BUITENLAND.
Tfcridjt**.
Telegraphische berichten.
Benoemingen en besluiten.
0 n d e r w ij s.
Kerknieuws.
Marine en leger,
Rechtszaken.
Thermometerstand.
Algemeen Overzicht.
voor dit volksbelang, had zich door lichaams
zwakte en ongesteldheid niet laten weerhouden,
en eene duidelijke, in het Fransch gestelde schets
van de Nederlandsche instellingen van voorzorg
ingezonden."
Dat hij tot aan zijn dood trouw bleef aan de
vrienden, zoowel als aan de wetenschap zijner
jeugd, bleek nog in dit jaar, uit zijn Levensbericht
van mr. M. F. Lantsheervoor de Maatschappij
der Nederlandsche letterkunde opgesteld, waarin
al de warmte zijner vriendschap, zoowel als de
oprechtheid zijner waardeering voor al wat die
waardig was, zich uitspreekt.
Bij dit vluchtig overzicht slechts in hoofdpun
ten aan te stippen wat Fokker als burger zijner
geboorteplaats geweest is en gewerkt heeft, zou
de grenzen van dit herinneriDgswoord verre doen
overschrijden. Hetzij wij de oprichting der Hulp
bank, hetzij wij zijne werkzaamheid als lid van
het comité ter bevordering eener transatlantische
vaart, hetzij wij zijne bemoeiingen als voorzitter
der commissie voor de provinciale bibliotheek
van Zeeland, hetzij wij zijne medewerking, als warm
liefhebber der toonkunst, aan de oprichting en in
standhouding van verschillende inrichtingen vanmu-
zikalen aard vermeldden, altijd zou er aan onze
schets nog veel blijven ontbreken. Ook is, uit eer
bied voor zijne nagedachtenis, het zwijgen ons
opgelegd over zoovele blijken zijner hulpvaardig
heid en mensc.henliefde, welke nimmer op zich
wachten lieten waar eene ramp te lenigen, eene
ondersteuning te brengen viel, doch zich aan
openbare erkentenis of dankbetuiging liefst ont
trokken.
Teer en zwak van uiterlijk en lichaamsgestel,
behoorde Fokker tot het geslacht dier sterke
mannen, welke de kracht eener vaste overtuiging
en eener onwrikbare beginselvastheid met zich
dragen. "Wie met zijn gevoelens in botsing
kwam, voelde er den schok van, - en die was
niet altijd aangenaam; maar wie er op te
leunen had, werd er den nooit falenden steun
van gewaar. Op de oprechtheid zijner overtui
ging en de eerlijkheid van zijn karakter heeft
nooit, gedurende zijne langdurige openbare loop
baan, in welke het niet aan strijd en hartstochte
lijkheid ontbroken heeft, zelfs de schaduw eener
verdenking gerust. Vriend en tegenstander
achtten hem, ja misschien ware het geen over
drijving te beweren, dat de hoogachting aan den
kant zijner tegenpartij zich somtijds treffender
openbaarde, dan aan de zijde van hen, die in
hoofdzaak zijne gevoelens deelden, maar zich in
de onverzettelijkheid zijner meeningen niet altijd
vinden konden. Toch bezat die onverzettelijk
heid slechts bij zeer oppervlakkige beschouwing
den schijn van hardheid en droogheid des ge-
moeds. Wie het geluk had, hem meer van nabij
te leeren kennen, ontwaarde op den bodem van
zijn karakter eene humaniteit, een zucht tot waar
deering van ieder talent, van iedere goede daad
of loffelijken arbeid, welke bij karakters, die
naar het uiterlijke meer aantrekkelijkheid ver-
toonen, niet altijd in die mate worden aange
troffen.
Het Virtus nobilitat, de zinspreuk van onzen
Nederlandschen leeuw, sierde naar waarheid zijne
borst. Men verhaalt, en het is een trek die
in overeenstemming is met Fokker's karakter.
dat zijne grootste voldoening bij het ontvangen
dier ridderorde deze was, dat hij haar tegelijk
ontving met zijn vriend Lantsheer, en op de
voordracht van Thorbecke, den man wiens oordeel
hem misschien meer waard was dan dat van
iemand anders zijner tijdgenooten. Verschillende
geleerde en wetenschappelijke genootschappen
telden hem onder hunne leden.
Fokker's leven is dat geweest van een Christen
in den edelsten zin des woords: „werkende zoo
lang het dag was", en altijd met ijver „het
goede doende, dat zijne hand vond om te doen".
