N°. 158.
121e Jaargang.
1878;
Dinsdag
2 Juli.
Dit blad "verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertenties 20 Cent per regél.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagenten voor het Buitenland; de Compagnie générale de publicité étrangére G L. Daube en Cie. te Parijs en Frankfort, directeuren Elsbach en Jones.
TEE MARKT TE MIDDELBURG.
Middelburg, 1 Juli.
ZFETTIILI-.IB'rOnsr.
c&\
arc
de Schrijfster van „Jennie" enz.
Benoemingen en besluiten.
Donderdag den 4pn Juli 1878, van des voor
middags 8 tot des namiddags 4 uren.
De burgem. en wethoud. van Middelburg,
SCHORER,
De secretaris,
Gr. N. DE STOPPELAAR.
Z. M. de koning zal zich 6 Juli a. naar
Weimar begeven, ter bijwoning van het feest ter
gelegenheid van de 25-jarige regeering van den her
tog van SaksenWeïmar, 'skonings schoonbroeder.
Te rekenen van heden zal Canada deel uitmaken
van de algemeene postvereeniging.
Het in Nederland te heffen port wegens de ge
frankeerde brieven en verdere stukken bestemd
voor Canada, alsmede voor de ongefrankeerde
brieven uit dat land herkomstig en voor Neder
land bestemd, bedraagtvoor gefrankeerde brieven
12£ cent per 15 grammen; voor ongefrankeerde
brieven 25 cent per 15 grammen; voor brief
kaarten 5 cent; voor papieren en bescheiden,
monsters en alle gedrukte of daarmede gelijkge
stelde stukken, 2§ cent per 50 grammen; wegens
aanteekengeld 10 cent; voor berichten van ont
vang wegens aangeteekende stukken 5 cent.
Blijkens een bij het dep. van buitenl. zaken
ingekomen bericht, is door de Duitsche regeering,
bij wijze van tijdelijken maatregel, bepaald, dat
iedere te Berlijn komende vreemdeling verplicht
is een paspoort bij zich te hebben.
De leening van 6§ millioen, welke het gemeen
tebestuur van Amsterdam wenscht te sluiten (zie
tel. ber. in ons vorig nommer) strekt tot dekking
van 3.8 millioen, welke aan de 17 millioen, in
1874 opgenomen, onttrokken zijn voor aflossing
der leeningen van 1867 en 1871, en voorts tot
het betalen van verschillende openbare werken,
die in de eerste 6 jaren vereischt worden. De ge
bouwen voor het hooger onderwijs vorderen
daarvan 340,000, het lager onderwijs f 290,000,
het algemeen slachthuis f 900,000, de uitbreiding
der houthaven f 500,000, de verbouwing dèr
beurs f 150,000, de aanleg van nieuwe wegen
200,000 enz.
De gouverneur-generaal van Ned.-Indië heeft
door
HOOFDSTUK III.
GESPREKKEN.
„En geen wonder! ik schaam mij over ons
allen. Mijnheer Carlton is een zeer jong mensch
een vreemdeling en eenlgszins stijf in zijne ma
nieren; en toch heeft hij mij zooeven een lesje
van ware liefdadigheid gegeven dat ik niet licht
vergeten zal."
„Zoo waarlijk! Ik zou dat onbeschaamd
vinden van zulk een jong mensch. Wat mij
betreft, ik weet dat ik voor al de dames mijner
omgeving een voorbeeld ben van weldoen aan de
armen."
„O Christina, ik dacht bij dit geval niet aan
u. Gij zijt buiten kijf zeer liefdadig. Maar luister
nu eens naar hetgeen mijnheer Carlton gedaan
heeft. Hij is vroeg opgestaan om naar dit kind
te informeeren. Zij is1 in de straten van Londen
opgepakt, terwille van haar mooie figuurtje en
gouden lokken, en door den een of anderen heiden
wellicht voor een paar thalers verkocht. Nu heeft
den 16en Mei jl. den staatsspoorweg Soerabaya—
Pasoeroean met eene belangrijke redevoering ge
opend, waarin hij het gewicht en de voordeelen van
spoorwegen, bijzonder van den staatsaanleg, voor
Java uiteenzette, buide bracht aan het daartoe
door den minister van Goltstein genomen initia
tief en de hoop uitdrukte dat de gewichtige ont
worpen, door den minister van Bosse in denzelfden
geest ingediend, spoedig tot uitvoering mogen
komen.
