N°. 105.
121® Jaargang.
1878.
Zaterdag
4 Mei.
Op een eiland.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco 3,50,
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent,
Advertentien: 20 Gent per regel.
Geboorte-" Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite C°. te Brussel en Parijs.
Gemeente-belastingen.
VERKIEZING.
Middelburg, 3 Mei,
FETJILLETOISr.
van Miss THACKERAY.
r"!
Spoorweg-dieverijen.
rr
BELASTING- OP DE HONDEN.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
maken bekend:
dat het kohier voor de plaatselijke directe
belasting op de honden voor het jaar 1878, waar
van de heffing is goedgekeurd bij koninklijk be
sluit van den 8 Maart 1873, no 17, ingevolge
art. 264 der gemeentewet, voorloopig door hen is
vastgesteld en gedurende veertien dagen, aanvan
gende Zaterdag den 4 Mei a., voor een ieder op
de gemeente-secretarie ter lezing zal zijn neder-
gelegd;
dat ieder die meent daartoe reden te hebben,
gedurende bovenvermelden tijd, volgens art. 265
der gemeentewet, tegen zijn aanslag bezwaren bij
den gemeenteraad kan inbrengen.
Hiervan is heden afkondiging geschied waar
het behoort.
Middelburg, den 3 Mei 1878.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
SCHOEEE.
De secretaris,
Gr. N. DE STOPPELAAE.
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
maken bekend
dat de inlevering van stembriefjes voor de be
noeming bij herstemming van een lid van de
provinciale staten van Zeeland zal plaats hebben
op Woensdag den 8 Mei a. van des voormiddags
9 tot des namiddags 5 uren op eene der boven
achterzalen van het raadhuis, terwijl de opening
dier stembriefjes zal geschieden op Donderdag
den 9 Mei 1878, des voormiddags te negen uren.
Middelburg, den 3 Mei 1878.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
SCHOEEE.
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAE.
Bij Prov. blad no. 48 wordt medegedeeld, dat inge
volge het door den koning goedgekeurde besluit
van gedep. staten de traktementen zijn vastgesteld
der navolgende burgemeesters en notarissen: die
van Yeere en van Eilland-Bath op f 350 voor
ieder; die van Vrouwepolder op ƒ300 voor ieder,
en zulks ingaande voor Veere en Vrouwepolder
met 1 Juli 1878 en voor Eilland-Bath met 1
Januari 1878. De jaarwedde van den secretaris
wordt met 7. verminderd wanneer deze betrekking
gelijktijdig met die van burgemeester bekleed
wordt. De tegenwoordige titularissen, die thans
eene hoogere bezoldiging genieten, behouden die
zoolang hun functie duurt.
Naar het Engelsen
ill.
De oude gouverneur had er bijzonder slag van
om den toorn van St. Julian op te wekken. Hij
onderwijst de kinderen evenals hij St, Julian
in vroegeren tijd onderwezen heeft, maar hij kan
niet onthouden dat hij niet meer de gouverneur
van St. Julian is en hij plaagt en ergert hem
voortdurend met zijn bijtend vernuft. Doch
St. Julian verdraagt dit met bewonderenswaardig
geduld ter wille van zijne hooge jaren en zijne
rampen.
Zooals zij van daag den heuvel beklimmen gaan
de ouden voorop, gevolgd door een zwerm jonge
meisjes en kinderen, waaronder zich het groote
zwarte hoofd van Hexham bevindt. Mijn kleine
meid loopt langs den rand van de duin met haar
lang glanzig haar, dat bijna evenzoo golft als
de zee. De twee oudste meisjes hadden roode
/jhawls om gehad, maar daar ze het te warm
Bij genoemd Prov. blad is tevens gevoegd een
volledige staat van het bedrag der jaarwedden
van den burgemeester en den secretaris van alle
gemeenten in Zeeland, welke naar het cijfer der
bevolking in 9 klassen verdeeld zijn.
