N°. 232. 120® Jaargang. 1877. Dinsdag 2 Oetober. EEN YROOLIJKE JONGEN. Dit blad verschijnt d a g e 1 ij k"s met uitzondering van Zon- en Feestdagen.' Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent. Advertentiên i 20 Cent per regel.' Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.s van 1—7 regels 1,60 iedere regel meer t 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte^ Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Latfitk C°. te Brussel en Parijs. YEEMARKT TE MIDDELBURG. Middelburg, 1 Oetober. Na afloop van don dienst, nadat alle bloedverwanten Benoemingen en besluiten. 0 n d e r vv ij s. Kunstnieuws, Marine en leger. Koloniën. ACHTSTE HOOFDSTUK. miDDILBURGSGHE RffiS des Donderdag den 4en Oetober 1877van voormiddags 8 tot des namiddags 4 nren. De burgem. en wothoud. van Middelburg, SCHOEEE. De secretaris, G. N. DE STOPPELAAR. Aan een hoofdartikel in de Standaard over onze financiën, waarin beweerd wordt dat de stijging onzer staatsbegrootingen sedert 1848 enkel en alleen het gevolg is van de uitzetting der staatsmacht, die ter bevordering van „het modern ongeloof" strekt, ontleenen wij de volgende, naar ons inzien juiste opmerking „Voor militaire zaken put onze natie zich in verontrustende mate uit. In het jaar 1849 be steedden we even tien millioen voor oorlog en even vijf voor marine. Saam dus 15 millioen- Thans is voor '78 ruim vier en twintig millioen door het departement van oorlog en bijna veertien millioen door de vloot gevraagd. Saam dus 38 millioen, d. i. acht millioen boven het dubbele En dat in een kwart-eeuw „Voeg hierbij, dat we in de koloniën voor vloot en leger saam 42 millioen uitgeven, en dus voor land en wingewest saam tachtig millioen, en men zal, dunkt ons, schrikken voor een eindcijfer, dat f 20 per hoofd voor 's lands ingezetenen, alleen voor defensie, uitmaakt." Door eene commissie uit den raad van Enkhuizen in zake den afsluitdijk en de droogmaking van het zuidelijk gedeelte der Zuiderzee, is een rapport uitgebracht, betreffende het wenschelijke eener aansluiting van den dijk bij Enkhuizen in plaats van bij den Blokkershoek. Daarin zegt zij o. a., dat zoo de afsluitdijk te Enkhuizen in plaats van aan den Blokkershoek aan den vasten wal gehecht wordt en p. m. 2 kil. bezuiden den Ketelmond aansluit, door het verschil van aanhechting aan de Noord-Hollandsche kust een getal van p. m. 23,400 hectaren land gewonnen worden, welke gronden, hoewel meerendeela uit zandgrond bestaande, met vrucht kunnen gebezigd worden tot het maken Van boezem-kanalen, kaden en binnendijken, die anders door vruchtbare gronden zouden moeten gelegd worden, hetwelk alleen al eene besparing van p. m. 600 hectaren vruchtbare gronden op levert. 12. Noorweegsche vertelling van Björnstjorne Hjörnson. {Vit het Hoogdtiitach.) Vervolg. De schikking was afgeloopen, de doininê had den kansel betreden en onder het klokkengelui stroomde de gemeente naar binnen en nam plaats. Eyvind merkte dat Marietje Heidehoven tegenover hem stond en naar hem keek, evenals hij naar haar; maar zij waren beide zoo vervuld van de heiligheid der plaats, dat zij elkaar niet durfden groeten. Hij zag alleen dat ze er heel lief uitzag en geen sieraad op het boofd droegmeer zag hij den heelen dag niet. Eyvind, die eens er zich zooveel van voorgesteld had alB hij daar tegenover haar zou staan, heeft er zich later dikwijls over verbaasd dat hij er zich niets meer van herin nerde. Hij gunde baar bijna geen blik en dacht al lang niet meer aan zijn nummer; zijn eenige wensch was, deemoediger te zijn dan de deemoe digste, en hij was overtuigd dat iedereen, welke