N». 52.
121e
1878.
Zaterdag
2 Maart.
ng.
AHME ZEPH!
NATIONALE MILITIE.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per 3/m.'franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentien: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz, van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite G°. te Brussel en Parijs.
Eerste Zitting van den Militieraad.
Middelburg, 1 Maart.
FEUILLETON.
MIDDEL
De burgemeester en wethouders van Middelburg,
brengen ter kennis van de lotelingen dezer ge
meente, behoorende tot de lichting van het jaar
1878, dat de militieraad, op Dinsdag den 19en
Maart 1878, des voormiddags te 10 uren, in het
gewoon, lokaal in de Abdij zitting zal houden
om uitspraak te doen omtrent de verschenen
vrijwilligers voor de militie en de lotelingen, die
redenen van vrijstelling hebben ingediend, op
grond van de bepalingen der wet van den 19en
Augustus 1861, (Staatsblad n° 72)alsmede om
trent de lotelingen, die, volgens de artt. 55 en
56 der wet, niet tot den dienst der militie kun
nen worden toegelaten en omtrent alle overige
lotelingen
dat bij art. 54 der wet is bepaald, dat geene
vrijstelling, aangevraagd wegens ziekelijke ge
steldheid of gebreken of wegens gemis aan lengte,
wordt verleend wanneer de betrokken loteling
niet voor den militieraad is verschenen, zijnde
dit evenwel niet toepasselijk op den loteling, die
wegens ziekte of gebreken buiten staat is voor
den militieraad te verschijnen, daar deze, volgens
art. 89 der wet, geneeskundig zal kunnen worden
onderzochtop de plaats, waar hij zich bevindt
weshalve de lotelingen, die om bovengemelde
redenen vrijstelling van den dienst der militie
verlangen, en zij, die zich als vrijwilligers voor
de militie hebben aangeboden, worden aangemaand,
om op den bepaalden tijd voor den militieraad
te verschijnen en zich niet te verlaten op het
ontvangen van een oproepingsbiljet, daar het niet
ontvangen van dit biljet niet ontheft van de ver
plichting tot het verschijnen voor dien raad.
Hiervan is afkondiging geschied waar het be
hoort, heden den len Maart 1878.
De burgemeester en wethouders voornoemd,
S C H O E E E.
De secretaris,
Gl. N. DE STOPPELAAE.
De uitslag der verkiezing voor een lid van de
tweede kamer der staten-generaal op den 260n
dezer te Goes is, gelijk gisteren door ons in hoofd
zaak reeds werd medegedeeld, als volgt geweest.
Uitgebracht 1953 stemmen.
Van onwaarde 27
Blijft 1926.
Hiervan bekwamen de heeren:
J. P. Bredius jr. 692,
dr. P. J. F. Vermeulen 622, en
mr. C. Th. baron van Lijnden van San-
denburg 588 stemmen,
DOOR
F. W. EOBINSON.
IV.
HEIDE IN 'T BOSCH.
Hun eerste samenkomst was een wandelingetje
buiten tot het donker werd en een vroegtijdig
afscheid. Hun tweede in den schouwburg, waai
de trotsche Dudley Grey rustig naast de kleine
Zeph achter in het parterre zat, waar nooit een
vriend van hem hem zou ontdekken. Zeph wilde
niet anders dan in het parterre met hem zitten,
waar zij met haar vader en ook met Ben was
geweest en dat goed genoeg voor haar was, zei
ze; en hij bewonderde haar openhartigheid en
glimlachte om hare verrukking over het spel
en over de acteurs. Het vermaak dat zij schepte,
in alles wat tot de genoegens van het leven be
hoorde, wekte de verbazing op van iemand die
verzadigd was van publieke vermakelijkheden.
Zij was zoo kinderlijk in haar liefde voor het
tooneel; soms kon zij voor een oogenblik haar
nieuwen vriend in de denkbeeldige wereld vóór
haar vergeten en wendde zich slechts tot hem na
zoodat eene herstemming zal plaats hebben tus
schen de heeren Bredius en Vermeulen.
Verder bekwamen nog de heeren A. G. Hom-
bach (Hulst) 18; J. M. Kakebeeke 2; mr. C. P.
