n°.
120® Jaargang.
1877.
W oensdag
3 October.
"EEN YROOLIJIE JONGEN.
Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k"s
met uitzondering van Zon- en Feestdagen."
Prijs per 3/'m, franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent.'
A dvertentiên i" 20 Cent per regel.
1 Geboorte- Tronw- Doodberichten enz.: van 1—7 regels 1,50
iedere regel meer t 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte.
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffiti C°. te Brussel en Parijs.
Middelburg, 2 October,
neTJiLi-iETOixr.
Benoemingen en besluiten,
Onderwijs.
Kerknieuws.
Marine en leger.
MIDDELBURG
COURANT.
Bij ministerieele beschikking van 30 September ji.
is, ingevolge machtiging des konings, de Neder-
landsche hoofdcommissie voor de internationale
tentoonstelling te Philadelphia in 1876 ontbonden,
met ontheffing van haar beheer en dankbetuiging
voor de bewezen diensten.
In een gisteren te Oude Pekela gehouden
centrale vergadering der kiesvereeniging „de Grond
wet" is gebleken, dat ter verkiezing van een
candidaat voor de tweede kamer (vacature-Jonck-
bloet) door de verschillende afdeelingen der veree-
niging gezamenlijk zijn uitgebracht 121 stemmen.
Daarvan bekwamen de heeren mr. Goeman Borgesins
78 en Addens 13 stemmen; de overige stemmen
waren over verschillende personen verdeeld.
Den 8e" October zal alsnu de centrale vergade
ring opnieuw bijeenkomen, teneinde uit de voor-
loopige candidatenlijst een definitieven candidaat
te kiezen. Vad
In een ingezonden stuk in het Handelsblad over
de postverbinding met Engeland wordt volkomen
instemming betuigd met het opstel in dat blad van
den 29en Sept. jl., waarop wij in ons nommer van
Maandag de aandacht vestigden. De schrijver
verlangt dat de kamers van koophandel „onmiddel
lijk de zaak met kracht aanpakken" en dat men
meetings belegge, teneinde te voorkomen dat het
gesloten contract met de Stoomvaartmaatschappij
Zeeland bevestigd worde.
Onder de argumenten, door dezen schrijver aan
gevoerd, knippen wij het volgende uit, waarin op
naïeve wijze de bekrompen zelfzucht van den
Amsterdammer aan het licht treedt.
„Laat ons, schrijft hij, vooral geene uto
pieën najagen, geen ongezonde concurrentie in het
leven roepen; laat ons niet voor ieder onzer groote
koopsteden een afzonderlijken maildienst trachten
in te richten. Daartoe is de tijd nog niet gekomen,
en wij kunnen en moeten voorloopig met éen lijn
volstaan. Maar die lijn moet uitstekend zijn inge
richt en in de allereerste plaats onze groote koop
steden op de snelst mogelijke wijze met Londen
verbinden. Die lijn moeten wij hebben en wij
zullen die krijgen, wanneer slechts alle belang
hebbenden tot het tot stand brengen daarvan ern
stig willen medewerkenen voor die lijn moet de
subsidie, die de minister aan een verbeterden mail
dienst met Engeland heeft toegedacht, bestemd
worden".
Noorwcegsche vertelling
vat*
Bjormstjerne Björnson.
{Uit het Eoogduitsch
Vervolg.
Aan de geachte jongejuffer Marietje, dochter
van Knud Nordistnen, op Heidenhoven.
Het zal u wel zeer verwonderen een brief van
mij te krijgen, maar dat behoeft toch niet, want
ik wilde u alleen maar vragen, hoe het u gaat.
Dat moet gij mij eens schrijven, zoo spoedig moge
lijk en in alle opzichten. Wat mij betreft kan
ik u zeggen dat ik, na verloop van een jaar,
klaar hoop te zijn.
Hoogachtend,
Eyvind Pladsen.
Aan den vrijgezel Eyvind Pladsen op de land-
bouwkundige school.
