N«. 6. 121e Jaargang. 1878. Dinsdag 8 Januari. Dit Wad verschijnt dagelijks, Inet uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/rn. franco 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent, Ad ver ten tien: 20 Cent per regel. Geboorte-, Trouw-, Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite CA te Brussel en Parijs. Middelburg, 7 Januari. ^EXJl3L,xJE,r03Sr. JONKER PAUL. Benoemingen en besluiten, gt. Heden heeft alhier de opening plaats gehad der biljetten, ingeleverd voor de verkiezing, bij her stemming, van een -commissaris in het polderbe stuur van Walcheren. Er werden 258 biljetten in de bussen gevonden, zijnde 1 meer dan het getal stemgerechtigden, die aan de verkiezing hebben deelgenomen. Yan onwaarde waren 10 bilietten. Van de overige geldige stemmen ver kregen de heeren J. van den Broeke, rustend landbouwer te Eitthem, 133, en W. Eeijnierse Cz., landbouwer alhier, 115 stemmen,, zoodat de heer van den Broeke gekozen is. [Bij de eerste stemming waren 246 geldige stemmen uitgebracht en verkregen de heeren van den Broeke 79 en Eeijnierse 57 stemmen.] Het Provinciaal blad van Zeeland n" 3 bevat eene circulaire van gedeputeerde staten van 4 dezer, waarbij zij kennis geven dat, ingevolge de beschikking van den minister van waterstaat, handel en nijverheid, het goedkeuringsmerk, ge durende het jaar 1878 te bezigen, zal zijn: bij den ijk en herijk der maten en gewichten de letter L in den gewonen drukvorm, schuin gesteld; bij den ijk van weegwerktuigen voor gewoon gebruik en van gasmeters, de koninklijke kroonbij den ijk van weegwerktuigen voor fijnere wegingen, eene vijfstralige ster. Voorts dat het merk van het kantoor, waar de eerste stempeling heeft plaats gevonden, voor elk der volgende ijkkantoren bestaat in het cijfer daarbij vermeld: 'sHertogenbosch 1, Breda 2, Arnhem 3, Nijmegen 4, 's Gravenhage 5, Botter dam 6, Leiden 7, Dordrecht 8, Amsterdam 9, Haarlem 10, Hoorn 11, Middelburg 12, Utrecht 14, Leeuwarden 15, Zwolle 16, Groningen 17, Assen 18, Maastricht 19. In een brief aan de Arnh. courant over den maatregel, genomen ter bespoediging van het vervoer der brievenmalen via Vlissingen—-Queen- borough (overgenomen in de M. Cf. van 5 Jan.) kwam de mededeeling voor dat de schadeloos stelling, aan de Grand Central Eriye-maatschappij te betalen voor het daartoe gevorderd gebruik van haar weg, door deskundigen begroot werd op twee a drie millioen gulden. De brief schrijver voegde er deze opmerking bij „Daar de meerdere ontvangsten betrekkelijk ge* ring zullen zijn, zoo verdient de exploitatiemaat schappij allen lof, dat zij, met terzijdestelling van het belang harer aandeelhouders, op zulk een flinke wijze het belang van het reizend publiek behartigt." 1. Een Tertelling v*n Hans Warring. I. „Gij zult het nog tot uw eigen schade onder vinden, mijn beste jongen, dat men hier te lande he onmogelijke niet kan gedaan krijgen." „Ik ben niet zoo onnoozel, mijn waarde buur man, dat ik op mijn drie-ën-dertigste jaar die ervaring niet reeds elders opgedaan heb, maar ik heb bovendien nog geleerd dat iemand in mijn positie reddeloos verloren is, zoodra hij toont te weifelen of bevreesd te zijn. Ik heb alles goed overdacht en ben volstrekt niet in 't onzekere over hetgeen ik zal antwoorden, als het tot een beslissing komt." „Heel goed! Heel goed! Maar wanneer gij er de wrange vruchten van moet plukken, herinner u dan asjeblieft, dat gij gewaarschuwd zijt! „Wees gerustik weet zeer goed dat ik alleen aansprakelijk ben voor mijne handelingen." „Dat klinkt zeer fraaimaar het is niet geheel juist. Wij allen lijden onder uw stijfhoofdigheid; Daar wij dadelijk veronderstelden dat in de berekening van. dit buitensporig bedrag eene fout moest ingeslopen