N°. 119
121' Jaargang.
1878.
Dinsdag
21 Mei.
Op een eiland.
Dit blad verschijnt dagelijks,'
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentie!! 20 Cent per regel
Geboorte-V Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite C°. te Brussel en Parijs.
Middeiburg, 20 Mei,
van Miss THACKERAY.
Benoemingen en besluiten.
0 n d e r w ij s.
Kerknieuws.
Marine en leger,
n v
«=s5s>©-(
Op eene Zaterdag door burgemeester en wet
houders van Middelburg belegde bijeenkomst
van eenige ingezetenen is besloten zich aan te
sluiten bij de pogingen, door de hoofdcom
missie te Amsterdam en te 's Gravenhage aan
gewend, om Z. K. H. prins Hendrik, bij zijn
aanstaand huwelijk, een blijk te geven van de
achting en vereering, welke hij zich bij het ge
il eele Nederlandsche volk, zonder onderscheid
van rang, stand of woonplaats, heeft waardig
gemaakt en verworven.
Wij verheugen ons over dit besluit, dewijl
alleen op deze wijze, door algemeene mede
werking, iets waarlijk nationaals, dat alleen
daardoor reeds groot en indrukwekkend be
looft te zijn, tot stand gebracht kan worden.
Overtuigd dat de gevoelens van eerbied en
erkentelijkheidwelke wij prins Hendrik toe
dragen bij onze lezers weerklank vinden,
achten wij het overbodig een woord tot opwek
king hieraan toe te voegen. Op verzoek van
liet Middelburgsche comité laten wij hier de
oproeping volgen, door de hoofdcommissie tot
de natie gericht.
Nederlanders
Landgenooten
Een der meest geliefde telgen uit Neêrland's
vorstenhuis, Z. K. H. prins Willem Frederik
Hendrik der Nederlanden, zal zich met H. K. H.
prinses Maria Elisabeth Louise Frederika van
Pruisen in den echt verbinden.
Zoo luidde, voor eenigen tijd, de heugelijke
tijdingdie alom in Nederland met groote
vreugde werd hegioet.
En duizenden in den lande, die op zoovele
verschillende wijzen ondervinden en waardeeren
wat hij voor het Nederlandsche volk is, zullen
met ons de gedachte hebben gekoesterd, dat
thans het oogenblik voor Nederland gekomen
is cm te toonen hoe lief het zijnen prins Hen
drik heeft.
Daartoe roepen wij uwe krachtdadige mede
werking in i
Wij gelooven te handelen in den geest van
onzen doorluchtigen prins, wanneer wij op
15
Naar het Engelsch
IX.
„Ik ben wel toegeeflijk," stamelde Hester en
hukte zich om met bevende handen het kinder
manteltje om te passen.
Tot groote ergernis van Hexham kwam St. Ju
lian op dit oogenblik binnen.
„Gij hier, Hexham? Komt gij lord Ulleskelf
niet begroeten? Is het kind gereed?" vroeg hij.
„Zoo is het goed;" en hij nam het kleine meisje
in haar grappig Spaansch costuum mede, dat met
moeite zijne groote stappen kon bijhouden.
Hexham volgde hem tot aan de deur en keerde
toen langzaam terug.
Hester was uitgeput op den stoel, waarop zij
gezeten had, neergevallen en liet haar hoofd in
haar hand rusten, meenende dat het nu uit was
en dat Hexham de kamer had verlaten. „Het
kon mij niet schelen," zei zij bij zich zelve, zoo
als zooveel menechen zeggen, als zij in haar hart
overtuigd zijn dat zij slechts éen woord behoeven
den voorgrond stellen dat het karakter van
ons huldeblijk niet anders mag en kan zijn
dan algemeen Nederlandschzonder onder
scheid van rang en stand, gezindte of woon
plaats.
Er moet echter, met het oog op de spoedige
voltrekking van het huwelijksnel worden
gehandeld.
Vandaar dat wij de volgende beginselen
hebben vastgesteld:
Elke afzonderlijke inschrijving kan van ten
minste vijf en twintig cents tot tien gulden
bedragen. Hooger som van éen persoon wordt
niet aangenomen.
De namen en woonplaatsen der gevers zul
len allen, zonder vermelding der bijdrage, in
een album verzameld, aan het vorstelijk echt
paar worden aangeboden,
En terwijl de inzameling door het gekeele
land geschiedt, zullen wij gaarne de wenken
ontvangen van degenen, die ons willen voor
lichten in de keuze van eene gepaste en waar
dige bestemming der gelden.
Landgenooten!
Meermalen toonde het Nederlandsche volk
veel goeds en schoons tot stand te kunnen
brengen, en gaf het van zijne dankbaarheid
een duurzaam bewijs.
Welaan dan, landgenooten, laat ons ook
thans spoedig en eendrachtig handelen.
Amsterdam en ?s Hage, Mei 1878.
De Hoofd-Commissie voor het Nationaal
Huldeblijk,
Jhr. Mr. C. J. A. hen Tex, Voorzitter.
M. J. Acting Mees, 'sHage.
J. Boissevain.
Mr. J. L. de Bruijn Kops, 'sHage.