Ik heb nw brief door den meester in ord®
ontvangen en ik zal u antwoorden, omdat gij
daarom vraagt. Maar ik zie er tegen op, daar gij
nu zoo geleerd zijt; ik heb wel een brievenboek,
maar daar kan ik nu niets uit gebruiken. Ik zal
het zelf probeeren en gij moet den wil maar voor
de daad nemendoch gij moet desen brief aan
De overblijfselen van het lijk van generaal
Niuo Bixio, den gewezen wapenbroeder van
Garibaldi in den Italiaanschen onafhankelijkheids
oorlog, die als gezagvoerder van het stoomschip
Maddaloni ter reede Atjeh overleden is, werden
Zondag jl. te Genua plechtig ter aarde besteld.
De heer Nieotera, minister van binnenlandsche
zaken, de presidenten van den senaat en de kamer
van afgevaardigden, deputatiën van gemeentera
den uit alle oorden des lands en een aantal autori
teiten waren bij de begrafenis aanwezig. Koning
Victor Emmanuel was door een commissaris ver
tegenwoordigd, die namens de stad Genua aan de
Nederlandsche natie en hare regeering zijn dank
betuigde voor de medewerking, bij het overbrengen
der overblijfselen van Bixio verleend.
De tegenwoordige president van Venezuela
heeft in een manifest het oordeel over de handelingen
van den „grooten Amerikaan"zijn voorganger,
aan de volksmeening en de geschiedenis overge
laten doch verklaard dat hij de verantwoordelijk
heid voor die handelingen niet wenscht te dragen.
Omtrent den stand van het geschil met Nederland
wordt in dat staatsstuk het volgende gezegd
„Deze zaak heeft verscheidene phasen gehad, en de
betrekkingen blijven tot nu afgebroken. Zij waren
ook vroeger geschorstmaar toen was het op eene
aanzegging van Nederlandde reden daartoe was
dat het ministerie van buitenlandsche zaken in
Venezuela geweigerd had, verder zaken te behan
delen met den heer Roland as, die daarop zijn
paspoort vroeg. Een Hollandsch eskaderdat te
La Guayra gekomen wasnam de schepen Hon-
fleur en Smith medehet eerste schip was aange
houden en het andere reeds bij rechterlijk vonnis
verbeurd verklaard." (Naar de jongste berichten
waren de betrekkingen met het buitenland veel
gunstiger en zou de opening der havens spoedig
volgen, of moest die reeds geschied zijn.)
Het Nieuws van den Dag meldt van gisteren
uit Amsterdam:
Den geheelen morgen stond heden voor het
stadhuis het leger nachtwachts der stad, wachtende
op het hoofd der gemeente, om zich te beklagen
dewijl hnn door den hoofdcommissaris van politie
verboden was bij de inwoners om „wintergaven"
rond te gaan, hoewel de burgemeester zelf eenige
weken geleden te kennen had gegeven daartegen
geen bezwaar te hebben.
Een metselaar, met een moker gewapend, kwam
hun in zeer opgewonden taal voorstellen zichzelven
„recht" te verschaffen. Hij wilde hun wel den
weg wijzen en gaf in overweging het stadhuis
binnen te dringen. Dit deed bij ook. Hg drong
niemand laten zien; want dan zondt gij niet zijn
waar ik u voor houd. Gij moogt hem ook niet
bewaren, want dan kon iemand hem te zien krij
gen, en mij beloven hem te verbranden. Er is zoo
veel waar ik over zou willen schrijven, maar ik
durf niet. Wij hebben een goeden oogst gehad, de
aardappelen zijn hoog in prijs en wij hebben genoeg,
maar de beer beeft ons veel schade aan het vee
berokkend. Ik weef een grooten doek, die net is
als een schotsche ruit, dat is een lastig werk. En
nu zal ik je vertellen dat ik nog thuis ben en dat
anderen het graag anders zonden willen. Meer heb
ik dezen keer niet te vertellen en daarom zeg ik u
goeden dag.
Marietje Knudsdochter.
P. S. Verbrand den brief toch vooral.
Aan
den landbouwkundige Eyvind Thoresen Pladsen.
