N°. 45. 121e Jaargang. 1878. Vrijdag 22 Februari. ARME SEPE! Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, Prijs per 3/m, franco 3,50, Afzonderlijke nommers zijh verkrijgbaar a 5 Cent, Advertentien: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz,: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20, Groote, letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Baffite C°. te Brussel en Parijs, Middelburg, 21 Februari. De nieuwe Pans. Nu het conclave, spoediger dan menigeen misschien verwacht had, met zijn vérkiezings- arbeid gereed gekomen is, schijnt het wensche- lijk, voor wie zich rekenschap tracht te geven van de gebeurtenissen welke hij beleeft, eene poging te doen tot verklaring der betee- kenis van de gevallen keuze, Het geldt hier toch een feit, van overwegend gewicht voor die katholieke kerk, wélke voor millioenen het middelpunt uitmaakt waarom hun gedachten, zoowel voor deze als voor eene toekomstige wereld, zich wentelen. Een feit, waarvan de staatkundige beteekenis niemand ontsnappen kan, die eenigszins op de hoogte der staatkun dige verhoudingen van onzen tijd is. Een feit eindelijk, dat op de maatschappelijke ont wikkeling der beschaafde wereld een belang rijken invloed kan uitoefenen. Of is niet door katholieke kanselredenaars onder het ge hoor bijna van den overleden pans, verkondigd dat voor de oplossing der maatschappelijke vraagstukken, welke onzen tijd beroeren, al leen de katholieke kerk, door hare nauwe aanraking met en haren invloed op de volks massa 's, het geheim bezit, dat aan de scherp zinnigheid der wereldlijke regeerders schijnt te ontsnappen En is niet omgekeerd tusschen de machtige Duitsche socialistische partij en de leiders der katholieke beweging in Duitsch- land een wisselwerking waar te nemen, welke ieder in het oog valt die aan deze beide be langwekkende verschijnselen van onzen tijd zijne aandacht wijdt 2) Beproeven wij dus in de eerste plaats te verzamelen wat wij weten omtrent de gevoe lens, welke in het nu afgeloopen conclave de overhand hebben gehad. Alleen door die we tenschap toch kan de beteekenis der gedane keuze ons duidelijk worden. Veel is het ech- 1) Dr. Vaughan, bisschop van Salford, op Sint Pa- tricksdag in de kerk van St. Isidorus te Rome predikende. 2) De heer Goeman Borgesius wijst in zijn opstel over »De sociaal-democratie," in het jongste nommer der «Vragen des Tijds" ook op deze verwantschap tusschen ultramontanen en socialisten. FETJILLETOT7. DOOR F. W. ROBINSON. I. DE GRAND IS ON-KAMERS. 't Waren kamers die beter dagen beleefd en beter gezelschap gekend hadden. Daar was een tijd geweest dat die kamers in hooge gunst hij de groote wereld stonden en de aanzienlijken er kwamen om klassieke concerten en letterkundige soirêes bij te wonen. Maar toen de mode het westelijk gedeelte der stad meer begunstigde en ruimer zalen op prachtiger pleinen al den glans der Grandison-kavaera in het niet hadden doen wegzinken, werd die buurt, Frish-straat, Soho, gaandeweg onaanzienlijker en minder gezocht. Allerlei ondernemingen mislukten, tot eindelijk de Grandison in een dans-vereeniging herschapen werden tot verbazing der buren bleef deze jaren lang bestaan, in weerwil van veel laster, kwaad, geweld en vijandelijkheid. De Grandison-kamers werden toch iets meer dan de schaduw van een naam, al had de groote wereld ze voorgoed den rug toegekeerd. Ervaren klerken, vroolijkp jonge ter niet dat wij weten. „Wie is in staat, schrijft een Italiaansch staatsman, 1) wiens nauwkeurige bekendheid met de