zijn, waren wij zoo vrij, bij het overnemen van den brief uit de Arnh. Ct., de bedoelde zinsnede, in afwachting van nadere inlichtingen, weg te. laten. Deze inlichtingen lieten niet lang op zich Wach ten. Het Utr. Dbl. meldt daaromtrent, „van bevoegde zijde," het volgende: „Wij merken naar 'aanleiding van het boven staande op, dat de hier bedoelde deskundigen vermoedelijk ten onrechte met dien naam zijn bestempeld. Zelfs een leek toch zal begrijpen dat, volgens de wet aan de Gr. Centr. Beige alleen vergoeding van schade is verschuldigd, en aangezien volgens den berichtgever de meerdere ontvangsten, die aan de exploitatiemaatschappij in plaats van aan den Gr. Centr. Beige ten goede zullen komen, betrekkélijk gering zullen zijn, kan er natuurlijk van millioenen geen sprake zijn. Voor zooverre ons bekend is, heeft toepassing van art. 5 nog nimmer plaats gehad; bij gemis aan antecedenten zal de rechter zich dus moeten richten naar hetgeen buitenslands geschiedt. „Meestal wordt daar in zoodanig geval aan den eigenaar van den spoorweg als vergoeding afgestaan een deel der bruto ;opbrëngsten, dooi de onderneming, aan wie het medegebruik is toegestaan, voor het vervoer met hare treinen ontvangen; dit aandeel varieert tusschen'de. 60 en 75 „Op deze wijze behoeft de schadeloosstelling niet vooruit te worden begroot, doch is geëven- redigd aan het gebruik, dat van de verleende bevoegdheid wordt gemaakt en aan de schade die werkelijk wordt geleden. „De aandeelhouders der exploitatie-maatschappij behoeven zich dus niet ongerust te maken, dat hunne belangen zijn of zullen worden ter zijde gesteld." De kamer van koophandel en fabrieken alhier zal Dinsdag 8 dezer, des namiddags te 2{ uur, een openbare zitting houden. Burg. en weth. van Amsterdam hebben zich tot de regeering gewend met het verzoek, hetzij door wijziging van het Burgerlijk wetboek, hetzij langs anderen weg, de gelegenheid te openen om meer dan éen geboorteregister in dezelfde gemeente te houden. De tegenwoordige toestand is geschikt voor kleine plaatsen, maar is in eene groote stad èn voor de burgerij èn voor de ambtenaren van den burgerlijken stand uiterst hinderlijk. De wet schrijft niet uitdrukkelijk het houden van slechts éen register voor, en in Frankrijk, van waar wij de registers voor den burgerlijken stand hebben overgenomen, zijn de groote ge meenten in mairies verdeeld, die elk haar eigen de geheele buurt loopt gevaar wanneer het tot het uiterste komt. Gestel dat die kerels zich in hinderlaag leggen en u een kogel door de weer barstige hersepan jagen wat dan „Dan zal ik een paar jaar later het lot onder gaan, dat mij reeds bij Koniggratz of bij Grave- lotte had kunnen treffen. Voor een Pruisisch soldaat is een kogel geen onbekend schrikbeeld meer". „Wilt gij het er dus inderdaad op aan laten komen, ook al kondt gij door eenige toegevend heid alles weder in orde brengen „Daar zit juist de knoop. Het wil er maar niet bij mij in dat ik dat door toegevendheid gedaan zou krijgen. Integendeel het zou de crisis verschuiven, maar niet uit den weg ruimen. „Van twee kwaden kiest een verstandig mensch het minst erge. Beheersch uw onbuigzameu trots, drijf de zaak niet tot het uiterste door uwe hal- starrigheid wees verstandig! Een kleine toe lage kan er nog wel af kom de opgewonden menschen door een dergelijk aanbod tegemoet! Gij zult zien hoe de oproerigen daardoor tot bedaren zullen komen." „Het zou zwakheid zijn, „tot bedaren te willen brengen", daar waar men moet „doortasten". Ik heb u reeds gezegd, mijnheer Kayser, dat ik mijn positie goed overdacht heb. Ik betaal loonen, zoo hoog als een fabrikant in dezen ongunstigen tijd en bij den druk die alle handelszaken onder- register hebben. Bij het groote gewicht, dat de