Telegraphische berichten.
O n d e r w ij s.
Marine en leger,
Landbouw.
Rechtszake n.
De heer C. J. Houmes, hulponderwijzer alhier,
heeft de benoeming tot hoofdonderwijzer aan de
bijzondere protestantsche school te Wamel aan
genomen.
Eenige ouders en voogden van jongelieden die
te Amsterdam de inrichtingen van middelbaar
onderwijs of het gymnasium bezoeken, hebben
den gemeenteraad verzocht des Woensdags na
éen uur de lessen aan deze instellingen te doen
staken, teneinde den leerlingen gelegenheid tot
het ontvangen van godsdienstig onderwijs te
geven.
Het oorlogstoomschip Atjeh is naar de marine
werf te Nieuwediep verhaald en zal van een veel
zwaarder tuig worden voorzien. Ook zullen de
masten, als veel te licht, bekuipt worden; er
zullen waarschijnlijk nog wel 3 maanden verloopen,
eer deze bodem den tocht kan hervatten. Hbl
Het bevel over de afdeelingen vesting
artillerie, gevormd bij de jongste organisatie bij
dat wapen, wordt met 1 Augustus a. opgedragen
aan de hieronder vermelde hoofdofficieren, waar
bij tevens vermeld zijn de hoofdofficieren, die
verder op dien datum bij elke afdeeling worden
ingedeeld. Ie Afdeeling kolonel-kommandant
J. H. Kretzer, majoors: luit.-kol. van Haeften,
(voorloopig), en F. M. Collard; 2e afd. kolonel-
kommandant H. A. A. van Rijssen, die voorloopig
te Delft in garnizoen blijft; majoor B. de Jong;
3e afd. kolonel-kommandant K. A. Wimmer,
majoor D. G. F. H. van der Voort Maarschalk
4e afd. luitenant-kolonel-kommandant M. J. van
Nieuwkuijk5e afd. luit. kol.-kommand. J. A.
baron Mulert, die voorloopig te Willemstad in
garnizoen blijft; majoor K. L. van der Heijden,
die voorloopig te Geertrnidenberg het bevel blijft
voeren6 afd. luit.-kol. L. E. T. Bolomeijma
joor W. W. A. Oltkamp; 7e afd. luit.-kol.-komm.
C. G. C. F. Ising; 8e afd. luit.-kol.-kommand.
majoor R. C. van Onselen.
Volgens bepaling van den minister van oor
log kunnen de miliciens der lichting 1875 een
huwelijk aangaan, Voor zooverre ze dit jaar niet
voor najaarsoefeningen onder de wapenen behoeven
te komen. Het is dit jaar voor 't eerst dat een
dergelijke gunstige bepaling wordt gemaakt. Hier
door kunnen nu 2 van de 5 lichtingen gehuwd
zijn.
Voor het toelatings-examen aan de rijks land
bouwschool te Wageningen hebben zich twee en-
vijftig aspiranten aangemeld.
De bekende geschiedenis van de vernieling van
den muur op het Schapenplein te Amsterdam heeft
misschien aanleiding gegeven tot een andere ver
nieling. Onder Aalsmeer is een nieuwe rijweg
aangelegd. Een klein, onoogelijk huisje van
geringe waarde ontsierde een gedeelte daarvan.
Vandaar dat de burgemeester pogingen aanwendde
dat voor de gemeente aan te koopen. De eige
naar stelde echter te hooge eischen. Kort daarna
vierde de burgemeester zijn 25jarig ambtsfeest.
Eenige jongelieden meenden in de feestvreugde
over dat feit dien ambtenaar genoegen te doen,
door het perceeltje te helpen amoveeren. Des
nachts werd het deerlijk gehavend en beschadigd.
Ofschoon niemand daarbij tegenwoordig was, gaven
zij door hun gesprekken aanleidingdat vier
hunner eergisteren voor het gerechtshof te Am-
lichtjes, die het effect maakten van glimwormpjes.
Hier en daar stak eehe schitterende ster, êen kroon
of een anker tegen den donkeren achtergrond af,
en verblindde aller oogen, als of zij uit de duis
ternis in het helderst zonlicht traden. Er speelden
twee orkesten, een in huis en een in den tuin,
op genoegzamen afstand dat de tonen van het
laatste onhoorbaar waren voor dansers, die over
den gladden vloer van de danszaal gleden. Deze
zaal, die alleen bij bijzondere feestelijkheden
gebruikt werd was schitterend verlicht met kristallen
kronen, die in de tallooze spiegels weerkaatst
werden. Aan de eene zijde bevond zich een
balkon, door gebeeldhouwde zuilen gedragen,
waarop de muzikanten zaten; aan den anderen
kant was eene breede dubbele deur, met fluweelen
gordijnen, waarmede men in het salon kwam waar
de familie gewoon was 's avonds bijeen te komen.