Thans kunnen wij eenig, gelukkiga u-
t h e n t i e k nieuws vermelden omtrent de volks
beweging" tegen de schoolswetsherziening.
Woensdag werd in de tweede kamer over een
groot aantal verzoekschriften, op de herziening
betrekking hebbende, verslag uitgebracht.
Van een adres uit Winschoten zegt de commissie
voor de verzoekschriften: „Dewijl al de handtee-
keningen onder die requesten voorkomende,
blijkbaar met dezelfde hand geschreven zijn,
meent uwe commissie te moeten adviseeren deze
requesten, als in strijd met art. 9 der grondwet,
ter zijde te stellen".
Omtrent een request van „het katholiek kerk
bestuur uit Ootmaarsum", zegt de commissie:
„Dit request is geteekend niet door het kerkbe
stuur, maar door een aantal onbekende personen".
Yoorts zijn ingekomen 1003 adressen, die alle
gelijkluidend zijn, namelijk afschrift van het zoo
genaamde katholieken-adres. De commissie zegt
daarover
„Het is uwer commissie opgevallen, dat zeer
vele der onder gemelde requesten voorkomende
handteekeningen zich kenmerken door treffende
gelijkenis. Dewijl echter de meeste requesten
van een aanzienlijk aantal handteekeningen voor
zien zijn, heeft uwe commissie het niet bepaald
noodig geacht hieromtrent een nader onderzoek
in te stellen of voorstellen te doen".
Commentaren zijn hierbij overbodig.
Bij de jongste verkiezing van een lid van den
gemeenteraad der vorstelijke residentie, is het
Haagsche stembureau alweder „den tel kwijt"
geweest.
Bij de stemopneming in de vorige week zijn 1271 bil
jetten ingekomendaarvan zijn 10 als van onwaarde
ter zijde gesteld en bleven dus 1261 geldige over.
Maar door de optelling van de stemmen, op ver
schillende personen, volgens het proces-verbaal
van het stembureau uitgebracht, komt men slechts
tot het cijfer van 1251.
Hoe bet komt dat 10 briefjes niet aan het
publiek zijn voorgelezen, daarvan verklaart het
stembureau dat „niemand zich voldoende reken
schap weet te geven."
mijnheer Carlton aangeboden de zorg voor haar
in 't vervolg op zich te nemen, en er in toegestemd
Rienzi een mooie schadevergoeding te geven."
„Een menschelijke ziel koopen en verkoopen!
Noemt gij dat Christelijke liefde, senator?"
„Praat toch geen onzin en daal van dat Chris
telijk standpunt neder; dat past niet tusschen
ons. Als het kind heter wordt wil Carlton be
hoorlijk voor haar zorgen, om u echter geen
last te veroorzaken wordt zij voorloopig besteed
bij vrouw Frude."
„Dat is goed. De dokter zegt dat zij, als het
noodig is, van daag getransporteerd kan worden.
Maar nu over miss Gray. In ernst, papa, onder
ons gezegd, zal het voor allen het best zijn dat
zij ons terstond verlaat!"
„In allen ernst mama, zij zal niet heengaan.
Zij is bij ons gekomen uit het huis van uw
eigen broeder; zij is een vol jaar bij ons ge
weest; zij heeft zich in alle opzichten geschikt
en berekend betoond voor de plichten die zij op
zich heeft genomen, en zij zal zeker niet mijn
huis uitgezet worden omdat zij getoond heeft dat
het hart eener vrouw in haar boezem klopt.
Zeg Christina, hoe oordeelt gij in dit opzicht zoo
verkeerd?" Hierbij zag de senator zijn vrouw
vragend aan.
„Om u de waarheid te zeggen, papa" sprak zij
op ongewoon aarzelenden toon. „Ik moet wel
zien dat die mijnheer Carlton, die zoo comme il
faut is en zoo rijk
„Miss Gray bewondert! Natuurlijk doet hij
Daar nu volgens het proces-verbaal de heer
Rose, die in herstemming komt met den heer
Lans, slechts 9 stemmen minder heeft verkregen
r&in^ de meerderheid, vereischt om dadelijk be
noemd te worden, verzoekt het stembureau mach
tiging om de bussen opnieuw te openen en den
inhoud na te tellen. B. en W. van den Haag
hebben zich met dit denkbeeld vereenigd en stellen
aan den raad voor, de hertelling Woensdag e. k.
te 2 uren te doen geschieden.
