Telegraphische berichten. Vergadering „Volksonderwijs". Benoemingen en besluiten. Marine en leger, Koloniën. r Rechtzaken. De S taats-courant behelst heden het volgende bericht Als vervaardigers der best gekeurde ontwer pen voor een nieuw universiteitsgebouw te Leiden, ingekomen ter beantwoording van de daartoe strekkende prijsvraag en gemerkta Vivat Aca- demia; Quis; c Eigen kunst is eigen leven; d Qui hasarde gagne, Wer wagt gewinnt'e Art et science, hebben zich doen kennen: van a de heer L. Bohnstedt, architect en hofraad te Gotha van b de heeren Tarring en Wilkinston, te Lon den; van c de heeren Gebroeders E. en W. Men gelberg, te Utrecht,; van d de heer Oscar Spetzler, bouwmeester te Bochum, in Westfalenvan e de heeren J. H. M. Brekelbaum en G. H. Wiegand) te Hamburg. De gisteren te Utrecht gehouden buitengewone algemeene vergadering der vereeniging „Volkson derwijs" werd door een groot aantal afgevaardigden bijgewoond. De beraadslaging was zeer opgewekt, doch bood, uit den aard der zaak, zeer weinig nieuwe gezichtspunten aan. Enkelen daarvan laten wij, behalve de vermelding der genomen besluiten, hier volgen. Op voorstel van het hoofdbestuur werd in de eerste plaats in stemming gebracht en met 148 tegen 4 stemmen aangenomen de volgende motie „De vergadering geeft aan het hoofdbestuur de opdracht1° tot den minister van binnenlandsche zaken een adres te richten, gegrond op het prae- advies, voorkomende in den Bode n° 2 van 1878, behoudens en onverminderd de besluiten, die nog door de vergadering genomen zullen worden, 2° een afschrift van dat adres te zenden aan de tweede kamer der staten-generaal." Bij de discussie over den leerplicht deed de heer Domela Nieuwenhuijs, van den Haag, een voorstel tot het invoeren van kosteloos en verplicht onder wijs" met eene bijdrage aan het bijzonder on derwijs in evenredigheid tot het aantal school gaande kinderen. De voorsteller zette uiteen dat de volksschool niet neutraal is of kan zijn en dat daarom aan de wenschen der anti-revolutionairen, welke billijk zijn, moet tegemoet gekomen worden. De heer Kerdijk betoogde dat dit gevoelen van den heer Domela Nieuwenhuijs met het reglement van „Volksonderwijs" in strijd is en dus eigenlijk niet in deze beraadslaging thuis behoorde. De heer de Kan ter, van Middelburg, stelde voor den leerplicht met tusschenpoozen voor kinderen van verschillenden leeftijd in te voeren, zoodat die eerst geleidelijk na tien jaren algemeen zou worden toegepast. Nadat het opnemen van den leerplicht als be ginsel in de wet nog door eenige sprekers verde digd en door de heeren Duparc, van Leeuwarden, en Belinfante, van den Haag, bestreden was, werd met algemeene stemmen op vier na eene motie aangenomen, door den heer Kerdijk voorgesteld, luidende dat de vergadering overga tot de orde van den dag, onder betuiging van leedwezen dat de leer plicht niet in de wet is opgenomen en daarin evenmin de toepassing daarvan wordt voorbereid. Ten opzichte van het kosteloos onderwijs werd, mede cp voorstel van den heer Kerdijk, het ge voelen van het hoofdbestuur, nedergelegd in zijn prae-advies, aangenomen, hetgeen nederkomt op het uitspreken der wenschelijkheid van kosteloos onderwijs voor ieder die het verlangt. Ten aanzien der vergelijkende examens voor de onderwijzers, werd besloten zich tegen het behoud daarvan niet te verzetten. Omtrent het voorbereidings- en het herhalings- onderwijsde inrichtingen voor opleiding van onderwijzers en het aandeel van den staat in de kosten van het lager onderwijs, vereenigde de juist met zijn bovenlijf boven de draperie uit en hield