Van avond stond dit salon vol stoelen en
mevrouw Steinmann zat op de canapé en wachtte
een bepaalden gast aan wien zij de eereplaats naast
zich zou aanbieden. Wie dat zijn zou maakte het
onderwerp van veler gissingen uit; want men
had opgemerkt dat noch aan mevrouw von
Bingen, noch aan mevrouw de „burgermeisterin"
die eer was te beurt gevallen. En volgens Duit-
sche begrippen staat die ongemakkelijke plaats
op de canapé naast de gastvrouw, gelijk met het
beklimmen van een tijdelijken troon, en geeft het
denkbeeld weer van het hooge maatschappelijke
standpunt waarop de gastvrouw u plaatst.
JSenige jonge meisjes plaagden Lotta al fluiste-
sterdam moesten terecht staan ter zake van moed
willig vernielen van eens anders gebouw.
De adv.-generaal mr. Op ten Noort requireerde
deswege, met toepassing van verzachtende omstan
digheden, de veroordeeling van beschuldigden tot
een celstraf van 45 dagenen een kleine geldboete.
De verdediger, mr. E. T. Clausing, die de schuld
niet bewezen achtte, concludeerde tot vrijspraak
Het hof zal Dinsdag 7 dezer uitspraak doen.
Terwijl de bodewagen van Janus Suvaal gis
teren namiddag van het dokhuis de Palingstraat
te Vlissingen inreed, viel een kind voor de paar
den, die met wagen en al over het kind heengin
gen zonder dat het eenig letsel bekwam. Minder
goed liep het af met eene vrouw, die ter redding
van het kind toeschoot, en die de beide wielen
van den wagen over het lijf kreeg waardoor zij
zich ernstig bezeerde. Een heer, die daar toevallig
passeerde, viel ook achterover op den grond, ver
moedelijk doordien de genoemde vrouw hem
vastgreep, doch hij werd slechts licht geraakt,
zoodat hij met een niet geringen schrik vrij kwam»
Een en ander maakte zoodanigen indruk op eene
oude vrouw, die dicht daarbij op eene stoep zat,
dat zij in onmacht viel.
Men schrijft uit Vlissingen aan het Handelsblad
Evenals in vorige zomers, wordt Zeeland ook
nu weder vrij druk bezocht door Antwerpsche en
andere Belgische pleizierreizigers, die gewoonlijk
des Zondags met een extra-stoomboot aankomen.
Aanstaanden Zondag doet de stoomboot Telegraaf
1V met gelijk doel weder een reis van Antwerpen
naar Vlissingen, waar het nieuw ingerichte bad
huis een aantal dezer gasten voor een enkelen dag
tot zich trekt.
De houding dezer vreemdelingen, voor het
meerendeel tot den kleinen burgerstand behoo-
rende, is altijd zeer voegzaam; zij hebben vaak
dolle pret, doch immer zonder dronkenschap of
losbandigheid, want de quadrilles van dames
en heeren (gecostumeerd) in het water en andere
koddige voorstellingen zijn niet in strijd met de
Belgische zeden, en geven dan ook slechts een
aller vermakelij kst, doch in geenen deele kwetsend
schouwspel.
Tegen een ingezetene van 's Heer Arends-
kerke is procesverbaal opgemaakt wegens het
onbevoegd uitoefenen van geneeskundige praktijk.
Beklaagde moet een geneesmiddel hebben verstrekt
tegen een uitwendig ooggebrek, dat, gelukkig,
genezing heeft tengevolge gehad
Maandag namiddag te half vijf uur vonden
de gemeente-veldwachter en de brievengaarder te
Camperland een schoolknaap, oud 7 jaren, han
gende met zijn voet in de spleèt van een boom en
met het hoofd naar beneden. De knaap verkeerde
reeds in bewusteloozen toestand en zou voorzeker
zijn klimmen met den dood hebben moeten be-
koopen, indien genoemde personen daar niet
voorbij gekomen waren en hem uit zijne moei
lijke positie verlost hadden.
Ereda heeft een treffend verlies geleden door
het overlijden van den heer jhr. mr. P. Six, rent
meester der domeinen, ridder van den Gouden-
Leeuw van Nassau enz. Hij mocht den ouderdom
van 73 jaren bereiken, doch was nog tot in de
laatste dagen van zijn leven, ijverig werkzaam in
verschillende betrekkingen. Ook de wetenschap,
vooral die op het gebied der natuur, verliest in den
waardigen, humanen man een harer ernstige beoefe
naars. „Breda verloor deze week een harer beste
burgers," zoo luidden de woorden, gisteren aan
het graf gesproken door den burgemeester, mr.
