst,
van buiten was bijna niets ter markt. Jarige goede
Walchersche tarwe werd alleen voor consumtie
flauw prijshoudend gekocht, puike blanke nieuwe
Walchersche tarwe werd weder voor zaaiing
gezocht en 25 a 35 cent minder afgegeven. Nieuwe
blanke zaairogge 25 cent lager. Dito wintergerst
en nieuwe Walchersche zomergerst eender geble
ven. Walchersche witteboonen prijshoudend met
weinig begeerte. Nieuwe Walchersche bruineboo-
nen gevraagd doch niet ter markt. Van dito
nieuwe paardenboonen was een enkel monster ter
veil dat volgens notering is gekocht. Voor nieuwe
Walchersche groene kookerwten was veel kooplust
vooral in goede soort, die dan ook met graagte
25 cent lager zijn genomen. Nieuw winterkool-
zaad 25 cent lager. Jarige Walchersche tarwe
ƒ9.75 a f 10 en f 10.25 betaald, mindere soort
8.65 a 9, nieuwe blanke Walchersche zaaitarwe
f 10 a 10.25 gekocht; gewone soort f 9.65 a
f 9.75; nieuwe zaairogge 7.50dito wintergerst
/7a/ 7.25; Walchersche nieuwe zomergerst 6,25;
Walchersche witteboonen /12; nieuwe dito paar
denboonen 8.25; dito groene kookerwten ƒ9.75
en ƒ10 gekocht; winterkoolzaad f 12.75.
Ter veemarkt van heden zijn aangevoerd
5 paarden, 2 vette vaarzen, 7 kalfkoeien, 10
kalfvaarzen, 3 stuks jong vee, 3 stieren, 1 schaap,
80 magere varkens. De gemiddelde prijzen waren:
paarden f 65 a f 300vette vaarzen 78 a 80 cent
per kilogram; kalfkoeien ƒ200 a f 225; kalf
vaarzen f 160 a f 185; jong vee /40 a ƒ120;
Stieren 35 a f 70schapen 20 a 30 magere
varkens 6 a 20.
gemiddelde marktprijzen.
Versche boter f 1.12 a 1.20eieren per 100
stuks 3.30.
Bergen op Zoom, 5 September. Puike witte
tarwe 8.50 a ƒ9.mindere ƒ8.a ƒ8.50;
roode 9.10 rogge 7.20 a 7.30 boekweit
5.a 5.60 per 58 kilo nieuwe wintergerst
ƒ6.50 a 6.75; zomergerst 6.a 6.10; haver
9.50 a 10.—kookerwten 9.25 a 9.50
paardenboonen ƒ7.a 7.50; kanariezaad 8.50
a 9.bruine boouen f a
Suiker onveranderd 25} op 88 graden meiassen
niet gevraagd; boter per stuk 1.a ƒ1.25;
kilo ƒ0.73; eieren per 26 stuks 1.05.
Amsterdam, 4 Sept. 5 Sept.
SXAiTSlEEIUfSEH.
STeiierï. Cert. N. W. Seh. 2} pet. 63 63
dito dito dito. 3 75} 75}
dito dito dito. 4 98} 98}
Heïgië. Certificaten. 2j 60
Frankrijk. Origin. Inschr. 3 74}
Hongarije. Obl. Goudleen. 5 56
Italië. Cert. Adm. Amsterd. 5 71
Oostenrijk. Obl. Mei-Nov. 5 52f 52fr
dito Febr.-Aug. 5 53 52}
dito Jan.-Juli. 5 54fr 54fr
dito April-Oet.5 53} 53
dito dito Goud 4 62j 62}
Folen. Obl. Schatkist 1844. 4
S®ortmg. Obl. Btl. 1853/1869. 3 50 50
dito dito 1876. 6
HnslansS. Obl. Hope C.
1798/1815 5 94} 94}
Cert. Inschr. 58 Serie 1854. 5 61-ft 60}
dito dito 6" 1855. 5 76} 76}
Obligatiën 18625 81} 80}
dito 1864 /1000 5 90}
dito 1864 1005 86}
dito 1877 dito5 84}} 84}
dito 1872 gecons. dito. 5 82}f 83
dito 1873 gecons. dito. 5 84 83}}
dito 1850 le Leening dito. 4} 83} 83£
dito 1860 2' Leening dito. 4} 81} 81}
dito 1875 gecons. dito 4} 75} 75
Cert. Hope C® 1840 4
dito 2', 3" 4» Leen. 1842/44. 4 61}
Obligatie-Leening 1867/69. 4 73} 73}
dito dito 1859 3 63}
Cert. van Bank-Assign. 6 40} 40}
Spanje. Obl. Buit. 1867/75. 1 14fr 14}
dito dito 1876 2 31} 32
dito Binnenl. Es. 5000-10000 1 12}} 13
dito dito 1876 2 28}} 29
'ÏTarkije. Obl. Alg. Sch. 1865 5 13} 12}
dito dito 1869 6 15} 14}
Sïïgyple. Obl. Leening 1876 6 54 51}
Spoorw. dito 1876 5 73 72}
"Vereen. Staten. Obl. 1876 4} 102} 102}
dito dito 1871 5
dito dito 1861 6 105.fr 105fr
Brazilië. Obl. Londen 1865 5 93|
dito Leening 1875 5