met de eene hand een potje met vloeibare gips. „Eerwaarde," jammerde hij, „de ratten havenen het altaarkleed zoodanig, dat ik hunne gaten heb moeten dichtstoppen." „Gij zijt een goede dienstknecht," zei ik droog jes; „maar nu gij toch zoo veel gips bij u hebt, zal ik u een plek in den grafkelder wijzen waar gij ook eenige gaten moet dichtstoppenik vree3 dat de ratten geknabbeld hebben aan de kist van St. Stanislas." „Het is boos ongedierte," merkte Nicolaasaan, en volgde mij, als was hij begeerigmij van dienst te kunnen zijn. „Deze trap af," zei iken toen wij een twaalf tal steile treden waren afgedaald en den graf kelder, waar dag en nacht een lamp brandt, be reikt hadden, liet ik hem voorgaan, trok de deur achter hem dicht, deed haar op slot en riep door het sleutelgat„Men zal u niet noodig hebben voor tegen den avond, Nicolaas, dus kunt gij den heelen namiddag met de ratten doorbrengen." „Maar ik heb nog niet gegeten, eerwaarde," betuigde hij, terwijl zijn stem in het gewelf er barmelijk klonk. „Ongetwijfeld zal St. Stanislas het offer van uw middagmaal in aanmerking nemen en u dub belen eetlust voor het avondeten schenken was mijn antwoord, en ik keerde, in mijn vuistje lachende terug. Casimir Barinski was wegwant jk had hem door een teeken verzocht zich te vergadering zich met het prae-advies van het hoofdbestuur. De vergadering nam omtrent art. 21 het besluit dat het leerplan, de regeling der schooltijden, de klassenindeeling en de lijst der bij het onderwijs te gebruiken boeken behooren te worden ontworpen door het hoofd der school, goedgekeurd door den schoolopziener en vastgesteld door burgemeester en wethouders, met beslissing door den minister bij verschil van inzicht. Ten slotte werd de volgende motie van het hoofdbestuur met groote meerderheid aangenomen „De vergadering is van oordeel, dat voor het welzijn van het volgende geslacht en tot hand having van den rang, dien Nederland toekomt, door de school krachtiger moet gearbeid worden dan het geval kan zijn, indien het regeerings- ontwerp onveranderd wet wordt. Het geeft niet wat het vrijzinnige deel van het Nederlandsche volk het recht had thans te verwachten, en daar om dringt zij aan met al den ernst, die in haar is, op aanvulling en verbetering". commissarissen des konings. Op verzoek eer vol ontslag verleend aan mr. P. C. baron Nahuys als commissaris des konings in de provincie Overijsel, met dankbetuiging voor de vele door hem den lande bewezen diensten. universiteiten. Op verzoek eervol ontslag verleend aan mr. N. P. J. Kien als curator der rijks universiteit te Utrecht, met dankbetuiging voor de goede diensten door hem in die betrek king bewezen; en als zoodanig benoemd mr. W.R. Boer, burgemeester van Utrecht. ministerieele departementen. Benoemd, met ingang van 1 Mei a., bij het departement van binnenlandsche zaken tot commies H. J. G. Ewijk, thans adjunct-commiestot adjunct-commies jhr. mr. J. Beelaerts van Blokland, advocaat te 's Gravenhage. leger. Dp verzoek op pensioen gesteld, ten bedrage van I 900 'sjaars, de le luitenant A. K. van der Garden van het 4e regiment infanterie. TELEGRAPHiE. Pensioen verleend, ten bedrage van f 598 'sjaars, aan den gewezen opzichter le klasse bij de rijks-telegraaf A. L. Wachter. Volgens een bij het département van marine ontvangen telegram is Zr. Ms. ramtorenschip „Koning der Nederlanden", onder bevel van den kapitein ter zee W. Enslie, den 20en dezer te Bombay aangekomen. Aan boord is alles wel. Bij beschikking van den minister van koloniën, van den 20en April jl., is H. B. de Boer gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal van Nederlandsch-Indië, om te worden benoemd tot derden stuurman bij de gouvernements-marine daar te lande. Ter jongste terechtzitting van het gerechtshof te 's Gravenhage, werd behandeld de zaak van A. B., geïntimeerde van een vonnis der rechtbank te Middelburg dd. 30 November, waarbij hij van de hem ten laste gelegde feiten was vrijgesproken. De feiten waren die, dat hij te Rilland, zonder daartoe bevoegd te zijn, langs den spoorweg had geloopen en den rijksveldwachter K., die hem daarover onderhield, een stomp had gegeven. De advocaat-generaal mr. Gregory was van oordeel, dat het loopen over den spoorweg niet overtui gend was bewezen, wel daarentegen de geweld- verwijderen; dus alleen zijnde knielde ik neder op de steenen en zond een gebed op voor zijn welzijn en dat zijner bruid Joulka. Ik had geen bepaald bewijs dat Nicolaas Le- vitsky een spion was, maar gezegden, die ik op verschillende tijden had geuit, waren uitgelekt zonder dat het mogelijk was dat iemand anders dan hij de verklikker kon zijnbuitendien heeft iedere katholieke priester in Fólen éèn spion in zijne sacristie en er bestonden dus redenen genoeg om den man in den grafkelder opgesloten te houden, totdat Casimir en de Zezioffs Dolw ver laten hadden. Éen woord van hem aan de po litie zou al onze plannen verijdeld hebben. Om vier uren 's namiddags vertrokken Joulka en haar moeder met de diligence die van Dolw op Gerinsk rijdt, waar zij op den trein zouden gaan naar Posen. Er bevonden zich de gewone politiebeambten met hoog toegeknoopte jassen op de afrijplaats der diligence, die nauwkeurig de passen onderzochtenmaar Joulka en haar moe der waren niet opgegeven als staande onder ver bod van te reizen en dus kregen zij zonder opont houd verlof zich neder te zetten op de bestoven kussens van het rijtuig. Mevrouw" Zezioff was eeu weinig aangedaan bij het verlaten van de stad waar zij sedert haar huwelijk gewoond had maar Joulka was zeer opgeruimd en praatte vroolijk met mij, terwijl haar bagage en die van haar moeder op de kap van het rijtuig geheschen werd. Eindelijk klom de Ukranische koetsier met zijn witte kiel op den bok, vatte de teugels pleging. Hij requireerde daarom de vrijspraak op het eerste punt, maar schuldigverklaring aan het slaan van een bedienend ambtenaar onder het waarnemen van zijn dienst en veroordeeling tot celstraf van 15 dagen. Na re- en dupliek bepaalde het hof de uitspraak op 25 dezer. Daarna werd behandeld de zaak van J. R. e. s. Door dezelfde rechtbank waren bij vonnis van 15 Februari de le en 2e beklaagde ieder tot celstraf van 3 maanden en de le nog daarenboven tot f 8 boete veroordeeld, omdat zjj een ouden man, zekeren F. Rte Goes, hadden mishandeld, die daardoor een vrij ernstige kneuzing aa,n de borst bekwam, terwijl de le nog aan zekeren P. G. een slag had gegeven. De 3e werd vrijgesproken. Adv.-gen. mr. Gregory requireerde de bevestiging van het vonnis. Na re- en dupliek bepaalde het hof de uitspraak op 25 April. Vaderl.) Maandag jl. heeft in de omstreken van Hulst en Lamswaarde een allerhevigst onweder, vergezeld van een geweldigen stormwind, hagel en stortregen, gewoed, waardoor schuren uiteen gerukt, daken weggeslingerd en muren als 't ware omgewrongen weiden. De zeildag van de „Willem Barents" naar de IJszee is volgens het Utr. Dbl. bepaald op 4 of 5 Mei a. De proeftocht met den stoomtramwagen te 's Hage is gisteren ochtend te 10 uren onderno men, in tegenwoordigheid van den burgemeester, de wethouders, een aantal raadsleden, den gemeente architect en eenige deskundigen. De proeftocht