Waar de leden van den gemeenteraad zóo
slecht kunnen tellen, is het niet te verwonderen
dat de slachtoffers van de Caribou zilver-, alias
watermijn voor een zeer groot gedeelte in den
Haag zijn gevonden
Op de algemeene en de huishoudelijke verga
dering der vereeniging tot afschaffing van ster
ken drank, welke Vrijdag en Zaterdag onder
voorzitterschap van Jhr. J. L. de Jonge, te Utrecht
gehouden werd, zijn redevoeringen gehouden door
den heer Schenk, secretaris der Rotterdamsche
afdeeling, prof. Hotstede de Groot en prof. La-
sonder, die allen het streven der vereeniging in het
licht stelden en met warmte aanbevalen.
Voor de aftredende leden van het hoofdbestuur,
die niet herkiesbaar waren, zijn in de plaats van
prof. C. B. Tilanus, ds. H. Brouwer, en dr. J. v.
d. Moer, gekozende heeren vice-admiraal Fabius,
te 's Hage, ds. E. J. W. Koch te Middelburg en
dr. H. B. van Rhijn te Katwijk a./d. Rhijn.
Tot aanvulling van het verslag werd o. a.
medegedeeld dat de gemeenteraad van Hoorn, bij
adres aan den minister van binnenlandsche zaken,
verzocht heeft om wegneming der belemmering
in de patentwet bestaande tegen de bevoegdheid
der gemeentebesturen, om verordeningen te maken
tot beperking van bet aantal gelegenheden, waar
drank verkocht wordt. Dit adres werd, als een
verblijdend verschijnsel, zeer toegejuicht en alge
meen was men van meening, dat die stap door
een soortgelijken van de vereeniging moest gevolgd
worden. Ten slotte vereenigde men zich met het
zenden van een adres aan den min. vanbinnenl. zaken,
waarin instemming betuigd wordt met en steun
verleend aan het adres van Hoorn, en het zenden
van een adres aan den min. van financiën, waarin
zelfstandig wordt aangedrongen op zoodanige
wijziging der patentwet, dat het bezwaar ver-
dwijne, 'twelk daaraan ontleend wordt tegen het
beperken van het aantal drankwinkels.
Daarentegen werden verworpen het voorstel om
een algemeen petitionnement aan de regeering uit
te lokken, ten einde „te doen uitmaken of de
sterke drank behoort tot de onschadelijke drink
waren, dan wel tot de vergiften"; alsmede het
voorstel om het weekblad „de Volksvriend" kos-
dat. Ik ken niemand zoo als zijen ofschoon
ons Lotje op haar manier ook een lief meisje is,
is zij toch een kind dat pas van school komt en
Carlton zou zich door haar nooit aangetrokken
voelen. Hij is zelf nog veel te jong om door de
bekoorlijkheden van een schoolmeisje getroffen te
wordendie behagen meer aan oudere heeren, die
meer geblaseerd zijn. Een man van vier en twintig
jaar heeft bijna altijd een ideaal van een vrouw
dat hij zoekt en somtijds meent gevonden te heb
ben; en ik zou denken dat Carlton dit redelijker
wijs kan denken, ten opzichte van miss Gray.
„Wilt gij daarmede zeggen dat mijnheer Carlton
werkelijk
„Ik wil werkelijk niets zeggen. Gij hebt uwe
oogen zoo goed als ik, als gij ze maar verkiest
te gebruiken. Gij zult spoedig genoeg zelf alles
uitvinden wat ik mij kan verbeelden ontdekt te
hebben."
„En hoe is het nu met die danspartij Als de
zaken staan zoo als gij zegt, is het onnoodig de
invitaties te zenden, ofschoon zij allemaal ge
schreven zijn."
„Onnoodig? Integendeel, er zal waarschijnlijk
meer reden voor bestaan dan ooit. Zend Ludwig
terstond er mede weg; ik wil het."
Het was zeker een ochtend voor gesprekken;
want toen Pearl mevrouw verlaten had, werd
haar gezegd dat er een jonge vrouw was, die haar
een oogenblik alleen wenschte te spreken. Pearl
aarzelde.
teloos op alle binnenlandsche stoombooten voor
het vervoer van personen, te doen verspreiden.
Men merkte, wat dit laatste voorstel betreft, op,
dat de hofmeesters en andere belanghebbenden
wel zorg zouden dragen, het waarschuwende
weekblad niet onder de oogen der reizigers te
laten komen.
