N°. 30.
121e Jaargang,
1878,
Dinsdag
5 Februari.
Dit blad verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Z o n- en Feestdagen.
Prijs per 8/m. franco 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Adverténtien: 20 Cent per regel.
Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite C*. te Brussel en Parijs.
VEEMARKT TE MIDDELBURG.
Middelburg, 4 Februari,
20.
JONKER PAUL.
li
iW-OV
GEMEENTERAAD.
De burgemeester van Middelburg maakt bekend,
dat op Woensdag den 6en Februari 1878, des
namiddags te half twee uur een openbare zitting
van den gemeenteraad zal plaats hebben.
Middelburg den leB Februari 1878.
De burgemeester voornoemd,
SC HO EER.
Donderdag den 7en Februari 1878van des
voormiddags 8 tot des namiddags 4 uren.
De burgem". en wethoud. van Middelburg,
SC HOR ER,
De secretaris,
G. N. DE STOPPELAAR.
De gtmeenteraad van Middelburg zal op Woens
dag a. des namiddags te half twee uur een open
baren zitting houden ter behandeling der volgende
zaken
Ingekomen stukkenbegrooting der commissie
van bestuur over den Middelburg-Vlissingscben
straatweg. Voorstellen van burgemeester en wet
houders a betrekkelijk de opheffing der stads
wisselbank; b tot aanleg van bet Damplein; c
nopens het adres van den heer Wibaut, bouwter
rein aan de Loskaai; d tot onderhandschen ver
koop van gemeentegrond in de Armeniaansche
Schuitvlotstraate betrekkelijk" een adres van
het bestuur der Godshuizen aan gedep. staten
van Zeeland, tot opname van gelden voor eenige
verbeteringen in het gasthuis.
De ijverige Westfèilisehe Kohlen-Ausfuhr Verein
heeft alle havendirectiën en spoorwegmaatschap
pijen uitgenoodigd tot eene bijeenkomst te Ham
burg op 9 Februari a., ter bezichtiging van de
daar aanwezige inrichtingen tot overlading van
steenkolen uit de wagons onmiddellijk in vaar
tuigen, en ter bespreking van de eischen voor
dergelijke inrichtingen.
Op voorstel van den hoofd-ingenieur in Zeeland
heeft de minister van waterstaat dezen gemach
tigd den ingenieur H. E. de Bruijn en den haven
meester C. C. Vermeer, heide te Vlissingen, op
te dragen die bijeenkomst hij te wonen.
Bij Provinciaal blad n°. 19 is bekend gemaakt
dat de voorjaars paarden- en veemarkt te Ter
Neuzen voortaan, krachtens besluit van den
FEUIZLILETOIET.
Hem vertelling van Hans Warring.
XI.
„Zoo moest gij ons niet wegsturen, mijnheer,"
begon thans de tweede der goede arbeiders, Jürgot.
„Wij behooren niet tot diegenen die weinig
arbeiden en toch veel loon verlangen. Wij willen
geen bekorting van den werktijd. Maar alles
wordt duurder
„Dat kan ik beter beoordeelen dan gij. Ik
twijfel er aan of iemand onder u met zulke zware
zorgen te kampen heeft als ik."
„Wij zouden met een kleine loonsverhooging
tevreden zijn," vervolgde Jürgot.
„En ik moet n zeggen, dat ik niet bij machte
ben u de kleinste zelfs toe te staan
„Onze eisch is niet onbillijk of onrechtmatig,"
zei Lassmann.
„Op dit oogenblik welGij zult het zelf moeten
toestemmen dat ik, in een tijd waarin alle zaken
stil staan, en mijne inkomsten geringer zijn dan
ooit te voren, mijne uitgaven niet kan vermeer-
gemeenteraad, zal gehouden worden op den laat
ste n Woensdag in Mei, in plaats van op den
eersten Woensdag dier maand.
In de plaats van den heer Th. Persant Snoep,
die tot gemeente-geneesheer te Wageningen be
noemd is, heeft zich zijn broeder, de heer II.
Persant Snoep, tot dusverre te 's Gravenpolder,
als geneeskundige te Kapelle (Zuid-Beveland} ge
vestigd.
Zaterdag jl. is aan de werf der Kon. maatschappij
„de Schelde", scheepsbouw- en werktuigenfabriek
te Vlissingen, de kiel gelegd voor een ijzeren
zeilaak, genaamd „Mercurius", groot 150 ton,
bestemd voor de Rijnvaart en voor rekening van
den heer Carel Peters Hoynck te Lobith.