Dat heb ik u altijd gezegd, Eyvind, degeendie
met God gaat, heeft het beste deel gekozen; maar
nü moet gij naar mijn raad luisteren. Gij moet het
u niet aantrekken wanneer gij wederwaardigheden
in uw leven krijgt, maar op God vertrouwen en uw
hart niet door verlangen laten verteren, want dan
zoudt gij een afgod naast hem stellen. Vervolgens
moet ik u zeggen dat uw vader en moeder heel
wel zijn, maar dat ik zelf pijn in de heup heb;
want nu breekt mij de oorlog en alles wat ik
uitgestaan heb weer op. Wat de jeugd zaait moet
de ouderdom oogsten en zoowel de geest als het
lichaam geven aanleiding tot klagen en zuchten.
Maar de ouderdom mag niet klagen; want uit de
tot in de vestibule door, waar hij een stadsbode,
die hem terugwees, aanbood de hersens in te slaan.
Hier wachtte echter eene deputatie van de nacht-
wacbls op den burgemeester.
Deze nachtwachts hielpen deD oproerigen met
selaar arresteeren en de makkers beneden op de
binnenplaats hielpen hem naar het naastbijzijnde
politiebureau brengen.
Nauwelijks was de burgemeester op het stadhuis
en had hij de wenschen vernomen van onze rustbe
waarders, of hij verzekerde dat zij zouden ingewil
ligd worden.
Met een daverend „hoera" werd dit besluit
begroet.
Gisteren werd te Keulen eene vergadering
gehouden van de Internationale vereeniging tot
reinhouding der rivieren, des bodems en der lucht.
Da< inspecteur voor het geneeskundig staatstoezicht
in Zuid-Hollanddr. Egeling deed o. a. eenige
mededeelingen omtrent den toestand in Nederland.
Dr. Mittermaier van Heidelberg hield eene voor
dracht over het tonnenstelsel aldaar. Men heeft
daar ijzeren tonnen van 105 liter inhoud of petro
leumvaten die goed voldoende ton staat bene
den in huis en is door eene buis van gegoten
ijzer met de privaten der verschillende verdiepin
gen in verbindingeen ventilatiebuisdie boven
het dak uitmondt, dient tot afvoer der gassen,
met behulp der schoorsteenwarmte. De tonnen
worden, wanneer zij gevuld zijn, gesloten en op
een wagen weggevoerd. Er zijn 200 huizen van
tonnen voorzien; er is geen stank wanneer de
bewoners niet onzindelijk zijn. In alle nieuwe
huizen moet het stelsel ingevoerd worden. Belang
rijk was -de mededeeling aan het slot der voor
dracht dat in Heidelberg verscheidene huizen
zijn waar dikwijls typhus voorkwammaar sedert
de invoering der tonnen niet meer.
mariiie. Op verzoek eervol uit den zeedienst
ontslagen de luitenant ter zee 2e kl. A. A. Sweep.
onderscheidingen. Benoemd tot ridder in de orde
van den Nederlandschen leeuw R. van der Voort,
op verzoek eervol ontslagen inspecteur van den
waarborg op de gouden en zilveren werken, tevens
belast geweest met den conti öledienst bij het
kantoor van waarborg te 's Gravenhage.
leger. Benoemd tot adjudant des konings in
buitengewonen dienst de kolonel der infanterie
van het leger in Nederlandsch-Indië K. van der
Heyden.
wonden vloeit wijsheid, en smart predikt geduld,
opdat de mensch kracht verzamele voor de laatste
reis.
Heden heb ik om allerlei redenen de pen opge
nomen, vooreerst ter wille van Marietje; zij is een
braaf meisje geworden, maar vlug als een hinde
en vol goede voornemens. Haar wil is goed om
zich bij het eene te houden waar het op aan komt,
maar zij kan niet, daar het niet in haar aard ligt
maar dat heb ik vaak gezien dat onze lieve Heer
toegevend is en lankmoedig met zulke zwakke
gemoederen en die niet boven hare kochten in
verzoeking brengt, opdat zij niet zouden breken
want ze is zeer broos. Ik heb haar nw brief gege
ven en ze heeft hem voor iedereen verborgen,
behalve voor haar eigen hart. En als God aan
deze zaak voorspoed wil schenken heb ik er niets
tegen, want zij behaagt iedereen, heeft volop aard-
sche goederen, en ook aan hemelsche ontbreekt
het haar niet. Doch haar godsvrucht is gelijk aan
het water in een ondiepen vijverhet is er als het
geregend heeft, maar verdwijnt zoodra de zon
schijnt.
