(ètmtttgk
Benoemingen en besluiten.
Marine en leger,
Landbouw.
het plan om hare plaats in 's konings paleis
en op den troon der Nederlanden door eene
20j->rige prinses te doen innemen.
Wij willen niet verhelen dat het vooruit
zicht, onze koningskroon te zien schitteren op
het hoofd eener zeer jeugdige vorstin, in leef
tijd en in afkomst de mindere der andere
vrouwelijke leden van het vorstelijk huis, ons
met bezorgdheid vervult ten aanzien van de
eendracht onder de verschillende leden van
het Oranje-geslacht.
Wij kunnen ons niet ontveinzen dat de
positie dezer jonge koningin, tegenover de
beide oudere zonen van haar gemaal, nu zoo
wel als in de toekomst, wanneer zij eenmaal
misschien als koningin-weduwe eene blijvende
en in ons staats-budget erkende plaats onder
de leden van het Oranjehuis zal innemen, eene
zeer kiesche en moeilijke zal kunnen wezen.
Mocht daarbij de grijsheid van onzen koning,
tegen verwachting, nog met kinderen gezegend
worden, dan zou uit die positie een strijd van
belangen en hartstochten kunnen ontstaan,
welke voor het welzijn van Nederland zoowel
als voor dat van ons vorstenhuis allerverder-
felijkst zou kunnen worden.
En ten laatste, om alles te zeggen wat op
den bodem van ons hart ligt, wanneer er in
den tegenwoordigen toestand van Nederland veel
is dat ons met zorg vervult, wanneer de ach
teruitgang van onzen handel, van onze nijverheid,
van onze geestkracht op bijna ieder gebied, zoo
vele redenen van droefheid zijn, welke ons
met verlangen doen uitzien naar alles wat
eenige belofte van vernieuwde levenskracht
zou kunnen medebrengen, dan moeten
wij met smart bekennen die niet te kunnen
vinden in den tegenwoordigen toestand van
het vorstenhuis, dat eeuwen lang een der
steunpilaren van onze nationale kracht geweest
is. Onze troonsopvolger zwervende in het bui
tenland en meer en meer van zijn geboorte
grond vervreemdende's konings tweede zoon,
van zwakke gezondheid, en mede afwezig
op het oogenblik dat Nederland, met al de
andere leden der vorstelijke familie aan het
hoofd, den hoog geachten prins Hendrik en zijne
gemalin binnen zijne grenzen welkom heet
eindelijk, hun koninklijke vader, bij het naderen
zijner grijsheid, voor het verlies eener onver
getelijke gemalin vergoeding zoekende in eene
echtverbintenis met eene vrouw, welke, in ver
gelijking met hem, een kind genoemd mag
worden. Onze liefde, voor Oranje zoowel als
voor Nederland, zou zich dezen laatsten trek
aan de buitendien niet bemoedigende schilderij
liever gespaard hebben gezien.
In de heden gehouden zitting van den gemeen
teraad van Middelburg was alleen aan de orde
het verkiezen van een wethouder en van de
leden der vaste commissiën van den gemeenteraad,
een en ander tengevolge der periodieke aftredingen.
De uitslag der stemmingen was, dat herbenoemd
werden
als wethouder mr. A. J. van Eekelen
als leden der commissie tot het ontwerpen der
verordeningen, tegen welker overtreding straf is
bedreigd, onder voorzitterschap van den burge
meester: dr. S. Dobbelaer de Wind, mr. W. A.
van Hoek, mr. A. P. Snouck Hurgronje en
mr. P. Roetert Tak Ezn.
als voorzitter en leden der commissie van
financiën: jhr. mr. J. W. M. Schorer, J. Luteijn,
eenvoudig en zonder in 't minst te vermoeden
welken bedekten zin er in die vraag lag; „hij is
zoo goed, zoo vriendelijk en zoo knap, hij be
valt iedereen; maar ik geloof dat ik zonder onbe
scheiden te zijn mag aannemen dat Lotta hem
meer dan aardig vindt.