Ten vervolge van het in ons nommer van 20
Jan. jl. medegedeelde aangaande het Zangersbond
„Walcheren", vernemen wij dat 6 zangvereni
gingen, nl. die te Nieuw- en St. Joosland, St.
Laurens, Serooskerke, Gapïnge, Kleverskerke en
Grijpskerke, zijn toegetreden, en dat in eene
jl. Zaterdag gehouden vergadering de statuten
van bet Bond zijn vastgesteld, waaraan reeds
een begin van uitvoering is gegeven.
Aan het langdurig kiezers-proces in de gemeente
IJzendijke heeft de stemming op 29 Jan. jl. een
einde gemaakt. 135 kiezers waren opgekomen.
De heer Bekaar verkreeg 71 stemmen en de heer
F. Temmerman 61, terwijl 3 briefjes in blanco
waren.
Opmerking verdient het, dat de voorstanders
van den heer Wijffels, ten wiens gunste de lange
strijd gestreden is, hunnen eandidaat totaal heb
ben losgelaten, en bij een, ter elfder uur rondge
zonden strooibriefje, dien vervangen hebben door
den heer Temmerman. Wblv. Z. VI.)
In de Staats-courant van 3 en 4 dezer zijn
opgenomen de statuten der Coöperatieve Verbruiks-
vereeniging van bet district Vlissingen en omstreken
der vereeniging: „Eigen Hulp".
De nieuwe bronzen centen, welke wij beden
voor het eerst in handen kregen, onderscheiden
zich door een net en duidelijk model. Ze zijn
wat kleiner en lichter dan de koperen centen.
Aan de eene zijde ziet men het waarde-merk
„1 cent" in een lauwerkrans, aan de andere
zijde den staanden leeuw met den pijlbundel en
het zwaard, te midden van het randschrift
„Koningrijk der Nederlanden," wat beter staat
en zinrijker is dan de groote W der oude centen.
Een gekartelde rand omgeeft het geheele stuk.
deren. Ik herhaal u, gij verlangt het onmogelijke
van mij."
„De tijden zullen weer heter worden."
„Dat moeten wij afwachten. Dan zal het altijd
nog vroeg genoeg zijn om uw verlangen in over
weging te nemen."
„In mijn huis is ziekte en ellende, mijnheer.
Moet ik zonder hijstand huiswaarts keeren?"
„Ik beklaag u, Lassmann, ik beklaag u oprecht.
Het spijt me zeer dat juist gij het zijt, die onder
de gevolgen van uw dwaas besluit moet lijden.
Ik herhaal u heden, wat ik indertijd gezegd
hebSchept u voor zulke buitengewone gevallen
een bijstand, die op wederzijdsche medewerking
gegrond isGij kunt niet van mij verlangen
dat ik, ter wille van dit eene geval, de loonen
van al mijne arbeiders zal verhoogen."
Op deze woorden volgde een langdurig stil
zwijgen. De werklieden keken somber voor zich
en schenen niet te weten wat zij doen moesten.
Max was naar het venster gegaan en keek naar
buiten. "Op eens liet zich weder de schorre stem
van Chartin hooren:
„Gij mocht u wel tweemaal bedenken eer gij
ons met zulk een antwoord liet heengaan. De
tijden zijn voorbij toen de patroons ongestraft de
arbeiders konden villen en trappen. Thans ver
dedigen wij ons zeiven. Als in het Wildunger
district de kogels der werklieden de fabrikanten
inschikkelijker gemaakt hebben, kan dat hier ook
geschieden, en daar men reeds begonnen is de
machines te vernielen, zie ik niet in waarom men
Ook te 's Gravenhage heeft zich eene commissie
gevormd voor de viering van de Unie vün Utrecht,
waarvan de heer jhr. mr. F. G. A. Gevers'Deijnoot,
Gra.viïtneester, het eere^voorzitterschap heeft aan
vaard, bestaande uit de heeren: 0. baron van
Wassenaer van Catwijck, voorzitter, mr. J. A. H.
baron van Zuijlen van Nyevelt, secretaris, A. baron
Calkoen, penningmeester, dr. P. Ch. L. Wijnmalen,
mr. L. E. Lenting, dr. L. R. Beijnen, luitenant-
generaal N. Mae-Leod, mr. C. J. E. graaf van
Bijlaudt en dr. J. Th. Mouton, leden.
