N«. 87. 1878. V rijdag 12 April. 121e Jaargang. Dit blad verschijnt dagelijkss met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentieni 20 Gent per regel, Geboorte- Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite 0°. te Brussel en Parijs. Middelburg, 11 April. J? ID TXJ JL, L.I3TO10". êrflotmodijkM rati dm ($raar. A'") Benoemingen en besluiten. 0 n d e r w ij s. H ^5i *8* •try a -a De werkzaamheden in de gisteren avond alhier gehouden vergadering van het Middelburgsch departement der Maatschappij tot nut van 'tal- gemeen bepaalden zich tot de volgende. Onder de ingekomen stukken kwam voor eene missive van de commissie voor de belangen van den dienstbaren stand, waarin zij zich bereid verklaart hare taak voort te zetten. Een verslag betreffende een door de gezond heidscommissie aan de' bewaarscholen gebracht bezoek zal, volgens besluit der vergadering, worden toegezonden aan de commissie voor de bewaarscholen met verzoek om te overwegen of, en zoo ja welke voorstellen zij naar aanleiding van het verslag aan het departement wenscht te doen. Voor de benoeming van een lid van het hoofd bestuur werden uit de drie ingekomen dubbeltallen ter aanbeveling g \jzen de heeren mr. M. W. Jolles, J. Coninck Westenberg en M. A. Perk. Voor de betrekking van bestuurslid, in de plaats van den heer mr Swaters van Schaumburg, die aan de beurt van aftreding en niet herkies baar is, werd benoemd jhr. mr. D. Gr. van Teij- iingen. Met hem was aanbevolen de heer mr. W. A. van Hoek. Daar de heer van Teijlingen niet ter vergadering tegenwoordig was, zal hem van de benoeming kennis worden gegeven. In de commissie voor de volksbibliotheek be staan twee vacaturen, waarin werd voorzien door de benoeming van de heeren D. Jeras en jhr. mr. W. H. Snouck Hurgronje. Mede waren aanbevo len de heeren mr. J. Ermerins en mr. P J. van der Feen, welke laatste echter verzocht bij de benoeming buiten aanmerking te blijven. Voor de benoeming van een afgevaardigde ter algemeene vergadering werden in alphabetische orde aanbevolen de heeren: mr. F. M. C. van Deinse (die echter verzocht buiten aanmerking te blijven), mr. E. Fokker, P. M. de Ligny, F Nagtglas en mr. G. N. de Stoppelaar. Bij eerste stemming werd hieruit tot afgevaar digde benoemd de heer mr. E. Fokker, terwijl tot zijn plaatsvervanger bij acclamatie werd aan gewezen de heer F. Nagtglas, die na den heer Fokker de meeste stemmen op zich vereenigd had. Daar geen der beide heeren ter vergadering tegenwoordig was, zal hen van hunne benoeming schriftelijk kennis gegeven worden. De voorzitter bracht het gewone verslag uit over het jongste öjarig tijdvak van het departe- 2 EEN VERTELLING VAN EEN P00LSCHEN GEESTELIJKE. I. Er zijn vele brave lieden onder mijne broeders op het platteland, die Paulina Marienha geen absolu tie zouden geven als zij haar kenden, zooals ik haar kende, maar het is niet te verwonderen dat die pas toors, eenvoudig van geest, misleid werden door die smaakvol gekleede dame, die uren lang geknield lag te weenen totdat zij vergeven was. Daarenbo ven kan een enkele van de armeren waarlijk gedacht hebben dat hare groote giften veel goed maakten. Twee dagen na mijn gesprek met de gravin bediende ik de vroegmis in onze kerk van St. Stanislas, toen een lang man, met laarzen met bont, het schip binnenstapte en eerbiedig bij het hek van het koor nederknielde. Mét een oog opslag herkende ik hem als t asimir Barinski. Er was nooit zulk een schoone familie te Dolw geweest als die Barinskis. De mannen zagen er fier en stoutmoedig uit, ofschoon zij zoo zacht aardig waren als vrouwen; en de vrouwen be- ment, hetwelk gedrukt en aan de leden toege zonden zal worden. Na