zaken van het conclave vooral aan het licht getreden is, nu de uitkomst bewezen heeft dat al zijne gissingen juist zijn geweest, wie is in staat om iets te zeggen aangaande de gevoelens der kardinalen, wanneer men zich herinnert dat zij gewoon zijn iedere openbaring hunner ge dachten zorgvuldig te onderdrukken, dewijl zij weten dat ieder woord, dat hun ontvalt, wordt afgeluisterd en, indien het maar eenigszins de ontevredenheid van hun oppermachtigen ge bieder opwekt, hen op het verlies van alle waardigheid en invloed te staan kan komen? Pius IX, geen streng of hardvochtig man van nature, is te meer geneigd iedere bestrijding van zijn wil of zijne bedoelingen ten strengste te straffen, dewijl hij in zijne ziel overtuigd is dat wat hij verlangt en gelooft hem recht streeks door God wordt ingegeven. Geen ander kerkvoogd heeft immer voor de kardinaals het zwijgen zoo tot een zaak van plicht en eigen belang gemaakt als Pius IX, een man van geen buitengewoon verstand, niet bijzonder geleerd, levendig van gemoed, zoo zuiver van geweten dat hij zich moeilijk iets kan voorstellen dat berispelijk is, onverdraagzaam voor tegenspraak, ongelukkig in zijn leven en daarbij overtuigd dat hij door geen enkelen misslag tot zijne ram pen aanleiding gegeven heeft, en omringd door een drom van vleiers en oogendienaars, die slechts voor hun eie-en hplano- /looi den paus, dien zij onfeilbaar hebben verklaard, op het eenmaal ingeslagen pad te doen voortgaan." Yeel kunnen wij dus omtrent de individueele gevoelens der kardinaals niet weten, doch er zijn algemeene invloedenaan welke een conclave zoo min als eenige andere verga dering ter wereld zich onttrekken kan en van deze is het mogelijk zich rekenschap te geven. In de eerste plaats dan valt in het oog dat het nu afgeloopen conclave vrijer en onafhankelijker is geweest dan misschien eenig ander, zoolang de katholieke kerk bestaat. Bij deze gelegenheid vooral is het aan het licht gekomen hoe veel sterker in sommige opzichten het verlies der wereldlijke macht het 1) De oud-minister van onderwijs R. Bonghi, in zijn werk Pio Nono e il papa futturo. Een overzicht van dit boek vindt men in een opstel in het jongste nommer der Edinburgh Review joden en jodinnetjes, die de Zaterdag avonden vrij hadden, dartele naaistertjes en modemaak- stertjes van de groote magazijnen in de buurt, bedienden uit lakenwinkels, Fransche kappers en Fransche kellners en koks, allen kenden de GVawcZisow-kamers, verteerden daar hun zuur ver diende penningen en dansten. De vereeniging werd als zeer fatsoenlijk beschouwd door de habitués, die zich behoorlijk gedroegen en onver moeid dansten. Twee vreemdelingen dwaalden twee jaren gele den in de maand April door deze buurt. Zij waren aangetrokken geworden door het leven, dat uit de open vensters van de Grandison-kamers tot hen kwam, waren stil blijven staan op straat en na een paar vragen naar de vroegere bewoners te hebben gedaan, waren zij lachend en schert send over hun avontuurtje binnengegaan en stonden nu aan de deur der eenvoudige balzaal nieuwsgierig en critiseerend naar de dansers te kijken, die op bun, beurt even nieuwsgierig naar hen keken, „Dandies" fluisterden de meisjes, en „verwaande gekken" mompelden de mannen, wier aandacht zij getrokken hadden. s't Is een koddige partij, Frank" zei de oudste vreemdeling, een jongman van vijf en twintig jaar, met een ernstig, bijna stroef uiterlijk. „Wacht een paar minutjes, Dudley", was het antwoord van een knap jong mensch, die er wat verhit uitzag van den