E. de Man Ez. Een zeer aanzienlijke schare was
op het kerkhof aanwezig. Hartelijke woorden
werden daar gesproken door de heeren Hovy,
rend om toch te zeggen, wie er verwacht werd.
Maar Lotta wilde het niet zeggen, zij legde den
vinger geheimzinnig op den mond en lachte
schalks, inwendig verheugd een geheim te bezitten
dat tot nogtoe door geen der gasten gedeeld werd.
Eindelijk ontstond er eenige opschudding bij
de deur die naar het portaal leidde. De ver
wachte „iemand" was gekomen; de heer senator
schoof zelf de gordijnen open en stapte met waar
digheid naar binnen, gevolgd door miss Gray en
mijnheer Carlton. Pearl had een eenvoudig, hoog;
wit kleedje aan en een lichte roos in het haar.
Zij leunde op den arm van haar knappen minnaar
en werd ten aanzien van dien grooten kring, door
den opgetogen gastheer naar zijne vrouw gebracht.
Hij voelde al het gewicht van deze plechtigheid
op zijn schouders rusten, voor zoover hij zich
verantwoordelijk achtte voor het gedrag der beide
hoofdpersonen, wier binnentreden zooveel verba
zing op de gezichten der omstanders te voorschijn
riep.
„Miss Gray zal als „bruid" de eereplaats inne
men" verkondigde hij, waarop Lotta en Lina
vooruittraden en Pearl een krans en een bouquet
overhandigden. Onder deze plichtplegingen werd
de „bruidegom" ook niet vergeten, hem werd de
middelste plaats op de sofa aangeboden, welke
hij eerbiedig doeh beslist afsloeg en op eenigen
afstand van zijn bruid ging staan. Deze „Engel-
sche koelheid" gaf terstond aanleiding tot eenige
nijdige opmerkingen over het blijkbaar gebrek aan
gevoel zooals het een minnaar betaamde.
uit 's Gravenhage, uit naam van Z. K. H. prins
Frederik; ds. Swann; R. J. A. Kallenberg v. d.
Bosch, uit naam der loge Het vrij gewetenwaar
van de heer Six 25 jaren voorzittend meester was
geweest; jhr. H. F. G. Leyssius, namens het Me
talen Kruis, en J. A. van der Burgh, namens de
Maatschappij van landbouw.
De bloemstengel der bloeiende agave in het
plantenhui3 der Rotterdamsche diergaarde had
gisteren eene hoogte van 3,23 meter bereikt.
Naar men verneemt zijn zekere H. en
diens echtgenoote, uit Beek, (Limburg), op ver
zoek van het Fransche gouvernement, in België
gearresteerd, onder verdenking van te Parijs ju-
weelen te hebben ontvreemd ter waarde van
meer dan 100,000 fr.
Uit Meppel schrijft men aan het Haagsch
Dagblad: Het in beslag nemen van bedorven
vleesch, afkomstig van buiten de gemeente ge
storven dieren, geschiedt thans bijna eiken dag.
Men staat verbaasd over de kunst, waarmee van
zooveel walgelijks nog iets (worst en gerookt
vleesch) kan gemaakt worden, dat te Amsterdam
geregeld afnemers vindt.
Te Zwolle moet men het, naar men zegt, in
die kunst nog verder gebracht hebben dan hier.
Wat hier zelfs afgekeurd wordt, kan daar, hoe
.bedorven ook, nog geplaatst worden.
Te Rotterdam had gisteren eene reünie
plaats van geneeskundigen en artsenijbereidkun-
digen, die hun opleiding genoten hadden aan de,
vóór 50 jaren opgerichte en tot 1866 bestaan
hebbende, geneeskundige school te Rotterdam.
Dr. N. Bosz, van Rotterdam, hield eene feestrede.
Des avonds vereenigden de reünisten, onder lei
ding van dr. Q. J. Goddard, zich aan een vriend-
schappelijken feestmaaltijd. Het feest wordt heden
voortgezet.
De thans gesloten lessen aan het Instituut tot
onderwijs van blinden te Amsterdam, eindigden
dit jaar met 65 kweekelingen, zijnde 37 jongens
en 28 meisjes. Aan 5 hunner werd, na volbrach
ten leertijd, ontslag verleend. Zij kunnen, elk op
hunne wijze, in eigen behoeften voorzien.
