Telegraphische berichten. Benoemingen en besluiten. Onderw ijs. Kerknieuws. Marine en leger, TSmfijt*#. Verkoopingen en aanbestedingen. Thermometerstand. Gemeenteraad van Middelburg. pensioenen. Pensioen verleend, ten laste van den staat en ten bedrage van f 600 's jaars, aan mr. D. J. Zubli, gewezen hoofdcommies bij het departement van binnenlandsche zaken. belastingen. Opgeheven de controle der directe belastingen, invoerrechten en accijnsen te Utrecht (2e afd.)de controle derzelfde middelen te Utrecht (lp afd.) aangeduid als controle Utrecht en zijn daaronder ingedeeld de kantoren Utrecht (directe belastingen), Utrecht (invoerrechten, accijnsen en waarborg), IJselstein en Vreeswijk-, de kantoren Wijk bij Duurstede en Driebergen ingedeeld onder de controle Amersfoort; het kantoor Mont- foort ingedeeld onder de contröle Breukelen aan U. baron thoe Schwartzenberg en Hohenlans berg eervol ontslag, behoudens aanspraak op pensioen of wachtgeld, verleend als controleur der directe belastingen, invoerrechten en accijnsen te Utrecht (2e afd.). Benoemd tot leeraar in het Engelsch aan het gymnasium te Haarlem, de heer J. Esser jr. Beroepen bij de N. H. gem. te Arnemuiden de heer E. V. J. Japchen, pred. te Eemnes Binnen dijks. Men leest het volgende in 't Nieuws van den Dag Te Middelburg is door dezelfde personen, die voorleden jaar bij de kerkvisitatie zoo van zich hebben doen spreken, nu tot den kerkeraad der Nederd. Herv. gemeente een schrijven gericht, waarin deze ernstig woid; aangespoord bij de aanstaande aanneming alle nieuwe lidmaten, die niet mochten instemmen met de oude kerkelijke begrippen, met geweld te weren. De kerkeraad heeft dezer dagen hierop geantwoord met de verklaring, dat hij, hoewel zijne groote meerder heid de nieuwere denkbeelden in zake van gods dienst niet is toegedaan, deze toch niet anders wenscht bestreden te zien dan met zuiver geeste lijke wapenen. Ook wordt in dit antwoord breed voerig en met kracht van redenen uiteengezet, dat elke andere bestrijding der modernen, naar het oordeel des kerkeraads, in strijd zou zijn met den geest des Evangelies niet alleen, maar ook gansch onraadzaam met het oog op de tee kenen onzes tijds. Het ware te wenschen, dat deze belangrijke correspondentie in haar geheel voor de gemeente werd gepubliceerd. Volgens een bij het departement van marine ontvangen telegram, is Zr. Ms. ramtorenschip „Koning der Nederlanden", onder bevel van den kapitein ter zee W. Enslie, den 27dezer te Port-Saïd aangekomen. Aan boord is alles wel. De te Amsterdam gevéstigde Crediet-Vereeni- ging heeft haar 25jarig bestaan herdacht. Opge richt 26 Maart 1853, heeft deze financiëele inrich ting zich in een voortdurend gunstigen staat verheugd. Van de directeuren heeft alleen de heef jhr. W. E. J. Berg van Dussen Muilkerk, van de oprichting af, aan haar hoofd gestaan en deze vormt thans, met de heeren Schimmel en Büchler, de directie. (Ned. financier.) Wij vernemen dat het gunstig bekende Weekblad voor vrouwen en meisjes „Ons Streven", dit niet van mijn vader, die beminde waarlijk; dat blijkt uit die brieven; maar hij kende slechts éen waren, vurigen hartstocht: het vaderland! Op dat altaar offerde hij den trots van zijn eigen familienaam en de liefde zijner jeugd." Hier boog Rafaël zichtbaar bewogen het hoofd, en hervatte met g rooter kracht: „En ik offer aan de nagedachtenis mijner moeder liefde, rijkdom en aanzien, ijdele droomen van een oogenblik, op! Ik wil tot het volk blijven behooren en onder het volk leven, zooals mijn Yader gewenscht heeft. Ik wil verachting met verachting vergel den En reeds hield de heiligschennende hand het gezegelde papier omhoog en de andere scheen bereid om het door midden te scheuren. „Jong mensch," riep ik met