<&mm<T3«rjftjtra.
Telegraphische berichten.
O n d e r w ij s.
Kerknieuws,
Ku nstn ieu ws,
Den 3en dezer genoot de heer A. Meskes,
hoofdonderwijzer te Cadzand, het voorrecht zijne
veertigjarige ambtsvervulling te mogen gedenken.
Van zijne gemeentenaren ontving hij bij die ge
legenheid een prachtige marmeren pendule met
coupes; de onderwijzers-vereeniging schonk hem
een sierlijke hanglamp met twee candelabres;
terwijl het rijk hem, als blijk voor ijverige en
getrouwe plichtsbetrachting, vereerde met de ge
dichten van B. ter Haar, folio formaat en gebon
den in prachtband.
Een vleiend schrijven van den inspecteur van
't lager onderwijs verhoogde de waarde van dit
laatste geschenk.
Over de „Vrije Gemeente" te Amsterdam bevat
het Handelsblad de volgende verbeterde inlich
tingen.
Eiken Zondag zal godsdienstoefening worden
gehouden, des voormiddags te half elf, in het
lokaal Concordia, bij de Leidsche barrière. Voor
de leden en ook voor de begunstigers zullen daar
plaatsen gereserveerd worden. De overblijvende
plaatsen zullen ter beschikking zijn van het publiek.
Als feesten zullen gevierd wordende eerste
Kerstdag, de eerste Paaschdag, de Hervormingsdag
en de Oudejaarsavond. De laatste Zondag des
jaars wordt bestemd om meer opzettelijk de voor
rechten en verplichtingen van het familieleven te
gedenken.
Doop en avondmaal zullen niet worden bediend.
Over hetgeen min of meer de plaats van eerstge
noemde plechtigheid zou kunnen vervullen, zal
nog nader' worden besloten.
Voor het godsdienstonderwijs hoopt men in
het najaar, met medewerking van anderen, een
geregelden cursus te kunnen openen. Tot op dien
tijd is het godsdienstonderwijs aan den voorganger
opgedragen.
Leden en begunstigers betalen eene jaarlij'ksche
contributie volgens eigen inschrijving, de laatst
genoemden tot een bedrag van minstens f 5.
De begunstigers hebben mede toegang tot de
algemeene vergaderingen.
Van „de Zeven Raven", de opera door den
heer H. Viotta geschreven, doch die wegens gemis
aan de noodige krachten vooreerst nog niet wordt
opgevoerd, zal bij den muziekuitgever Louis
Roothaan een klavier-uittreksel het licht zien.
Aan den heer C. Maters, timmerman te Vlis-
singen, is vanwege de Nederlandsche commissie
voor de wereldtentoonstelling te Parijs opgedragen
het maken van eene omrastering met hoofd- en
zijgangen, ten behoeve der afdeeling „Nederland
sche industrie" op die tentoonstelling.
Vrijdag avond is door de politie te Vlissingen
in beslag genomen een wagen, met paard bespan
nen, vol geladen met hout, dat door eenige
werklieden ontvreemd was. Een menigte volks
verdrong zich voor het bureau der politie om van
zoo'n zeldzame vangst getuige te zijn. (VI. Ct
De Neuzensche courant bevat eene opgaaf
van het aantal dagen, waarop het in die gemeente
geregend heeft '(veel of weinig) gedurende de
laatste 13 jaren. Daaruit blijkt dat het jaar 1877
in dit opzicht verre de kroon spant.
Het regende in 1865 op 116,, '66 167, '67 169,
'68 152, '69 179, '70 145, '71 154, '72 200,
„Gij zijt zeer vriendelijk, mijnheer Kayser! Ge
loof mij, het vermindert mijn erkentelijkheid jegens
u in 'tminst niet, dat ik den bedenktijd zoowel als
het vriendelijk aanbod, van de band moet wijzen."
„Wijs ze niet van de hand, mijn jongen Denk
toch aan de plaatselijke omstandigheden en aan
de stemming, die op het oogenblik onder het
fabrieksvolk heerscht
„Het strijdt met mijne grondbeginselen om een
onbillijken eiseh uit vrees voor mogelijke onaan
gename gevolgen in te willigen. Gij weet even
goed als ik, dat ik, zelfs al wilde ik, geen groote
toelage kan geven en met een kleinigheid zijn de
menschen toch niet geholpen laten wij het dus
bij het oude laten
„Gij wordt buitendien als een indringer be
schouwd. Men ziet in u meer den Pruisischen
veroveraar, dan den rustigen, werkzamen burger.
