Telegraphische berichten. Thermometerstand. Staten-Generaal. Gemeenteraad van Middelburg, (De heer Tak verlaat de vergadering.) „2° Dat in dat geval de cursus, ingericht volgens de nieuwe wet op het hooger onderwijs, zoo moge lijk een aanvang zal nemen den le" September 1878. „3° Dat de gemeenteraad zich zal wenden tot de regeering. met het verzoek om voor dergelijke BINNENLAND. 's Gravenliage. Benoemd tot 2e luitenant bij de dienstdoende schutterij te Middelburg de schut ter mr. van der Feen; tot burgemeester van Koudekerke W. A. baron van Lijnden. Eervol ontheven van de betrekking van adjudant bij den minister van marine de luit. ter zeel'kl. H. M. van der Wijck. Benoemd tot raadsheer in den hoogen raad mr. Pols, vice-president der rechtbank te Rotterdam. BUITENLAND. Parijs. De minister van binnenlandsche zaken> de Fourtou, heeft aan de prefecten bevel gezonden om maatregelen te nemen tot beteugeling der aan vallen op de regeering, waarbij de maarschalk de Mac-Mahon wordt voorgesteld als onder clericalen invloed staande en eene gevaarlijke staatkunde volgende. Londen. Daily News bevat een telegram van den 4f° dezer, meldende dat de Turken bij Kizil- Tepe door het Russische centrum terug geworpen en in wanorde op de vlucht geslagen zijn. Naar men verneemt zal a. Maandag namiddag in de schietbaan alhier een schietwedstrijd gehouden worden door een 60tal onderofficieren en man schappen der stedelijke schutterij waarvoor verschillende prijzen beschikbaar zijn. Te half 1 zullen zij bij de Kanaalbrug aantreden. Te 3 uren zal het muziekkorps op het terrein eenige stukken uitvoeren en na afloop van den wedstrijd de schutters stadwaarts geleiden. Abusievelijk is gisteren, als datum waarop de negerzangers hier zouden komen zingen, de 12c dezer genoemd. De Nieuwe Goesche courant sprak van den 22en October. Een ingezeten van Axel was in het bezit eener fraaie kat, die bij de huisgenooten in hooge achting stond. Onlangs kwam het beest in de kamer geloopen, deed een paar sprongen opwaarts, vervolgens links en rechts en viel dood neder, terwijl het bloed haar uit den bek vloeide. Bedroefd over Miekes dood, gaat men haar in oogenschouw nemen en bespeurt met verwondering beweging in haar buik. Men besluit de overledene te openen en zie: men ontdekt een nog levende muis, die door deD slokop was verslonden, en die nu, om uit haar kerker verlost te worden, de ingewanden van poes had doorgevreten. Vad Binnenkort mag de oprichting van het Sarphati-monument te Amsterdam worden tege moet gezien. De commissie heeft uit de ingezonden ontwerpen op de uitgeschreven prijsvraag dat van den heer J. R. de Kruijff, architect te Amsterdam, gekozen. Dit bestaat uit een eeretempelvan Fransehen steen, geïncrusteerd met marmer in Italiaanschen renaissance-stijl eu door zuilen gedragen; daarin zal het wit marmeren borstbeeld van Sarphati prijken. Door de Utrechtsche burgerij is Donderdag eene partij aangeboden in Tivoli aan de officieren der schutterij en van het garnizoen en aan de studenten der hoogeschool te Utrecht, als contra- partij voor de vele beleefdheden, welke de burgerij van de genoemde corporatiën geniet. Het laatste feest van dien aard had vóór tien jaren plaats gehad. De partij bestond ditmaal uit eene matinée musi- cale door het orkest van Coenen, des avonds uit een concert door het Amsterdamsche orkest van Stumpff, dat door vuurwerk in den tuin en een fonkelden twee kleine levendige oogen, terwijl er nog geen tand in zijn mond ontbrak. Hij sprak op een scherpen schellen toon met horten en stootenalleen op de R drukte hij vol welbe hagen en haalde die ellenlang uit, op zeer hoogen toon. Vroeger was hij bekend geweest als een aardig maar driftig menschmaar in den laatsten tijd hadden allerlei tegenspoeden hem opvliegend en wantrouwend gemaakt. Thore en Eyvind hadden