Zijn sterfbed was dat van een wijsgeer, met
kalmen moed en vol bewustzijn den traag naderen,
den dood onder de oogen ziende. Zijne nage
dachtenis blijve onder ons in eere!
De Staats-courant bevat de volgende wetten
allen van den 9en Augustus, lo tot wijziging der
begrooting van uitgaven voor den aanleg van
staatsspoorwegen, dienst 1878. 2o tot verhooging
van het negende hoofdstuk der staatsbegrooting
voor het dienstjaar 1878. 3o omtrent de regeling
van den dienst en het gebruik der lokaalspoor
wegen.
In de Staats-courant is opgenomen het konink
lijk besluit van den 15en Augustus 1878, waarbij,
met handhaving van de uitspraak van gedepu
teerde staten van Noord-Holland, van 3 April
1878, het daartegen ingesteld beroep van Kem-
mert Pronk, loteling van de lichting der nationale
militie van 1878 uit de gemeente Hoogwoud,
ongegrond wordt verklaard.
Aan de kamers van koophandel en fabrieken
te Amsterdam, Rotterdam, 's Gravenhage, Dor.
drecht, Schiedam, Middelburg, Vlissingen, Gronin
gen, Leeuwarden, Harlingen en de Twentsche
vereeniging ter bevordering van nijverheid en
handel, is gezonden het bericht wegens den handel
en de scheepvaart in het Britsche koninkrijk
over de maand Juli 1878.
Floralia behoeft geene aanbeveling meer. Het
gezonde en opwekkende genot, dat er ligt in het
trouw verzorgen en het zien opgroeien van eene
zelfgekweekte plant, spreekt voor zich zelf, en men
behoeft slechts onze achterbuurten eens door te
wandelen om het onderscheid waar te nemen in
uiterlijk aanzien van de kale, ledige vensters,
en van de huizen waar de bloem, in hare einde-
Iooze verscheidenheid de vriendin van arm en rijk,
den werkman gezelschap houdt. Met dat uiterlijk
stemt de woning van binnen overeen. Ook daar
binnen brengt de bloem vroolijkheid, huiselijkheid
en ontwikkelt zij den goeden smaak.
Wij stellen er ons dan ook weder een eigen
aardig genot van voor, om in de eerste week van
September de plantjes te gaan zien, die de ver
eeniging Vit het volk, vo<r het volk vele Middel
burgers in staat heeft geste'd op te kweeken.
Vele dier planten kunnen eene geschiedenis
hebben: zij kunnen een man een avond hebben
thuis gehouden; zij kunnen ontevredenen met
hun lot zachter gestemd hebben door hun een
nieuw, voor ieder bereikbaar genot te leeren
kennen; zij kunnen om niet te groote ver
wachtingen te uiten zeker aanleiding gegeven
hebben tot menig gezellig gesprek in 't huisgezin,
moede van den dagelijkschen arbeid.
Ook deze zaak echter heeft, om voldoende te
kunnen blijven werken, geld noodig. Geld namelijk,
om belooningen uit te loven aan hen, die bewezen
hebben het best voor hunne liweekelingen te
hebben gezorgd. Daarvoor circuleert thans eene
lgst, waarop wij gaarne de aandacht vestigen.
Wellicht kan het velen opwekken eene bijdrage
te geven, wanneer wij hierbij de mededeeling
voegen, dat evenals het vorige jaar de geldelijke
belooningen in spaarbankboekjes zullen worden
uitgereikt.
Men schrijft ons uit Aardenburg dd. 23 Augustus
De oudste onzer mannelijke ingezetenen, de heer
Marinus Blanker, geboren 16 October 1792, nam,
uithoofde zijner klimmende jaren onlangs zijn
ontslag als wethouder en ambtenaar van den
burgerlijken stand. Kort na de invoering der
nieuwe gemeentewet werd hij lid van den ge
meenteraad en werd bij elke verkiezing steeds,
vaak met groote meerderheid, herkozen. Van
zijne jongelingsjaren af volgde hij reeds zijn
vader op als rijksontvanger voor de kantoren
Aardenburg, Eede, Heille en St. Kruis. Bij den
dwazen inval der Belgen, onder den sedert door
zijn eigen natie gedésavoueerden vicomte de Pon-
tecoulant en den bekenden dr. Ernest Gregoire,
was hij een der gijzelaars, die tot zekerheid dooi
de dw-.ze invallers naar Belgie werden gevoerd.