Lenshoek van Zwake 1; mr. J. G. de Witt Hamer
1; B. Vermande ('sHeer Abtskerke) 1 en M. J.
de Witt Hamer 2 stemmen.
Overzicht.
Getal Kiezers.
Opgekomen.
Goes,
243
191
Baarland,
21
11
Borssele,
37
20
Colijnsplaat,
59
44
Driewegen,
13
10
Ellewoutsdijk,
19
10
's Gravenpolder,
30
19 f
's Heer Abtskerke,
18
16
's Heer Arendskerke,
68
52
's Heerenhoek,
19
15
Heinkenszand,
55
46
Hoedekenskerke,
30
22
Kapelle,
47
34
Kats,
14
11
Kattendijke,
18
7
Kloetinge,
36
28
Kortgene,
32
28
Krabbendijke,
30
19
Kruiningen,
74
56
Nisse,
22
16
Oudelande,
19
14
Ovezande,
24
19
RillandBath,
32
24
Schore,
18
13
Waarde,
13
8
Wemeldinge,
38
30
Wisaenkerke,
94
- -57
Wolfaartsdijk,
58
40
Yerseke,
34
27
Poortvliet,
47
37
Oud Vossemeer,
67
48
St. Maartensdijk,
81
58
Scherpenisse,
43
35
Tholen,
84
61
St. Annaland,
63
52
Stavenisse,
42
35
St. Pbilipsland,
23
15
Ossendrecht en Putte,
74
64
Woensdrecht en Huibergen,
96
74
Bergen op Zoom,
439
339
Hulst,
71
64
Hontenisse,
97
65
St. Jan Steen,
24
18
Stoppeldijk,
40
36
Hengstdijk,
12
11
Ossenisse,
19
15
Graauw en Langendam,
31
24
Clinge,
20
15
2588
1953
Bij de opening der bussen bleek dat ontbrak
aan die van 's Gravenpolder het proces-verbaal
van Wemeldinge 1 lijst; van Öud-Vossemeer, St.
Maartensdijk, Scherpenisse, Stavenisse en St. Phi-
lipsland de processen-verbaal.
K li
het eind van het bedrijf met de vraag„Is het niet
mooi en verwonderde zich soms over zijn som
bere, verstrooide blikken. Langzamerhand begon
zij aan hem te denken als aan een vriend
aan een goeden vriend die veel met haar uitging
en veel geld in haar schatting voor haar
uitgaf; dan als aan een hooger wezen, heel goed,
maar heel geheimzinnig, wien ze haar volle ver
trouwen kon schenken, die een geheel ander man
was dan ieder dien zij ooit ontmoet had, die
zeker verliefd op haar was en haar dit op een
of ander heerlijk uitstapje zou zeggen, eu een
eind aan de geschiedenis zou maken door haar
te vragen zijn vrouw te worden. Hij was boven
haar stand, dat wist ze, maar meisjes trouwden
boven haar stand, in romans en tooneelspelen,
die naar het werkelijke leven geteekend waren
en zij was mooi en hij hield zooveel van haar.
Zij was een gelukkig meisje, dacht ze. Hij vroeg
niets aangaande haar vader, een dwaas onver
schillig man, die volkomen gerust was dat Zeph
wel voor zichzelve zou zorgen. Zeph verdiende
haar eigen brood en betaalde haar deel aan de
huur en mr. Carrington was niet zooveel te
huis om op te merken hoeveel tijd Zeph er
buiten doorbracht en, als hij het opmerkte, was
hij er de man niet naar om nieuwsgierig te
zijn. Zij was een slim, voorzichtig meisje, dat
was zijn Zeph, God zegen haar, Ben Travers
kwam en maakte het hem lastig over zijn dochter,
wilde weten waarheen zij twee, driemaal'sweeks
ging en met wien, en hij zei hem dat hij dit aan
Door den commissaris des konings in de pro
vincie Zeeland is, bij Prov. blad n° 28, de vol
gende circulaire aan de burgemeesters-strandvon
ders in dit gewest gericht:
„Volgens de voorschriften, waartoe het laatst
betrekking had mijne circulaire van 26 October
1877, Provinciaal blad n° 100, wordt door u jaar
lijks vóór 1 October ingezonden een rapport
omtrent strandingen of schipbreuken, waaronder
moet worden verstaan elk ongeval aan eenig
vaartuig, zoowel in volle zee - als aan de kust
overkomen, dat geheel of gedeeltelijk verlies van
schip, lading of bemanning ten gevolge heeft
gehad.
