N°. 297.
120® Jaargang.
18773
Maandag
17 December.
Dit blsd verschijnt dagelijks,
met uitzondering van Zon- en Feestdagen.'
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.
Advertentiën i 20 Gent per regeK
Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.! van'J—7 regelB f 1,50
iedere regel meer t 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte^
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Hayas, Laffitk C°. te Brussel en Parijs.
Middelburg, 15 December,
Draagkraclitbclasting.
Benoemingen en besluiten.
0 n d e r w ij s.
Kerknieuws.
Kunstnieuws,
MIDDEL
v
Ingezonden
III.
Bijzondere levensomstandigheden kunnen den
belastingschuldige drukken.
Ouders of andere familieleden kunnen tot
zijn last zijn.
Krankzinnigheid of andere vreeselijke ziek-
tën van vrouw of kinderen kunnen hem tot
buitengewone uitgaven dwingen.
Dergelijke jaarlijks wederkeerende uitgaven
zal hij van zijn inkomen mogen aftrekken.
Wil hij zijne ouders, naar sommiger meening,
te rijkelijk onderhoudengeen nood, die ouders
zullen voor dat inkomen weder in de belasting
worden aangeslagen.
Ieder vader van een talrijk huisgezin zal,
zoo lang zijne kinderen ten zijnen laste zijn,
daarvoor iets van zijn inkomen kunnemaftrek-
ken bij de berekening van den aanslag; b. v.
wanneer hij 3 tot 5 kinderen heeft 1/5
van zijn inkomen, 6 tot 8 1/4, 9 en meer 1/3.
Eindelijk zal van de, volgens de voorafgaande
gegevens belastbare inkomens eene belasting
geheven worden, die progressief is, m. a. w.
dat van een hooger inkomen een hooger per
centage zal geheven worden dan van een lager
inkomen. Wanneer men b. v. iemand met
500 inkomen voor 1 °/0 aanslaat, zal men
iemand met 5000 inkomen met 2 °/0 kunnen
belasten, iemand met f 25000 inkomen met
3°/o, iemand met f 50,000 inkomen met 4°/0
en zoo vervolgens.
Iemand met 500 inkomen die f 5 belasting
betaalt, kan die 5 minder gemakkelijk
missen (omdat zij een noodzakelijk kleedingstuk
of een stuk boter op de boterham vertegen
woordigt, dat hij nu zal moeten derven) dan
100 bedraagt voor dengene, die een inkomen
van f 10,000 heeft. En wanneer in een progres
sief belastingstelsel iemand met f 50,000 in
komen f 2000 belasting betaalt, zal hij in
verhouding niét zwaarder getroffen worden dan
de arme duivel, die van zijn 500 vijf gulden
betaalt, ofschoon de belasting van den eerste
tegen 4°/o> die van den ander tegen 1 °/0 van
zijn inkomen berekend is.
Voegt men daarbij, dat voor de maatschappij
niets verderfelijker is dan de opeenhooping
van groote rijkdommen in een en dezelfde
hand, dan zal eene progressieve belasting, voor
zoover zij die opeenhooping eenigszins mocht
kunnen temperen, daarom zeer zeker eer aan
bevolen dan veroordeeld moeten worden.
Wanneer onze gemeentewet eene kapitaal
belasting toeliet, zou men wellicht het denk
beeld eener progressieve inkomstenbelasting
kunnen laten varen en naast de inkomsten
belasting, geheven volgens de zoo even opge
geven grondslagen met uitzondering van de
progressie, eene kapitaalbelasting kunnen hef
fen, hetzij als eene successiebelasting ook in
de rechte lijn voor kapitalen hoven een zeker
minimum; hetzij als kapitaalbelasting, waarhij
evenzeer een zeker minimum werd vrijgesteld.
Zoolang echter de gemeentewet hierin niet
voorziet, zal eene progressieve inkomstenbelas
ting het eenige middel zijn om de belasting
schuldigen meer naar hunne draagkracht te
laten betalen, dan tot nu toe in den regel ge
schiedt en de mogelijkheid voor gemeentebe
sturen daardoor geopend worden, om de inkom
sten der gemeenten te verhoogen in evenre
digheid tot de behoeften, en niet terug te dein
zen om voor de behoeften van het onderwijs
en andere belangen, die dringend voorziening
eischen, het noodige uit te geven,
i Mocht eenmaal ook de staat bij gewensehte
afschaffing van zoovele belastingen, die slechts
hare basis schijnen te vinden in de behoefte,
welke slechts doet vragen, niet„brengt het
volk volgens eiders draagkracht op maar
alleen„brengt het volk op eene draag
krachtbelasting voor het rijk, naast eene kapi
taalbelasting in het leven roepen, dan zal mis
schien de taak der gemeentebesturen zeer
vereenvoudigd kunnen worden, door dat aan
hen de bevoegdheid wordt geschonken, door
opcenten op die twee rijksbelastingen in hunne
behoeften te voorzien.