Gedurende het afgeloopen jaar werd met lust
en ijver gewerkt en het vervaardigde kon gemak
kelijk geplaatst worden. De gezondheidstoestand
was gunstig. Het wekelijksch bezoek werd door
1125 personen bijgewoond, waarvan zich 42 als
leden lieten inschrijven. Onder de vele aanzienlijke
vreemdelingen, door wie het instituut bezocht
werd, bevonden zich o. a. Z. M. de keizer van
Brazilië, II. K. H. prinses Marianne en de markies
de San Marrano.
- Op de tentoonstelling te Philadelphia werd het
instituut voor zijne inzending bekroond.
Bij de heropening in Augustus a. zullen, daar
alle plaatsen bezet zijn, slechts een vijftal van de
12 candidaten kunnen opgenomen worden.
De geldmiddelen zouden, wanneer niet een aan
zienlijk te kort voor het Gesticht voor volwassen
blinden uit de kas van het instituut moest wor
den aangevuld, in gewenschten toestand verkee
ren; nu echter sluiten de vijf laatste jaren der
administratie met een belangrij k tekort. Me.t allen
aandrang wordt er dus gewezen op de groote
wenschelijkheid dat edelmoedige menschenvrienden
het bestuur te hulp komen, opdat deze hoogst
nuttige en onmisbare inrichtingen aan haar doel
kunnen blijven beantwoorden. De jaarlijksche
bijdragen, in 1858 f 16,000 beloopende, bereikten
in 1876 slechts f 8075. De uitgaven stegen van
f 35,300 tot 56,670; nadere toelichting is dus
overbodig.
Bij de opening der vergadering van de pro
vinciale staten van Noord Brabant is aan den
griffier, mr. van Cooth, bij gelegenheid zijner
25jarige ambtsvervulling, eene fraaie pendule met
candelabres ten geschenke aangeboden.
Uit het verslag der vereeniging tot het rege-
De betoo vering der verbazing en van het stil
zwijgen eenmaal verbroken zijnde door dit zonder
linge gedrag van den bruidegom, volgde er eens
klaps een druk gepraat. Op zulk een groote partij
werd er niet gebreid, zelfs onder de oudere dames,
zoodat de tongen hun vrije loop hadden. Mevrouw
de „generalin", een lieve oude dame met grijs
haar, ging naar Pearl toe en gaf haar een moe
derlijken kus, waarop ook de andere dames met
hare gelukwenschen volgden. Een koningin, die
audiëntie gaf, kon niet meer eerbewijzen ontvangen
dan dit eenvoudige Engelsche meisje wie, vier en
twintig uur vroeger, niemand een hand zou gegeven
hebben. Carlton sloeg het tooneel met al zijne
eigenaardige bijzonderheden gade en dacht na
over de plotselinge verandering welke zijn declaratie
in de positie van Pearl had teweeggebracht en
glimlachte met zelfvoldoeningen inwendig vermaak.
Daarna vergat hij haar geheele omgeving en lette
op Pearl alleen, zijn Pearl, die hem werkelijk
onwaardeerbaar toescheen en o! zoover verheven
boven al die groote dames om haar heen! Maar
zij boden niet alleen hare gelukwenschen aan;
ook de heeren kwamen aan de beurt. Die hadden,
in groepen verdeeld, door de geheele kamer ver
spreid gestaan en zich zoover mogelijk verwijderd
gehouden van de dames, die in de rondte zaten
(een gewoonte in 't gezellig verkeer, die misschien
niet alleen te Hamburg thuis behoort). Daar
klampten zij elkaar aan en fluisterden elkaar het
laatste nieuwtje toe, dat ze 's middags op de
„beurs" gehoord hadden. Maar van het oogenblik
len en bevorderen van volksvermaken te Goes, blijkt
dat die vereeniging zich in een bloeienden toe
stand mag verheugenhet ledental is gedurende
het afgeloopen jaar van 342 tot 380 geklommen.
Men schrijft uit IJmuiden aan het Rotter-
damsch Nieuivsblad: In de laatste dagen is, met ge-
wenscht gevolg, het baggerwerk in de buitenha
vens voortgezet. In de bevaarbare geul vindt
men plaatsen waar, bij een waterstand op A. P.