„Deze regeling blijkt echter niet voldoende om
de regeering voortdurend op de hoogte te houden
van de feiten, welke door de gevoerde instructie
in het licht worden gesteld.
„Dientengevolge verlangt de minister van water
staat enz. dat de bedoelde rapporten voortaan
worden ingezonden terstond na ieder ongeval,
gelijk door het departement van marine reeds
geschiedt met de gegevens, welke door de ambte
naren van het loodswezen geleverd worden,
waardoor tevens zal kunnen worden voldaan aan
de aanzoeken van onderscheidene regeeringen om
berichten nopens het verongelukken van schepen
barer nationaliteit.
„Ik zal alzoo voortaan bericht van u inwachten1
zoo spoedig mogelijk nadat eene stran
ding of schipbreuk in de nabuurschap uwer ge
meente heeft plaats gehad, ook dan wanneer de
op te geven bijzonderheden u slechts onvolledig
hekend zijn."
In de heden namiddag alhier gehouden verga
dering van de Kamer van koophandel en fabrieken
werd door den vice-voorzitter, den heer mr. W. C.
Borsius, eene warme toespraak gehoudenter
huldiging van de verdiensten, in en huiten de
kamer, van den overleden voorzitter, den heer
G. J. Sprenger.
Naar wij vernemen zal een door al de leden
der Kamer onderteekend afschrift van deze toe
spraak aan de familie van den overledene worden
aangeboden.
Aan de ons verstrekte inlichtingen omtrent het
leven van wijlen den heer G. J. Sprenger ontbra
ken bijzonderheden betreffende zijne loophaan bij
Zeph moest vragen als hij het wilde weten, wat
hij ook deed, en hem werd ietwat onbeschaamd
geantwoord dat hij zich met zijn eigen zaken
moest bemoeien wat hij ook deed, voor zoover
het een man mogelijk was, die er zijn hart op had
gezet, Zeph tot vrouw te krijgen.
En Dudley G-rey welke waren de gevoelens
van dezen zonderlingen man toen Zeph Carrington
zijn gezellin en vriendin was geworden en hij een
wezenlijk behagen in haar gezelschap vond, een
nieuwheid die niet door den tijd afsleet, een aan
trekkelijkheid die een innige vertrouwelijkheid
niet vermocht weg te nemen Hij was beschaamd
over zijn eigen zwakheid, niet over Zeph. Zeph
was altijd goed gekleed en zag er uit als een
fatsoenlijke jonge dame. Ze was vlug en vol leven;
langzamerhand toen ze zijn vriendin werd, ver
goedde ze door haar gave van opmerken veel wat
ze in taalkennis te kort schoot, toen kwamen haar
A's op de juiste plaats terecht en deed ze afstand
van al die koddige woorden en platte uitdrukkin
gen, welke aan het winkelleven, de winkel kame
raadjes en de achterbuurten waar ze haar leven
doorbracht, eigen zijn. Hij zou het foen aan
zichzelf niet hebben hekend, hij zou het nog een
dwaze geschiedenis genoemd hebben, maar vóór
er drie maanden om waren voelde hij in zijn hart
een machtige, onbedwingbare genegenheid voor
het meisje dat hij in een danszaal had leeren ken
nen. Hij zou het geen liefde hebben genoemd en
toch was het dit. Hij zou niet willen dat de
wereld hem uitlachte omdat een modemaakstertje
de schutterij. Van daar het onwillekeurig stil
zwijgen in ons nommer van gisteren over dat
gedeelte van zijn openbaar leven.