Utopieën hoor ik uitroepen, alsof niet wat
gisteren eene utopie was, morgen eene werke
lijkheid kan zijn en het in de toekomst zeker
worden zal, waar zij berust op rechtvaardig
heid.
Hoe betrekkelijk kort geleden vonden de
gemeentelijke accijnsen de warmste verdedi
gers en. wie zou ze nu nog terug willen
roepen
Hoe vaak is niet het denkbeeld der gemeen
telijke inkomstenbelasting, zooals zij thans op
de meeste plaatsen geheven wordt, als eene
utopie uitgekreten
Maar bovendien, er zijn gemeenten waar eene
progressieve ffraagkrachtbelasting bestaat, en
waar de ingezetenen zich er niet over beklagen.
Utopieën, alsof het eene utopie zon zijn
om te breken met dat tal van belastingen,
welker bestaan door de meest deskundige
financieele specialiteiten reeds jaren geleden
is veroordeeld geworden; alsof wij ook op het punt
van belastingheffing niet vooruit zouden gaan
en gedoemd zouden wezen om ten eeuwigen
dagen op het rad der onzalige financiekunst
te worden geledebraakt, waarbij alle billijk
heidsgevoel schijnt te moeten blijven uitgesloten.
Zooals bekend is behooren de kazematten en
de grachten der voormalige vesting Sas van Gent
aan den heer van de Wattijne aldaar, terwijl de
staat eigenaar was van den grond onder en boven
de kazematten, een toestand die, met opzicht tot
de uitoefening van de eigendomsrechten der beide
partijen, aanleiding tot verwikkeling kon geven.
De vrees voor zoodanige verwikkeling is thans
weggenomen; immers, naar wij vernemen, zijn door
den notaris Coninck Westenberg te Sas van Gent,
namens den staat de grachten en kazematten voor
eene som van f 7105 aangekocht en heeft dus
thans de Staat de volledige eigendom dier goe
deren verkregen.
In de gemeente Assenede werd 11. Zondag
een herdershond dol, beet verscheidene schapen
en honden en ongelukkig ook twee menschen.
Een dezer laatsten is dadelijk in bedevaart naar
St. Hubert gegaanof nu de man zulk een sterk
geloof zal betoonen dat de voorspraak van den
jager-heilige hem wezenlijk zal helpen, dan of het
waar is dat men aldaar eene geneeskundige kuur,
hoofdzakelijk branding moet ondergaan, zal nu
misschien uitgemaakt kunnen worden. Dat is zeer
wenschelijk, daar men naar het schijnt de eerste
voorbehoedmiddelen verzuimt om zich met blind
vertrouwen op een kerkelijk voorsehrift te verlaten.
De onlangs gewoed hebbende brand in de Wil
lemskazerne te Utrecht heeft aanleiding gegeven
tot de benoeming eener commissie van vijf leden
uit den gemeenteraad, om een onderzoek naar de
oorzaken dier ramp in te stellen. Haar thans
uitgebracht verslag voert tot de slotsom dat de
brand niet in de eerste plaats te wijten is aan
nalatigheid der Utrechtscho brandweer, ofschoon
deze niet in alle opzichten is wat zij wezen moest.
Daarentegen oppert de commissie vele bezwaren
tegen hetgeen van militaire zijde geschied of ver
zuimd is, zooals: de ondoelmatige inrichting der
kazerne, de plaatsing der magazijnen en de nadee-
lige omstandigheid dat de sleutels berustende waren
bij niet in de kazerne wonende officieren. Verder
kan de commissie niet nalaten te wijzen op het
dpor 2 officieren uitgesproken gevoelen: 1° dat
jleze brand wellicht aanleiding zal géven tof het
beramen van betere maatregelen in geval van
brand; 2° dat h. i. de brand in de kazerne had
kunnen worden voorkomen, indien men tijdig, d. i.
onmiddellijk na het ontdekken van den brand in
de gr utter ij, al de vensters en ramen, belendende
aan het brandende perceel, ten getale van 55,
door manschappen had doen bezetten om met
natte dekens het indringen van den brand tegen
te gaan, liever dan zoo spoedig mogelijk met een
deel der goederen het gebouw te verlaten, zelfs
met achterlating van open ramen en van patronen.