Dienzelfden avond bracht de post een brief
van Lotta, waarin de woorden van mevrouw
Carlton bevestigd werden: zij verklaarde „het
gelukkigste meisje ter wereld" te zijn, want
Claud, de liefste, de beste, de knapste van alle
mannen heeft mij ten huwelijk gevraagd, en papa,
mijn goede, liefste papa heeft zijn toestemming
gegeven. Ik wenschte slechts dat gij hier waart
lieve Pearl, om den kring te voltooien van hen
die ik het meeste bemin op de heele wereld. En
nu moet ik mij haasten u te vertellen dat het
nog een diep geheim moet blijven vooralle Ham
burgers. Dat wenschen papa en mama beiden.
Niemand hier mag er iets van weten. Er mag
geen publieke verloving plaatshebben vóór Kerst
mis, want hij moet nu op reis. Den lOen Mei
vertrekt hij van hier en als gij dezen brief krijgt
is hij in Londen. Het zal vreeselijk voor mij zijn
hem te moeten missen; maar ik zal door u,
zoowel als door hem zelf, dikwijls van hem hooren.
Gij zult toch trachten hem om mijnentwil veelte
zien, niet waar Pearl Ik kon er hem niet toe
bewegen mij te beloven dat hij u zou opzoeken;
gij weet hoe bang hij is zich ergens in te dringen:
mr. P. Roetert Tak Ezn., M. Volkrijk Liebert
en F. Nagtglas.
Als voorzitter en leden der commissie van
fabricage: jhr. mr J. W. M. Schorer, J. H. Snij
ders, D. A. Dronkers, D. Jeras MKzn en C. J.
Damme.
Voorts werden benoemd tot leden van het
stembureau, bij de aanstaande verkiezing van
twee leden der provinciale staten, de heeren
D. A. Dronkers en C. J. Damme, en tot plaats
vervangende leden de heeren dr. J. P. Berdenis
van Berlekom, dr. S. Dobbelaer de Wind en
B. A. Fokker.
In de heden gehouden zitting van den gemeen
teraad van Vlissingen is de heer Th. van Uije
Pieterse herbenoemd als wethouder.
Bij provinciaal blad No. 87 wordt door de
gedeputeerde staten van Zeeland bekend gemaakt
dat de verkiezing van twee leden der provinciale
staten, ter vervanging van de heeren mr.
G. A. Fokker en H. P. Winkelman, welke laatste
voor zijn lidmaatschap bedankt heeft, in het hoofd
kiesdistrict Middelburg zal plaats hebben op
Dinsdag 17 dezer en de- herstemming, zoo die
noodig mocht wezen, op Dinsdag 1 October d. a. v.
De gemeenteraad van Breskens heeft besloten
de kermis aldaar voortaan te doen houden in de
week van Pinksteren, van Maandag tot Woens
dag, in plaats van, gelijk tot dusverre, in de week
vóór Pinksteren op dezelfde dagen.
Prov. blad No. 85 bevat de bij kon. besluit
van 30 Aug jl. (St. bl. No. 105) vastgestelde en
door ons reeds medegedeelde voorschriften be
treffende het onderzoek van staatswege naar
zeerampen.
Aan de Arnh. courant wordt gemeld dat het
huwelijk des konings, dat door Z. M op het
galadiner van Zondag aan sommige personen is
bekend gemaakt, waarschijnlijk in de maand
Februari a. zou plaats hebben.
De Haagsche correspondent der Indépendance
Beige, van dit huwelijksplan melding makende,
voegt er bij dat er nog moeilijkheden uit den
weg geruimd moeten worden betrekkelijk den
rang, welken de toekomstige verloofde des konings
tegenover H. K. H. prinses Hendrik zou innemen.
Het Vaderland meldt dat uithoofde van de
ongesteldheid van den minister de Roo, voor het
departement van oorlog geen gewone begrooting,
maar een credietwet voor eenige maanden zal
worden ingediend.
Men schrijft ons uit St. Laurens c. a.