geboorteakten hebben, is het echter wenschelijk, daf'Sén verdeèling in vier of vijf afdeelingen niet bij kon. besluit, maar bij de wet geschiede. De pogingen, door de afgevaardigden, van den gemeenteraad van Wageningen bij den minister van waterstaat enz. aangewend, om eene veran dering in de richting van de lijn Amersfoort— Nijmegen te verkrijgen, zijn vergeefsch geweest. De minister kon er niet toe besluiten. .Wel wilde hij pogingen in het werk stellen om eëne zijlijn voor Wageningen te vèrkrijgep, maai- niet vöor er weder een nieuwe spoorwegwet werd voorge steld. Een inzender in de N. Bott. Ct. klaagt dat op sommige retour biljetten der spoorwegen, welke slechts voor 4 dagen geldig zijn, het oude cijfer van 5 dagen nog gedrukt staat, zonder, gelijk zulks behoort, met de pen veranderd te zijn. De reizigers maken daardoor een dag langer van hun biljet gebruik, dan hun rechtens toekomt. 't Komt ons voor dat wanneer de spoorweg- besturen, uit zuinigheid, om hun voorraad oude gedrukte kaartjes op te maken, aan de reizigers de kans willen geven om éen dag langer dan de bedoeling is van hun retour genot te hebben, het publiek daar zeker, niet tegen behoeft op te komen. Men leest het volgende in het Nieuws van den DaS: Sedert de uit Duitschland vertrokken klooster zusters zich in België en Nederland hebben gevestigd, wordt er door de geestelijkheid in Eijnland en Westphalen wérk van gemaakt om de ouders te bewegen hunne dochters naar de kloosters even over de grenzen te zenden. De Crefelder Zeitung, hiervan melding makende, zegt: „De bewaking der leerlingen is door de kloosterlijke afzondering zeker wel veilig,-ook de wetenschappelijke vorming is misschien voldoende, terwijl wij zelfs de eenzijdige richting op gods dienstig gebied, in de kloosters aangekweekt, niet zoo gevaarlijk achtenmaar er is iets anders, waartegen wij waarschuwen willen. Het staat in sommige dier inrichtingen niet te best met de beginselen eener goede moraal. „De leer, dat het doel de middelen heiligt, is te verderfelijk om niet te waken, dat jeugdige ge moederen er door bedorven worden. Wij zullen hier een feit mededeelen, voor de waarheid waarvan wij instaan. Twee jonge meisjes uit Westphalen, die zich in een kloosterlijk pensionaat bij Maastricht bevinden, gingen in den afgeloopen herfst met vacantie naar huis. Zij werden bij die gelegenheid door de kloosterzusters gebezigd tot een smokke larij van kant. Een der vrome dames omwikkelde vinden, slechts betalen kan. Niemand die billijk oordeelt zal meer van mij vergen. Werk ik 'zelf niet hard, en wat geeft het mij Ik kan u ver zekeren dat er onder al mijne werklieden stellig niet een is, die zooveel zorgen heeft als ik. Zie om u hoen in mijn huis! Overal vindt gij den ernstigen, soberen geest van zuinigheid en arbeid zaamheid, die aan mijn landaard eigen is. Ver oorloven wij mijn zuster en ik ons eenige weelde Slechts door strenge beperking onzer behoeften ben ik in staat mijne verplichtingen jegens anderen ook jegens u, na te komen. Maar indien 'ik weet wat anderen van mij vorderen kunnen, weet ik ook wat ik mij zeiven verschul digd ben. En ik verklaar u dat ik niet van plan ben een kwartier van den bepaalden werktijd te laten vallen of een cent loonsverhooging toe te staan". „Gij behoeft mij niet meer te zeggen dat gij weet wat gij uzelven verschuldigd zijt. Uw zelf bewustheid staat u op het eigenzinnige Pruisische voorhoofd geschreven. Gij leidt niet aan gebrek aan eigendunk." „Iemand die zijn eigen waarde niet kent is geen man." „Ho, ho, vriend-lief, daarin kan men zich ook wel eens vergissen. Maar ik ben niet gekomen om deemoedigheid te prediken dat zou toch vergeefsche moeite zijn. Ik ben gekomen om u een voorstel te doen, waarin gij zult