N°. 173.
121e Jaargang.
1878.
Donderdag
25
Winn fu#>!
- Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent,
Advertentien: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50
iedere regel ineer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland: de Compagnie générale de publicité étrangére G, L. Daube en Gie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach én Jones.
Middelburg, 24 Juli,
ZFETTII-XAlBTOISr.
de Schrijfster van „Jennie" enz.
Benoemingen en besluiten,
C :j I.
C 7
Niettegenstaande de adressen der katholieken
aan de eerste kamer en den koning, betrekking
hebbende op de schoolwet, schijnbaar huiten de
bemoeiing der geestelijkheid omgaan, blijkt nit
de volgende geheime aanschrijving van den
aartsbisschop van Utrecht, welke door de N. Bott.
Ct. wordt medegedeeld, dat de opperste kerkelijke
hiërarchie zich wel degelijk met de zaak bemoeit.
„Circulaire. „Utrecht, 9 Juli 1878.
„Geheim.
„WelEerw. Heer
„Ten opzichte van het tweede en derde petiti
onnement aan de eerste kamer en aan Z. M.
den koning verlangen wij, dat door u geheel
dezelfde gedragslijn worde gevolgd als werd voor
geschreven in onze circulaire, geheim, dd. 14
Juli 1878.
„De ijver en de werkzaamheid, door u bij het
adres aan de tweede kamer betoond, doen ons
ook nu vast vertrouwen op uwe zeer noodzake
lijke en zeer gewaardeerde medewerking.
„De Aartsbisschop van Utrecht,
„f A. I. schaepman."
De dominé's dus aan den éenen en de bisschop
pen aan den anderen kant! Men durve nu nog
eens beweren dat kerk en staat in Nederland lang
van elkander gescheiden zouden blijven, wanneer
wij leeken ons het heft uit de handen lieten rukken
Wij stemmen geheel in met hetgeen door het
Vaderland gezegd wordt over het verbod, dat
van de burgemeesters van Amsterdam en Botter
dam is uitgegaan om de circulaires betreffende
het volkspetitionnement aldaar aan te plakken.
„Van 't aan banden leggen der vrijheid van
drukpers, zegt het Vaderland, kan hier geen
sprake zijn. De circulaire, welker aanplakking
verboden is, is reeds herhaaldelijk in de Standaard
gedrukt, in een menigte bladen van allerlei kleur
overgenomen en wordt bovendien in tal van ex
emplaren verspreid, zonder dat iemand er aan
dacht of denkt dit tegen te gaan. Maar een
burgemeester is als hoofd der politie gerechtigd
de openbare aanplakking te verbieden van een
geschrift, waarvan hij wegens den opruienden
toon gevolgen vreest, die de openbare orde en
rust in gevaar kunnen brengen.
„Wij willen hiermee volstrekt niet zeggen, dat
wij de handelwijze der beide burgemeesters in
deze zaak in bescherming nemen. Wij voor ons
gelooven, dat het wel zoo politiek ware geweest
dooe
HOOFDSTUK XV.
„HET HART KENT ZIJN EIGEN BITTERHEID"
„Ja, ik kan niet anders," zeï bij, en trachtte
de deur te naderen, daar zij hardnekkig tegenover
hem bleef staan. „Ik heb geen gelegenheid uw
goeden vader nu iets daarover te zeggen; wilt
gij het voor mij doen lieve, goede juffrouw
Lotta
„Maar gij zult toch op den 28en wel hier zijn?"
„Wat is er dan?"
„Dat is de trouwdag van miss Gray. Wist gij
dat niet? O, ik was vergeten, dat gij op reis
waart gegaan voordat mijnheer Carlton terug
kwam; eerst was het op den 23en. O, mijnheer
Morel dan moogt gij niet ontbrekenMiss Gray
houdt zooveel van uzij zou u zoo erg missen
„Ongetwijfeld," zet hij met een bitteren lach.
„Breng haar asjeblieft mijne complimenten, en
gelukwenschen over. En laat mij nu gaan kind,
vaarwel
£ij hield zijn heide handenindehare, en zag hem
de aanplakking te vergunnen. Het stuk was
toch al genoegzaam bekend en wordt op deze
wijze nog meer bekend, maar of ons volk zich
door iets dergelijks zou laten opruien, mag met
reden betwijfeld worden. Naar ons voorkomt,
had men niet door dezen schijn van onderdruk
king voedsel moeten geven aan de gedachte, dat
men werkelijk in het geschrijf van eenige drijvers
een ernstig gevaar ziet."