Laat de tijdsomstandigheden recht wedervaren,
geef een kleinigheid toe! Dan toont gij uw
goeden wil."
„Dat zou in dit geval zijn uwe zwakheid
wie zou daarbij winnen? Mijn toegeven zou de
menschen aanmoedigen om nieuwe eischen te stellen
en met recht. Van iemand die eens zwak en
lafhartig is geweest, kan men dit ook ten tweeden
male verwachten. Begrijpt gij niet dat dit den
strijd alleen zou verdagen, maar niet beslechten?"
„Gij wilt dus niet
„Ik kan niet en ik wil niet".
'73 174, '74 176, '75 162, '76 180 en in 1877
op 230 dagen.
De heer G. A. Vorsterman van Oijen, te
Aardenburg, heeft de redactie weder op zich
genomen van het Weekblad voor Zeeuwsch-
Vlaanderen's Westelijk deel.
Mevrouw N. van Anrooy, te Kampen, spoort
vrouwen en meisjes aan tien cent af te zonderen
voor een zijden vlag met het geliefd rood, wit
blauw, welke vlag medegegeven zal worden aan
het Nederlandsch vaartuig, dat den tocht naar
het Noorden zal ondernemen. Mocht er te veel
geld bijeengebracht worden, dan zal het over
schietende bestemd worden tot aankoop van
instrumenten voor de wetenschappelijke onderzoe
kingen.
Zondag jl. werd op de Israëlietische begraaf
plaats te Maastricht ter aarde besteld het stoffelijk
overschot van den heer B. Wesly, oud-essayeur
van den waarborg. De overledene, die den ouder
dom van ruim 90 jaren had bereikt, was om zijn
braaf karakter en zijn nauwgezette plichtsbetrach
ting algemeen geacht en bemind. Treffend was
het dien grijsaard te hooren verhalen uit den
tijd van het eerste keizerrijk, waarin hij als
sergeant-majoor meest alle veldslagen had bijge
woond, en waarvan hij tot de weinigen behoorde,
wien het gegund was hun vaderland weder te
zien. In den slag der verbonden mogendheden,
onder de muren van Parijs, waren van de com
pagnie, waartoe hij behoorde, slechts drie man,
waaronder hij en de kapitein, overgebleven, wat
hem na den slag schertsenderwijze tegen dezen
laatste deed zeggen„kapitein mijn appèl is
spoedig afgeloopen
De heer Lefèbre, de bekende geluidkundige
en fabrikant te 's Gravenhage, heeft, bij een repe
titie der mannen-zangvereeniging Caecilia, in het
gebouw voor kunsten en wetenschappen, proeven
genomen omtrent het overbrengen van geheele
toon- en klankmassa's. Het koor was ongeveer
50 zangers sterk. In de zaal alwaar het koor
cirkelvormig was opgesteld, was door hem aan
gebracht een „toonstralen-opvanger" van bijzon
deren vorm, die bleek uitmuntend te, werken,
zoodat met zekerheid kan aangenomen worden
dat vocale en instrumentale uitvoeringen op groote
schaal door den telephoon overgebracht kunnen
worden.
De geleiding, geheel a Vimprovisie over een
lengte van ruim 60 meter aangebracht, was los
op den vloer van de corridors nedergelegd, gaande
door en geknepen tusschen de sponningen van
5 deuren.
Het koor in massa, zoowel in de forto's, piano's,
alle nuanceeringen en articulatiën, zoomede de
stemvoeringen in al haar partijen werden op
verrassende wijze overgebracht.
Volgens de „Advertentie-Catalogus", uitge
geven door de hh. Nijgh en van Ditmar, is de
opgave in cijfers van de richting der Nederland
sche dag-, week- en advertentiebladen:
liberaal 80 anti-revolutionair 6
positief-Christelijk 2 Roomsch-katholiek 21
conservatief 15 onzijdig 25
Van een honderdtal bladen is hun de richting
of strekking onbekend of die bladen staan geen
richting voor.
Asmodee is gekenschetst als Hum. liberaal en
Uilenspiegel als satiriek.