(thans 68 dM.) 10 M. water staat. Op andere
punten is de diepte minder, doch niet beneden
A. P. De oneffen bodem van de geul wordt lang
zamerhand gelijk, aangezien, door de schuring
van het water, de hoogten verdwijnen en de put
ten worden gevuld. De natuur werkt derhalve
het baggerwerk in de hand. Het spuien maakt
den tocht over de sluizen niet gemakkelijk. Men
is than3 bezig met het maken van eene verschuif
bare brug, die alleen gedurende den spuitijd in
dienst zal worden gesteld. Het baggerwerk in
het kanaal tusschen de sluizen en de spoorbrug
te Velsen wordt met kracht voortgezet. De scheep
vaart is niet levendig.
BIKNEULAND.
Tweede kamer. Bij art. 21 van het school-
wetsontwerp werd eene langdurige discussie ge
voerd over de vraag of de regeling der schooltijden
en vacantiën door den onderwijzer onder goed
keuring van het hooger gezag vastgesteld of door
den gemeenteraad bepaald moet worden. Een
amendement der heeren van Houten en van Delden
had ten doel, dit in laatstgenoemden zin uit te
maken vooral met het oog op de gemeentelijke
zelfstandigheid. De minister handhaafde krachtig
het tegenovergestelde beginsel. De gemeentelijke
autonomie, zeide hij, is hier buiten spel,
het geldt de regeling eener rijkszaak, waarin het
gezag en het schooltoezicht moeten worden ge
kend. De heer Borgesius ondersteunde dat betoog,
op grond der vijandigheid van vele gemeentera
den ten opzichte van het openbaar onderwijs.
De kamer verwierp het amendement met 53 tegen
23 stemmen.
Bij de verdere discussie bleek dat het de be
doeling is, genoemde punten en het leerplan te
doen vaststellen door den schoolopziener en het
gemeentebestuur, op voordracht van den onder
wijzer. Bij verschil blijft de beslissing aan den
minister, zooals de kamer met groote meerderheid
uitmaakte. De heer van Eek gaf in overweging
om na te gaan of in het belang der Israëlitische
kinderen en onderwijzers de Zaterdag niet voor
schooltijden moet worden vrijgegeven.
Artikel 22 bepaalt de beschikbaarstelling van
lokalen en uren voor het godsdienstonderwijs. De
heeren van Wassenaer, van Asch van Wijk, van
Nispen, Haffmans en Heydenrijck erkenden de
welwillendheid der bepaling; doch noemden het
eene illusie, te meenen dat daardoor de bezwaren
der voorstanders van het bijzonder onderwijs be
vredigd zouden worden.
De openbare school toch zooals zij ingericht is,
kan alle vruchten van het godsdienstonderwijs
bederven. Slechts het bijzonder onderwijs kan
daartegen een tegenwicht geven.
De heer van der Kaay leidde hieruit af, dat
de tegenstanders der openbare school willen blij
ven agiteeren, hetgeen voor de liberalen eene
reden te meer is om hun de hand ter ver
zoening te reiken. Dit strekte in antwoord
aan den heer van Houten, die botsingen vreesde
tusschen het wereldlijk en kerkelijk gezag, en
practische bezwaren maakte. Ook de minister
ontkende die bezwaren bij wederzijdschen goeden
wil. Hij verklaarde overigens geen concessie te
bedoelen, maar alleen te willen erkennen dat het
dat Carlton binnenkwam werd hij het hoofdon
derwerp der gesprekken. Die miss Gray was een
bescheiden, aardig Engelsch meisje, die toen zij
gouvernante was, zeker geen mark banco bezat,
dat wist iedereen; dus over haar behoefde men
niet te spreken. Zij had getoond in staat te zijn
een grooten visch te vangenzij had hem veilig
aan den wal gebracht en moest nu maar zien dat
zij hem vast hield. Het waren de vorm en
aard van den visch, die dezen heeren van zaken
zooveel belang inboezemde».
Zij maakten de noodige gevolgtrekkingen, aan
gaande zijn positie en handelsondernemingen, en
hoeveel hij wel zou bezitten, en vooral „wat toch
zijn vak was?"
Over dit alles liepen de uiteenloopendste ge
ruchten en de zonderlingste stellingen werden op
de meest losse grondslagen gebouwd. Hij had
uitstekende aanbevelingsbrieven medegebracht, hij
was aan de voornaamste handelshuizen geweest
en had de patroons op het kantoor en in huis
bezocht; maar behalve een losse toespeling op:
„exporthandel" had niemand eenig licht gekregen
over het eigenlijke handelsvak van Carlton. Dat
hij een ongelimiteerd crediet had bleek uit den
brief van een Londensch bankier aan een Ham
burger collega, maar dat was ook het eenige feit
dat tot nogtoe zeker was. Evenwel een zeer
gewichtig feit voor onze geldmannen.
Wordt vervolgd.)