toestemmen, n. 1. het lichaam van een der meisjes met belastbare kant, waarboven zij toen hare kleederen aantrok, tevens werden zij voorzien van de noodige in lichtingen hoe zij zich aan de grenzen hadden te gedragen. Vooral werd het kind, onder het gezag der vrome onderwijzeres,, ingescherpt ingeval van ontdekking de inrichting niet te compromitteeren, deze zou wel de geldboete betalen, maar mocht niet. de schande (woordelijk) dragen. De neuswijze opmerking van het meisje, dat het hier toch een onrecht gold, beantwoordde de kloosterlinge door er. op te wijzen, dat de smokkelarij immers niet ter wille van eigen voordeel plaats had, 't is waar, 't geschiedde ad major em Dei gloriam. Bovendien was volstrekt geen ontdekking te vreezen. Zij zelve had nog niet lang geleden onderscheidene belastbare zaken op die wijze naar Aken gebracht. Terwijl de overige passagiers aan het grenskantoor de wagens verlieten, had men haar, die de rozenkrans droeg, ongemoeid gelaten. „Dat dergelijke leer in een opvoedingsgesticht verkondigd wordt, kan niet streng genoeg veroor deeld worden. Terwijl wij het bovenstaande openbaar maken, verklaren wij ons bereid de namen op te geven van de betrokken personen." Naar men verneemt is aan het ministerie van binnenlandsche zaken eene nieuwe regeling in bewerking van de provinciale griffiën, gepaard met belangrijke traktementsverhooging der daaraan verbonden ambtenaren. Op de twintigste algemeene vergadering van het aardrijkskundig genootschap, te houden op Zater dag 19 Januari 1878, in het lokaal der Maatschappij tot nut van 't algemeen te Amsterdam, zal o. a. de heer Paul Soleillet, van Nimes, eene voordracht houden, getiteld De V Oasis d'Bl-Golea a V Oasis d'In-Qalah Sahara-Central De Staats-courant van 6 en 7 dezer bevat de wet van 23 December 1877 (Stbl. n° 289), hou dende vaststelling van het tweede hoofdstuk der staatsbegrooting voor het dienstjaar 1878als mede de wet van 24 December jl. (Stbl. n" 307) tot bepaling van een' nieuwen termijn voor de voltooiing van het Noordzeekanaal en uitstel van terugbetaling van de door den staat aan de Am- sterdamsche Kanaalmaatschappij ter leen verstrekte gelden. deurwaarders. Benoemd tot deurwaarder bij het gerechtshof te Leeuwarden, B. van der Schoot, notaris-klerk te Heerenveen. indien gij werkelijk de knappe man zijt, waar ik u tot nogtoe voor gehouden heb. Zie, mijn vriend, wij hebben beide even veel belang bij het voort bestaan en den bloei der fabriek er steekt even veel geld van mij in, als van u en uw zuster. Het ligt voor de hand dat wij er alle drie bij ■winnen wanneer de werkzaamheden kalm en on afgebroken voortgezet worden, hetgeen stellig niet het geval zou wezen, wanneer gij onver biddelijk uw zin doordrijft. Nu wil ik van een anderen kant niet ontkennen dat gij gelijk, ja volkomen gelijk hebt in hetgeen gij van uw eigen gedrag en uw streven zegt. Ik weet uw geest kracht en uw ijver zeer goed op prijs te stellen. Ik erken dat ik mijn eigendom aan geen solieder, eerlijker man had kunnen verkoopen en omdat ik dat weet, spijt het mij ook dubbel, dat de ongunstige tijdsomstandigheden u in moeielijk- heden brengen, die wij beide niet konden voor zien toen wij den koop sloten. Doch ter zake Als ernstig man van zaken en ook als uw oprecht vriend ben ik bereid mij gedurende de eerstvol gende jaren met een lagere rente te vergenoegen, totdat gij een vast debiet voor uwe stoffen ge vonden hebt en stel u alleen deze voorwaarde, dat gij een hevige botsing met uwe werklieden voorkomt en een kleine loonsverhooging inwil ligt. Antwoord mij niet terstond. Overweeg mijne woorden, wij zullen eerst over eenige dagen een besluit nemen."

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1878 | | pagina 1