De commissie voor het afnemen van de examens
van leerling-apotheker, heeft in hare heden ge-
honden zitting zes candidaten geëxamineerd en
aan vier eene akte van bevoegdheid uitgereikt,
zijnde de heerenW. van Eeden jr.. geboren te
AmersfoortJ. J. Bots, geb. te HoornT. Plet,
geb. te Leeuwarden, en P. J. L. Metz, geb. te
Amsterdam. Twee candidaten werden afgewezen.
Het examen wordt voortgezet.
Heden werd door de leden der Maatschappij
van landbouw en veeteelt benevens verschillende
genoodigden, waaronder wij ook den commissaris
des konings opmerkten, de aangekondigde rijtoer
gemaakt.
Te tien uren reed men in een 45tal rijtuigen
gezeten, van het Molenwater af en na eenige straten
te zijn doorgereden, door de Seisbarrière de stad
uit.
De tocht ging over Grijpskerke langs den
Kloosterweg naar Aagtekerke, waar een korten
tijd halt werd gehouden en men door den burge
meester werd ontvangen; vandaar naar Domburg
en over Oostkapelle, Serooskerke en St. Laurens
te half 5 uur alhier terug.
Men schrijft ons uit Vlissingen:
De ijlgoederentrein, die gisteren avond half zes
alhier aangekomen is en onder de halt gestopt had,
zou op verzoek nog een weinig doorrijden om
recht voor het werk te komen. De beweging, aan
den trein gegeven, was echter zoo krachtig, dat
hij doorliep tot dicht bij bet wachthuisje der rijks
ambtenaren en tegen drie daarstaande waggons
aanstoomde, waardoor een dezer waggons derail
leerde en in het wachthuisje terechtkwam. De
wachthebbende persoon in het huisje, door dit
onverwacht bezoek verschrikt, vlood door het
raam aan de tegenovergestelde zijde en bekwam
gelukkig geen letsel. Het wachthuisje is nog al
beschadigd.
Uit bet gisteren door ons medegedeelde tele
gram van de Willem, Barents blijkt dat de reizi
gers Europa's Noordelijkste punt, de Noordkaap,
reeds voorbijgestevend zijn en van daar in Oos
telijke richting hun reis voortzettendede haven
aan, met tranen in deoogen. „O, wat beteekentdit
alles toch?" riep zij uit, wezenlijk ontsteld over
zijn ontdaan gelaat en vreemde manier van zijn.
„Het beteekent: vaarwel, anders niet, en het
beteekent ook, dat ik ach misschien geen
grooter dwaas ben dan andere mannenmaar toch
nn, vaarwel dan
„Niet au revoirl vroeg ze hem nog weerhoudende.
„Neen, niet au revoirriep hij en drukte haar
de hand. Daarop rukte hij zich los, opende de
deur en ging naar buiten in den kouden Decem-
herpacht. Daar trachtte hij zijn leed zoo goed
hij kon te dragen en te smoren.
HOOFDSTUK XVI.
VERONDERSTELLINGEN.
In iedere echt-Duitsche familie heerscht tegen
den 24en December een geest van samenspanning,
van eeuwigdurend gefluister, van algemeene ge
heimzinnigheid en een zorgvuldig streven om
slechts éen persoon uit den geheelen kring van
bloedverwanten in het vertrouwen te nemen over
de geschenken waarmede men de anderen wil
verrassen. Welk een weggemoffel van handwerkjes
als een van de personen die erg verrast moesten
worden, onverwachts de kamer inkomt! Iedereen
is er op uit de bijzondere verlangens van ieder
ander te leeren kennen en deelt die, in het geheim
natuurlijk mede, aan degenen die ze het waar
schijnlijkst zullen vervullen. In goed ingerichte
Vardoë bereikt hebben. Deze ligt aan de Noord
kust van Noorwegen, in de provincie Finmarken,
op 70° 20' 3K' NB. en 31° 10' UL. van Green
wich (volgens Kramers GeographiscJi woordenboek)
of, volgens het Handelsblad, op 70° 22' 35" NB.
en 48° 50' OL. Beide lengten komen overeen
wanneer men, door bijtelling van 17° 40', de eerste
tot OL. van Ferro herleidt. Vardoë is de Noorde
lijkste baven van Europa.