groote ge strengheid uit „bedenk wat gij doet, dit is het brevet van eer uwer moeder! Ik ken uw groot vader" vervolgde ik en sloot de papieren weg, waarvan ik mij voor alle zekerheid meester ge maakt had „ik heb voor hem gewerkt in zijn huis in de stad en op zijn buitenhet is een oud heer van den ouden stempel, vriendelijk tegen ieder, die hem niet in zijn familiezwak aan tast! Hij behoort nog tot den tijd, toen er een afgrond tusschen den adel en het volk was, wel is waar bedekt met bloemen van weldadigheid en wellevendheid, maar niettemin onoverkomelijk. Thans zijn wij allen gelijk, wij staan allen op éen lijn, maar hoeveel doornstruiken staan er langs den weg! Het valt niet te ontkennen! dat onlangs zijn 9en jaargang intrad, met April e. k. tweemaal per week zal verschijnen, zonder verhooging van den prijs. Mr. A. D. de Vries geeft, in „de Reporter," aan hen, die voornemens zijn dezen zomer naar Parijs te gaan, den volgenden practischen raad: „Daar louis en napoleons, bankbiljetten en andere geldswaarden, op reis nooit in haar geheel blijven, maar door wisselen in andere kleinere muntspeciën veranderen en verminderen, kan het niet ondienstig zijn te herinneren, dat in Frankrijk sedert 30 Juni van het vorig jaar de volgende muntspeciën van den geldsomloop uitgesloten zijn: „Stukken van 2, 1 franken en 50 centimes, die niet den beeldenaar van Napoleon III met de kroon dragen, of niet het zinnebeeld der Republiek. „Evenzoo dezelfde 8tukken als ze van Belgische afkomst zijn en van vóór 1866, idem van Italië als ze vóór 1863 dagteekeneu en idem van Zwit serland als zij van 1850, 1852 of 1863 godagtee- kend zijn. „Bij het wisselen zij men dus op zijn hoede." Eene voorname Londensche dame wil eene belangrijke verandering in de heersckende mode voor avond-toiletten maken; zij wil terugkeeren tot het costuum der oude Grieksehe vrouwen, zooals wij dezen winter madu* Agar bewonderden. Spoedig zal te Londen eene soirée plaats hebben, waar alle vrouwelijke genoodigden het peplum en den cothurnus zullen moeten dragen. Het prachtige nieuwe gebouw van het Crédit Lyonnais op den Boulevard des Italien3 te Parijs is gisteren geopend. In achttien maanden is het kant en klaar gekomen. Zeven verdiepingen, waarvan twee onder den grond, zijn op elkaar gestapeld. De kelders, bestemd tot bewaring der waarden, ontvangen hun licht door glazen in den vloer der groote wachtzaal. Deze glazen schijnen zoo kunstig geslepen te zijn, dat men in den ondersten kelder even goed kan zien, als in eene gewone kamer. Bij brandgevaar kan men de kelders in enkele minuten laten onderloopen. Het gansche gebouw moet verder een model zijn van weelde en practischen geest, en de overige inrichtin gen van dien aard weer in menig opzicht overtreffen. Weer eene merkwaardigheid te meer voor wien dit jaar de tentoonstelling bezoekt. In Duitsche en Elzasser bladen was het gerucht verspreid dat de Duitsche kroonprins souverein zou worden van Elzas-Lotharingen. Het Journal d* Alsace had zich van dat gerucht reeds meester gemaakt en wilde er discussie over uit lokken, terwijl het blad er blijkbaar m'eê ingenomen was. De Norddeatsche Allgemeine Zeitang komt nu echter verklaren, dat het denkbeeld onuitvoer baar is. De kroonprins moet te Berlijn blijven om zich voor te bereiden op de rol, die voor hem weggelegd is in Pruisen en het Duitsche keizerrijk. Ook heeft Bismarck nog onlangs ver klaard, dat het oogenblik nog niet gekomen is om in den toestand der geannexeerde landen ver andering te brengen. Het bestuur van de Société des gens de lettres te Parijs stelt zich voor een internationaal letter kundig congres te houden tijdens de Parijsche tentoonstelling. Victor Hugo zal het presideeren. In de eerste helft van Juni zal deze