Naar wij vernemen is de zomerdienstregeling op
15 Mei a. op den spoorweg Eoosendaal—-Vlissin-
gen aldus geregeld:
00 O OJ
TF CO
00 d
CQ
iO'
O
N 00
O
r? XO CM TJ1
yo ie cd
CM
d
O
i—1 r-J
d d
o
iO CM TJI
CM r-H CM
CM CO
cd
CO T?
cd GO
s.
Ci d
O
r? CM
Tji id
O o$
co co
co co CO
CM
cd
o
cm'
CO
iO CM co
O»
O
ESJ
.2
CS eq M
m m cs S f»
Men schrijft ons uit Vlissingen
De westelijke ebdeur der voormalige marine-
sluis is gisteren avond met goed gevolg op de
hoogte gekomen, om haar met den onderkant op
den wal te zetten, waar zij nu nog staat. Als
men bedenkt dat deze sluisdeur op een gewicht
van 40,000 kilo's geschat wordt, en omstreeks
negen meters hoog opgeheschen moest worden,
dan kan men begrijpen dat de aannemer met dat
aanvankelijk goed gevolg tevreden zal zijn. Twee
volle dagen is men daaraan werkzaam geweest
en dat dit zware lichaam zóo lang in de takels
moest blijven hangen, deed wel eenige vrees voor
een of ander ongeluk ontstaan. Gelukkig is dat
achter den rug. Het neerstrijken van de deur en
het vervoer naar de overzijde van' het dok is
echter nog een werk dat niet licht geacht mag
worden
Bij de tweede kamer is o. a. ingekomen een
adres van de afdeeling Sint Annaland der schip-
persvereeniging „Schuttevaer," omtrent de door
vonden, gaven zij die aan de jongens om te dra
gen. Die shawls wapperen nu als vaandels in de
lucht terwijl de jongens een grafterp bestormen,
waaronder de gebeenten der vroegere Deensche
veroveraars begraven liggen. De welluidende
jonge stemmen weerklinken over de heide als zij
elkaar toeroepen.
Hester komt achteraan met Margaretha, de
vrouw van Willem. Hester met die geheim
zinnige, lieve oogen en dat zachte haar. Het is
niet zeer zwaar, maar het omhult haar lief
hoofdje als een glanzige donkere wolk. Zij ziet
zeer bleek, maar hare lippen zijn frisch rood en
als zij glimlacht bloost zij. Hester is lang, even
als al hare zusters. Helena wandelt een weinig
vooruit met de kinderen van Willem en drijft
hen terug van den rand van 'tduin, waar die
kleine bengels altijd heendringen.
De zon begint met een zonderlingen glans
onder te gaan en alle toppen worden verlicht;
al die menschen zien elkaar met verrukking aan.
Ulleskelf en St. Julian breken eindelijk ook hun
gesprek af en wenden hunne blikken naar de zee
„Zie die vurige streep op het water," zeidelord
Ulleskelf.
„Wat een heerlijke avond," zei St. Julian.
„Hester zijt gij daar?"
Hester was er, met een paar lieve, bewonde
rende oogen. Haar vader legde zijn hand lief
kozend op haar schouder. Er was een aandoen
lijke sympathie tusschen hen beiden; zij waren
er op gesteld samen te bewonderen, samen te
provinciale staten van Zeeland voorgenomen plaat
sing van een steiger aan het eiland Tholen, alsmede
een adres der maatschappij tot bevordering van
landbouw en veeteelt in Zeeland betreffende het
wetsontwerp tot herziening van de belastbare
opbrengst der ongebouwde eigendommen.
Z. M. de koning zal morgen ochtend te 11 uren
een bezoek brengen aan de koninklijke fabriek van
stoom- en andere werktuigen te Amsterdam en te half
twee tegenwoordig zijn bij het leggen van den
eersten steen voor het nieuwe gebouw der kweek
school voor de zeevaart.
Op de gisteren te Utrecht gehouden vergadering
der vereeniging voor Christelijk nationaal school
onderwijs is besloten, lo een adres tot de tweede
kamer te richten betreffende het school wetsontwerp,
en 2o.op voorstel der heeren Kuyper, de Geer
en de Savornin Lohman, na eventueele aanneming
van het ontwerp, een volks-petitionnement aan
den koning op touw te zetten.