De heer H. F. Haman, die sedert jaren bieï
eene uitgebreide praktijk als geneesheer uitoefende,
zal met 1 September zijn werkkring verlaten, om
elders woonplaats te kiezen. Dit besluit werd in
deze gemeente met diep leedwezen vernomen,
daar de heer Haman zich te St. Laurens en Brig-
damme steeds heeft betoond een man te zijn,
die zich in den vollen zin des woords aan zijne
praktijk wijdde en daarom ook het volste ver
trouwen genoot.
De gemeenschap langs den telegraafkabel tus-
schen Singapore en Batavia is afgebroken. De
opheffing dier storing kan echter spoedig worden
verwacht. Zoowel de tarieven als de inrichting
van het adres blijven onveranderd. (St. Ct.)
Het Nieuivs van den Dag schrijft nader over
den dam, die voor den ingang der haven van
IJmuiden door het storten van zand gevormd
wordt, het volgende
„Deze zaak is van zeer ernstigen aard en kan
en hij zegt dat hij zich niet mag veroorloven u
te bezoeken, daar hij mijnheer Carlton niet kent.
Ik weet wel beter, maar kan hem niet overtuigen;
daarom beroep ik mij op u. Gij moet mij een
groote gunst bewijzen. Ga met uw man naar
mijn Claud in het Hotel Morley en als het ijs
eens gebroken is, zal hij gaarne zoo vaak bij u
komen als gij hem wilt ontvangen, dat weet ik.
Doe dit lieve Pearl omdat gij mijn beste vriendin
zijt."
„Welk een opgewonden meisjemerkte Carlton
aan toen hij dien brief gelezen had. „En gij
Pearl ziet cr even blij uit als toen wij verleden
zomer dat kleine zaakje tusschen ons beiden zoo
bevredigend geschikt hebben."
„Ik zal mij weldra geheel alleen in de koude
bevinden, als er nog meer verlovingen en liefdes
histories om mij heen plaats grijpen," zeiSibylle,
die heel goed gemerkt had dat Pearl onder de
tafel haar man de hand gedrukt had.
„Neem mij niet kwalijk," zei het jonge vrouwtje
blozend „het is zeer zelfzuchtig van mij zoo ver
vuld te zijn van het geluk mijner vriendinmaar
ik weet zeker dat gij, als gij de beide personen
in quaestie kendet, even veel belang in hun welzijn
en in hun toekomstig geluk zoudt stellen als wij."
„Het is jammer dat ik het genoegen niet heb
ze te kennen," zeide Sibylle, waarop een tijdelijke
pauze volgde; maar voordat die pijnlijk kon
worden, vervolgde zij op minder loomen toon.
„Al die ontroering heeft mij erg dorstig gemaakt.
de schromelijkste gevolgen hebben voor de toe
komst der voortreffelijke haven.
„De Nieuwe Waterweg voor Rotterdam beant
woordt niet aan de verwachting, omdat de bere
keningen hebben gefaald omtrent de kracht van
den stroom. Wat die stroom doen moest, deed
hij niet, ten spijt van de theorie, vooropgesteld
naar aanleiding van de ondervinding welke men
op onze rivieren meende te hebben opgedaan.
„De theorie van de werking van den stroom
is nog een vraagstuk, en de ingenieur, die meent
dat het laatste woord in deze gesproken is, zal
telkens bittere teleurstelling ondervinden.
„Ook voor IJmuiden blijken die berekeningen
te falen, indien althans de mededeeling juist is.
„'t Is in elk geval dringend noodig dat de zaak
met den meesten spoed worde onderzocht, en
waar zoo groote belangen op het spel staan f
zullen zeker de gemeenteraad van Amsterdam
en zijne kamer van koophandel zich de zaak
aantrekken."
rechterlijke macht. Benoemd tot ambtenaar
van het openbaar ministerie bij de kantongerechten
in het arrondissement Maastricht, ter standplaats
Maastricht, mr. A. A. Peierin, thans substituut
griffier bij de arrondissements-reehtbank aldaar.
belastingen. Benoemd tot ontvanger te Ter-
borg (gemeente Wisch) c. a. C. A. Penning jr.,
ontvanger der directe belastingen, invoerrechten
en accijnsen te Ommen c. a.