de pauze werd door den voorzitter met eene toepasselijke aanspraak aan C. Vergouwe de groote zilveren medaille met getuigschrift uit gereikt, hem op voordracht van het departement door het hoofdbestuur geschonken ter belooning van zijn SOjarigen ijverigen en trouwen dienst als scheepstimmerman op de werf der Commercie- compagnie alhierbij wélke instelling hij als knaap van 14 jaren in dienst trad en tot kom- mandeur is opgeklommen. De bekroonde betuigde in hartelijke bewoordingen aan het bestuur en de leden zijn dank voor de hem verleende onderschei ding, alsmede aan den directeur der Commercie- compagnie, die met zijn zoon en den boekhou Ier der instelling aan de bestuurstafel gezeten was, en ook aan eenige ter vergadering opgekomen kameraden, zijn warme erkentelijkheid voor de betoonde belangstelling. Omtrent de hier gevestigde verbruiks-inrichting van „Eigen Hulp" ontvangen wij de volgende opgave. Van 15 December tot 1 April jl. klom het bij aandeelen gestorte bedrijfskapitaal tot 691, en werd voor 2054.03 aan goederen ingekocht. De verkoop van goederen bracht f 1785.47 op. De oprichtingskosten ten bedrage van f276 48§ die natuurlijk niet meer terugkeeren, konden reeds geheel uit het eerste kwartaal sedert de oprichting worden bestreden. Met een betrekkelijk gering bedrijfskapitaal werd ongeveer 8 percent winst behaald. Bij geheele liquidatie zou reeds nu een niet gering batig saldo zijn overgebleven. Tengèvoïge dier buitengewoon gunstige resultaten ziet zich de commissie reeds nu in de gelegenheid gesteld, den omvang der te verkrijgen waren aanmerkelijk uit te breiden, enkele prijzen te verlagen en de aflevering der goederen, in plaats van éénmaal, tweemaal per week te doen plaats hebben. Ontegenzeggelijk zal, door toenemende mede werking, de aanvankelijke bloei der verbruiks- inrichting, wier commissie niets onbeproefd laat, in weerwil van velerlei kleingeestige tegenwerking en verkeerde beoordeelingnog aanmerkelijk worden verhoogd. In de te Zierikzee gehouden vergadering van hoofdingelanden van het waterschap Schouwen is de begrooting voor 1878 goedgekeurd, nadat op voorstel der commissie het traktement van den voorzitter was verhoogd van f 1200 op f 1500 behoudens goedkeuring van gedep. staten. De voorzitter deelde mede, dat Maandag jl. in tegenwoordigheid van een ingenieur voor het zaten de geestkracht en den moed harer broeders Maar indien ik niet geweten had dat Casimir terug zou komen, zou ik tweemaal hebben moeten kijken om te raden wie het van de familie was, want hij was zoo verouderd dat hij het even beeld van zijn vader geleek. Zijn bruine baard had grijze strepen, zijn rug was gekromd, zijne oogen stonden hol en Ridden door het lang durig lijden een weemoedige uitdrukking gekregen. Hij wierp mij een vriendelijken blik toe en onze oogen ontmoetten elkaar toen ik mijn klein ge hoor, hoofdzakelijk uit vrouwen bestaande, aan zag en zeiDominus vobiseumIk kon niét nalaten mijn dienst een weinig te bespoedigen, want mijn hart klopte even snel als mijne lippen zich bewogen, en toen ik het koor verliet wenkte ik Casimir mij te volgen. Zoodra wij in de sa cristie waren vielen wij elkaar in de armen en ik drukte hem aan mijn hart, alsof ik éen verloren zoon teruggevonden had. „Vader, vader!" snikte hij, „ik dacht dat ik nooit iemand uwer zou terug zien." „God is goed, mijn zoon," zeide ik en veegde mijne tranen af. „En uwe broeders, en uw va- der-? Is het waar dat „Ja, die zijn allen dood," antwoordde hij met kalme droefheid „Gij hebt er dus van ge hoord „Helaasja, maar het nieuws dat uit Siberië komt is zoo weinig te vertrouwen, dat ik meende dat er nog eenige hoop kón zijn." „Zij stierven