Nu kan ik niet meer zienmijne oogen zijn nog
best in de verte; maar zij raken vol tranen als
ik iets kleins wil bekijken. Mijn laatste woord
is, Eyvind, wat ge ook doet of n voorneemt, ga
steeds met uw God te rade, want er staat ge
schreven: „Het is beter een handvol in vrede".
(Pred. Sal. 4, 6.)
Uw oude Meester,
Baard Andersen Omar.
Door den gemeenteraad van Breda is eervol
ontslag verleend aan de heeren R. T. Modderman
en M. M. L. Rutter, als leeraren aan de hoogere
burgerschool aldaar.
Z. M. de koning en Z. K. H. prins Hendrik
hebben gisteren te Apeldoorn de plechtige opening
der hoogere burgerschool Prins Hendrik bijge
woond. Ook de minister van binnenlandsche zaken
was daarbij tegenwoordig. Morgen komt Z. M. in
den Haag terug.
Met den lcn dezer is de wet op het hooger
onderwijs in werking getreden. Aan de drie hooge-
scholen, thans universiteiten, wordt deze gebeurte
nis gevierd, door de installatie der nieuwbenoemde
rectores magnifici. Te Leiden droeg prof. de Geer
zijn waardigheid over aan prof. R. J. Fruin, te
Utrecht prof. Engelmann aan prof. Nicolaas Beets,
te Groningen prof. Mees aan prof. van Bell. Laatst
genoemde sprak over nieuwe theorieën op staat
huishoudkundig gebied.
Uit IJmniden wordt gemeld:
„Dezer dagen werd alhier eene vergadering ge
houden van belangstellenden in de oprichting eener
lagere school alhier. De heer Heldringpredikant
te Velzendie de leiding der vergadering op zich
had genomen, verklaarde alleen geld te kunnen
krijgen en mede te mogen werken tot de oprich
ting eener seoteschool. De meeste aanwezigen
verklaarden zich daartegen en meenden, dat hier
alleen sprake kon zijn van de oprichting eener
neutrale school, waarvoor zij zich gaarne offers
wilden getroosten. Naar wij vernemenzal deze
vergadering spoedig door eene tweede gevolgd
worden." {HM.)
Den heer W. Vliegentharfc, predikant bij de
hervormde gemeente te Enschede heeft voor het
beroep naar Vlissingen bedankt.
Door den bisschop van Breda is benoemd tot
kapelaan te G-rauw de heer A. Geerts, priester
aan het seminarie, en zulks ter vervanging van
den heer J. J. A. Mol, die als kapelaan van Grauw
is overgeplaatst naar de Cathedrale kerk te Breda.
Zr. M' ramtorenschip Koning dar Nederlan
den heeft op de jongste proefreis, als zeeschip en
wat zijn stoom vermogen betreft, zeer goed voldaan,
't Moet echter slecht sturen. In de Noordzee heeft
het schip een zee over gehad, die de kajuitskap
der officieren insloeg, met een geweldigen slag
Aan
de geachte Juffer Marietje Knudsdochter
Heidenhoven.
Hartelijk dank voor uw brief, dien ik gelezen
en verbrand heb, gelijk gij verlangdet. Gij schrijft
over velerlei, maar volstrekt niet over hetgeen
ik wilde weten. Ook ik mag van niets bepaalds
schrijven, voordat ik er iets meer van weet hoe
het u in i e d e r opzicht gaat. De brief van den
meester zegt mij niets, waaraan ik mij houden
kan, hg prijst n, maar hij noemt n wispelturig.
Dat waart ge vroeger wezenlijk ook. Nu weet
ik niet wat ik gelooven moet en daarom moet gij
schrijven. Dezer dagen denk ik veel aan hetgeen
gij den laatsten avond op den berg gezegd hebt.
Meer wil ik ditmaal niet zeggen, en zeg u
daarom vaarwel
Hoogachtend,
Eyvind Pladsen.
{Wordt vervolgd).