Eervol ontslag verleend aan W. C. Verseput,
op zijn verzoek, uit zijne betrekking van ontvan
ger der directe belastingen en accijnsen te Hedel
c. a., behoudens aanspraak op pensioen.
landmacht. Benoemd tot 's konings adjudan
ten in buitengewonen dienst, de kol. E. J. van
Bel, kommandant van het regiment grenadiers en
jagers, en de luit.-kol. jhr. A. R. J. Klerck, van
dat korps.
Bij kon. besluit is de duur der detacheering
van den 2e luit. F. W. G. Nieuwland, van de
infanterie hier te lande, bij de landmacht in
West-Indie, met twee jaren verlengd en alzoo
gebracht op 5 jaren.
Bij kon. besluit is de gouverneur generaal van
N. I. gemachtigd, om den 2en luit. jhr. A. H. M.
M. Pabst van Bingerden, die voor den tijd van
5 jaren was gedetacheerd bij het leger in N. I.,
al dadelijk naar Nederland te doen terugkeeren,
Benoemd bij het korps ingenieurs, mineurs en
sappeurs tot le luit., de 2e luits. M. Onnen, J.
Z. Stuten en W. J. A. Colthoff, allen van het
korps.
ZEEvisscHERiJEN. Benoemd tot lid van het
collegie voor de zeevisscherijen, P. Kikkert Hz.
te Vlaardingen.
De off van gezondh. 2e kl. Y. Bakker, behoo-
rende tot de rol van Zr. Ms. wachtschip te Wil
lemsoord en belast met de waarneming van den
geneeskundigen dienst bij het Kon. instituut voor
de marine, bij 's rijks werf en het gedeelte van
het korps mariniers aldaar, wordt op nonactiviteit
gesteld en vervangen door den off. van gezondh.
le kl W. Littel.
De luit. ter zee le kl. M. A. Medenbach en
die der 2e kl, H. F. Verheggen, behoord hebbende
tot het eskader in Oost-Indie, zijn op nonactiviteit
gesteld.
Gisteren hebben de troepen, die deel zullen
nemen aan de groote manoeuvres, welke in vereeni-
ging met de marine langs de Hollandsche kust
zullen uitgevoerd worden, den marsch naar de
hun aangewezen punten aangenomen.
Het schijnt dat menschelijke aandoeningen aan
stekelijk zijn. Zoudt gij uw vrouw kunnen be
wegen mij nog een kopje thee te geven, mijnheer
Carlton?
Zij zaten in het salon, waarvan een raam wijd
open stond; maar de avondlucht was kil en de
blokken knetterden en brandden nog vroolijk in
den open haard.
Sibylle zat als gewoonlijk vlak bij het vuur
en beschutte haar gelaat met een witten waaier
voor den gloed. Haar gelaat was even kleurloos
als haar waaier. Pearl zag haar met een belang
stelling aan, die aan medelijden grensde. Zij vond
iets bovenaardsch in die bleekheid. De oogen
van Hubert volgden die van zijn vrouw en Sibylle,
voelende dat zij aangekeken werd, veranderde een
weinig van houding.
„Mevrouw Carlton, ik weet dat gij alles kunt,"
zei zij „wilt gij iets voor mij spelen Maar liefst
iets zachts en liefelijks, gelijk het bleeke licht
der maan, die hier zoo kwijnend het tapijt be
schijnt, en welke het wreede vuur en dat schelle
kaarslicht als om strijd trachten te verdrin
gen.
Pearl speelde het adagio van de Mondschein
Sonate en Sibylle dankte haar dat zij hare gedach
ten zoo goed geraden had.
Daarop liet Pearl hare vingers zacht over de
toetsen glijden en speelde de liefelijksten der
Lieder ohne Worte" en telkens als zij ophield
zei Hubert of Sibylle. „Ach, ga voort as je
V arkensziekte.