zeker belang rijke samenkomst plaats hebben. In het dorp Uedem bij G-och is op een stal het miltvuur zoo hevig en boosaardig uitgebroken, dat al het vee moest afgemaakt worden. Hoe de ziekte overgebracht is, laat zich, niettegenstaande nauwkeurig onderzoek, nog niet met zekerheid zeggen. Men vermoedt, dat de stal besmet is door gezouten huiden, uit Rotterdam afkomstig, die eenige dagen in de nabijheid gelegen hadden. De vroeger als concertzanger bekende Julius Stockhausen wordt onderwijzer aan het conser vatorium te Frankfort. Ook Clara Schumann zal Wij Zijn allen broeders, maar wij leven dikwijls als de hond en de kat met elkaar." Onderwijl was het eten opgedaan; wij zetten ons aan tafel, maar ik was de eenige die mij den lamsbout en de sla met zachte eieren liet smaken. Mijn vrouw had haar eetlust verloren en de schil der vergenoegde zich met een slokje wijn. Na het souper zette ik mijn redeneering voort, maar het hielp mij niets. Hij had mij raad ge vraagd en hij luisterde er ook zeer vriendelijk naar; maar hij wilde niet eens weten waar het huis van zijn grootvader stond. Daar hij ter stond het grootste vertrouwen in mij stelde, ver langde hij dat ik die papieren zou bewaren, drukte mij de hand en zwoer mij eeuwige vriend schap en erkentelijkheid. Wij beloofden dat wij elkaar veel zouden zien en er verliepen ook geen 24 uren, voor dat mijnheer Rafaël weder aan onzen huiselijken disch had plaats genomen, daar ons eenvoudig maal hem, naar hij zeide, beter beviel dan de spijzen in eene restauratie en kort daarna ondekte mijn vrouw bij een harer vrien dinnen, twee kamertjes voor hem, die voor eenige liren in de maand een wonder van goedkoopte en voortreffelijkheid in haar soort waren. aan dezelfde inrichting werkzaam zijn. Beide zijn thans te Berlijn. De arbeid der vrouw, in zoovele gevallen hoogst wenschelijk voor de samenleving en ver heffend voor de vrouw zelve, vindt nog menigen tegenstand, ook waar hij al toegelaten wordt. Zoo kunnen de Pruisische vrouwelijke telegrafisten, waarvan er tegenwoordig 200 in dienst zijn, maar geen gelijkstelling met de mannelijke ambtenaren verkrijgen, wat pensioen en vrije woning betreft. In den rijksdag is door den heer Schmidt eene lans voor haar gebroken. Maandag avond is te Philadelphia brand uitgebarsten. Vijf en dertig gebouwen, in gebruik bij handelshuizen, zijn vernield. De verliezen worden op ongeveer éen millioen dollars geschat. binnenland. Tweede kamer. De heer de Casembroot ontwikkelde de volgende vragen aan den minister van koloniën: Welke zijn de oorzaken der ver mindering van het aantal negprarbeiders op de plantages in de kolonie Suriname? Hoe is daarin te voorzien? Wil de regeering een voorschot verstrekken, eene leening waarborgen, of wel eene commissie van onderzoek uitzenden Moeten er geen maatregelen genomen worden tot verze kering der uitvoering van het tractaat met Engeland, betreffende den overvoer van arbeiders? De minister antwoordde dat de oorzaak der vermindering van het aantal arbeiders niet bekend is, dat daaraan zonder dwang, dien ook de heer de Casembroot niet wil, misschien niets- te verhelpen is, dat er geen verdere staatshulp moet verstrekt worden, dewijl er genoeg gedaan is. Eerlang zal nog een wetsontwerp ingediend worden tot aan wending van het reservefonds, voor de immigratie naar Suriname bestemd. Overigens moet het particulier initiatief hier optreden. Het zen i en eener commissie zou, volgens den minister, vermoe delijk niets baten. Het tractaat met Engeland wordt naar behooren-nageleefd. De heer des Amorie van der Hoeven onder steunde het betoog dat hier geen staatshulp, maar particuliere ondernemingsgeest vereischt wordt. Naar aanleiding eener bewering van den heer Wintgens, dat het verwachte