Generaal-Majoor W. M. Camp.
Schout hij Nacht j. van Gogiï.
Mr, W. C. Mees,
Jhr. Mr. W. van Rapfard, 's Hage.
Jhr. Mr. J. K. N. Quarles van Ueford 's Hageè
N. Teakranen.
Prof. P. J. Veth, Leiden.
A. C. Wertheim.
D. O. F. Westerman.
Mr. F. Th. Westerwoudt.
J. A. Willink W. Szn.
J. H. Br andes JHzn., Secretaris.
Volgens een bericht aan de Arnhemsche courant
te zeggen om een vriendelijk antwoord te krijgen,
dat zij hun hand slechts behoeven uit te steken
om door een andere hand gegrepen te worden.
Zij zeggen dit niet als alles werkelijk uit is en
zij nergens meer antwoord vinden. Nu en dan
werd Hester verteederd, maar zij was boos bij
de gedachte aan de mogelijkheid dat zij uitge
lachen en voor den gek gehouden was, terwijl zij
zelve met een waar, liefhebbend en vertrouwend
hart was toegetreden.
Hij kon zich niets aan freule Jeanne gelegen
laten liggen, maar hij had tegen Hester zelve
meer durven zeggen dan hij waarlijk gevoelde
en nu kwam het haar voor dat het haar doel en
haar streven moest zijn, Hexham te beletten iets
te gissen van hetgeen zij zich zoo dwaas ver
beeld had, Hexham, die teruggekeerd was en
die haar nu met innige, vorschende blikken stond
aan te staren. Zij richtte hare heldere ondoor
grondelijke oogen andermaal tot hem op en
trachtte zijn blik kalm te doorstaan maar zij
moest de oogen neerslaan voor dien blik.
„Hester," sprak hij nog eens, en bleef steken
daar hij voetstappen bij de deur hoorde. De arme
Hester werd vuurrood en bloosde weder over
dien blos. Had zij zich verraden? O, neen,
neen! Zij sprong op. „Ik moet gaan," zei zij.
Ach! zij zou naar haar vader gaan.
Daar was liefde, teedere, edelmoedige liefde, om
haar te beschutten, te beschermen en te helpen;
geen liefde gelijk deze, die slechts een valsch,
wreed spel was, gereed haar te verwonden.
uit den Haag zal de tweede kamer, na afdoening
der thans aanhangige wetsontwerpen, uiteengaan
en zal het antwoord van den min. van binnenl.
zaken op het vóórloopig verslag betreffende het
'schoolwetsontwerp niet vóór Juni worden inge
diend.
De som van 12,000, welke door het gemeen
tebestuur van Amsterdam beschikbaar is gesteld,
is bestemd voor het aanbieden van een afzonder
lijk geschenk aan Z. K. H. prins Hendrik. Deze
aanbieding namens het gemeentebestuur der hoofd
stad is eene beleefdheid, welke sedert jaren tegen
over alle vorsten uit het huis van Oranje wordt
in acht genomen.
Teyler's tweede genootschap heeft de volgende
vragen opnieuw uitgeschreven ter beantwoording
vóór of op 1 April 1880.
I, [Tit het vak der letterkunde:
„Men verlangt een critische behandeling van
P. 0. Hooft's Nederlandsche Historiën, waarin
niet' slechts de bronnen, die hij gebruikt heeft,
en de wijze waarop hij die heeft gebruikt, be
schreven en beoordeeld worden, maar ook inzon
derheid de berichten, die hij aan onuitgegeven
bescheiden en aan mondelinge overleveringen heeft
ontleend, worden getoetst aan hetgeen van elders
bekend is."
II. ïïit het vak der kunst:
„Men verlangt een historisch en critisch onder
zoek tan de beoefening der boutsneèkunst in
Noord-1 en Zuid-Nederland, van den oorsprong af
tot het midden der 16de eeuw. Hierbij begeert
men tevens eene zooveel mogelijk volledige be
schrijving der werken van hen, die in dat tijdvak
Kier te lande in deze kunst hebben uitgemunt."
De prijs bestaat in een gouden eerepenning, ter
innerlijke waarde van f 400.
Men meldt uit Breda:
De voorbereidende werkzaamheden voor de
feestviering ter gelegenheid van het 50jarig be
staan der Koninklijke militaire academie op 22
tot en met 26 September a. zijn in vollen gang.
Behalve de reünie van oud-cadetten en de feesten
hun vanwege de academie aan te bieden, zal ook
de burgerij zich allerwege beijveren het feest luis
terrijk te doen zijn, waarvoor zij reeds ruimschoots
heeft bijgedragen.
Een prachtige gedenkzuil, van het atelier van
den heer F. Hermus, zal in optocht aan de aca
demie worden aangeboden en een gedenkpenning
voor dit feest worden geslagen.
Naar wij vernemen zullen, behalve de volks
spelen, algemeene illuminatie en versiering der
„Dierbare Hester, ga niet heen! Blijf hier!"
smeekte Hexham toen zij zich naar de deur van
het atelier begaf. Hij had het oogenblik niet
gelukkig gekozen, de arme man, want freule
Jeanne die nog in het buiten-atelier was, hoorde
zijn stem, kwam aan de deur, keek even naar
binnen, keerde zich met een koddige uitdrukking
op haar gelaat om en haalde de schouders op.