plannen hij ook koesterde, nn dezelfde gedachte had. Te Rotterdam is gisteren morgen overleden m'. A. Hoijnck van Papendreeht, vroeger rechter in de arrondissements-rechtbank aldaar, van 1854 tot 1866 afgevaardigde voor Rotterdam in de tweede kamer, sedert 1851 lid van den gemeenteraad en sedert 1866 wethouder. Van 1863 af had hij ook zitting in den raad van com missarissen der Nieuwe Rotterdamsche courant. Door zijn karakter en zijne ijverige werkzaamheid op velerlei gebied, had hij zich de algemeene achting verworven. Hij bereikte den ouderdom van 58 jaren. consulaten. Benoemd tot consul en vice-consul der Nederlanden te Lübeck, buiten bezwaar van 's rijks schatkist, J. S. Mann Sohn en H. C. W. Eschenburg aldaar. notakissen. Benoemd tot notaris binnen het arrondissement Heerenveen, ter standplaats de ge meente Heerenveen, mr. J. W. Sluiter, candidaat- notaris, thans procureur bij de arrondissements rechtbank te Utrecht en kantonrechter-plaatsver- vanger te Amersfoort, uit welke betrekkingen hem tevens eervol ontslag is verleendbinnen het arrondissement Leeuwarden, ter standplaats Augus- tinuaga, gemeente Aehtkarspelen, E. Heringa Jz., candidaat-notaris, thans griffier bij het kantonge recht te Dockum, uit welke betrekking hem tevens eervol ontslag is verleend, een en ander met ingang van 15 Oetober a. rechterlijke masht. Benoemd tot griffier bij het kantongerecht te Dockum, mr. L. M. Wittgensteiner, thans griffier hij het kantongerecht te Zuidbroek; tot griffier bij het kantongerecht te Zhidbroek, mr. E. H. Engelkens, laatst griffier bij het opge heven kantongerecht te Doetinchem; tot griffier bij het kantongerecht te Woerden mr. J. F. W. Veeren, thans substituut-griffier bij de arrondisse ments-rechtbank te Alkmaar. Op verzoek eervol ontslag verlèend als rechter in de arrondissements-rechtbank te Amsterdam aan mr. S. J. Fockema Andreae, onderscheidingen. Bevorderd tot kommandeur in de orde van den Nederlandschen leeuw jhr. mr. J. A. Singendonck. Benoemd tot ridder in de orde van den Neder landschen leeuw mr. E. G. Lagemans, referendaris- hoofdredacteur, belast met de direetie van de Nederlandsche staatscourant. staatsraden. Benoemd tot staatsraad in buiten gewonen dienst jhr. G. Hartsen, oud-lid van de eerste kamer der staten-generaal. veeartsenijschool. Op verzoek eervol ontslag verleend, met ingang van heden, aan dr. J. H. en kennissen hem hunne gelukwenschen aangeboden hadden en hij zijn makkers vaarwel gezegd had, nadat veel van de kleintjes, die hij op school en op den Sledenberg altijd de behulpzame hand had geboden, hem zeer aangedaan gegroet hadden, kwam de meester, nam eerst zijn hand en dan die zijner ouders en gaf hun een wenk dat ze maar vast ■zouden gaan, hij zou terstond volgen. Zij waren weder met hun vieren en dit zou nu de laatste avond zijn. Onderweg waren er nog velen die hem vaarwel riepen en geluk wenschten, maar verder spraken ze niet samen, voordat zij in hun eigen huis waren. De meester deed zijn best hun moed in te spreken; het scheelde niet veel of zij voelden een schrik bij de gedachte om twee jaar gescheiden te zijn; zij, die tot nu toe nog geen dag van elkaar af geweest warenmaar niemand wilde het laten merken. Hoe meer de tijd naderde des te belemmerder werd Eyvind; hij moest naar buiten in de open lucht, om kracht te verzamelen. Het werd weldra donker en er ging een vreemdsoortig gesuis door de lucht, hij bleef op een vooruitste kende rots staan en keek naar den hemel. Zijn gemoed was vol ernst en godsvrucht, waaruit vaste, goede voornemens voor de toekomst geboren werden; en als wilde hij die tegemoet gaan stak