N». 316. 120® Jaargang. 1877.' Donderdag 13 September. Dit blad verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m, franco f 3,50, Afzonderlyke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiên 20 Cent per regel. Geboorte- Trouw- Doodberichten enz,van 1—7 regels f 1,50 iedere rsgel meer t 0,20, Groote letters worden berekend naar plaatsruimte» Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffitk C°. te Brussel en Parijs. Middelburg, 12 September, Benoemingen en besluiten, Rechtzaken. Procedure tegen den heer J, de Decker Gzn., 1 De wet van 28 April 1876 (Staatsblad n° 102) tot regeling van het hooger onderwijs stelt ook geheel andere eïschen voor de gymnasia dan thans het geval is. Yoor een volledig gymnasium met zesjarigen cursus is het onderwijs in 12 vakken verplichtend, terwijl daarenboven ook onderwijs kan worden gegeven in de Hebreeuwsche taal en de gymnastiek. Het leerplan wordt zoodanig in* gericht, dat na het vijfde jaar eene splitsing plaats heeft tusschen de leerlingen die gedurende het laatste jaar van den cursus voortgezet onder wijs verlangen te genieten in de letterkundige vakken of in de wis- en natuurkundige vakken. Zeeland heeft op het oogenblik slechts éen gymnasium: te Middelburg, en een Latijnsche school: te Zierikzee. Dat men in laatstgenoemde plaats een gymnasium of zelfs een progymnasium zou opriehten is, in weerwil van de offervaardig heid der Zierikzeeënaars en hunne belangstelling in het onderwijs, niet te verwachten met het oog op het zeer minieme aantal leerlingen van de Latijnsche school. Geen wonder dus dat met be langstelling wordt uitgezien naar de plannen van Middelburg ten aanzien van zijn gymnasium. Aangenaam is het ons al dadelijk te kunnen mededeelen, dat het college van curatoren alhier aan burgemeester en wethouders een plan tot reorganisatie van het gymnasium heeft ingediend, door welks verwezenlijking hier een flinke inrich ting van hooger onderwijs zou tot stand komen. Curatoren dringen zeer aan op de oprichting van een volledig gymnasium met de volgende leeraren Een rector, met een salaris van. f 3500 Een conrector2500 Een leeraar in de oude talen. 2000 Een leeraar voor de Nederlandsche taal en letterkunde, de geschiedenis en de aardrijkskunde2100 Een leeraar voor het Fransch 800 Een leeraar voor het Hoogduitsch 400 Een leeraar voor het Engelsch 600 Een leeraar in de wis- en natuurkunde 1800 Een leeraar in de natuurkunde 200 Een leeraar in de scheikunde 150 Daar in de laatste 10 jaren op het gymnasium alhier zich slechts éen leerling heeft aangemeld voor de wis- en natuurkundige vakken, wil men met de voorziening in de lesuren der wis- en natuurkundige afdeeling van de 6® klasse wachten totdat zich daarvoor leerlingen mochten aanmelden. In daf geval zou men nog moeten voorzien in: 6 uren per week onderwijs in de wiskunde f 500 5 v v r v scheikunde 450 2 natuurkunde en de wis- en natuurkundige aardrijksbe schrijving 300 4 uren per week in'Ge natuurlijke historie 300 In ieder geval zullen de kosten nog dienen te worden vermeerderd met f 200 voor een leeraar in de beginselen der Hebreeuwsche taal en met f 1200 voor concierge, vuur en licht, onderhoud enz., zoodat de kosten met inbegrip van die voor de