heil van den con- stitutioneelen regeeringsvorm in Suriname niet verwezenlijkt was, doch er niettemin iets gedaan moest worden, merkte de heer van der Hoeven nog op dat de Engelsche regeeriDg de-koloniale staten van Barbados tot krachtiger medewerking met den gouverneur had aangespoord, onder be dreiging dat anders de parlementaire regeerings vorm zou ingetrokken worden. De interpellatie was hiermede afgeloopen. Daarna was aan de orde het rapport der com missie voor de enquête betreffende de longziekte onder het vee. De heeren Godefroi en Gratama keurden de weigering van dr. van Cappelle af om getuigenis voor de commissie af te leggen. De heeren Idzerda en Gratama betoogden dat de commissie het hoofddoel der enquête, de quaestie der dadelijke afmaking, niet opgelost had, en de heer Rombaeh dat de resultaten van het onderzoek geheel on voldoende zijn. De heer Vader betoogde dat afmaking niet veel baat, maar vooral goede zorg voor het vee noodig is. De heer van den Berch verlangt wijziging der wet van 1870, strenge afsluiting en volledige schadeloosstelling voor de afmaking van verdachte runderen. De heer Rutgers wil toepassing der bestaande wet, ook in de Zuid-IIollandsche spoelingdistricten. De heer de Jong verdedigde het rapport der commissie. De hoofdfout ligt in het gebrekkig staatstoezicht, waarvoor wettelijke bepalingen bestaan, die echter, naar de heer Begram op merkte, niet nageleefd worden. DERDE HOOFDSTUK. DE LIEFDE KOMT IN HET SPEL. In het eerst had ik gedacht dat onze jonge vriend bij rijper overleg tot inkeer zou zijn ge komen en pogingen in 'iet werk zou gesteld heb ben om zijne rechten te doen gelden. Maar ja welhij bleef zich gedragen als een Spartaan, en ook nu hij gerust gesteld was omtrent zijn af komst en de deugd zijner moeder, wijdde hij zich geheel aan de kunst en beweerde dat de armoede hem volstrekt geen vrees inboezemde. Bij elke toespeling, die ik uit de verte op zijn titel en de rijkdommen, die hem te wachten stonden, maakte, schudde hij het hoofd, legde mij de'hand op den schouder en zei: „Hoe nu, zijt gij het moede mijn vriend te wezen?" „Denkt gij dat! maar ik begrijp u niet, mijn waarde heer Rafaël; als men rijk kan worden, een baron zijn! „Dan te verkiezen een arm schilder te blij ven? Ieder zijn smaak." Hierbij wierp hij mij een blik toe met zijn groote, zwarte, fonkelende oogen en vervolgde: „Weet gij wat het wil zeggen kunstenaar te zijn! Dat is iemand, die zich voorstelt groot te worden door eigen verdienste, zonder iemand iets verschuldigd te zijn. Hebt gij wel eens van d'Azeglio gehoord? Die was markies en ver smaadde het niet om schilder te worden." „Welnu laat dan uw titel erkennen en ga De voorgestelde conclusiën van het rapport werden daarna aangenomen. 's Gravenhage. Op verzoek eervol ontslag verleend aan G. Verdooren als notaris te Aar denburg. 's Grayenbage. Een nieuwe verkiezing voor een lid der tweede kamer in het hootdkiesdistrict Zevenbergen is bepaald op 23 April a. Benoemd tot directeur van de topograpliische inrichting, C. A. Eckstein. buitenland. IiOndcn. In haast is heden een kabinetsraad gehouden. De dagbladen twijfelen aan het bijeen komen van het congres. Berlijn. Het huis van afgevaardigden heeft den voorgedragen post voor de oprichting van een ministerie voor spoorwegen verworpen. Ter prov. griffie van Zeeland liggen ter lezing de voorwaarden waarop door het ministerie van waterstaat, handel en nijverheid op 10 April a., zal worden aanbesteed het inrichten van de rechtstandsmuren der voormalige marinewerf te Ylissingen, tot onderbouw eener dubbele draaibrug. Door burgemeester en wethouders van Zie- rikzee is op 27 dezer aanbesteed het vernieuwen van een gedeelte bestrating van den grachtweg tusschen de Nobelpoort en de Zuidwellebrug, en is hiervan aannemer geworden de minste inschrij ver, de heer J. van der Linden, te Zierikzee, voor 1745. 