tengevolge der ontberingen en stoomwezen der Maatschappij te Fijenoord, eene proef bemaling heeft plaats gehad met het stoom gemaal des polders, waarbij is gebleken, dat een der machines niet aan de vereischten voldoet waarom het bestuur heeft gemeend bedoeld stoom gemaal aldus niet te kunnen aanvaarden. Vanwege de Maatschappij werd echter beweerd dat de machines voldoende zijn, zoodat deze zaak waar schijnlijk aanleiding zal geven tot eene arbitrage. Voor den grooten watermolen is slechts geboden eene som van f 600, waarom het bestuur besloten heeft den molen voor die som niet te gunnen én in dienst van het waterschap te behouden. Van burg. en weth. van Duivendijke was inge komen eene kennisgeving, dat genoemde gemeente afziet van het aanleggen eener laad- en losplaats aan de Ossensluis, doordien de daartoe gestelde voorwaarden haar te bezwarend voorkomen. Tengevolge van het initiatief, genomen dooi den heer H. G. Hartman Jz., secretaris van Goes, is een circulaire aan alle burgemeesters en secre tarissen in Zuid- en Noord-Beveland gezonden, tot het oprichten eener vereeniging van burge meesters en secretarissen, teneinde op bepaalde tijden bijeen te komen eri over onderwérpen, tot hun werkkring behoorende, van gedachten te wisselen. De circulaire is door verscheidene bur gemeesters en secretarissen onderteekend. Z M. de koning heeft zich tot in het begin der volgende week van 's Gravenhage naar het Loo begeven. De Standaard, die gaarne het air aanneemt van iets te voelen voor de belangen van den werk mansstand, zegt van de uitingen van het Algemeen Nederlandsch werklieden-verbond, dat ze slechts het oordeel uitdrukken „van enkele uit hun stand ge^roeiué demagogen, waarmêé de gewone nij vere werkman in ons midden niet meêdoet." Iets lager leest men: „De aan den drank verslaafden daargelaten, i3 de Nederlandsche werkman in den regel nog op eene Christelijke opvoeding voor zijne kinderen gesteld." Ziet men kans een venijniger insinuatie te be denken Als dat vrienden van den werkman genoemd moeten worden, dan mag hij wel bidden: „Be waar mij voor mijn vrienden; met mijn vijanden zal ik zelf wel klaar komen In den gemeenteraad van Winschoten is de volgende motie aangenomen „De raad der gemeente Winschoten, gelet op van verdriet, eerwaardehet verwondert mij dat ik hen nog overleefd heb." „De hemel zij geloofd dat dit zoo is; en zijt gij gezond en sterk „Zooals gij zietantwoordde hij op zijn baard wijzende, die bij het flauwe licht der sacristie nog grijzer leek dan in de kerk. Wij zeiden verder niets, met het oog op mijn sacristyn, die binnen kwam. Nikolaas Levitski, een slimme Jood, was een man in wiens tegenwoordigheid men het best deed zijn mond te houden, want zonder aan de Christelijke liefde iets te kort te doen, kan ik gerust zeggen dat de woorden die zijn oor opving niet verloren gingen. Hij glimlachte met zalvende nederigheid en draaide om - asimir heen, als moest hij hem beruiken, gelijk een hond een vreemde ling beruikt. „Komt gij met mij mede om te ontbijten sprak ik tot Casimir, terwijl ik mij snel van mijn misgewaad ontdeeddaarop opende ik de deur, en wij stapten de straat over naar mijn kleine pastorie. Ik kan u verzekeren dat ik den armen jongen nog eens omarmde toen wij uit het ge zicht van Nikolaas Levitski waren. Ik liet hem plaats nemen bij de kachel in de eetkamer en riep mijn oude dienstmaagd Elisa beth, om haar te zeggen dat zij ons het lekkerste maal zou bereiden, waartoe zij in staat was. Elisabeth was geneigd tot pruttelen wanneer ik een gast thuis bracht zonder haar vooraf ge waarschuwd te hebben, zoodat zij, alvorens mij het in eene vorige vergadering gedaan voorstel, dat