Boyendien zijn plaatselijke commissiën tot stand
gekomen te Arnhem, Deventer, Haarlem, Delft,
Alkmaar, Woerden, Ylaardingen, Yianen, Rijssen
en in èene menigte andere gemeenten.
Van de Zeeuwsche gemeenten vonden wij tot
dusverre alleen nog vermeld Axel, Grijpskerke en
Meliskerke, waar het college van burg. en weth.
de taak van plaatselijke commissie op zich hebben
genomen, en Zonnemaire, waar twee raadsleden,
de heeren D. Hocke Gz. en J. Slierendregt, zich
als zoodanig geconstitueerd hebben.
Men schrijft uit de residentie aan de Amst. Ct.
„De onpartijdigheid gebiedt te erkennen, dat
de werkzaamheid en werkkracht van den nieuwen
minister van oorlog allen lof verdienen. Hij is
gewoon uit eigen oogen te zien en alle zaken
onvermoeid tot in de kleinste bijzonderheden
na te gaan. Zijne aanmerkingen op en wijzi
gingen in de stukken, welke hem worden voorgelegd,
getuigen van groote zaakkennis, die weinig ge
vonden wordt bij titularissen die voor de eerste
maal een ministerieele portefeuille aanvaarden.
Door ruim 40 aanzienlijke ingezetenen van 's Gre-
velduin-Cappelle, Raamsdonk, Waspik, Sprang,
Besoyen, Vrijhoeven-Cappelle, Drongelen, Dussen
en Meeuwen, wordt hij onderteekende advertentie
in de „Prov. N.-Br. en 's Hert. Ct." aan de kiezers
in het district Zevenbergen, ter voorkoming van
stemversnippering bij het gemis van kiesvereni
gingen, als eandidaat voor het lidmaatschap dei-
tweede kamer aanbevolen de heer mr. R. van de
Werk, subst.-officier van justitie hij de rechtbank
te Rotterdam.
De minister van financiën maakt in de Staats
courant bekend, dat ter benoeming van hoogstens
25 aspirant-landmeters van het kadaster, in de
maand Mei a., te 's Gravenhage een examen zal
worden gehouden.
Zij, die tot dat examen, waarvan het program
ma is vastgesteld bij koninklijk besluit, dd. 10
November 1874, opgenomen in de Staats-courant
van 21 daaraanvolgende, wenschen te worden toe-
zich bij de fabrieken zou ophouden Neem u in
acht, mijnheer Max Reinhard! Gij kunt, eer gij
het weet, een zeer stil en geduldig man worden."
Hij had nauwelijks uitgesproken of de forsche
gestalte van Kramer drong zich tusschen hem en
zijn patroon en diens ijzeren .vuist omklemde zijne
schoudersdoch Max wenkte dat hij hem los zou
laten.
jpGij hebt gehoord," sprak hij toen tot de an
deren, „welke bedreigingen uw kameraad tegen
mij uitgesproken heeft. Gij zult mijne getuigen
tegen hem zijn. En nu zal ik mijn laatste woord tot
u zeggen: Wanneer gij u niet hadt laten ver
blinden door kwaadwillige inblazingendan badt
gij reeds moeten inzien dat ik niet behoor tot
die werkgevers, wier eenig streven is rijk te
worden, al ware het ook ten koste van de ar
moede hunner werklieden. Dan hadt gij moeten
inzien, dat ik het hoogste gedaan heb wat in mijn
vermogen was, toen ik ondanks den volslagen
stilstand van zaken, de fabriek op den tot nogtoe
aangenomen voet aan den gang hield, en eerst
aan vermindering van werkkrachten ben gaan
denken, toen ik bij een deel mijner arbeiders
kwaadwilligheid ontmoette. Ik ken de ergste
onruststokers onder u zeer goed en die zullen
nooit meer werk bij mij vinden, zelfs al kwamen
zij er mij om smeeken. Zij moeten hunne woningen
ontruimen om plaats te maken voor betere werk
lieden. Maar ik ken even goed mijne bruikbare
en vlijtige arbeiders" en hierbij wendde hij zich
naar den kant waar Lassmann en Jürgot stonden,
gelaten, wórden, uitgenoodigd zich vóór 25 Aprij
a., met overlegging van dé vereischte stukken
tot den minister te wenden^
Men schrijft uit Limburg
Op de rivier de Maas hebben thans voor de
visscherij hoogst nadeelige handelingen plaats. Bij
manden vol drijven de visschen dood of bedwelmd
op het water. Dit ongehoorde feit wordt op de
volgende wijze uitgevoerdMet een bootje
begeven zich eenige mannen meestal, om voor
'toog der politie onopgemerkt te blijven, dicht
bij de overvaarten op 't water, en laten een
zoogenaamde groote kardoes in de rivier met
een geweldigen knal ontploffen, zoodat de visschen,
die zich in den omtrek bevinden, groot en klein,
alle oogenblikkelijk gedood worden en boven
komen drijven.