Van wege het veeartsenij kundig staatstoezicht
in Limburg is het volgende verslag aan den
commissaris des konings in die provincie, op
zijn verzoek, ingediend
„De oorzaken dezer kwaal liggen voor een
groot gedeelte nog in het duister, maar over het
algemeen is men het daaromtrent eens, dat het
verblijf der varkens in kleine, onreiae en slecht
geventileerde hokken, zoo het al niet de bijzondere
oorzaak der ziekte is, echter moet beschouwd
worden als een moment, dat tot de ontwikkeling
der kwaal veel bijdraagt en den aanleg tot haar
ontstaan bij de dieren vermeerdert.
„Wat de besmettelijkheid dezer ziekte betreft,
zoo deze bestaat, dan is zij zeer gering en zelfs
door inenting heeft men, voor zoover ik weet,
ze nog niet kunnen aanwijzen.
„Ongetwijfeld echter heeft de varkensziekte een
miasmatischen oorsprong en, ofschoon de natuur
van het miasma geheel onbekend is en waar
schijnlijk nog lang onbekend zal blijven, ligt
het toch buiten twijfel, dat ophooping in of in
de nabijheid der varkenshokken, van rottende
organische stoffen, mest, urine enz., onder de inwer
king eener vochtige en warme dampkringslucht de
ontwikkeling van het vergiftigend element en
zoodoende de algemeene infectie kan veroorzaken.
Is dit schadelijk element nu eenmaal aanwezig,
dan kan het, behalve met de lucht, ook met het
voedsel en met den drank in het lichaam worden
opgenomen.
„Ofschoon er tegen de varkensziekte een groot
aantal geneesmiddelen zijn aanbevolen, heeft de
ondervinding geleerd, dat er tot heden nog geen
specifiek middel tegen haar bestaat. Het toe
dienen van verkoelende middelen blijft echter
ook als voorbehoedend middel zeer aanbevolen.
Het voedsel moet daarbij licht verteerbaar zijn,
ook voor de varkeus, die nog niet ziek zijn,
terwijl ook de mestvarkens minder intensief dienen
gevoed te worden en het vetmesten tijdelijk
gestaakt.
„Het aanhoudend verblijf der varkens, zoowel
de zieken als de gezonden, in de open lucht is
het beste middel tegen de verspreiding der ziekte.
Hierdoor alleen kan men vrij dikwijls de alge
meene infectie tegengaan. De hokken kunnen dan
middelerwijl gereinigd, met kalk gewit, gedesin
fecteerd en gelucht worden.
„Ook voor de reinheid der voedertroggen,
emmers en verder stalgereedschap moet gezorgd
worden.
„De mest moet met ongebluschte kalk bestrooid
of met carbolzuur houdend water besproeid worden
en zoover mogelijk van de hokken worden ver
wijderd. Eindelijk behoort er steeds eene genoeg-
zame hoeveelheid zuiver drinkwater in het bereik
der varkens te zijn. Waar het kan, is het baden
in waterpoelen zeer aan te bevelen.
Een vrachtrijder te Heinkenszand had Zater
dag het ongeluk van zijn wagen af en tusschen
de paarden te vallen, die op hol gingen en
waarvan het eene, tot staan gebracht zijnde,
hem zoodanig tegen het hoofd sloeg, dat hij
zwaar gewond naar zijn woning gebracht werd
en er groote vrees voor zijn leven bestaat.
De gemeenteraad van Heinkenszand heeft
tot vroedvrouw benoemd mej. W. Ridderhof te
Amsterdam.
De weezen te Goes hebben gisteren gratis
toegang gehad tot het Theatre gymnastique,
waartoe de directeur, de heer Hart, hun welwillend
gelegenheid verschaft had.
Een boer betaalde dezer dagen te Goes
blieft." Het was zoo aangenaam zulk een zachte
begeleiding te hebben bij hun onbeduidend ge
keuvel. Pearl speelde altoos con amore en vooral
wanneer zij, zoo als nu het geval was, wist dat
Hubert met pleizier naar haar luisterde.
Eindevan het Eerste Deel.
Wordt vervolgd.)