Door overmacht gedwongen, was hij genoodzaakt
de aanwezige belastinggelden, met die welke reeds
invorderbaar waren, den invallers over te geven,
doch mocht op voor hem eervolle wijze met het
Nederlandsch gouvernement afrekenen zoodat
hem nog jaren naderhand zijne betrekking werd
toevertrouwd en hij uit deze niet werd ontslagen
dan op zijn verzoek en op de meest eervolle wijze,
nadat hij reeds lang aanspraak op pensioen had
verkregen. Moge hij nog lang de welverdiende
rust smaken, met de overtuiging eener trouwe en
nauwgezette plichtsbetrachting voor zich.
In zijne plaats is benoemd tot wethouder en
ambtenaar van den burgerlijken stand de heer
M. W. ten Bengevoort.
Omtrent de ontvangst van onzen koning te
Potsdam schrijft een Berlijnsch correspondent
aan het Handelsblad onder dagteekening van 22
Augustus.
Ik kom zoo even terug uit Potsdam, waar het
Duitsche vorstenhuis onzen koning een ontvangst
had bereid, zoo schitterend, dat vele der aan
wezige officieren, tusschcn wie ik in mijn zwarten
rok eigenlijk niet te huis behoorde, mij verklaarden,
dat ze het bij vroegere dergelijke gelegenheden
zoo niet hadden gezien.
De kroonprins had last gegeven den trein te
Wildpark, even vóór Potsdam, te doen ophouden,
en daar stapte hij met zijn oudsten zoon in het
door den Duitschen keizer aan de grenzen ter
beschikking des konings gestelde salon-rijtuig.
Te Potsdam was een detachement der garde-
infanterie, die met hunne witte pantalons en wit
bepluimde helmen en hunne ferme, militaire hou
ding het zijn allen kerels als boomen e(n
uitstekenden indruk maakten, met de muziek
opgesteld. Tevens bevonden zich daar op het
afgesloten stationsterrein de officieren van alle
regimenten, te Potsdam in garnizoen, en daaron
der die der garde-huzaren met hunne Hongaar-
sche schoudermantels en rijke, gouden tressen,
benevens die van de garde du corps, waartoe
graaf van Bylandt, een Nederlander, behoort.
Deze officieren, geheel in wit uniform, met zilve
ren helm, waarop de adelaar ter groote van éen
voet ongeveer, zijn allen den koning als ordon
nans-officieren toegevoegd. Over het geheel zullen
met de troepen, de adjudanten, de grootwaardig
heidsbekleeders, de civiele en kerkelijke autoritei
ten van Potsdam, de bekleeders van hofchargen,
enz., een 500tal personen aanwezig zijn geweest.
Zoodra de trein aankwam, liet de muziek het
Wilhelmus hooren, en bij het uitstappen werd
Z. M. (in de veldkleeding der Westphaalsche
huzaren) begroet door den grootvader en vader
der bruid van prins Hendrik en daarna door den
prins zeiven, dien de koning herhaaldelijk harte
lijk omhelsde. Eenige oogenblikken onderhield
Zb M. zich met de vele vorsten en prinsen»
aan het portier verzameld. Begeleid door den
kroonprins en een schitterenden staf, waarvan
menigeen, evenals de kroonprins, het grootkruis
van den Nederlandschen leeuw droeg, nam de
koning de troepen, die als eerewacht opgesteld
waren, benevens het officierenkorps in oogen-
schouw, waarbij hij zich enkelen liet voorstellen.
De geheele receptie zal ongeveer tien minu
ten, en dat is lang bij eene dergelijke gele
genheid, hebben geduurd. In een calèche met
vier paarden en voorrijders reden de koning en de
kroonprins, gevolgd door de andere gasten in twee-
spannige rijtuigen, naar het Stadt-Schloss. Daar was
weder een eerewacht opgesteld en werd Z. M. in de
groote zaal, waar het uitzet tentoongesteld was,
door de prinsessen en den geheelen hofstoet ont
vangen. Ook hier klonk het Wilhelmus en
Z. M. vond blijkbaar genoegen in het Leve de
koning dat door den eenigen aanwezigen Neder
lander werd aangeheven, toen hij naar het slot
reed.
Z. M. dineerde tegen zeven uur met de voor
name gasten in het nieuwe paleis.
Omtrent de parade die gisteren plaats heeft
gehad meldt men aan hetzelfde blad het volgende.
Met zeer goed weer is heden in het park van
het Stadt-Schloss eene luisterrijke parade gehou
den.
Er waren 6000 man, waaronder het gardekorps
met zijne schitterende harnassen en helmen en
kranige officieren.