Niet alleen, dat op deze wijze ontelbare jonge
visschen, die nog in de periode van hunne ontwik
keling zijn, vernietigd worden, maar men kan al
die visschen ook niet meester worden, zoodat ze
voor het meerendeel met den stroom wegdrijven
en in 't water liggen te verrotten.
Yoor eenige dagen zijn er op de hiervoren be
schreven wijze in de nabijheid van Roermond
nog vele visschen gevangen.
De helsche werktuigen, waarmede dit geschiedt
en die op de wijze van torpedos werken, worden
door de schippers meegebracht uit Luik.
Indien dit zoo blijft voortduren, zal de visch-
vangst op de rivier de Maas weldra weinig meer
te beteekenen hebben.
Het is hoog noodig, dat het openbaar gezag
tnsschenbeide trede. NR. ct.)
De Staats-courant van 3 en 4 dezer bevat de
wetten van 26 Januari jl. (Staatsbl. no. 2 en 3),
a tot onteigening van eigendommen ten behoeve
van den aanleg van een spoorweg van Winterswijk
naar de Pruisische grenzen in de richting van
Bocholten b houdende goedkeuring van de over
dracht in eigendom, bij wijze van ruiling, aan de
gemeente 's Gravenhage van den voor de verbree
ding der Lange Pooten benoodigden rijksgrond.
Men meldt aan de Arnh ct. dat de minister van
waterstaat enz. thans niet ongeneigd is aan de
zuid-oosterspoorwegmaatschappij verlenging der
concessie te verleenen en over het verder uitvoeren
der nog onvoltooide werken in nader overleg te
treden. De tusschenkomst van gedeputeerde sta
ten van Noord-Brabant en van de besturen der
gemeenten in die provincie met dat van Nijmegen,
schijnt nog al tot die gunstige wending hij gedragen
te hebben. Het bevreemdt echter, dat gedeputeer-
„en die kunt gij uit mijn naam heioven dat het
gebeurde vergeten zal worden, als zij terstond tot
hun plicht terug willen keeren. Meer kan en wil
ik voor het oogenblik niet beloven. Maar als
gij bedenkt dat ik billijk en rechtvaardig met
u handel, terwijl er zulk een zware last op mijne
schouders rust, zult gij u, dunkt mij, wel op mij
kunnen verlaten, dat ik in betere tijden nog beter
voor u zal zorgen."
„En met die onzekere beloften denkt gij ons
aan bet lijntje te houden?" vroeg een van Char-
tin's makkers spottend.
„U heb ik geen beloften gedaan," antwoordde
Max kalm. „Gij drieën behoort niet meer tot
mijne werklieden; met u en uw gelijken heb ik
niets meer te maken."
„Ho, ho, dat zullen wij zien. Gij hebt u ge
weldig misrekend, als gij denkt dat wij bedaard
zullen blijven en kalm toezien als men ons met
voeten treedt. En als gij, bij dat voorgenomen
wegzenden uwer werkliedenop uwe nieuwe
machines rekent, moogt ge wel op uwe hoede
zijn. Als men die eenmaal uit den weg geruimd
heeft kan men het ook ten tweede male doen."
„Het zal u ditmaal moeielijker vallen, want zij
zijn reeds aangekomen en dus gemakkelijker te
verdedigen. Verder waarschuw ik uDe wet
straft samenscholingen, vredebreuk en roofzuch
tige aanvallen met groote gestrengheid. Gaat nu
heen. Ik heb u verder niets te zeggen."
Het scheen dat de drie brutalen zich tegen dit
bevel wilden verzetten; maar Kramer opende de