N°. 268. 120® Jaargang.
1877.
Dinsdag
13 November.
Middelburg, 12 November,
DE OLM EN DE KLIMOP,
Dit blad verschijnt dagelijks,1
met uitzondering van Zen- en Feestdagen.
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 6 Cent.
Advertentiên 20 Cent per regel.
Geboorte- Tronw- Doodberichten enz,! van 1—7 regels 11,50
iedere regel meer f 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laïfitb C°. te Brussel en Parijs.
VEEMARKT TE MIDDELBURG.
FEUILLETON-.
Donderdag den 15en November 1877 van des
voormiddags 8 tot des namiddags 4 uren.
De burgem. en wethoud. van Middelburg,
SCHOKEE.
De secretaris,
O. N. DE STOPPELAAR.
De minister van binnenlandsche zaken heeft
voorloopig maatregelen genomen, om het getal
leden der tweede kamer in overeenkomst te
brengen met de bevolking en dus met zes te
vermeerderen.
Gedeputeerde staten der betrokken provinciën zijn
in kennis gesteld met een ontwerp van wijziging
der kiestabel, met uitnoodiging om hun gevoelen
daarover, uiterlijk op 17 November te doen
kennen.
Het ligt in 's ministers voornemen, zoo weinig
mogelijk verandering te brengen in de verhouding,
die thans bestaat tusschen enkele, dubbele en
meervoudige distrieten. Er zijn namelijk twee
nieuwe enkele districten, Hilversum en Zevenbergen
ingevoegd, twee enkele, Winschoten en Goestot
dubbele gemaakt eu aan de beide meervoudige,
Amsterdam en Rotterdam, ieder éen lid meer
toegevoegd. Rbl
Naar aanleiding der instelling van een minis
terie van waterstaat, handel en nijverheid heeft
de minister van binnenlandsche zaken de commis
sarissen des konings uitgenoodigd, om ten aanzien
van zaken en belangen, waarvoor de zorg aan
het hoofd van dat departement is opgedragen,
voortaan met den nieuwen minister in rechtstreek-
sche briefwisseling te treden en zich met dien
minister in onmiddellijke betrekking te stellen.
Namens den minister van binnenl. zaken zal
gelijk verzoek door de commissarissen des konings
worden overgebracht aan gedeputeerde staten, de
gemeente- eu waterschapsbesturen, de kamers van
koophandel en fabrieken en aan de betrokken
hoofdambtenaren in de provinciën.
Na de verkiezing van gemeenteraadsleden te
IJzendijke op den 17en Juli jl. werd eene ver
kiezing uitgeschrevenomdat 1 briefje, met den
naam F. C. Wijffels ingevuld, niet bij de stemmen
17.
ESN TERHAAL TAN ANTON GIULI0 BARRILI.
Uit het ItaHaanseh.
XI.
Vervolg.)
Hij begon dus met groote gemakkelijkheid met
Jacob te praten over landbouw en tuinbouw, over
de boerenspreekwoorden ten opzichte van mooi
weer of regen en dergelijken meer. Daarop
volgden allerlei beschouwingen over de gezichten
die men in de vier kelkbladen van een viool kon
zien; die welke Jacob voor hem uitgroef was
het welgelijkend portret van een professor in het
Grieksch, dien hij kendehij kende ook
Grieksch. Beschouwingen waarover mevrouw Ar-
gellani toch lachen moest, al had ze er nog zoo
weinig lust in en al ware hst slechts flauwe glim
lachjes.
Zij was echter niet verstrooid en volgde het
gesprek, hield het met de fijne wellevendheid,
die edele zielen aangeboren is, gaande en lokte de
geestige gezegden uit. Maar terwijl hare lippen
Ewhten en praatten had zij een leegte in het hart,
van den heer F. J. Wijffels gerekend was waar.
door deze een stem minder dan de volstrekte
meerderheid (53 stemmen) verkreeg.
Bij de herstemming werd de heer D. Bekaar,
burgemeester en aftredend lid, met groote meer
derheid herkozen. Tegen deze herstemming
heeft de heer Wijffels bezwaar ingebracht bij
Z. M. den koning en 't gevolg is dat nu beide
stemmingen vernietigd zijn en er eene derde
vrije verkiezing plaats moet hebben.