De richting van de Kerkelijke courant is aange
geven als Kerk. modern. Misschien zal de redac
teur van dat blad over die qualificatie even vreemd
opkijken als de secretaris van de synode. (DU.)
Onlangs werd vermeld, dat een slager te
Amsterdam, die beste Geldersche worst verkocht,
betrapt is op het stelen van ho'nden, met wier
vleesch de worsten waarschijnlijk gestopt werden.
De omstandighedenwaaronder de ontdekking
plaats had, waren uitermate tragisch.
Eene juffrouw, wonende in de straat van den
pseudo-Gelderschen worstenslager, bezat een fik,
„Goed, ondervind er dan de gevolgen van, gij
gij gij gij Pruisische stijfkop
„Het is niet de eerste keer dat gij mij zegt hoe
goed gij over mij denkt."
De man, die deze laatste woorden met een
flauwen glimlach op zijn ernstig, sprekend gelaat,
had uitgesprokenstond op van de canapé waar
hij naast zijn gast gezeten had en liep de kamer
door. De ander bleef zitten en keek hem toornig
aan, terwijl hij zijne blanke, goed gesoigneerde
handen op den gouden knop van Zijn stok liet
rusten. Tusschen die twee bestond een hartelijke
vriendschap en toch gingen zij bijna nooit van
elkaar, zonder een heftigen strijd gestreden te
hebben. De oudste, de vroegere eigenaar der
fabriek, Kayser, was een kras man van vijftig
jaren. Zijne licht grijze oogen keken levendig en
verstandig onder de zware wenkbrauwen uit en
terwijl hij ze nu op zijn jongeren vriend liet rusten,
verloren zijne trekken van lieverlede de uitdruk
king van toorn, en namen weder die van prutte
lend welgevallen aafi. Er lag in het uiterlijk van
Max Reinhard veel, wat den heer Kayser voor
kwam als de uitdrukking van hetgeen hij Pruisi
schen hoogmoed en Pruisischen eigendunk noemde
en waardoor hij zich veeleer afgestooten dan
aangetrokken voelde. Maar de geheele persoon
lijkheid van den jongen man, zijn groote, for-
sche gestalte, zijn kloeke krijgshaftige houding
en zijn ernstige, gebiedende blik getuigden van
wien9 corpulentie voor haar een begrijpelijke
reden tot trots en voor de gansche buurt zekere
merkwaardigheid was, die niet weinig op prijs
werd gesteld.
Sinds eenigen tijd echter woedde onder het
hondenras in den omtrek een eigenaardige soort
van epidemie, welke de slachtoffers met huid en
haar deed verdwijnen. Ieder die er van vernam,
dacht er het zijne van en soms werd er iets gemom
peld over zeker iemand die altijd zoo vriendelijk
was tegen alle honden.
Maar zie, op een goeden avond, toen de wel
gedane fik uitgelaten was, keerde hij niet weer
terug. Zijn meesteres, hoewel niet aan zulke
ongeregeldheden van den lieveling gewoon, troostte
zich met de gedachte, dat hij wel spoedig zijn
geregelde levenswijze zou hervatten, doch fik was
den volgenden morgen nog niet thuis. Ieder die
een geliefden hond bezit, kan zich den bnrustigen
nacht voorstellen dien de juffrouw doorwaakte.
De buren werden geraadpleegd, en er begon eenige
spanning te heerschen in de straat.
Men herinnerde zich hoe de slager fik vaak had
gestreeld en betast. Nog onlangs had hij het
aantal ponden begroot welke het dier wegen zou.
Eensklaps herinnerde zich eene buurvrouw den
slager 's avonds te hebben gezien, op een oogen
blik dat vrij wel overeenkwam met den tijd waarop
de hond naar buiten was gelaten.
Toen bekroop een bang vermoeden de verlaten
juffrouw, waarmee de politie in kennis werd
gesteld. De politie-commissaris van de sectie
vaardigde een dienaar af om in de slagerij een
onderzoek in te stellen.
Toen deze, gevolgd door twee personen die fik
heel goed hadden gekend, de werkplaats onver
wachts binnentradj was de slager bezig eene
hoeveelheid vet vleesch te hakken en te verwerken.
Het eerste echter wat de spiedende oogen op
merkten, was de groote bruine huid van den
vermisten hond, welke thans in beslag werd ge
nomen om te dienen als bewijsstuk wegens diefstal
van honden. (N. v. d. D.)