Uit den Alblasserwaard schrijft men het vol
gende aan de Haarlemsche courant over de werken
aan den Eotterdamschen waterweg, waaruit blijkt
dat men aan den strijd a force van millioenen
vooreerst nog geen einde wenscht te zien:
„Men betreurt het, dat de uitgegeven millioenen
nog tot geen volledig resultaat geleid hebben.
Zoolang echter de hoofden niet, als die te IJmui-
den, tot 3 a 4 meter boven gewoon hoog water
opgewerkt zijn, zullen de bestede gelden weinig
baten, want tegen de Noordzee is geen baggeren
mogelijk. De tegenwoordige dammen vervullen
meer de rol van slijk- of, wil men liever, zand
vangers, zooals er hier langs de rivieren en in
den Biesbosch meer gebruikt worden en ook voor
de aanhechting van Ameland aan den Friesehen
wal dienst moeten doen. De havendammen in
de Zuiderzee hebben voldoende geleerd, dat er
tusschen lage havendammen geene diepte te hou
den is. Wel heeft men daar het bezwaar, dat er
voor den mond van door voldoend hooge dammen
beschermde havens zich eene bank vormt, maar
de ondervinding heeft reeds geleerd, dat deze
moeielijkheid in de Noordzee minder te vreezen
is. De kosten tot deze verhooging kunnen toch
zoo bijzonder groot niet zijn, daar het moeielijkste
werk, van den zeebodem tot aan hoog water,
reeds verricht is en er dus een voldoende grond
slag is om de meerdere hoogte met betonblokken
op te werken. Van groot belang zou een diepe
Maasmond voor deze streek zijn; de uitgebreide
zuivel-, vee- en hennepbandel, de belangrijke
fabrieken en scheepswerven verlangen er alle
even sterk naar; ook in het belang der visscherij
roemen. In zorg of leed zocht St. Julian zijn
vrouw opin geluk scheen hij zich instinctmatig
tot zijn lievelingsdochter te wenden.
De bekoorlijkheid van Hester viel niet iedereen
terstond in het oog. Zij had iets van die liefe
lijke, eenvoudige melodieën, die u bijblijven als
gij ze eens gehoord hebt, of van enkele bloemen,
wier zachte, fijne geur slechts tot u komt als gij
er een poos op gewacht hebt.
Hexham, bijvoorbeeld had tot nog toe mevr.
Beverley oneindig meer bewonderd dan haar
zuster. Hij vond Hester wel mooi; maar niet
bevallig; terwijl dat zachte lieve jonge moedertje,
wier verstandige oogen verder schenen te zien
dan de ondergaande zon, en te vergeefs trachtten
het verafgelegen werelddeel te bereiken, waar
haar man de zon nu weldra zou zien opgaan,
iedere snaar in zijn mannelijk gemoed deed tril
len. Doch toen vader en dochter elkaar aanzagen
scheen iets in het gelaat van het jonge meisje
een flauwe weerkaatsing van de reine ziel daar
binnen hem te treffen en iets te onthullen,
zonder dat hij zelf wist wat het was. Het kwam
Hexham voor dat hem eensklaps de schellen van
de oogen gevallen waren, en het was hem alsof
Hester op dat oogenblik voor hem geopenbaard
werd. Zij ging een eindje voort met twee van
de kinderen, die zich bij haar gevoegd hadden.
De jonge man volgde haar met de oogen en ont
stelde bijna toen iemand hem aansprak.
Terwijl St. Julian opwandelde begon hij allerlei
effecten en combinaties te overwegen. De groote
Wordt ze gewenscht, daar men oordeelt, dat steur,
zalm, elft enz. evenzeer naar ruim en diep water
verlangen als ijzeren sleepkeenen, Keulenaars en
Waalponten."