facultatieve tweede afdeeling der 6e klasse zijn geraamd op f 17,000. "Voor de vereischte localiteit wordt aangewezen het huis tegenwoordig door den rector bewoond, dat uitmuntend geschikt wordt geacht voor het beoogde doel. Dat een dergelijke reorganisatie niet mogelijk zou kunnen zijn zonder krachtige subsidie der regeering ligt in den aard der zaak. Art. 8 der wet geeft aan de regeering bevoegd- beid tot bet verlet utn van subsidie, en men vleit zich dat zij ten behoeve van het gymnasium alhier, tot ruime ondersteuning bereid zal worden gevon den, omdat het in bloeienden staat verkeert en niet alleen voorziet in de behoefte aan gymnasiaal onderwijs voor onze stad, maar voor geheel Zee land. Gedurende de laatste 12 jaren toch bestond het aantal leerlingen voor de helft uit leerlingen afkomstig uit andere plaatsen dan Middelburg. Het college van curatoren acht het wenschelijk dat het gymnasium overeenkomstig de bepalingen der wet hervormd zij vóór den cursns in 1878. Heden middag is in het Schuttershof alhier de tentoonstelling geopend van planten en bloemen, gekweekt door den arbeidenden stand en verstrekt door de Vereeniging „Uit het volkvoor het volk." Evenals bij vorige Floralia was ook nu de kolf baan, waarin de tentoonstelling gehouden wordt, fraai versierd. Gelijk wij gisteren reeds gemeld hebben, hebben van de 243 personen, die planten hebben aange vraagd 222 de door hen gekweekte bloemen, ten getale van circa 1400, ingeleverd, alsmede 40 par tijen van het vorige jaar. [Verleden jaar hadden 235 van de 254 personen hunne potten, ten getale van 1408, ingezonden.] De commissie van beoordeeling bestond uit de heeren: B. A. Verheij, P. P. Slegt, E. Blaas Az., W. J. N. Landré en P. D. Koning. Zij heeft de volgende prijzen en premiën toegewezen Verzameling van 9 en 10 planten: C. Eijksen, 1® prijs; P. W. Hujjsman, 2e prijs; M. Castelijn, 3e prijs; Jac'. Dhont, 1* premie; J. J. Ponte, 2® premie; A. J. van de Woestijne, 3® premie. Verzameling van 6, 7 en 8 planten: J. O. Welle, 1® prijs; C. van Karssen, 2® prijs; H.W. J. Snijders, 3eprijs; J. van der Meer, 1® premie; J. P. Dikkenberg, 2e premie; E. Douw, 3® premie. Verzameling van 4 en 5 planten: A. A. D. van Hecke, 1® prijs; M. de Pagter, 2® prijs; mej. Hertogs, 3® prijsS. Simons, le premie; L. Moens, 2® premie; vrouw Koekman, 3® premie. Planten uitsluitend voor binnens huis: Begonia Dregei: S. Haccou, prijs; P. J.Lagter, le premie; S. J. Simonse, 2e premie; W. J. Snijders, 3® premie. Alternanthera amoena: A. van de Woesteijne, prijs; J. P. Melis, premie. Iresina LindeliiP. J. Moens, prijsA. de Broekert, premie. Coleus variabilis: M. J. ter Smitte, prijs; J. Weijnman, 1® premie; J. M. de Kat, 2® premie. Isolepis pygmaea, (gras hangplant)A. C. Pabst, prijs; J. Eijbering, 1® premie; J. Kwekkeboom, 2e premie; J. M. de Bekude, 3e premie. Mesembryanthemum variegatum: J. J. van der Jagt, prijs; M. Melis, 1® premie; F. Woutersen, 2® premie. Nerteria depressa: W. F. van der Heijdt, prijs; Jae®. Ooms, 1® premie; S. Eosemond, 2e premie. Planten naar verkiezing voor bin nen en buiten. Heliotropium peruvianumwed. Musch, prijs; H. J. Looijsen, 1® premie; M. M. Vos, 2e premie J. J. Kampman, 3® premie. Dubbele petunia's in