dikwijls heen en weder geloopen eer Ole in hun nabijheid kwam. Zij voelden beiden dat niets goeds hem tot hen voerde, en daarom was het des te grappiger om te zien dat hij niet verder scheen te kunnen komen. Zij moesten zich goed houden en zachtjes pratenmaar daar er geeh einde aan kwam, begon het op hunne lachspieren te werken. Een half woord is bg zoo 'n gelegenheid genoeg om iemand aan het lachen te maken en vooral wanneer men niet lachen mag. Toen hij eindelijk ongeveer twintig schreden van hen af was en toch niet verder kwam, zei Eyvind heel droog en zacht „Wat moet die man veel gegeten hebben eii dat was genoeg. „Ik geloof dat je niet wijs bent," fluisterde de vader, hoewel hij zelf ook moest lachen. „Hm, hm klonk het van den berg. „Hij heeft zich verslikt," fluisterde Thore. Eyvind viel bi^ een hoop hooi op de knieën, stopte zijn gelaat 'm het hooi en lachte en vader saoest zich ook bukken. (Worifi wrwlgtf) schitterend baPgevolgd werd, terwijl gisteren nog een tweede matinée musicale gegeven is. Den 25™ Aug. is te Batavia een militair (Franschman) opgehangen, die op Deli kapt. de Yogel in' koelen bloede had doodgeschoten. De man onderging zijn straf ten aanschouwe van het garnizoen en een menigte nieuwsgierigen, met groote koelbloedigheid. Hij stond bekend onder den naam van Walcb, doch de veroordeelde schreef in het laatste oogen blik aan den Franschen consul dat hij met valsche papieren in dienst was geko men en eigenlijk Carnou heet. 5 Oct. 's av. 11 u. 48 gr. 6 's morg. 7 u. 46 gr. 's midd. 1 u. 56 gr. 's av. 5 u. 54 gr. Militie en Schutterijen. De hoofdbeginselen van de thans in druk ver schenen wetsontwerpen tot herziening van de militie- en schutterijwetten, zijn de volgende: Vooreerst is 'de regeling van de sterkte der militie met die der schutterijen thans in onmid dellijk verband met elkander gebracht, met ont vouwing in afzonderlijke nota's, van de denkbeelden der regeering over 's rijks verdediging, ovêr de rol, welke de militie en schutterg daarbij zullen hebben te vervullen en over de samenstelling van de sterkte en van de deelen dier beide wapenmachten. Het Nederlandsehe leger zal sterk moeten zijn 55,000 man. Om daarover, na aftrek van de nonvaleurs, te kunnen beschikken, wordt voor de raming der jaarlijksche lichting gerekend op een totaal van 55,300 man. Het maximum voor de jaarlijksche lichting schijnt op 12,700 man te kun nen worden gesteld, waarbij 800 jaarlijks voor de zeemilitie, totaal 13,500 man. Om dat cijfer te verkrijgen zal de vrijstelling wegens broederdienst tot de kleinste helft worden beperkt en de vrijstelling als eenige zoon vervallen. Voorts wordt op ruimer schaal verplichtend ge steld de samenvoeging van gemeenten voor de levering van het vereischte maximum. Veilig kan worden aangenomen dat dientenge volge 1500 a 2000 vrijstellingen 'sjaars minder dan tot dusver zullen verleend worden. De plaatsvervanging wordt beperkt binnen den militieplichtigen leeftijd (21 tot 25 jaren) en de waarborgen voor het zedelijk gehalte der plaats vervangers worden verstrekt. De mindeijarige, die bij de militie is ingelijfd, zal tot het aangaan van een verbintenis als vrijwilliger toestemming van ouders of voogd niet behoeven. Het tijdstip voor de algemeeue aflevering der militie wordt behouden gelijk het thans bestaat, in 't belang eener behoorlijke oefening van de infanterie, gedurende de beste maanden van het jaar. Het militie-ontwerp houdt bovendien voorziening in enkele leemten, bij de toepassing der bestaande wet gebleken, en is wijders in overeenstemming gebracht met de aanhangige ontwerpen van wet tot gedeeltelijke herziening van de crimineele wet boeken en der reglementen van krijgstucht voor het krijgsvolk te land en dat te water.. Wat de schutterijen betreft wordt het onderscheid opgeheven tusschen de rustende schutterij (in 1045 gemeenten) en de dienstdoende (in 89 gemeenten). Er zullen twee klassen van oproeping zijnde ongehuwden en weduwnaars zonder kinderen en de gehuwden. De sterkte der schutterij zal 4 pet. van de mannelijke bevolking bedragen. De schutterlijke dienstplicht vangt met het 21« jaar aan en duurt tot het 34e jaar. Na tien jaren militairen of schutterlijken dienst komt men in de reserve (voor tijden van oorlogs gevaar tot behoud der inwendige rust). De schutters wordennaar gelang van hunne geoefendheid, ingedeeld in twee klassen. Voor de 1* kl. zullen de oefeningen bedragen 80 uren, voor de 2* kl. 20 uren, verdeeld over het geheele jaar. De oefeningen zullen zooveel mogelijk plaats hebben in vereeniging met de militaire garnizoenen. Offi cieren onderofficieren en korporaals zullen tot theoretische oefeningen verplicht zijn. Het bestaan van brandpiket wordt wettelijk bekrachtigd. Bij de mobiele schutterij wordt plaatsvervanging toegelaten, mits de vervangene geen officier zij of tot de reserve behoort en de vervanger niet ouder dan 40 jaren zij en vroeger gediend heeft. De mobiele schutterij staat onder de krijgswetten. Het ontwerp stelt als straffen 1" degradatie 2° provoost arrest van 1—8 dagen en 3° geldboete. Aan den kommandant wordt het recht gegeven den onderhoorige die zich aan eenig misdrijf in dienst schuldig maakt, te dpen arresteeren. Bevoegdheid wordt gegeven, aan de komman danten der schutterijen toelagen uit 's rijks kas te verleenen. Door de voorgestelde sterkte van 4 man op de 100 mannelijke inwoners, zou de schutterij komen op 70,564 man, d. i. 5326 meer dan nu de dienst doende en rustende bijeen. Zitting van Vrijdag 5 October. Voorzitter de heer Schorer. Afwezig de heeren Jeras en Nagtglas, uit de stad. Later komen de heeren Tak, van Berlekom en Luteijn. In de eerste plaats is aan de orde de installatie van het opnieuw gekozen raadslid den heer m'. P. Roetert Tak Ez., die door den secretaris wordt binnengeleid en in handen des voorzitters de ver eischte eeden aflegt. Na door den voorzitter te zijn geluk gewenscht neemt hij zitting. De voorzitter deelt mede, dat de heeren Jeras en Nagtglas door afwezigheid verhinderd zijn deze vergadering bij te wonen, welke mededeeling voor kennisgeving wordt aangenomen. De notulen van het verhandelde in de zitting van 4 September jl. worden na voorlezing goed gekeurd. Vervolgens is aan de orde de beslissing omtrent de in de vorige vergadering gerezen qoaestie over de al of niet geldigheid der benoeming van den heer Tak als lid der commissie voor de strafver ordeningen en der commissie van financiën, die destijds de eeden als herkozen raadslid nog niet had afgelegd. Over die quaestie hadden in de vorige zitting de stemmen gestaakt. De heer Snouck Hurgrouje, die de vorige maal de gedane benoeming van den heer Tak tot lid der genoemde commissiën als niet geldig beschouwde, verklaart dat zijne overtuiging sedert gewijzigd is, hoofdzakelijk op grónd van de artt. 84 en 18 der gemeentewet, in verband met de memorie van toelichting. (De heer van Berlekom komt ter vergadering.) De voorzitter stelt voor om den heer Tak toe te laten als lid der commissiën, en met 7 tegen 6 stemmen wordt dienovereenkomstig besloteD. Tegen de toelating stemden de heeren Snijders, Lambrechtsen van Ritthem, van Hoek, Fokker, van Eekelen en de voorzitter. [De aanhouding der beslissing op de adressen van de heeren H. Middelburg, J. Matzinger en P. van Goozen hebben wij in ons vorig nommer reeds medegedeeld.] (De heer Luteijn komt ter vergadering.) De voorzitter deelt mede dat de heer Tak door ambtsbezigheden verhinderd is de vergadering verder bij te wonen, welke mededeeling voor ken nisgeving wordt aangenomen. Hetzelfde geschiedt met drie missives van gede puteerde staten van Zeeland, houdende goed keuring van het raadsbesluit