27 Mrt. 's av. 11 u. 34 gr. 28 's morg. 8 u. 33 gr. 's midd. 1 u. 43 gr. 's av. 6 u. 42 gr. Zitting van Woensdag 27 Maart. Voorzitter de heer Schorer. Later komen de heeren Damme, Nagtglas, van der Harst en Jeras. De notulen der vorige vergadering goedgekeurd zijnde, werden een tweetal missives van gedepu teerde staten van Zeeland, houdende bericht van de goedkeuring van een raadsbesluit en van de koninklijke goedkeuring der herziene jaarwedde van burgemeesters en secretarissen, voor kennis geving aangenomen. Burgemeester en wethouders stellen voor, goed te keuren de rekening der schutterij over 1877. De voorzitter cieelt mede, dat van de op de ge- meentebegrooting beschikbaar gestelde toelage ad ƒ3470 slechts ƒ3091.31; is gebruikt. Nadat de voorzitter aan de heeren Snijders en Fokker eenige inlichtingen had verstrekt aangaande een paar posten der rekening, bestreed hij de vrees van laatstgenoemden heer, dat door het branden van vuur en licht op de bovenzaal van het raadhuis voor de oefeningen van het muziek korps en de lessen in de theorie der schutterij gevaar voor brand in het raadhuis te duchten is. Ten overvloede verklaarde hij zich evenwel bereid om zich persoonlijk te overtuigen van de inrichting en het hangen der lampen. Terloops deelde hij hierbij mede, dat evenmin gevaar voor brand in den toren heeft bestaan, daar alleen een jas van een werkman, die een brandende pijp in den zak gestoken had, is verbrand, maar in het ruime benedengedeelte van den toren daardoor geen gevaar voor brand kon ontstaan. Intusschen zijn de werklieden door burg. en weth. bij dagorder gewaarschuwd, dat het op straf van schorsing of ontslag verboden is bij het werken in den toren te rooken. Nog deelde de voorzitter naar aanleiding eener vraag van den heer Nagtglas mede, dat de levering der kleedingstukken voor de schutterij niet publiek wordt aanbesteed, omdat zulks aanleiding geeft tot de levering van ontzaglijk slecht goed. De rekening wordt ten slotte goedgekeurd. Evenzeer wordt, goedgekeurd de rekening dei- kamer van koophandel en fabrieken, ten bedrage van 496.40 in ontvang en uitgaaf. Met betrekking tot het adres van II. Koppelle, gewezen poortier, om verlenging van wachtgeld van 80 's jaars als assistent-kommies der plaat selijke belastingen, vervallen 31 December 1875, stellen burg. en weth. voor, afwijzend te beschik ken. Zij doen dit voorstel niet alleen op de gronden, vervat in de vroeger reeds betrekkelijk weder voort met heiligen op de muren te schil deren; bovendien zult gij er geld bij krijgen, dat nooit hindert." Ik voelde dat ik juist redeneerde, maar ik predikte in de woestijn, „Och wat!" riep hij uit „Ik wil vrij zijn! Als ik onder die menschen, te midden van die vooroordeelen gebo ren was, zou ik er zoo hard ik kon uitgeloopen &ijn, en wilt gij nu dat ik er mij uit eigen bewe ging in ga begeven?" „Goed, voor het oogenblik maar, dan „Dan, en dan, zullen we er nog eens over denken!-" Er verliepen veertien dagen en Rafaël scheen er niet meer aan te denken; mijn vrouw en ik daarentegen tobden over dien rijkdom en dat ge heim alsof het ons zeiven betrof. AYij konden er 's avonds niet van in slaap ko men en mijn vrouw zei: „Zou daar nu niets aan te doen zijn, zou die geschiedenis nu maar zoo hangende moeten blijven zonder tot een be sluit te komen? Hoe is het mogelijk dat de Voorzienigheid ons er den draad niet toe laat vinden „Vrouw, houd op," riep ik eindelijk „als er rozen zijn, zullen ze wel bloeien." En hiermede wenschte ik haar goeden nacht en blies de kaars voor haar neus uit. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 2