hij het bovenlijf vooruit over den rots wand. Doch zie, daar hoorde hij op eens van dien kant zijn naam noemen, zeer zacht, het was echter geen verbeelding, want het werd tot tweemaal toe herhaald. Hij keek omhoog eu zag in de scheme- van 't Hoff, als tijdelijk assistent aan 's rijks vee artsenijschool te Utrecht, en als zoodanig voor den tijd van drie jaren benoemd G, J. W. Bremer, doeioi it, de wis- en natuurkunde en assistent aan de hoogeschool te Utrecht. middelbaar onderwijs. Op verzoek eervol ontslag verleend aan dr. E. A van der Burg, als leeraar aan de rijks hoogere burgerschool te Leeuwarden. leger. Op verzoek op pensioen gesteld, ten bedrage van f 1800 's jaars, de luitenant-kolonel G. J. van Trojen, van den staf der artillerie, toegevoegd aan den gen.-majoor, inspecteur van het materieel der artillerie, met toekenning van den rang van kolonel. Overgeplaatst bij het reg. grenadiers en jagers, in zijn rang van Ie" luitenant, de le luit.-adjudant W. S. Trouillart Hanssen, van het 3e regiment infanterie; in den door hen bekleeden rang, de le luitenants J. A. Ardeseh van Hamel, van het 8e, en G. Blanken, van het 2e, benevens de 2e luit. F. J. G. ten Raa, van het 6" reg. infanterie. Op verzoek eervol ontslag uit den militairen dienst verleend aan den oificier van gezondheid Te kl. dr. J. P. van Braam Houckgeest van het personeel van den geneeskundigen dienst van de landmacht. Tot reetor aan 't gymnasium te Brielle is benoemd dr. Beins, thans conrector aldaar. Ter vervulling van openstaande betrekkin gen van hoogleeraar aan de aanstaande universiteit van Amsterdam zijn voorgedragen tot gewoon hoogleeraar in de staathuishoud kunde en in de statistiek mr. N. G. Pierson, directeur der Ned. bank; Voor gewoon hoogleeraar in de geschiedenis der wijsbegeerte, de logica, de metaphysica en de zielkunde, het volgende tweetal: dr. L. H. Slote- maker, predikant te Arnhem en dr. C. B, Spruit, leeraar aan de rijks H. B. S. te Utrecht; en tot buitengewoon hoogleeraar in het inter nationaal privaatrecht mr. T. M. C. Asser, hoog leeraar aan het athenaeum. Burgemeester en wethouders hebben den heer mr. C. M. J. Willumier voorgesteld, om bij de vakken die hem reeds waren opgedragen, te voe gen bijv. het volkenrecht. Het antwoord luidde: dat hg in het hem gedane voorstel niet kon treden. Gisteren avond gaf het hier gevestigde Harmo niegezelschap Accelerando, onder directie van den heer J. F, Liesoy in het Schuttershof het ring een vrouwelijk wezen, dat tusschen de struiken op de knieën lag en naar omlaag tuurde. „Wie is daar?" vroeg hij, maar voelde reeds wie het was, eer hij antwoord kreeg. „Ik hoor dat gij op reis gaat," zei zij zacht; „en dus moest ik toch even komen om u goeden dag te zeggen, als gij niet bij mij wilt komen." „IV.zal bij u boven komen," zei hij. „Neen, doe dat niet, ik heb zoolang gewacht voordat gij kwaamt, niemand weet waar ik ben en ik moet maken dat ik weer thuis kom." „Het is lief van u dat gij gekomen zijt," zei hij. „Ik kon het niet hebben, dat gij zoo op reis zoudt gaan, Eyvind, wij hebben elkaar toch gekend van toen we klein waren af." „Dat hebben we." „En nu hebben we een heel half jaar lang geen woord met elkaar gesproken." „Dat hebben we ook niet." „Wij gingen toen ook zoo goed niet van elkaar af." „Ja, ik geloof dat ik toch even boven bij je zal komen." „O neen! vaarwel, Eyvind' Ik wilde je alleen maar vaarwel zeggen." „Wilt ge niet even wachten „Neen, vaarwel, Eyvind," en zij ging weenend been. Daarna liep hij rond als in een droom, in en uit, antwoordde op vragen, die lang te voren gedaan waren en was geheel verstrooid als men