tot verkoop van grond aan P. Andriessen, alsmede van de supple- toire kohieren van den hoofdelijken omslag en van de belasting op de honden. Daar de op 24 Augustus 1875 aan den heer C. G. J. Pietersen, te 's Gravenhage, verleende ver gunning voor den aanleg en de exploitatie van een paardenspoorweg tusschen Middelburg en Vlissin- gen vervallen is, stellen burgemeester en wethou ders voor, vervallen te verklaren al hetgeen is gestipuleerd in de door het gemeentebestuur met genoemden heer gesloten overeenkomst van 6 September 1875, omtrent den aanleg en de exploi tatie van bedoelden paardenspoorweg van Middel burg naar Vlissingen, onder behoud echter van het bepaalde omtrent zoodanigen weg van Middel burg naar Domburg, waarvan de termijn van aanleg loopt tot het jaar 1880. Dit voorstel wordt zonder hoofdelijke stemming aangenomen en burgemeester en wethouders wor den gemachtigd den heer Pietersen met deze beschikking in kennis te stellen. Wordt overgelegd een staat van oninbare aan slagen in de plaatselijke inkomstenbelasting over 1873, tot een bedrag van /223.14), alsmede een staat van oninbare posten betreffende de belasting op de honden over 1874, tot een bedrag van 122.65i. Beide staten worden goedgekeurd. De voorwaarden tot verpachting der tollen op den MiddelburgVlissingschen rijweg voor het jaar 1878, gelijk aan die voor het loopende jaar, worden zonder bedenking goedgekeurd. Ter voldoening aan het verlangen van den mi nister van binnenlandsche zaken wordt vastgesteld eene door burgemeester en wethouders voorgedragen verordening, waarbij voortdurend als geldig wordt verklaard de verordening tot handhaving der orde op de buitenpleinen van en de toegangen tot het spoorwegstation te Middelburg, vastgesteld door den gemeenteraad in zijne vergadering van 16 October 1872. Vervolgens komt in behandeling het voorstel van burgemeester en wethouders omtrent het adres van jhr. A. W. Teding van Berkhout, te Utrecht, die verzoekt dat door de gemeente zal aangelegd worden eene straat door het aan adressant in eigendom behoorende terrein van het voormalige gasthuis, gelegen in de Lange Delft en de Nieuw- staat alhier. Die straat, ruim 90 meter lang, zou beginnen aan de Nieuwstraat en eindigen aan der Lange Delft met eene breedte, de trottoirs hieronder begrepen, van hoogstens 7 meter. De af braak der bestaande gebouwen en muren, geschat op p. m. 500, sou blijven ten voordeele der gemeente. Adressant zou het noodige terrein kosteloos afstaan en 2000 in de kosten van aanleg der straat bijdragen. Bij verkiezing kan de gemeente, ter oprichting van een of ander gemeentegebouw, in plaats van genoemde som een gedeelte van bet terrein, ter grootte van ongeveer 400 M1 en met hoogstens 20 M. aan de aan te leggen straat uitkomende, vorderen. Adressant zou zorgen, dat binnen zes jaren na de bestrating en het in ge bruik stellen van den weg, de beide zijden der straat bebouwd zijn met huizen, waarvan de voorgevelhoogte, het dak niet medegerekend, minstens 6] meter moet bedragen, of voor zoover er tuinen naast de gebouwen komen, die van de straat afgesloten zullen zijn door een 1 meter hoogen muur met een daarop geplaatst sierlijk ijzeren hek, ter hoogte van li meter. Tengevolge van een nadere briefwisseling tus- schea burg. en weth. met den adressant, heeft deze zich later, om aan enkele gemaakte bezwaren gedeeltelijk tegemoet te komen, zich bereid ver klaard 1° voor de aan te leggen straat kosteloozen afstand van grond te doen voor eene breedte van 8 in plaats van 7 meter; 2° de minimum hoogte der gevels te stellen op 7 in plaats van 6j meter; 3° de j»ffla;imw»»-uitgestrektheid aan de straat, die eventueel tot tuin zal mogen worden aangelegd, voor de beide zijden der straat te zamen te bepalen op hoogstens 52 meter, zijnde ongeveer J gedeelte der lengte. De door