deze raad zich, ter zake van het bij de laatste verkiezing van een lid voor de tweede kamer der staten-generaal in dit hoofdkiesdistrict voorgeval lene, met een verzoek tot die vergadering zou wenden om te dien opzichte eene enquête te doen houden, en op het daarop gevallen besluit, waarbij deze raad zich onbevoegd verklaart om dergelijk verzoek te doen „gehoord de daarover gevoerde discussie; „betreurende, dat er ter gelegenheid van die verkiezing insinuation zijn gebezigd „gaat over tot de orde van den dag." pensioenen. Pensioen verleend, ten laste van den staat, aan M J. Boone, gewezen adjunct- commies V klasse ter provinciale griffie van Zeeland, ten bedrage van f 554 's jaars. belastingen. Benoemd H. van Manen, thans ontvanger der directe belastingen, invoerrechten en accijnsen te Gennep c. tot ontvanger der zelfde middelen te Echt c. a. leger. Gedetacheerd voor den tijd van vijf jaren bij het wapen der infanterie van het leger in Nederlandsch-Indië de 2e luitenant W. Puffius van het 2e regiment infanterie. Het vergelijkend examen voor de hoofdonder wijzers-betrekking te Wolfaartsdijk is uitgesteld tot Vrijdag den 19en dezer. Voor de benoeming van een gewoon hoog leeraar in het Romeinsche recht en zijne geschiedenis aan de universiteit te Amsterdam, worden door B. en W. aanbevolen de heeren Dr. Max. Cohn, hoogleeraar in het Romeinsche recht aan de universiteit te Zürich, en mr. J. P. Moltzer, advo- .caat te Amsterdam. Voor het geval dat dr. Cohn benoemd werd, zou hij, met inbegrip van collegegelden, genieten f 6000 inkomen, na vijfj rigen dienst f 6500. Daarenboven f 1000 voor verhuiskosten, als hij de benoeming aannam, welke echter, ingeval de benoemde binnen vijfjaren aftrad, aan de gemeente zouden gerestitueerd moeten worden. De benoemde hulponderwijzer te Hoofdplaat, op een salaris van 700, heeft weer bedankt, zoodat net van den zomer juist een jaar wordt, dat de hoofdonderwijzer ook op een salaris van f 700, het bovennatuurlijke kunststuk verricht, om zonder eenige hulp, aan een 150tal leerlingen lezen, schrijven, rekenen, zingen, aardrijkskunde, taal enz. enz. te leeren en maatschappelijke en Christelijke deugden!! (Z. N.) te gehoorzamen, binnen kwam om den vreemde ling eens op te nemen Maar toen ik den naam Van asimir Barinski uitsprak, knielde zij aan zijne voeten neder, zooals de vrouwen altijd doen voor een teruggekeerden balling en smeekte zijn zegen af, alsof hij uit den doode was opgestaan» Hij maakte het teeken van het kruis op haar voorhoofd en zei eenvoudig„God vervulle al diegenen uwer wenschen, die goed zijn Daarna liep Elisabeth al weenende naar den slager, om eenige kalfskarbonades te halende goede ziel zou barrevoets door de sneeuw naar de markt geloopen zijn om een teruggekeerden balling te onthalen. Ik ontkurkte een fleseh witten Krimwijn, en terwijl wij op het ontbijt wachtten, trachtte ik Casimir het verhaal van alles wat hij geleden had te ontlokken. Hij antwoordde gewillig, maar ik zag weldra dat die herinneringen hem bedroef den Hij was niet gelijk een reiziger die uit verre landen terugkeert, en gaarne de menschen met zijne avonturen verbaastindien ik slechts een gedeelte opschreef van hetgeen hij mij mede deelde, zoudt gij begrijpen dat men dertien jaren van zulk een leven liever vergeet dan bespreekt, zelfs met een vriend wiens vragen niet uit ijdele nieuwsgierigheid voortkomen. Ik ben te oud geworden om niet te weten dat het op zijn leef tijd natuurlijker is vooruit dan achteruit Ijp zien, en dus eindigde ik met hem te vragen wat hij dacht te gaan doen „Wel, ik zal mijn lieve Jovüka (Julia) Zezioff

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 1