De leening voor de tramway te Haarlem,
groot f 100,000, is volteekend.
Bij den Amsterdamsclien gemeenteraad zijn
ingekomen twee ontwerp-besluiten voor het over
dragen van gemeentegrond aan de Amsterdamsche
droogdokmaatschappij, alsmede een ontwerp-be-
sluit,; houdende eenige bijvoegingen in de over
eenkomst met C. en J. von Lindern, tot afstand
eener oppervlakte water in het IJ, voor het leggen
van een drijvend droog dok.
Een visch-aak van Ameland, bemand met 4
opvarenden, waarvan 3 gehuwd, is den 31en Dec.
jl. vóór het zeegat omgeslagen en met man en
muis vergaan.
De bekende zoöloog Brehm te Weenen wilde,
na een reis door Siberië naar St. Petersburg, aldaar
eenige voordrachten houden. Hij liet die aan
kondigen, doch ontving daarop kennisgeving, dat
hij zijn manuscript aan de. politie moest zenden
om te worden onderzocht. Hij had echter geen
manuscript, daar hij zijne lezingen steeds uit het
hoofd hield. De ambtenaren der censuur haalden
de schouders op en schudden het hoofd; eene
lezing zonder manuscript, een pijl in het wilde
afgeschoten, dat kon nietde voordrachten moch
ten niet doorgaan. De heer Brehm begaf zich
naar den minister van politie en deelde hem mede,
dat hij voornemens was te Spreken over de resul
taten zijner expeditie en zich dankbaar wilde
toonen jegens het land, waarin hij zooveel wel
willendheid had ondervonden. Hij zou het daarom
betreuren, zoo men hem de gelegenheid ontnam
in een vrije rede zijn'gedachten en ervaringen uit
te spreken. De minister hoorde hem geduldig
aan en zeide toen„Het misbruik, dat van de
vrijheid van spreken wordt gemaakt, heeft ons
genoodzaakt deze strenge maatregelen te nemen.
Wij zouden ons verheugen, dikwijls in de gele
kracht, moed en energie, eigenschappen die hem
steeds tot bewondering genoopt hadden en die hij
ook thans in den jongen Pruis Zijn achting niet
kan onthouden, zelfs al werden zij, zooals op dit
oogenblik, aangewend om zijn wil te dwarsboomen.
Op de laatste woorden van Reinhard was een
pauze gevolgd, gedurende welke de gast zijn
oog van het sombere gelaat van zijn gastheer liet
afdwalen naar de voorwerpen die hem omringden.
Het vertrek was hoog, licht en vriendelijk, maar
alles wat het bevatte was hoogst eenvoudig. De heer
des hrfizes had ongetwijfeld gelijk toen hij beweerde
dat men zich in zijn huis alle weelde ontzegde
maar ondanks dien eenvoud maakte het vertrek
een aangenamen indruk, die grootendeels teweeg
gebracht werd door den goeden smaak en den geest
van de stiptste netheid die uit ieder voorwerp sprak.
De opmerkingen van den heer Kayser en de
bespiegelingen die zich daaraan wilden hechten ter
verontschuldiging van Reinliard's stijfhoofdigheid,
werden afgebroken door het opengaan der kamer
deur. Een net dienstmeisje stak het hoofd naar
binnen en zei dat de thee gereed was.
„Ik was eigenlijk niet van plan om zoolang
te blijven," zei Kayser, terwijl hij langzaam op
stond en aarzelend bleef staan.
„Gij gaat toch nu niet heen, buurman. Wat zou
mijn zuster denken als ik zonder u binnenkwam
„Waarschijnlijk hetgeen de waarheid is: dat
wij gebrouilleerd zijn."
genheid te zijn voor mannen als gij, eene uitzon
dering te maken. Draag daarom voor wat gij
wilt, wij zullen er u dankbaar voor wezen."
Te Da vos, in Grau bunderland, dat tegen
woordig een veel gezochte verblijfplaats voor
zenuw- en longenlijders is, zal in den loop van
dit jaar een instituut voor zoodanige knapen en
jongelingen worden opgericht, voor welke een
verblijf te Davos voor eenige jaren is voorge
schreven. De leiding van het gesticht is opge
dragen aan den geheim-hofraad dr. Heimann
Perthes. Deze, vroeger rector van het gymnasium,
laatst gouverneur van den erfgro other tog te Kas
sei, moest zijne betrekking opgeven, en daar hij
te Davos van zijne ziekte hersteld is tracht hij
zich verdienstelijk te maken jegens de lijdende
menschheid.