burgemeester en wethouders opgemaakte begrooting van kosten voor de aan te leggen straat, die eene lengte zou hebben van 98 M. en eene breedte van 8 M., alzoo eene oppervlakte van 784 M', bedraagt f 6462.52waaronder f 2300 voor de rioleering, of na aftrek der 2000 vergoeding, door den adressant te betalen, 4462.52. Wordt de bestrating gelegd na de voltooiing- van den bouw eh alsdan van klinkers, zal het totaal worden f 3412.50. Ofschoon burgemeester en wethouders het hoogst wenschelijk achten, dat de toestand waarin thans het terrein van het voormalig gasthuis verkeert en waardoor een der hoofdstraten dezer gemeente geheel ontsierd wordt, niet langer voortdure en in welks verbetering burg. en weth. niet ongenegen zouden zijn dep raad voor te stellen van gemeente wege eenigermate tegemoet te komen, zoo achten zij het cijfer, dat daarvoor volgens het plan van den adressant van de gemeente zal gevorderd worden, te aanzienlijk en te bezwarend voor de gemeentefinanciën, zoo met het oog op de vele niet minder belangrijke werken, welke bij gebrek van fondsen onuitgevoerd moeten blijven, alsook in verband tet de te verkrijgen verbetering van de passage in de Nieuwstraat, welke hun niet als geheel afdoende voorkomt. Tot hun leedwezen zien zij zich alzoo verplicht voor te stelkn, op het verzoek van den adressant ai wij zend te be schikken en hen te machtigen hem daarmede in kennis te stellen. De voorzitter deelde mede, dat de commissie van fabricage, ofschoon de meeningen omtrent de wen- schelijkheid der uitvoering van het plan uiteen liepen, evenwel eenparig van oordeel was dat de geldelijke opoffering voor de gemeente te groot zou zijn. De heer Luteyn stelde voor, de beslissing aan te houden en de stukken alsnog te stellen in handen der finaneieele commissie, daar hij het wenschelijk acht dat ook deze de zaak nog eens bekijke. De voorzitter nam namens burgemeester en wethouders het voorstel van den heer Luteyn over hetwelk vervolgens zonder hoofdelijke stemming' werd aangenomen. [De machtiging tot overdracht aan den heer J. F. van Leeuwen van een gedeelte scheeps timmerwerf der Commerciecompagniede afstand van gemeentegrond in huur aan den heer G. Alberts Lz., en de behandeling van het voorstel van burg. en weth. tot verkoop van grond aan C. Polderman c. s., met het amendement van den heer van der Harst, hebben wij gisteren reeds medegedeeld zoodat wij kortheidshalve daarnaar verwijzen. Ten aanzien van de verhuring van 252 centiaren grond aan den heer Alberts moeten wij er alleen nog bijvoegen, dat de heer Fokker gewezen heeft op de zich meermalen voordoende onaangenaamheden onder de werklieden der lijnbaan met die van den heer Alberts omtrent de passage der baan. Hij wenschte daarom den heer Alberts op te merken, dat zijne werklieden gewaarschuwd dienen te worden, dat zij geen onredelijke eischen doen. De voorzitter antwoordde dat hij gaarne zijn persoonlijken invloed wil aanwenden om zoo moge lijk onaangenaamheden bij de werklieden te voor komen, doch hiervan geen sprake kan zijn in het door den raad te nemen besluit. Blijven de onaan genaamheden voortduren, dan kan alleen eene civiele rechtsvordering worden ingesteld ter ver goeding van kosten schaden en intressen, als gevolg van een onrechtmatige daad.] Geschiedt voorlezing van het voorstel van burg. en weth. omtrent de reorganisatie van het gym nasium alhier, volgens de eischen der wet van 28 April 1876 (Staatsbl. h° 102). Wat het finaneieele gedeelte der plannen van curatoren betreft, merken burgemeester en wet houders het volgende op. „Het gymnasium heeft gedurende de laatste jaren zmver aan de gemeente gekost /3500 a ƒ3600 'sjaars, waaronder wel begrepen zijn de kosten van onderhoud der schoollokalen en rec torswoning, maar niet de renten van het kapitaal, dat in der tijd voor die gebouwen is uitgegeven. „Er