hem toesprak; men schreef het aan de ophanden zijnde reis toe, wat ook niet onwaarschijnlijk aangekondigde feestconcert ter gelegenheid van zijn tienjarig bestaanten voordeele van de Vereeniging tot het bezoeken'der armen. Deze laatste zal er echter, geen voordeel van hebben, want het getal bezoekers was bitter klein, te meer bevreemdend omdat de toegangprijs zeer laag was gesteld en het bovendien eene feestviering gold van een gezelschap, welks streven het is om de liefde voor de toonkunst vooral.bij jongelieden zooveel mogelijk aan te kweeken. De weinige bezoekers toonden echter, door her haalde bijvalsbetuigingen, dat zij èn de goede bedoelingen van het gezelschap èn de wijze van uitvoering van het programma op prijs stelden. De eerste afdeeling werd in den muziektempel in den tuin, de tweede op het orchest in de groote zaal gegeven. Op dit laatste was, door de zorg van den restaurateur, den heer Oosthout, een eenvoudige doch nette versiering van heesters en bloemen aangebracht, terwijl aan weerszijden van de in't midden opgehangen banier van „Accelerando" een schild was gehecht met de jaarcijfers 1867 en 1877. Het laatste nommer: Our. Polka, solo voor fluit, van Stoetz, werd na welverdiend applaus herhaald. Het is te hopen dat het gezelschap zich door de ondervonden teleurstelling niet zal laten ontmoedi gen, maar zich veeleer zal aangespoord gevoelen om op den goeden weg voort te gaan. Naar aanleiding van Zr. Ms. besluit van 28 September jl., worden Zr. Ms. ramschip Schorpioen en monitors Krokodil en Adder, met 20 Oetober a., buiten dienst gesteld, en de kommandeerende officieren dier bodems, respectievelijk de kap.- luitenant ter zee G. C. C. Thierens en de luitenants ter zee le kl. E. B. Bonn en P. E. Winkelman, eervol van het bevel ontheven. Als een vervolg op de aankondiging in do Staats-courant van 21 Sep. jl., wordt in de Staats courant van heden ter kennis gebracht, dat alsnog als cadet in het lc studiejaar voor het wapen der infanterie hier te lande wordt geplaatst L. R. Wentholt. In den kolonialen raad van Suriname werd bij de jongste begrootingsdisenssiën door verschillende leden gewezen op den achteruitgang der meeste artikelen van uitvoer der kolonie; alleen de uitvoer van cacao nam toe. Als het eenige middel tot was, en hij wijdde daaraan ook al zijn opmerk zaamheid, toen de meester hem nu vaarwel zelen nog eenig geld in de hand stopte. Maar toen hij zich te slapen legde dacht hij niet aan de reis, maar aan de woorden, die hij op den berg gehoord had. Hij wist echter niet of hij sich niet juist ver wijderde van hetgeen hij wilde veroveren, of dat hij er juist op af giDghij voelde zich afgemat en gaf in een vurig gebed alles aan Gods vader lijke zorg over. Den volgenden morgen om 6 uur er woei een vrij sterke wind droeg Eyvind met zijn vader den koffer naar het bootje, en moeder volgde met een doos vol eetwaren. Zij reikte hem in de boot nog de hand tot een laatst vaarwel, waarop hij zich op de roeibank nederzette en weende, terwijl vader hem over den Fjord roeide. Toen zij de punt van het voorgebergte bereikt hadden zei vader langzaam„Gij moet nog eens omkijken, moeder zit er noghij deed het, maar de afstand was zoo groot, dat ze elkaar ternau wernood konden onderscheiden; hunne harten waren echter even dicht bij elkaar als te voren. Lieve Ouders Nu hebben we veel meer te doen gekregen, maar nu heb ik de anderen ook zoo tamelijk in- gehaald, zoodat het werken mij niet moeielijk meer valt. Ik zal thuis veel veranderen als ik er weer benwant gij doet veel dingen verkeerd,

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 1