Omtrent eene herhaaldelijk, ook door ons, ver
melde zaak van een Amsterdamschen notaris, die
wegens het doen eener overdreven vordering voor
het koopen van een huis vervolgd zou worden,
deelt de heer J. J. Claasen Hzn., notaris te Am
sterdam, thans in het Handelblad mede dat hij
zelf, met den notaris mr. S. W. van der Gronden
te Zwolle, in deze quaestie betrokken is. De
plainte, door den heer Collin tegen hem ingesteld,
is door den officier van justitie, bij beschikking
van 22 dezer, afgewezen. Overigens zal men
vernemen wie eigenlijk in deze reden van beklag
heeft, zoodra de te Zwolle aangevangen proce
dure afgeloopen zal zijn.
In het tijdperk van 16 Juni tot 13 Juli zijn,
blijkens ingekomen ambtsberichten, door de long
ziekte aangetast, in Gelderland 4, Zuid-Holland
31 en Friesland 2 runderen, dus te zamen 37.
In het vorig tijdperk van vier weken waren
64 runderen door die ziekte aangetast.
De commissie, die zich te Amsterdam gevormd
heeft om op 24 Augustus feestelijkheden te hou
den, bij gelegenheid van het huwelijk van prins
Hendrik, heeft van dit voornemen afgezien. Op
dien dag zal echter in het Paleis voor Volksvlijt
een groot feest plaats hebben. Als de prins met
zijne gade Amsterdam bezoekt, zullen de open
bare feestelijkheden geschieden, die oorspronkelijk
door de commissie op 24 Aug. waren bepaald.
De commissie bestaat nit bestuursleden va» werk
liedenverenigingen, liedertafels, enz., bijgestaan
dooi' eenige apdere heeren, die voor de zaak hun
ingenomenheid betoonen.
Z. K. H. prins Hendrik heeft eene keuze gedaan
uit de aangeboden ontwerpen voor het nationaal
huldeblijk bij gelegenheid van zijn huwelijk De
prins heeft eene monumentale fontein gekozen op
het lustslot Suestdijk.
Aan het slot wordt naar wij vernemen een
nieuw gedeelte bijgebouwd door den heer Eedeker
Bisdom, architect van den prins.
Dit nieuwe gedeelte is bestemd voor de jonge
gade, die weldra op Soestdijk de meesteresse zal
zijn. Voor dezen vleugel, terzijde van de serres
huishoudens, zooals dat der familie Steinmann,
werd dit gedeelte van het genoegen zeer practisch
behandeld. De „behoeften" werden, als zij eens
in vertrouwen waren medegedeeld, terstond
opgeteekend in een hoekje, dat mevrouw Steinmann
daar uitsluitend voor hield. En als het gewichtige
tijdstip nabij ,was, zette zij een rooden streep bij
elk voorwerp dat zij voornemens was te geven.
Het versieren van den boom was ook een
geheimzinnig werk, waarbij niemand van de kin
deren mocht helpen. Bp deze gelegenheid werd
zelfs miss Gray ook niet toegelaten.
Mijnheer en mevrouw, bijgestaan door een paar
tantes, maakten alles met gesloten deuren in orde.
Morel had den senator geschreven dat hij alleen
uit Berlijn teruggekomen was om zich te veront
schuldigen dat hij op Kerstavond onmogelijk bon
komen, en had er bijgevoegd, dat hij terstond
naar Parijs vertrok waar hij door een invloed
rijken vriend een groote bestelling had gekregen.
Dit klonk wel aannemelijk, maar niet bevre
digend.
„Waarom heeft hij dien avond van het hal
niet gewacht tot hij mij dit alles zelf kon ver
tellen?" bromde de heer Steinmann, nadat hij dien
brief aan de ontbijttafel had voorgelezen. „Hij
had wel tijd om met de meisjes te praten, en ik
geloof stellig dat hij van plan was om te blijven
want hij is regelrecht van het station hierheen
gekomen en heeft zich in mijn kamer verkleed,
om tijd uit te winnen. Dat heeft Ludwig mij
verteld, die den volgenden, morgen zij» goed inge-
gelegen, wordt een terras aangelegd Van zeldzame
schoonheid, in het midden waarvan het nationaal
huldeblijk in een bevallig waterwerk zal geplaatst
worden. Zijn wij wel ingelicht, dan is het ontwerp
van deze fontein van den talentvollen beeldhouwer
Collinet van Amsterdam. (N v d. D.)