Door het algemeen Nederlandsch Werklieden
verbond werd gisteren te Rotterdam eene ver
gadering gebonden ter bespreking van het algemeen
stemrecht, naar aanleiding der nota, door mr. S.
van Houten aan de tweede kamer ingediend. Een
honderdtal werklieden waren aanwezig. Door den
heer B. Heldt en eenige anderen werd het woord
gevoerd. Door deze sprekers werd gewezen op
de lauwheid en onverschilligheiddie onder
het tegenwoordige stelsel in de behandeling der
openbare zaak op te merken zijn. Census-verlaging
kan, meende men, daarin geen verbetering brengen,
daar geld altijd een ongeschikte maatstaf van
beoordeeling blijven zal. Bovendien heeft ieder
Nederlander recht om tot de samenstelling der
vertegenwoordiging mode te werken. Van zulk
eene vertegenwoordiging alleen, meende men, zijn
te verwachten de afschaffing der indirecte belas
tingen, de invoering der inkomstenbelasting, aan
welke ook de werklieden onderworpen moeten
zijn, de instelling van den leerplicht met verbete
ring van het volksonderwijs, en de afschaffing der
dienstvervanging bij het leger. Deze hervormingen
zullen nimmer ingevoerd worden, zoolang alleen
aan de meergegoeden de beslissing is toevertrouwd.
Wat de vrees van de overheersching van cleri-
cale invloeden bij het algemeen stemrecht betreft,
deze werd niet gedeeld. Daarentegen vertrouwde
men dat aan deze wenschen des volks in Nederland
recht zal worden gedaan langs wettelijken, vreed-
zamen weg, zonder revolutie en nam men ten slotte
bij acclamatie deze drie besluiten
1° een telegram aan den heer van Houten te
zenden, ten einde hem de sympathie van de ver
gadering te kennen te geven;
2° te verklaren dat alle burgers van den staat
het recht hebben aan de verkiezingen deel te
nemen en dat de tijd gekomen is om met alle
vredelievende middelen, die ter beschikking staan,
de invoering van het algemeen stemrecht te be
werken en
3° te Rotterdam eene Vereeniging «Algemeen
stemrecht" in het leven te roepen, die later de
hand kan reiken aan de soortgelijke Vereeniging,
welke reeds te Amsterdam bestaat.
waarvan zij nu en dan de verborgen smart
gevoelde.
D« avond begon intusschen te vallen «n daar
door ontstond het gewone gesprek over den dauw,
die dwingt om naar binnen te gaan. Guido wilde
afscheid nemen, maar mevrouw Argellani noodigde
hem uit om in huis te komen en dus hield hij
zijn afscheidsgroet nog in. Dit was het somberste
uur van den dag voor de arme zieke. Het was
het uur waarop in vroegere tijden aan de huisschel
getrokken werd en deze zijn heldersten klank liet
hooren, en dan kwam even daarna de knecht, die
de portière van de kamer, waar zij zatte werken
of piano te spelen, oplichtte en de bekende woor
den uitsprak: „mijnheer Eugenio Percy."
Daarop trad hij binnen en bracht het licht mede.
Zij praatten in den eersten tijd over nietigheden,
stonden voor het venster, naar de maan te
kijken, kibbelden kinderachtig ovsr een toilet,
over een kapsel, of ovsr een melodie; maar
al die onbeduidende dingsn hadden slechts éen
beteekenis; de maan wekte in hunne gemoederen
slechts éen gewaarwording op en tusschen hunne
geschillen, tusschen de aanvallen van toorn en de
afgeschoten pijlen, danste altijd een dwaalgeestje
met kapellenvleugeltjes, dat de lucht met minne
drank vervulde.