wijn, want hij en zijn vriend hadden gedineerd in de club, en zwaar geestelijk gezag der kerk gemaakt heeft. Bij vroegere conclaves was de verkiezing van den vorst, aie het gezag over den Kerkelrjken Staat zou aap vaardenaan allerlei wereldsche in vloeden onderworpen. Men had te rekenen met de hoogste aristocratische Italiaansche geslachten, die alle op de souvereiniteit in Rome belust waren. De invloed der bloed verwanten en vrienden van den overleden paus kwam in bet spel. Vreemde mogendheden deden niet zelden hunne macht gelden. Van dit alles was hij het tegenwoordige conclave geen spoor te vinden. Van de 62 kardinaals waren 27 buitenlanders en dus vóór zuiver Italiaansche invloeden tamelijk onvat baar, terwijl voor de verkiezing van een paus de samenwerking van 2/3 der stemmen gevor derd wordt. Aristocratische geslachten van overwegenden invloed waren in het conclave niet meer vertegenwoordigd sedert den dood van den aartsbisschop van Napels, den kardinaal Riario Sforza, die vroeger onder de papabili (candi- daten voor het pausschap) de eerste plaats bekleedde, De buitenlandsche mogendheden eindelijk waren, sedert de opheffing van het wereldlijk gezag der pausen, feitelijk buiten staat om zich op eenige wijz.e bij het conclave te doen gelden. Men heeft veel" gepraat over een recht van veto, dat de regeeringen van som mige katholieke landen tegenover het conclave zouden kunnen inroepen. De waarheid is echter dat dit recht van veto, daarin bestaande p.lll' fl AR Kct/lAolrla .wnirAmii-"""— 1 1 naai mocht aanwijzen dien zij niet als paus wilde erkennen, alleen aan Portugal op ver bindende wijzed. i. bij pauselijke bul verleend, doch door dit land nog nooit gebruikt is. Wat Oostenrijk, Frankrijk en Spanje be treft, hun nerii-recht is door den pauselijken stoel nooit officieel erkend. Zeker is het echter, dat onder de tegenwoordige omstandigheden het veto, door wien ook uitgesproken, niets te beteekenen zou hebben. Wat zou het beduiden, of eene wereldlijke macht den gekozen paus niet verkoos te erkennen, wanneer de geheele katholieke wereld hem als haar opperhoofd eerbiedigde? En dat zij dit doen zou, gewend als zij thans is aan het denkbeeld dat tusschen haar onfeilbaar hoofd en de wereldlijke regee ringen steeds strijd en tegenspraak is en moet bestaan, daaraan kan geen oogenhlik ge twijfeld worden.| gedineerd; „het is een nieuwtje en het amuseert mij." „Opgewonden menschen amuseeren zich gauw," zei de ander met nadruk. „Ik ben niet opgewonden." „Ge zijt jong en het leven verbijstert u." „Wat zijn al die menschen?" vroeg Frank nadenkend. „De werkende stand in hun beste kleêren." „Fatsoenlijk?" „Ik zou denken van ja de meeste hunner althans", voegde Dudley er voorzichtig bij. „De meisjes zijn dragelijk, maar de mannen onuitstaanbaar" mompelde de jongere, die voort ging met critiseeren. „O ja, zei Dudley, dat is de algemeene regel. Hoe lang denkt gij te blijven?" „Een kwartier ongeveer, als ge er niet tegen hebt. Dit is wat de wereld een „pleiziertje" zou noemen, Dudley," „Dat zie ik niet in, zei Dudley lusteloos„ik zal in die voorkamer gaan en daar op u wachten. Misschien kan men daar seltzerwater krijgen." „Blijf naar het dansen kijken" drong de ander aan, die zich zeer voor het schouwspel interesseerde. „Hemel, zij amuseeren zich in zoo'n stal! Dit moest mevrouw de douairière Bareblades eens zien, oude jongen!" Dudley lachte, maar slenterde naar de kamer aan de andere zijde van de trap en ver van de balzaal verwijderd. Het was een zeer bescheiden