Z. M. de koning verscheen in de uniform van
kolonel der grenadiers, versierd met verschillende
Pruisische ordeteekenende kroonprins van
Pruisen, als veldmaarschalk, met de orde van den
Nederl. Leeuw; prins Hendrik in admiraalsuni
form. Allen zaten te paard en een schitterende
staf omstuwde hen.
De parade duurde een uur en werd bijgewoond
door een talrijk publiek, waaronder vele hoog
geplaatste personen, diplomaten en officieren.
Na de parade zag ik H. K. H. prinses Marie
uitrijden met hare zusters en Z. K. H. prins
Hendrik. De prinses is eene knappe, rijzige vrouw;
lichtblond, met een zeer aangenaam uiterlijk.
ridderordes. Verlof verleend aan den heef
D. Mair, vice consul van Oostenrijk te Hellevoet-
sluis, tot het aannemen van het ridderkruis der
orde van Frans Joseph, hem door den keizer van
Oostenrijk geschonken.
schutterijen. Eervol ontslag verleend op ver
zoek aan D. A. van Noppen als 2e luitenant bij
het 3e bataljon der rustende schutterij in Zeeland.
Benoemd tot auditeur bij den schuttersraad van
het le bataljon der rustende schutterij in Zeeland
mr. W. Polman Kruseman.
onderwijs. Benoemd met ingang van 1 Sep
tember a. aan de rijkskweekschool voor onder
wijzers te Middelburg: tot derdeu onderwijzer
dr. A. Rutgers, leeraar aan de rijks hoogere
burgerschool te Amsterdamen tot vierden
onderwijzer L. A. E. van der Ley, hoofdonder
wijzer te Katwijk. Bovenstbenoemingen reeds
onder tel. ber. gemeld.)
Benoemd tot derden hulponderwijzer te Aar
denburg de heer Risseeuw, van Groede,
In verschillende bladen is een bericht opgenomen
als zou door diakenen der Ned. Herv. gemeente
en die der Christelijke gereformeerde gemeente
alhier het besluit genomen zijn om gezamenlijk
eene diaconie-school op te richten. Op grond
van zeer vertrouwbare inlichtingen kunnen wij
dit bericht tegenspreken. Wel is bij eerstgenoemde
diaconie het plan reeds sinds zeer geruimen tijd
aanhangigdoch van een genomen besluit is nog
geen sprake en van eene tot stand gebrachte
samenwerking tusschen de beide diaconieën nog
minder.
De heer D. Rijnders, predikant bij de Ned.
Herv. gemeente alhier, is als zoodanig beroepen
naar Delft.
De heer E. W. Heinecken, predikant bij de
Nederduitsche Hervormde gemeente te Renswoude,
heeft voor het beroep naar Vlissingen bedankt.
De lotelingen, dit jaar bij de bereden korpsen
ingelijfd en na hunne inlijving tot nadere oproe
ping met verlof gezonden, zullen op Dinsdag
1 October a. s. in werkelijken dienst gesteld
worden ten einde te worden gekleed en geoefend.
Gisteren werd voor de arr.-rechtbank te Zierikzee
behandeld de zaak van de vechtpartij, die op
den derden Pinksterdag te Kapelle in Duiveland
heeft plaats gehad. In deze zaak waren gedag
vaard 4 beklaagden en 13 getuigen. De eisch
van het O. M. strekte tot veroordeeling van den
le bekl. tot zes maanden cellulaire gevangenisstraf
en drie geldboeten elk van f 8,de tweede
beklaagde (zoon van den eerste) tot 2 maanden
cellulaire gevangenisstraf en van de beide overige
beklaagden tot eene correctioneele gevangenisstraf
van 15 dagen.
De eerste getuige stelde zich als civiele party
en eischte eene vergoeding voor geleden schade
aan inboedel, kleederen, geneeskundige behandeling
en tijdverlies ad ƒ104,{ZZ. N.)
Eergisteren werd voor de rechtbank te
Utrecht de zaak behandeld van de drie werklieden,
beschuldigd van manslag door onachtzaamheid
op het 8jarig zoontje van S, dat door het om
vallen van een steigerpaal doodelijk getroffen
werd. Het openbaar ministerie eischte voor een
hunner eene boete van 10 en voor de beide
anderen een gevangenisstraf van 8 dagen; mr.
L. van Lier trad als verdediger op.
Het geschenk, dat door de Friesche vrouwen aan
prinses Marie van Pruisen zal worden aangeboden,
zal bestaan in een volledig Friesch hoofdsieraad,
nl. breed gouden oorijzer, juweelen naald benevens
eene kanten muts.