Later keken zS niet meer naar de maan en
twistten niet meer over kleinigheden; zij hadden
in plaats daarvan een vertrouwelijke kout, een
aangename gedachtenwisseling, een welluidend
gefluister, in een hoek van de sofa, met de handen
Op de aigerneene vergadering der „Nederland-
seiie Jurïistenvereemging", in Augustus 1878
te 'sGravenhage te houden, zijn aan de orde ge
steld de volgende onderwerpen: a Moet het ver
hoor op vooraf medegedeelde vraagpunten behouden
blijven? Zoo neen, door welk beter middel zou
het kunnen worden vervangen? Is het in elk
geval wenschelijkdat de rechter de bevoegdheid
hebbe partgen voor zich te doen verschijnen ten
einde over en weder te worden gehoord? Praead-
viseurs: mr. J. Pinner, advocaat, te Amsterdam,
en mr. D. J. Mom Yisch, raadsheer in het ge
rechtshof te Arnhem. b Behoort onze wet andere
dan de bestaande voorschriften te behelzen nopens
papier aan toonder, en van welk beginsel zou hare
regeling moeten uitgaan Praeadviseursmr. P. R-
Feith, rechter, en mr. J. A. Levy, advocaat, beide
te Amsterdam. c Moeten ten aanzien van de
verantwoordelijkheid voor misdrijven, door middel
der drukpers gepleegdbijzondere voorschriften
gelden Zoo ja, welke Praeadviseursmr. L.
de Cittersrechter te Arnhem, en mr. A. Polak,
advocaat en redacteur van het Handelsblad, te
Amsterdam.
Naar men verneemt, zijn voor het dezer dagen
gehouden examen voor commies der posterijen
geslaagd: de snrnumerairs van Hout, Burgeradijk,
Bekaar, Nahuis, Rink, van Leeuwen van Dui venbode,
van Rossum, van der Mark en de Groot.
(N. B. Ct.)
Opnieuw is een plan tot geheele droogmaking
der Zuiderzee ontworpen, en wel door der heer
Steenbergen, oud-landmeter te 'sHage. Het komt
op het volgende.
De tegenwoordig aanhangige plannen bestaan,
zoo als men weet, in de droogmaking alleen van
het zuidelijk deel der zee, door het leggen van
een dijk van Enkhuizen, over Urk, tot even be
zuiden den mond van den IJsel, welke rivier dus
hare natuurlijke uitwatering in de zee zou behou
den.
De heer Steenbergen zou nu de eilanden Ameland,
Terschelling, Vlieland en Texel onderling en met
den vasten wal door dijken willen verbinden.
De IJsel en het Zwarte water zouden eene uit
watering bekomen door middel van kanalen, die
door het drooggemaakte loopen en uitkomen zouden
in groote sluizen, te maken tusschen Texel en
den Helder.
Hierdoor zou natuurlijk de droog te maken uitge
breidheid meer dan dubbel zoo groot worden.
Voorts zouden al de dijken, die volgens het tegen
woordige plan moeten blijven bestaan langs het
Noordelijk deel der Zuiderzee, kunnen vervallen.
Eindelijk zou ervolgens den ontwerper, veel
in elkaar gestrengeld. Vervolgens werd er een
boek samen gelezen, hetgeen dikwijls stoornis
ondervond; daarna bleef hij alleen wachten tot
dat zij toilet gemaakt had om naar de komedie
te gaan: het was een wereld van berinneringen,
die zich alle in dat uur verdrongen en die in
dat uur weder doorleefd werden. En dat uur,
eenmaal aan zooveel liefde gewijd, was nu eenzaam.
De echoone dagen waren voorbijde band was
verbrokenmaar dat uur kon nooit vergeten
worden, door alles wat het voor dan geest bracht
van oude gewoonten. En het spijt mij dat ik
het zeggen moet maar de gewoonte is een sterke
band. Zij versterkt de liefde als zij levendig is
en doet haar levendig schijnen als zij reeds gestorven
is. Op die wijze duren sommige verbintenissen
voort en sommige bittere herinneringen, welke de
gekrenkte waardigheid uit het hart moest verjaagd
hebben.
Niets kwam ooit die droeve stilte verstoren en
de arme kranke, in een hoek van baar boudoir
gezeten, zoog in dat uur meer vergif in dan in
het overige gedeelte van den dag. Guido Laurenti,
had zonder er de oorzaak van te kennen, de kwaal
gevonden, ja zelfs het toppunt van de kwaal.
Toen hij het salon betreden had begon hij over
allerlei dingen te praten. Zij was eenigszins
verstrooidmaar het was al veel gewonnen dat zij
niet alleen zat te mijmeren. Van het een kwamen
zij op het ander en eindelijk viel het gesprek op
reizen en toen begon Lanrenti haar te vertellen
van de reismanie, welke hij van kind af gehad had,
minder kans van overstrooming bestaan, daar deze
dijken, naar zijne meeningonmachtig zouden zijn
om, bij langdurige stormen, het water te keeren.