Heden, de datum van invoering van het suc
cessie-recht in de rechte lijn, valt natuurlijk de
uitgave aan te kondigen van een volledigen her
druk der „wet op het recht van successie en van
overgang bij overlijden," zooals dit oorspronkelijk
in de wet van 13 Mei 1859, Stbl. no 36, vastgesteld
en vervolgens in de wetten van 28 Mei 1869,
Stbl. no. 95 en 9 Juni 1878, Stbl. no 95, gewijzigd
en uitgebreid werd. Alle drie deze wetten afzon
derlijk, zoowel als de artikelsgewijze aanduiding
der verschillende wijzigingen, benevens een alpha-
betisch register, treft men in de nieuwe uitgave
aan. Uitgever is de heer Tjeenk Willink te
Zwolle, in aansluiting aan de bekende Schuurman -
uitgave; bewerker de heer J. B. Vroom, ontvan
ger der registratie en domeinen te Bolsward.
polderbesturen. Benoemd tot gezworenen in
de poldersOoster- en Sir JanslandC. A. Brou
wer; Elisabeth: C. B.Thomaes; Alstein:P.Staal;
Leendert-AbrahamA. Markusse Az.Adriaan:
H. Roelof; Nieuwe Passageule: A. vanHijfte; de
Vier Bannen van Duiveland: J. Bevelander; Heer
JanszJ. de Kam Cz.Anna FrisoJ. Leen-
dertse Hz.SophiaA. van der MaasJacoba
E. van der Moere; Willem: M. Noordhoek; Soe-
lekerke: D. Remijnse; Oud-Noordbeveland: J.
Rijke; Zonnemaire: J. M. van den Bout; Drei-
schor: D. Klompe; Oud-Wolfaartsdijk: C. van
Damme; Oost-NieuwlandP. Koeman; Oost: J.
van Liere; Westerkerke: A. van Strien; water
schap Kruiningen: P. Kole Mz.; de vereenigde
polders van Ossenisse: J. de Waal; Nieuw Krab-
bendijke: A. deKokJz.Maags: J. ButijnMuije,
gemeente St. MaartensdijkL. WesterweelNieuw -
lande: J. Verlare Sz.ReigerhergschenJ. J. van
Gorsel Hz.OnrustP. IsraëlDeurloo, gemeente
Tholen: C. Christiaanse; Oude, te Sint Philips-
land: C. W. van NieuwenhuyzenThoorn: J. van
schouwen; Stads: A. C. Danckaerts; waterschap
de Vrije polders onder Tholen: C. Bierens en M.
Christiaanse; Nieuwenpolder (annex Stavenisse):
J. C. LuykMolenpolder: J. Scheelehet water
schap Oud-Vosmeer: W. H. van Gorsel; den
polder MoggershilH. Elenbaashet waterschap
Poortvliet: A. de Rijke en W. van de Vate; het
waterschap Hoedekenskerke: J. van Dijke; den
„Wie kan dat zijn?" vroeg zij aan Ludwig.
„Ik geloof dat zij komt spreken over dat kind
dat dien val gedaan heeft" zei hij.
Daarop ging Pearl terstond naar de kamer waar
de jonge vrouw haar wachtte.
„Gij verlangt mij te spreken vroeg zij in
het Duitsch.
De vrouw die er zoo bruin uitzag als een zi
geunerin, en zachte oogen had, antwoordde haar
in het Engelsch.
„Ja, miss. Gij toondet waar gevoel te bezitten
en gij zult goed zijn voor het arme kind. Ik heb
er drie van mij zelve en heb genoeg te doen om
hen in het leven te houden het zijn die drie
kleine acrobaten, die gij gezien hebt. Ik kon
nooit veel voor Izzij doen; maay ik bespaarde
haar soms een pak slaag en gaf haar nu en dan
wat soep of een hapje eten. Laat haar niet naar
den circus terug gaan, miss, het zou haar dood
zijn. Het is er alles met slaag ingekomen; dat is
zoo hun manier. Zij zou veel vlugger geleerd
hebben door een vriendelijk woord. Het was
zulk een lief kindMag ik haar nog eens zien,
miss? Voor mij zal zij niet bang zijn. Ik weet
alles van u en die mijnheer is heel trotsch op u.
Ik hoorde hem van morgen met Rienzi praten eu
hij vertelde hoe gij voor het kind zorgdet."
„Als zij slaapt zult gij haar zien," zei Pearl
een weinig verlegen met de wending welke het
gesprek genomen had. „Het kind zou schrikken
als zij wakker was; zij gilde het van morgen
uit bij de gedachte aan den circus."