Uit Vlaardingen schrijft men aan het Nieuws
van den Dag
Met den nieuwen Kotterdamsche waterweg naar
zee schijnt het niet gunstig gesteld te zijn. Gaan
deweg neemt de verondieping van den Maasmond
toe. Niettegenstaande alle inspanning blijkt men
niet bij machte met de natuurkrachten te wed
ijveren door wegbaggering van bet zand, dat de
rustelooze zee voortdurend in de monding voert.
Schepen van eenigen diepgang of stoombooten
wagen bet niet licht meer daar uit te gaan of
binnen te vallen, en de kloeke varenslui van onze
haring- en visscherijvloot beginnen ook al huiverig
te worden voor dit vaarwater.
Deze zeelieden, zoo goed als de beste loodsen
op onze kusten bekend, sedert hun vroegste jeugd
genoopt met de vele stroomverlegging aldaar
rekening te houden en haar zoo nauwkeurig
mogelijk gade te slaan, voorspellen van den
nieuwen Maasmond op den duur weinig goeds.
Den tegenwoordigen toestand van de geul schrij ven
zij toe aan de verlenging van het Zuiderhaven
hoofd, waarvan de theorie een tegenovergesteld
gevolg aanwees.
burgeheesters. Eervol ontslag verleend, op
zijn verzoek, aan M. a Campo, als burgemeester
van Hulsberg, en in diens plaats benoemd H. H.
a Campo.
universiteiten. Goedgekeurd, dat aan de na
te noemen gewone hoogleeraren aan de universi
teit te Amsterdam, bovendien is opgedragen het
onderwijs in: de encyclopaedie der rechtsweten
schap, aan mr. L. de Hartog, gewoon hoogleeraar
in het staatsrecht, het administratief recht en het
volkenrecht; de artsenijbereidkunde, aan dr. J.
W. Gunning, gewoon hoogleeraar in de scheikunde,
tevens belast met het onderwijs in de toxicologie.
examencommissiën. Op verzoek ingetrokken de
benoeming van dr. D. Huizinga, hoogleeraar te
Groningen, tot plaatsvervangend lid der commis
sie die, gedurende éen jaar, ingaande 1 Augustus
1878, belast zal zijn met het afnemen van het
tweede natuurkundig examen, en dr. Tb. W.
Engelmann, hoogleeraar te Utrecht, benoemd tot
plaatsvervangend lid dier commissie.
pensioenen, Pensioen verleend aan den eervol
ontslagen commies bij bet bureau van den inspec-
pakt en naar het atelier gebracht heeft. En die
zieke man, die 's avond3 de hitte niet kon ver
dragen, was niet eens naar bed geweest, maar
bij het aanbreken van den dag per post vertrokken
„Hij was toch waarlijk erg ziek, papa," riep
Lotta uit. „Hij scheen pijn te hebben, zijne
lippen waren op elkaar geklemd, en zijn
gelaat was bleek zoo bleek als dat van Dora."
„Het moet heel plotseling gekomen zijn," zei
miss Gray„hij scheen zoo wel en tevreden toen
ik hem op het portaal sprak. Het spijt mij, dat
hij weg is. Hij is zoo knap en zoo goed en o,
Hubert, ik verlangde zoo dat gij elkaar zondt
leeren kennen! Gij zoudt elkaar verstaan hebben."
„Het genoegen is slechts uitgesteld, Pearl, gij
zegt immers dat mijnheer Morel in Londen woont
daar zal hij ons zeker wel opzoeken."
„En nu zult gij misschien nooit in de gelegen
heid zijn de schoonste schilderij, die er ooit gemaakt
is, te zien. Ach, mijnheer Steinmann, als mijnheer
Morel haar niet medegenomen heeft, zou er dan
j^een kans zijn dat Carlton vergunning kreeg haar
te zien?"
„Wij zullen zien, mijn kind," zeï mijnheer Stein-
naann, en zag zijn vrouw, die ook begon te lachen
veelbeteekenend aan.
(wordt vervolgd