De ontwerper heeft zich met een adres tot de
staten van Friesland gewend, met verzoek zijne
denkbeelden te ondersteunen bij de regeering en
de tweede kamer, welke hij reeds daarmede in
kennis heeft gesteld.
EIGEN HULP.
Door een bestuurder eener Coöperatieve
verbruiksvereeniging.)
Men schreef uit Middelburg aan het Utrechtscb
dagblad, dat het district Middelburg en omstreken
van Eigen hulp reeds eene atdeeling had gevormd
voorden aankoop van levensbehoeften, en dat het
reglement dier afdeeling reeds aan het hoofdbe
stuur ter goedkeuring was opgezonden. Ook voeg.
de men daarbij dat het district Middelburg en
omstreken zeker een der eerste districten waB,
waar zulk eene afdeeling was gevormd.
Wij brengen gaarne hulde aan de voortvarend
heid van het bestuur van dat district, en moeten
erkennen dat, wat het in orde brengen der regle
menten betreft, het zeker in de eerste gelederen
staat.
Evenwel zijn andere districten het voor, wat
betreft het verschaffen der levensbenoodigdheden.
Dit vindt echter misschien zijn grond in den
plaatselijken toestand en het is mijne bedoeling
daarom niet, het district Middelburg hiervan een
verwijt te maken.
In den Haag en Zwolle wordt den leden reeds
tegen billijken prijs steenkolen geleverd. Te
Utrecht zullen de leden in het begin der volgende
week kunnen verkrijgen steenkolen, turf, bruine
boonen, groene erwten, capueijners, thee, koffie,
suikerrijstwaskaarsen palmoliezeepstijfsel,
ham, gerookt spek en vleesch, en gerookte worst
Alles tegen lageren prijs dan in den gewonen
kleinhandel. Te Utrecht heeft echter deze leverancie
nog een wijdere strekking. Het publiek is daar
reeds wakker geschud. Een tweetal ingezetenen
kwamen op de gedachte, dat het wellicht moge
lijk kon zijn ook aan niet-ledeu van „Eigen hulp"
goedkoope steenkolen te leveren. Na nauwkeurige
berekening en na bespreking met den leverancier
van de steenkolen aan „Eigen hulp", zijn zij in
staat gesteld aan Utrecht's ingezetenen te ver
schaffen: Puik grove versch gedolven steenkolen
tegen 0.65 de hectoliter; puik beste gaakokes
f 0.44 de hectoliterzuivere gezeefde Duitsche
kleincokes ƒ0.32; alles vrij aan huis.
Voor het gemak der ingezetenen zijn er in ver
schillende wijken bestelhuizen geopend, die voor
een manie die te sterker was daar hij huiten
machte was er aan te voldoen.
Zijn vader verlangde dat hij zou studeeren, gaf
hem zooveel geld als hij verlangde, maar hij
mocht onder geen voorwendsel Genua verlaten.
Op zekeren dag echter, toen hij zijn examen van
het eerste studiejaar in de medicijnen gedaan had,
had hij hem een goede som geld gezonden,
opdat hij zijn wensch zou kuunen bevredigen én
naar Rome gaan.
Die reis hield hij een poos in het verschiet;
maar de mensch wikt en de vrienden beschikken.
Het geld van den ouden heer was overgegaan in
handen van een woekeraar, om een vriend en
bloedverwant, die minder rijk en lichtzinniger was
dan hij, uit de gevangenis te verlossen.
Hoe moest hij dat nu bij zijn vader goedmaken
en vooral hoe zou hij zich den wensch uit het
hoofd zetten om een reis te maken?
Hoe hij er over nadacht, hij vond geen ander
middel dan in gedachten te reizen, met de handen
in de zakken een reisverhaal te verdichten en aan
zijn vader te zenden. Het was waarlijk een
mooi land, maar een weinig kaal. Het beste was
dat hij geen cent uit te geven had aan fooien
voor de koetsiers; de logementrekeningen waren
gemakkelijk te betalen en de gidsen kostten hem
ook niets. Een lucifersdoosje bracht hem tot
geleerde bespiegelingen over den vooruitgang der
nijverheidde zijden draad waarmede zijne zakken
genaaid waren, had hem buiten het labyrinth
gevoerd. Een brief, een sigaar waren belangrijke