De heer Sprenger werd op zijn 18e jaar tot 2#
luitenant bij de rustende schutterij benoemd, trok
in 1830 met de mobiele Zeeuwsche schutterij uit
en werd later, wegens zijne deelneming aan de
krijgsverrichtingen van dat jaar, met het metalen
kruis begiftigd. Van de eerste afdeeling „Middel
burg" der vereeniging „het Metalen kruis", opge
richt in 1854, bekleedde hij tot zijn dood het
voorzitterschap.
Als kapitein bij de mobiele schutterij eervol
ontslagen, werd hij in 1836 benoemd tot kapitein,
kommandant der dienstdoende schutterij te Mid
delburg. Dit bevelhebberschap voerde hij in dien
rang tot 1840, werd toen bevorderd tot majoor
en ontving in. 1855 den personeelen rang van
luitenant-kolonel. Op zijn herhaald verzoek werd
hem in 1868 eervol ontslag verleend.
Gisteren (Donderdag) middag is de stoomboot
Wester-Schelde, welke sedert 11. Vrijdag op de
Suikerplaat vast zat, vlot gekomen en naar Vlis-
'singen opgestoomd.
Óp het strand onder de gemeente Westkapelle
zijn aangespoeld twee luikjes en stukken, naar
't schijnt van het beschot eener kajuit, waaronder
eene plank, gemerkt met ingesneden drukletters
Attention a Gouverner
In het Utrechtsch Dagblad komt, van de hand
van mevrouw G. W. 's Gravesande Guicherit,
geboren van Hasselt, eene aanbeveling voor van
het jongste werk van mejuffrouw Mina Kruseman,
getiteld „Mijn leven."
Daar hef ook onze overtuiging is dat de lezing
van dit boek, hoe vermoeiend ook hier en daar, aan
bevolen mag worden aan allen die de zelfstandige
ontwikkeling der vrouw, uit een oogpunt van
geest en karakter beide, op prijs stellen, nemen
wij hier uit het schrijven van mevrouw 's Grave
sande Guicherit het volgende over
„Het doel, dat Mina Kruseman zich, van hare
jeugd af, voorstelde, was niet emancipatie der
vrouw, zooals die dikwijls in zeer verkeerden zin
wordt opgevat, maar wel ontwikkeling van de
vrouw door zelfstandigheid, door eigen krachtj
niet door den steun van anderen. Zij wil, dat de
vrouw ;haar geest zal ontwikkelen om zich even
als de man diardoor in staat te stellen voor
zichzelve te zorgen, en ook anderen te kunnen
bijstaan, in plaats van haar leven nutteloos te
verspillen en zich dikwijls geheel van anderen
afhankelijk te maken.
al de verstandige berekeningen van zijn leven in
de war stuurde, maar ze deed het toch; hij
kon aan niet éen vriend zeggen hoe zij stond,
tusschen hem en zijn studiën, de balie waartoe
hij geroepen was, het boek dat hij schreef, de
vrienden van zijn club en bovenal de vrouw met
wie hij verloofd was. Ja, dit was de strijd van
dezen lafhartige, die geen kwaad bedoelde, maar
die niet helder zag hoe hij zijn weg ten goede
moest doen uitloopen. Als Giraldine de Courcy
niet bestond (de nicht en vermoedelijke erfgenaam
van de gravin van Bareblades), een vrouw, die
hij dacht eens bemind te hebben, die twee jaar
ouder was dan hij, er goed uitzag en groote
verwachtingen had o als Giraldine er niet
was, van wier bestaan de arme Zeph onbewust
wasHij voelde dat hij het werkmeisje niet
durfde vertellen van de erfgenamen - Zeph zou
te veel vragen en te gauw achter de waarheid
komen voor altijd moest Zeph onkundig blij
ven van dit engagement, zelfs van zijn eigen
familie in de wereld.
Toen het hem, laat in den herfst, duidelijk
werd, dat hij dit meisje waarlijk liefhad, dat
haar arbeidsleven hem een kwelling was, dat hij
ineenkromp hij haar verhalen van haar werk en
van de ruwheid en tyrannie harer chefs, toen alles
wat zij zei in staat was hem te ontroeren, toen
het feit dat zij Ben op straat of in huis ont
moette hem boos en driftig maakte, toen hij
jaloersch werd van werklui en koornkoopers en
aan niets anders dan aan dit meisje kon donken,