Zij hadden haar beiden gezien. Hester zag nog
eens op met weifelenden, vragenden blik en
daarop volgde een oogenblik van stilte. Ilexham
begreep haar: een oogenblik te voren was hij
zacht gestemd geweest, nu wekte haar twijfel
zijn toorn op.
„Waarom zijt gij zoo hardvochtig tegen mij
barstte hij eindelijk in vollen ernst, eenigszins
gebelgd uit. Hoe kunt gij veronderstellen dat ik
ooit aan die onuitstaanbare vrouw gedacht heb?
Wilt gij mij gelooven of niet, als ik u zeg hoe
waarachtig en innig ik u liefheb en bewonder
Gij zijt de eenige vrouw die ik ken, die ik ooit
tot echtgenoote zou begeeren. Als gij mij ver
stoot, vernietigt gij al wat waar en goed is in
mijn karakter en verwoest gij mijn eenige kans
op zaligheid."
„Dat is geen manier van spreken," zei Hester
plechtig, met een kloppend hart. Zijn ruwheid
verschrikte haar en haar koelheid en zelfbeheer-
sching ergerden hemen toch kon hij haar plot
selinge ontroering van een oogenblik te voren
niet geheel vergeten. Het was een zonderlinge,
aarzelende aantrekking, welke deze beide men-
stad, de feestelijkheden bestaan in vauxhals in
het park Valkenberg, muziekuitvoeringen op de
Groote Markt, optochten en festival, en zal ook
eene feestcantate door de vereenigde zangers
met fanfare in het openbaar op een der feest
avonden en tooneelvoorstellingen plaats hebben,
terwijl door verschillende vereenigingen concour
sen worden uitgeschreven en eene tentoonstelling
zal gehouden worden van voorwerpen vervaardigd
door den werkman.
Breda zal haar naam als „Stad der Feesten"
getrouw blijven en de aangename plichten van
gastvrouw naar behooren toepassen.
politie. Benoemd, met ingang van 1 Juni a.,
tot hoofdcommissaris van politie te Amsterdam
mr. H. G. van Doesburgh, thans commissaris van
politie aldaar, en P. W. Steenkamp, thans kom-
mandant der brandweer aldaar.
wapencontroleurs. Eervol ontslag uit den
dienst verleend, behoudens aanspraak op pensioen,
met ingang van 1 Juli a., aan den wapencontro
leur 2e klasse G. C. Dujaarden en aan den wapen
controleur 3e klasse J. C. Tonus, beiden van de
inspectie der draagbare wapenen.
Naar wij vernemen heeft de heer mr. J. W.
Lasonder eervol ontslag verzocht uit zijne be
trekking als leeraar in de staats- en handelsweten
schap aan de gemeentelijke hoogere burgerschool
voor jongens te Goes.
De heer J. H. L. Roozemeijer, pred. bij de Ned.
herv. gem. alhier, heeft gisteren in de voormiddag
godsdienstoefening kennis gegeven, dat bij voor
het beroep naar Arnhem heeft bedankt.
Door den bisschop van Haarlem is de heer
J. H. Eeuwens benoemd tot kapelaan te Vlis-
singen en de heer P. D. A. Zondag, assistent te
Vlissingen, tot kapelaan te Heinkenszand.
Het stoomschip le kl. Atjehkommandant
Bunnik, doet heden dea laatsten proeftocht op
dp reede van Nieuwediep en zal den 25en e. k.
een reis ondernemen naar Lissabon en Madera,
om van daar naar den Helder terug te keeren.
schen tot elkaar scheen te brengen, die elkaar
liefhadden en toch koeL waren en die met hunne
schoonste kansen speelden en hun geluk baldadig
van zich stieten. Zij stonden tegenover elkaar
en waren nog altijd in twijfel, ontroerd, boos en
toch zacht.
„Hoe kan ik u vertrouwen," sprak de fiere
Hester, „na gisteren naNeen gij houdt
niet wezenlijk van mij, of
Het was geloof ik juist op dit oogenblik dat
zij buiten een soort van onderdrukten kreet en
daarna haastige voetstappen hoorden.
Hester ontstelde. „Was dat freule Jeanne?"
vroeg zij. „O, wat is er? O, is bet gekomen
Uitgeput, ontdaan wrong zij zenuwachtig hare
handen en keerde zich instinctmatig tot Hexham
om bijstand te zoeken.
„Liefste," sprak deze ontroerd en hare koelheid
geheel vergetende, terwijl hij alleen aan haar
dacht. - „Wat is er waarvoor zijt gij be
vreesd?" Onder bet spreken hield hij haar een
oogenblik tegen, door hare beide bevende banden
vast in de zijne te klemmen
Er werd verder geen woord meer gesproken,
maar van dat oogenblik af voelden zij dat zij
elkander toebehoorden.
„Ik weet niet waar ik bevreesd voor ben," zei
zij. „Kom mede, kom!"