Door den gemeenteraad van Botterdam is gis
teren het voorstel van Burg. en Weth. behandeld
betreffende de oprichting van een droog dok. Na
discussie werd met 32 tegen 3 stemmen een
amendement aangenomen van den heer van
Gennep, dat wat de oprichting betreft overeenkomt
met het voorstel van Burg. en Weth., doch ten
aanzien der exploitatie daarvan afwijkt. Het luidt
aldus
a Voor rekening der gemeente een droog dok
te stichten, op zoodanige plaats en wijze als nader
door den raad zal worden bepaaldb. De exploi
tatie te doen plaats hebben in eigen beheer der
gemeente, op de wijze bij verordening nader te
regelen.
O.-I. MAILDIENSTEN.
Via Brindisi 10 Mei, 24 Mei, via Marseille 17
Mei. De booten van Marseille vertrekkende doen
Eiouw, Banka en Palembang niet aan.
Stoombootmaatschappij „Nederland". Eerst
volgende expedities van Nieuwediep naar Padang,
Batavia, Samarang en Soerabaija11 Mei „Cele
bes", gezagv. C. A. Bakker1 Juni „Koning
der Nederlanden", gezagv. A. G. M. Bruyns.
Ned. mail via Napels per stoomvaartmaatschappij
„Nederland".
De verzending heeft plaats des Maandags om
de drie weken. Eerstvolgende verzending 20 Mei.
Eotterdamsche Lloyd. Eerstvolgende expeditie
van Botterdam naar Padang, Batavia, Samarang
en Soerabaija 8 Mei stoomschip „Overijssel",
gezagv. W. S. Kramers
Omtrent de arrestatie te Zevenbergen van drie
spoorwegdieven, beambten van de Grand Central
Beigemeldt de Bredasche courant het volgende:
De zaak lekte uit op de volgende wijze. Met
den middagtrein van Botterdam was o. a. aan
gekomen een mand schol, bestemd voor Ouden
bosch. Onderricht, dat daaruit ontvreemd was,
reisde de veldwachter G. Bek mede en liet bij
aankomst aldaar de mand wegentoen bleek
dat het gewicht niet meer overeenkwam met dat
wat vermeld was op den vrachtbrief. Teruggekeerd,
vond hij spoedig den dader uit, 't geen tevens
aanleiding gaf tot de ontdekking van vroegere
diefstallen en tot de aanhouding van een drietal
personen, die gevankelijk naar Breda zijn gebracht
nadat zij hunne schuld hadden bekend aan den
burgemeester.
kleurënmenger verstond beter dan iemand anders
zijn kleuren natuurlijk en harmonisch te schikken;
en hij wendde zich eensklaps tot Hexham, die een
photograaf was en nu werkelijk als een Zigeuner
rondreisde om onderwerpen voor zijne camera te
zoeken, zeggende:
„In vele gevallen komt mijn kunst de uwe nabij,
maar hoe hulpeloos staan wij beiden tegenover
een schouwspel gelijk dit. Het maakt mij somtijds
waanzinnig als ik bedenk dat ik, de man met de
verfpotjes, tracht zulke wonderen weer te geven."
„Gelukkig zullen zij zichzelven weergeven of
het u gelukt of niet," sprak de gouverneur.
St. Julian zag hem met zijne sprekende oogen
aan. De oude man had in zijn eenvoud gespro
ken, het was niet zijn bedoeling geweest lomp te
zijn, en de schilder zweeg.
„Mijn kunst, is half bedrevenheid, half hazard
spel," zei Hexham. „Wanneer deze beiden mij
begunstigen zal ik mij beloond rekenen voor al
den tijd, al het geld en al de chemicalieën die ik
verspild heb."
„Hebt gij ooit beproefd figuren in het volle
zonlicht te photographeeren vroeg lord Ulles
kelf naar Helena ziende, die met een paar kinde
ren bij Hester stond.
Zij beschutte hare oogen voor den lichtstroom,
die een stralenkrans om hare hoofden vormde en
en er was iets ongekunsteld liefelijks in dien
groep met die witte kleedjes en die neerhangende
lokken. Er hing een tros bessen en groen in het
haar der kleine Suzannahet licht der jeugd, de