naar Scheveningen en terug langs den nieuwen weg werd binnen betrekkelijk korten tijd volbracht en slaagde naar wensch. De krommingen werden bij langzaam rijden zonder hindernissen omge trokken. Het stilhouden leverde niet het minste bezwaar op; het geschiedde zelfs nog spoediger en vaster dan met de door paarden getrokken rijtuigen. De Nederlandsche Rijnspoorwegmaatschappij zal eerstdaags insgelijks een proef nemen en wel met de Merryweather-machineszij zal daartoe haar traject den Haag—Voorburg doen berijden. De „Gouvernestraat" onder Delfshaven schijnt eene zeer bijzondere buurt te zijn. De Delfsha- vensche courant deelt omtrent de daar heersehende gewoonten het volgende mede. Zekere eigenares wilde een achterstalligen huur der lozen. Het was echter al een zeer bijzondere huurder, waarmee ze té doen had. De man wilde vertrekken, maar dan moést hij eerst een rijks daalder hebben, zonder welken hij geen andere woning betrekken kon. Nu besloot de huisvrouw, aan wie hij f 60 schuldig was, zich deze opoffering wel te getroosten, maar niet dan onder getuigen, daar ze anders vreesde dat de ontvangst mocht worden ontkend. Zoo gebeurde het, en het ver langd bedrag werd onder getuigen ter hand gesteld! Een ander huurder van zekere kamer had al het los houtwerk, dat onder zijn bereik was, opgestooktbedsteêplanken, planken uit de kasten enz. enz., en was juist van plan aan de vloer te beginnen, toen hij genoodzaakt werd te vertrekken. De zuinige vrouw van een handwerksman te Nieuw Buinen, had een muntbiljet va» f 50 reeds vele jaren bewaard. Toen zij dezer dagen het kleinood wilde wisselen, kwam zij tot de treurige ontdekking, dat het niet meer gang baar was. Men wendt nu bij den min. van finan ciën pogingen aan om eene uitzondering te maken. Het ware wel zoo secuur en veel voordeeliger ge weest het geld in een spaarbank te beleggen. (N. v. d. D De commissie uit de leden van den raad der gemeenten Breda, Oosterhout enT ilburg, in van zijne drie, door vliegen gekwelde paarden, klikte met de tong en klapte met de zweep. Joulka wierp mij een kushand toe, en hare moe der wenkte met de hand, toen de zware gele koets het plein afschommelde en in de straat verdween onder het gejuich der kleine Joden jongens en het geblaf van die tallooze bonden, die onbeheerd langs de straat mogen loopen. Toen de diligence weg was slaakte ik een zucht van verlichting en ging de vespers doen. Tot op het laatste oogenblik had ik gevreesd dat Paulina Marienha bevel zou geven om de Zezioffs in hechtenis te nemen. V. Ik deed de vespers dien dag zonder hulp van mijn sacristijn en het was over zessen toen ik in den kelder nederdaalde om hem te verlossen. Hij zag er uit als iemand, die een geest gezien had en bovendien uitgehongerd was; en gelijk ik verwachtte was zijn eerste gedachte naar huis te gaan om te eten, zoodat het niet waarschijnlijk was dat hij in het eerste uur iets aan de politie zou gaan openbaren. „En als hij het doet," peinsde ik, „zal hij gaan vertellen dat Casimir morgen als een boer verkleed naar Kaptcha ver trekt, zoodat onze vijanden toch op een dwaal spoor gebracht worden." Lachend over de poets die ik dien vriend ge speeld had, sloot ik de kerkdeuren, nam de zake den aanleg van een scheepvaartkanaal van de Zuid-Willemsvaart bij Eindhoven langs Tilburg naar den Amer, zal haar eerste bijeenkomst, in tegenwoordigheid van den heer Bake, hoofdinge nieur van den provincialen waterstaat, houden op het raadhuis te Breda, op den 30en dezer. De nieuwe toegangsweg naar het centraal station te Rotterdam, is geheel voltooid. Alleen is nu nog