kan natuurlijk geen spraak van zijn dat de kosten van een reorganisatie, 17000 'sjaars bedragende, uit de inkomsten der gemeente zouden kunnen bestreden en de begrooting bezwaard wor den met eene vermeerderde uitgaaf van ruim f 13000. „In de wet op het hooger onderwijs is echter het beginsel opgenomen dat door het rijk voor de gymnasia een subsidie aan de gemeente zou kunnen gegeyen worden en uit de beraadslagingen in de 2e kamer, over die wet gehouden, blijkt, dat de regeering de bedoeling heeft gehad ia sommige gevallen tot een aanmerkelijk bedrag de gemeente te hulp te komen. „Wij meenen dat in deze gemeente alle termen aanwezig zijn om van die goede gezindheid der regeering gebruik te maken. „Bij den drukkenden last der belastingen, de groote en vele uitgaven voor noodzakelijke publieke werken en de aanvankelijke uitbreiding, die de kosten van het onderwijs in de laatste jaren heb ben ondergaan, kan de gemeente niet veel meer aan de uitgaven voor het gymnasium besteden dan zij tot nog toe deed, en naar onze bescheiden meening is dit van haar ook niet te vergen, wan neer men het oog slaat op de bijlage gevoegd bij het schrijven van H. H. curatoren, en waaruit blijkt, dat de helft der leerlingen uit andere plaatsen dan Middelburg afkomstig is. „Behalve uit het eiland Schouwen, waar tot dusver eene Latijnsche school te Zierikzee gevestigd was, is er geen deel van de provincie Zeeland waaruit niet jongelieden het gymnasium hier kwa men bezoeken, en niemand zal toch in billijkheid eischen kunnen, dat Middelburg ten behoeve van al die andere plaatsen den zwaren last van een gymnasium, ingericht volgens de nieuwe wet, zal dragen. „Met alle reden mag dan ook hier gerekend worden dat het een algemeen belang geldt, nog te meer, daar geheel Zeeland verstoken zou zijn van eene inrichting tot voorbereiding van acade mische studiën indien het Middelburgsche gymna sium opgeheven werd. „De jaarlijksche kosten van een gymnasium be dragen volgens curatoren 17000. Deze som wordt echter verminderd met het bedrag der schoolgelden, gedurende de laatste jaren, ad 100 per leerling, ƒ2000 bedragende. Wanneer nu de gemeente daarin betaalt eene som van ƒ4000, of ƒ500 meer dan tot heden hot geval was, dan big ven er ƒ11,000 over die door subsidie gedekt zouden moeten worden. „Wij moeten er echter uitdrukkelijk op wijzen dat dit bedrag aanmerkelijk hooger zoude zijn, indien de regeering mocht eischen dat aan iedere klasse voor ieder vak in een afzonderlijk uur les mocht worden gegeven of geen vergunning verleende aan leeraren van rijksinrichtingen om zich met het onderwijs in sommige vakken te belasten. „De kosten voor inrichting der lokalen, zullen niet zeer hoog zijn, naar wij meenen te mogen vermoeden, daar het huis, thans door den rector bewoond, een genoegzaam aantal geschikte kamers heeft voor klassen uit een niet te groot aantal leerlingen bestaande. „De twee tegenwoordig in gebruik zijnde school lokalen zijn niet voldoende en het gebouw waartoe zij behooren is bovendien zoo bouwvallig, dat daaraan kostbare reparatiën gedaan zouden moeten worden. Zoo men echter de rectorswoning voor de school inricht, zouden vermoedelijk die repara tiën minder kunnen worden. „De tegenwoordige bewoner zou zoo noodig niet ongeneigd zijn zijne woning te verlaten. Ofschoon hij er geene voorwaarde van gemaakt heeft, zal de billijkheid ongetwijfeld vorderen, dat onder de kosten der inrichting van het gymnasium ook worde opgenomen eene vergoeding wegens de kosten van verhuizing. „Naar aanleiding van het bovenstaande hebben wij de eer u voor te stellen te besluiten. „1° Tot behoud en reorganisatie van het gym nasium volgens de plannen door curatoren voorge steld, mits gunstig beschikt worde op het verzoek sub n° 3 hieronder vermeld.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 2