Bij een verkoop van fijne wijnen te Bor
deaux werd dezer dagen o. a. wijn verkocht uit
het voor wijnliefhebbers onvergetelijke jaar 1811.
Twee fleschen Chateau Lafitte uit dat jaar brach
ten ieder 310 franken op. Zij werden gekocht
door een koffiehuishouder te Parijs.
De beroemde bouwmeester der galerij Vittorio
Emanuele te Milaan, Joseph Mengoni, is den 30'°
December door een verschrikkelijk ongeluk overle
den. In gezelschap van eenige ingenieurs beklom
hij een der hoogste bogen der galerij om dit
gedeelte van het werk nauwkeurig te onderzoeken,
toen eensklaps de plank waarop hij stond kantelde
en hij op straat neder viel. Ooggetuigen verhalen,
dat hij in zijn val moeite deed om de onderste
steigerpalen te grijpen, doch te vergeefs. In
weinige seconden was de levenslustige, algemeen
beminde en geniale man een lijk. Het ongeluk
is te smartelijker omdat de voltooiing van zijn
werk zoo nabij is.
Men is in Hongarije weder op een nieuw
denkbeeld gekomen om de Turken een bewijs van
sympathie te geven. Men wil nl. den sultan een
album schenken, bevattende drazend bladen ieder
bladzijden voor 500 handteekeningen, dus in 't ge
heel voor een millioen handteekeningen. De beide
zijden en de rug zullen uit gedreven zilver worden
vervaardigd, de ornamenten en kleppen uit geëmail
leerd goud. Tot dekking der kosten is bepaald,
dat ieder die zijn naam er in plaatst een Kreutzer
zal geven, dat is voor een millioen namen 10,000
Florijnen. De kosten worden op 6000 a 7000
Florijnen berekend; het overige bedrag zal latei-
voor een liefdadig doel worden aangewend.
Waarschijnlijk zou de sultan het ook wel kunnen
gebruiken.
Een jong Russisch meisje, Tatjana Shukalin,
dochter van een voormalig kozak, is op haar
verzoek bij de kozakken ingelijfd. Zij is schoon,
slank en krachtig gebouwd.
In 1865 diende in het Oreuburgsehe kozakken-
regiment eveneens een meisje, Sarzeu genaamd,
die men, wanneer men haar zag rijden, voorniet
een meisje zou hebben gehouden, maar voor een
jeugdig kozak; die bewonderenswaardig te paard
zat en het uitstekend wist te besturen.
Volgens eene brochure van graaf Karl Bel-
supt, te Weenen bij Faesy en Frick verschenen,
onder den titel „Der Aufwand des Staates für
die landwirthschaftliehe Angelegenheit", worden
tot ondersteuning van den landbouw besteed op
iedere 1000 inwoners: in Beieren 206, Wurtem-
berg 268, Baden 220,- Saksen 249, Pruisen 362,
België 186, Frankrijk 248 en Oostenrijk 199 Mark.
EINNENLAND.
Vlissingen. Binnengekomen de mailboot
Prinses Marie, gezagvoerder Mulder Drenth, van
Queenstown.
BUITENLAND.
St. Petersburg. Volgens particuliere tele
grammen zullen weldra Turksche en Russische
„Ik beweer dat dit juist niet waar zou zijn.
Twee menschen kunnen zeer goed van meening
verschillenmaar wanneer zij beide rechtvaardig
en billijk in hun oordeel zijn, kan dit nimmer
tot ernstige oneenigheid leiden. Marie zou noo-
deloos ongerust worden indien gij niet kwaamt."
Hij had intusschen de porte-brisée geopend waar
mede men in de aangrenzende kamer kwam.
„Die ongerust wordenmompelde Kayser tus
schen de op elkaar geklemde tanden, terwijl hij
den drempel overschreéd, „ik zou wel eens willen
weten wie er in staat zou wezen om die ongerust
te maken."
Deze laatste woorden waren blijkbaar niet voor
de ooren van den gastheer bestemd en deze deed
dan ook lachend alsof hij ze niet hoorde.
Wordt vervolgd.)