De ambtenaren der gemeentelijke gasfabriek te
Arnhem, ambtshalve aangeslagen in de patent
belasting, hebben daartegen hun bezwaren aan
gedep. staten van Gelderland te kennen gegeven.
Deze hebben daarop beslist: 1° dat de gasfabriek
door de gemeente wordt geëxploiteerd; 2° dat
reclamanten bij die publiek-rechtelijke inrichting
zijn benoemd als openbare ambtenaren; 3° dat,
zoo zij hun bezoldiging niet rechtstreeks uit de
gemeentekas ontvangen, dit zijn oorsprong heeft
in de omstandigheid, dat de gasfabriek uitmaakt
eene inrichting van afzonderlijk gemeentebeheer;
4° dat deze omstandigheid krachtens de wet is toege
laten redenen waarom gedep. staten hebben besloten,
den bedoelden aanslag te vernietigen en ontheffing
te verleenen van het patent.
pensioenen. Een tweede pensioen verleend van
3184 's jaars aan mr. C. T. baron van Lijnden
van Sandenburg, gewezen minister van justitie.
onderscheidingen. Vergunning verleend aan mr.
L. N. graaf van Eandwijck, grootmeester van Zr. Ms.
huis, tot het aannemen en dragen der versierselen
van ridder van den Witten Adelaar, hem door
Z. M. den keizer aller Russen geschonken.
hooger onderwijs. Benoemd tot hoogleeraar in
de faculteit der wis- en natunrkunde aan de rijks
universiteit te Utrecht dr. W. Kapteyn, thans
leeraar aan de rijks-hoogere burgerschool te Mid
delburg [gisteren reeds onder „Tel. her." gemeld]
en tot hoogleeraar in de faculteit der wis- en
natuurkunde aan de rijks universiteit te Groningen
dr. J. C. Kapteyn, thans observator aan de sterre-
wacht der rijks universiteit te Leiden.
middelbaar onderwijs. Vergunning verleend om
hier te lande middelbaar onderwijs te geven aan
Ernest Arthur Sunier, geboren te Nods (Zwitserland),
mits hij overigens aan de daartoe bij de wet ge
vorderde vereischten voldoe.
marine. Gedetacheerd op het schroefstoomschip
le klasse Zilveren Kruis de ingenieur 2e klasse bij
de marine P. S. C. M. Wijs.
leger. Overgeplaatst in rang de le luit. H. W. J.
Royen, van het 1' regiment veld-artillerie, bij het
wapen der artillerie van het leger in Ned.-Indie,
en de le luit. J. H. ter Spil, van het wapen der
artillerie in Ned.-Indie, in rang en ancienneteit
overgeplaatst bij het wapen der artillerie van het
leger hier te lande en ingedeeld bij het 3e regiment
vesting-artillerie.
Tot leeraar voor de moderne talen en wiskunde,
aan de Latijnsche school te Gouda, is benoemd
de heer H. W. Knottenbelt, thans te Leiden.
De gemeenteraad van Oost- en West-Sou
burg heeft de jaarwedde van den hoofdonder
wijzer met f 100 verhoogd.
De heer C. Rogge, predikant bij de N. H. ge
meente te Waterlandkerkje, heeft een beroep
ontvangen naar Waarde.
Op de eerste uitvoering der Middelburgsche
muziekvereeniging, welke gisteren avond plaats
had, vernieuwde het publiek de kennismaking met
den heer D. Bromberger, vroeger muziek-directeur
te Goe», thans te Bremen gevestigd. De talenten,
door welke deze pianist zich onderscheidt, gaven
ook nu weder reden tot waardeeriugeene bewon
derenswaardige kunstvaardigheid, eene geweldige
kracht, die niet altijd van overdrijving vrij te plei
ten is en die de fijnere gedeelten van sommige der
voorgedragen stukken, met name de gedistingeerde
salon-muziek van Chopin, niet altijd volkomen tot
hun recht laat komen. Het programma van den
heer Bromberger bestond uit het concert in Es
dur, op. 32 van Weber, Chopin's Nocturne, op. 15
en Balladeop. 23, Waldesrauschen, van Liszt,'
Norwegischer Hochzeitszug van Grieg, een recht
zangerig en idyllisch nommer, en Valse-caprice
van Scharwenka, terwijl de levendige toejuiching
van het publiek nog als toegift eene Nocturne van
Chopin te voorschijn riep.