te hopen, dat de rabatten aan beide zijden van den stationsweg spoedig kunnen ver dwijnen. Gisteren morgen circa half zes uur is in een stoom-salamoniakfabriek, op het Korte Blee- kerspad te Amsterdam, de stoomketel gesprongen. In de fabriek moet ernstige schade zijn aangericht en een der werklieden het leven verloren hebben. Vrijdag avond had te Maassluis het volgende plaats. Den winkelier v. S.op de markt, scheea het te hinderen, dat eene op zijne stoep staande bank des avonds door visscbersjongens en anderen werd ingenomen. Om hun dit af te leeren, daar waarschuwingen niet hielpen, besloot hij, in plaats van eenvoudig de bank binnen te halen, eenige draadnagels met de punten naar boven er door heen te slaan. Toen men dit gevoelig ge waar werd, groeide in een oogenblik de menigte voor zijn woning zóo aan, dat men het ergste vreesde. Op de stoep staande ledige kisten werden klein gemaakt, met de politie geen rekening ge houden, de bedreigingen werden al stouter en stouter, toen de burgemeester zich tusschen de menigte begaf, zeggende, dat hij des anderen daags den heer v. S. wel vinden zou, maar hen nu verzocht huiswaarts te gaan, waaraan ook lang zaam werd voldaan. Tegen v. S. schijnt proces verbaal te zijn opgemaakt voor het na zonson dergang op zijne stoep hebben van losse goederen. binnenland 'sGraven!»«ge. Heden werd alhier de al gemeene vergadering der Hollandsche maatschappij van landbouw gehouden. Na een langdurig debat werd met groote meerderheid beslist dat herzie ning der grondbelasting noodig is, doch dat, tot wegneming der onbillijkheden in de heffing, de her ziening met regeling van het kadaster gepaard moet gaan. De grondslag der huurwaarde is juist, doch de gewone polderlasten moeten in mindering van de belastbare huurwaarde strekken. Zevenbergen. Bij de verkiezing van een lid der tweede kamer zijn uitgebracht 1684 stem men. Daarvan verkreeg de heer Diepen 650, de heer van de Werk 549 en de heer Wijnmalen 476 stemmen, zoodat eene herstemming tusschen beide eer3tgenoemden noodzakelijk is. Amsterdam. Door den gemeenteraad zijn benoemd tot professoren aan de universiteit te Amsterdamin het Romeinsch recht dr. Max Cohn, hoogleeraar te Zurich in de geschiedenis der godsdiensten dr. Chantepie de la Saussaye, predikant te Hemmen. 's Gravenhage. Het gerechtshof alhier heeft heden in hooger beroep uitspraak gedaan in de zaak van de erven de Bie, te Zierikzee, tegen de erven Nelemans, betreffende opvordering eenér som van f 7113.55 met 5 jaren rente a 5 pet. In ons nommer van 23 Maart des vorigen jaars maakten wij van deze procedure meer uitvoerig melding. Het geldt hier geldt eene met fideicommis bezwaarde erfenis. De vordering berustte op eene notarieele schuldbekentenis van 8 April 1810, waarbij de heer N. verklaarde f 7113.55 te hebben geleend van A. de B.grootmoeder der eischers, en van die som rente te zullen betalen a 5 pet. 'sjaars aan haar en bare kinderen, en het kapitaal zelt te zullen aflossen aan hare kindskinderen, na opzegging. sleutels meê naar huis, en nadat ik gesoupeerd had met eenige forellen uit den Weichsel, kleedde ik mij voor een bezoek bij de gravin, die ik meer uit nieuwsgierigheid verlangde te zien, dan omdat mijn bezoek op dat oogenblik iets kon uitwerken. Op weg daarheen kwam ik langs den pottenwinkel van Stanislas Planiwitz, en zag Maeha aan de deur staan, met haar jongste kind op den arm, dat een roosje in de hand hield door dit afgesproken teeken wist ik dat Casimir Barinski veilig aan boord van de stoombarkas was gekomen. Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 2