Eergisterenavond bevond zich aan het station
Brummen mevrouw de barones van Rheraen van
Rhemenshuizen, echtgenoot van het lid der eerste
kamer, om iemand van den trein te halen. Onge
lukkig had zij zich op de rails van den spoorweg
gewaagd en niet bemerkt dat de trein uit Arnhem
in aantocht was. De trein verraste haar en het
vreeselijk gevolg was dat zij overreden en onmid
dellijk gedood werd. De echtgenoot der dame
bevindt zich in het buitenland.
Het bekende Tivoli iu Hannover is gedeel
telijk afgebrand. Dinsdag avond ontstond er in
de voor het grootste deel houten gebouwen brand,
die gelukkig bij windstilte niet zoo snel voort-
woedde, of de brandweer kon het grootste deel
der gebouwen nog redden. Het grootste verlies
zijn de prachtige beelden van Engelhard, Odin en
de Walkyren voorstellende.
In-Beieren deed zich onlangs bij een keuring
voor den krijgsdienst een zonderling geval voor.
Een flinke krachtige jongen treedt binnen. De
officier van gezondheid keurt hem goed. „Achtste
regiment infanterie, Metz," luidt de beslissing van
den voorzitter. „Neem mij niet kwalijk, maar
ik zou liever bij de jagers zijn", zegt de aan
staande verdediger des vaderlands. De voorzitter
stemt het verzoek toe, en de knaap vertrekt met
een van vreugde stralend gezicht. Zijn opvolger
wordt ook naar het achtste regiment infanterie
verwezen en doet hetzelfde verzoek. „Maar waar
om wil je dan bij de jagers?" „Och ik heb er
zoo'n lust in." Die grond hield steek en ook
deze wordt bestemd om in Zweibrücken zijne
drie jaren bij de jagers te dienen. Numero drie;
hetzelfde tafreel. Verwijzing naar het achtste,
aanvraag om plaatsing bij de jagers; terwijl nu
als grond wordt opgegeven: „Mijn vader heeft
ook bij de jagers gediend". Bij no. 4 weder het
zelfde. Thans echter weigert de officier, die toen
no. 5 weder met dezelfde vraag kwam, verbaasd
vroeg: Maar waarom willen jelui toch allen bij
de jagers dienen?" Allen zwegen verlegen, tot
dat de veldwachter de zaak uitlegde. „Pardon
heer overste, sprak hij, de rede ligt voor de hand;
in Metz kost het bier 25 Pfennig en in Zwei
brücken maar 11 PfennigDas war des Pudels
Kern.
De inkomsten van de Parijsche tentoonstelling
bedroegen vóór eènige dagen samen fr. 5,059,669.
De tentoonstelling in 1867 maakte in dezelfde
maanden slechts 3,839,669 francs. Wanneer de
zelfde verhouding blijft bestaan, zal het financieele
resultaat van deze tentoonstelling, wat de entrees
betreft, over de veertien millioen francs zijn. Men
berekent dat de prijsuitdeeling ruim een millioen
zal kosten. In het geheel beloopen de kosten
van de tentoonstelling 30 millioen francs, en daar
de gezamelijke ontvangsten niet meer dan 18
millioen zullen bedragen, blijft een te kort over
van 12 millioen, waarvoor de stad Parijs het
gebouw op het Trocadéro zal overnemen.
buitenland.
Londen. Door Turkije zal eene leening ge
sloten worden van 5 millioen pond sterling, door
Engeland gewaarborgd. De Engelsche regeering
zal zich met de regeling der financiën van Klein-
Azië belasten.
Weenen. Den 21en dezer is aan de hoofd
macht der opstandelingen in Herzegowina een
beslissende slag toegebracht. De meeste aanvoer
ders zijn gesneuveld, de overige gevlucht.
Alexanclrië. Nubar-pacha heeft de opdracht
tot samenstelling van een ministerie aangenomen.
24 Aug.'s av. 11 u. 62 gr.*
25 's morg. 8 u. 63 gr. 's midd. 1 u. 65 gr.
's av. 6 u. 66 gr.
De Porte heeft in de Grieksche quaestie niet,
zooals wij gisteren op grond van hare dikwerf
in practijk gebrachte uitstel-politiek meenden te
kunnen voorspellen, gewacht om zich uit te
spreken, tot zij door Griekenland in verzuim was
gesteld, maar uit eigen beweging eene nota aan
de mogendheden over deze zaak gericht. Het
bestaan dezer nota was reeds ettelijke dagen ge
leden (wij spraken er van in ons nommer van
21 Augustus) beweerd door den Phare de Bosphore
zooals per telegraaf bericht is, daar het nommer
van dat blad, waarin het artikel voorkomt, de