De heer W.' Kes, uit Dordrecht, liet zich hier
voor het eerst als violist hooren. De keus van
zijn eerste voordracht, een concert militaire van
Lipinski, kon ons niet bijzonder bekoren. Grillige
overgangen, motieven, niet van banaliteit vrij,
en eene samenwerking met het orkest, die bij
meer dan eene enkele repetitie waarschijnlijk in
volmaaktheid had kunnen winnen, maakten dit
nommer tot een niet geheel onvermengd muzi
kaal genoegen. Het schoone Adagio uit Men
delssohn's vioolconcert droeg de heer Kes met
veel smaak voor en de Polonaise van Wieniawski,
door welke hst concert besloten werd, bewees dat
zijne geoefendheid op het instrument, dat als het
schoonste, doch tevens als het moeilijkste van
allen beschouwd wordt, reeds een hoogen trap
bereikt heeft en bij voortgezette studiën eene
veel belovende toekomst te gemoet gaat.
Het orkest voerde de symphonie in D dur van
Mozart en de zangerige ouverture Heimhehr aus
der Fremde van Mendelssohn loffelgk uit. Jammer
dat de stemming der instrumenten, vooral gedu
rende het eerste gedeelte van den avond, te wen-
schen overliet.
De zangvereeniging „Tot oefening en uit
spanning" alhier zal aanstaanden Dinsdag hare
winter-uitvoeringen openen met twee belangrijke
werkende Mis in Es van Schubert en Schumann's
Rose Pilgerfahrt.
Over dea tekst van eerstgenoemd werk valt uit
den aard der zaak weinig te zeggen, daar alle
missen, sedert meer dan duizend jaren onver
anderd zijn gebleven.
De naam mis is eene verkorting van het Latijn
sche woord missa en ontleend aan de woorden
ite, missa est (gaat heen, de bijeenkomst is afge-
loopen), waarmede de godsdienstoefening besloten
werd. De verschillende stukken welke gedurende
de hoogmis gezongen worden, dragen hun naam
naar de woorden waarmede ze aanvangen:
1 Christe eleisón (Christus is opgestaan) of Kyrie
eleison2 Gloria in excelsis Deo (God zij de
hoogste eer) met het Laudamus te (wij prijzen u),
Gratias agimus tibi (wij brengen U dank) Domino
Deus rex celestis, (Heere God, koning des hemels),'
Qui tollis peccata (die de zonden der wereld draagt)
en Cum sanctu spiriiu (Met den heiligen geest).
3 Het Credo, of de apostolische belijdenis des
geloofs. 4 Het Sanctus en Hosanna, de lofzang.
5 Het Benedictus (de zegen) en het Agnus Dei
(ter eere van het Lam Gods).
Vroeger werd van de uitvoering dezer missen in de
katholieke kerken veel werk gemaakt en alle groote
toondichters, zonder onderscheid van godsdienstige
denkwijs, hebben aan de bewerking dezer stukken
hunne uitstekendste krachten gewijd. Vandaar dan
ook dat iemand, die de groote voortbrengselen op
het gebied der toonkunst kennen en genieten wil,
de kennis der missen van de beroemdste meesters
niet ontberen kan en deze werken, die in katholieke
landen uit den aard der zaak druk beoefend
werden, in het protestantsche Duitschland, Neder
land en Engeland onder de beoefenaars der toon
kunst bijna even bekend en geliefd werden. Sedert
de tegenwoordige paus echter de medewerking van
vrouwen in de kerk-koren te Rome verboden heeft,
geraakt de katholieke godsdienstige muziek in
katholieke landen op den achtergrond, terwijl zij
in protestantsche landen de populariteit en de
vereering behoudt, die zij daar altijd om hare kunst
waarde bezeten heeft.
Zoo worden dan ook de missen, welke Pranz
Schubert voor de hoofdkerk te Weenen, waarvan hij
organist was, schreef, sedert een tiental jaren iu zijne
geboortestad weinig meer uitgevoerd, terwijl zij