ververschingskamer, met lage, lange tafels waarop Geen ander belang kan dus in het gemoed der in het Vaticaan verzamelde kerkvorsten de overhand hebben gehad boven dat der kerk doch bij de beoordeeling van dit laatste moet de vraag zich aan hen opgedrongen hebben „door welke gedragslijn is het tegenwoordig en toekomstig heil der kerk, op wier bestem ming wij een zoo overwegenden invloed hebben uit te oefenen, het best te bevorderen?" Zonder nog in een onderzoek naar de per soonlijke gevoelens der kardinalen te treden, kunnen wij ons echter eene voorstelling maken van de beschouwingen, welke zich daarbij aan hun geest hebben voorgedaan. Het is bekend dat in de kerk, bij allen eerbied voor de pau selijke onfeilbaarheid, uiteènloopende gevóelens heerschen ten aanzien der door Pius IX gevolgde gedragslijn. Ofschoon gewillig en geloovig zich schikkende in de ingrijpende nieuwigheden welke hij invoerde, bestaat echter bij menig lid der kerk twijfel ten aanzien der wensche- lijkkeid, om op den door hem ingeslagen weg verder te gaan. Er zijn er die meenen dat eene instellingzoo oud en eerwaardig als hunne kerkniet door geweldige schok ken beroerd, maar zelfs wanneer er sprake is van verbetering of versterking, met de uiterste voorzichtigheid behandeld moet,worden. Er zijn er anderen, die gelooven dat alleen voort durende onbuigzaamheid en gestrengheid in geloofsleer en kerkelijke tucht, gepaard aan eene krachtige handhaving der staatkundige mogelijke weg is, èn die in dit opzicht Pius IX als het voorbeeld voor alle kerkvorsten houden en zich zijn opvolger niet anders dan als een Pius X denken. Neemt men deze onderscheiding tusschen de leden van het conclave, gegrond op uit wendige redenen van waarschijnlijkheidals juist aan, dan mag de verkiezing van den kardinaal Joachim Pecci, als de zegepraal van de meer gematigde partij, die der politici, in tegenstelling met die der zelcmti (ij veraars) of santi (heiligen), beschouwd worden. Omtrent de beteekenis, welke aan dien geest van ge matigdheid is toe te kennen, make men zich echter geen illusiën. Wat men in Vaticaan- sehe taal onder gematigdheid verstaat, trachten wij in een volgend opstel te doen uitkomen. beschuit en ehinaasappelen, en een toonbank aan het eind, waarop koffie en limonade gereed stond. Aan een tafeltje vlak bij Dudley zaten een paar gelieven te kibbelen, en Dudley, die de menscbe- lijke natuur bestudeerde, ging zitten en merkte dit op nadat hij zijn cherry en »eltser aan een ver- loopen kellner besteld had. De minnenden had den hooge woorden; de stroom van ware liefde was niet effen en glad geweest op dien avond; er was coquetterie in het spel geweest, jaloersch- heid was er het gevolg van en nu kreeg de zwakkere partij er van langs. „Ik zei u gisteren dat ge niet met hem moest dansen", bromde de man verstoord. „Wat had ik moeten doen „Op mij wachten." „Ik wachtte tot de laatste minuut ik be dankte er voor om mijn dans te laten voorhij- gaan," zei het meisje scherp. „Gij hadt meer haast moeten maken als ge er op gesteld waart met mij te dansen." „Ik kon niet komen voor de oude heer mij liet gaan," riep de beleedigde man. „Waartoe dient het om zulke dwaze praatjes te houden?", „Dwaze praatjes!" riep het meisje uit. „Ja, zeker, dwaze praatjes. Hoe zult ge het anders noemen?" „Heel goed, Ben. Ge danst van avond niet meer met mij." „O, ik kan genoeg andere meisjes vinden, als dat je plan iszei hij boos. „Goed, vind ze," riep het meisje, „en veel pleizier."

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 1