soorten: J. P. Tisserand, prijs; J. van Aarsen, 1® premieA. G. Beenhakker, 2® premie. Fuchsia's in soorten: M. J. Castenmiller, prijs; J. Witte, 1® premie; J. Landstra, 2e premie; J. Bruinooge, 3® premie. Pelargoniums (Geraniums): J. Vlieger, prijs; P. J. Schut, 1® premie; F. J. Poulain, 2® premie; L. Steendam, 3° premie Cuphea platycentra: J. C. Borstelaar, prijs; W. J. P. Snijders, le premie; M. ten Hakken, 2® premie. Achyranthes (bonte): A. P. de Kat, prijs; W. A. Malgo, premie. Planten uitsluitend voor buiten. Ageratum coeruleum (blauw bloemig)J. G. de Kat, prijs; W. P. de Bukviel, premie. Lobelia Erinus: A. de Broekert, prijsJ. A. Heijliger, 1® premie; M. de Munk, 2e premie. Verbena pulchella var. Maonetti. J. J. L. Wij- deman, prijs; J. A. Bernard, 1® premie; S.Ever», 2® premie. Gnaphalium lanatum: L. J. Poerstamper, prijs; J. C. van der Kuip, premie. Oxalis alba: J. van Ham, prijs; J. Ehrhart, premie. Sedum fabarium: J. Crucq, prijs; J.A. Goozen, 1® premie. Laagblijvende kers: C. M. Papst, prijs; P. J. Maas 1® premie. Planten van 187 6: P. J. Moens, prijs; J. C. Gruson, 1° premie; J. W, Kwekkeboom, 2® premie; S. W. Huisman, 3e premie: L. Voets, 4® premie; W. P. de P»uk- viel, 5® premie. De prijzen en premiën bestaan uit 28 spaarbank boekje», waarvan 1 met f 10, 4 met 5, 3 met f 2.50 en 20 met/2; en voorts uit verschillende voorwerpen. De uitreiking zal heden avond gedurende de pauze van het concert plaats hebben. Tusschen 12 en 5 uren werd de tentoonstelling heden namiddag door ruim 700 personen bezocht. Het Handelsblad wijst er op, dat door de nala tigheid der regeering om een wetsontwerp tot, wijziging van de kiestabel in te dienen de tweede kamer weder onvolledig zal bijeenkomen, daar het aantal van 80 leden wel voldoende is voor eene bevolking van 3,600,000 doch niet voor eene van 3,800,000 zielen. De enquêtQ-commmissie in zake de long ziekte onder het rundvee zet haar taak onvermoeid voort. Dagelijks van 10 tot 4 uren vergadert zij en hoort eiken dag drie deskundigenin het geheel zijn 36 practisch en theoretisch gevormde specia liteiten uit alle oorden des lands uitgenoodigd om voor de commissie te verschijnende meeste heeren komen echter uit FrieslandGelderland Utrecht, Noord-Brabant en Zuid-Holland. Eeeds in de maand Angnstus zijn de 72 door de commissie gestelde vraagpunten aan de deskun digen toegezonden. Uit Amsterdam wordt ons van gisteren nacht 2 uren geschreven „Evenals gisteren gingen dag en vooravond kalm voorbijtegen 9 uren echter verzamelden zich op den Dam een 300 tal jongens van 12 tot 14 jaar, die door een hevige regenbui spoedig uit elkaar werden gedreven. Te 10 uren kwamen zij bij elkaar voor het hui» van den burgemeester, van waar zij door het in versnelden pas oprukken der politie spoedig op de vlucht gingen. Een twintigtal arrestanten is gemaakt; tegen 12 uren was de rust hersteld. Het Paleis voor volksvlijt is gesloten en de schouwburgen zijn over het algemeen slecht bezocht. essayeurs. Benoemd tot essayeur bij den waar borg op de gouden en zilveren werken te Leeuw arden H. W. Vrijdagthans controleur bij die werken te Amsterdam. Landbouw. Naar aanleiding van het gisteren door ons aan de Prov. Gron. courant van 31 Augustus ontleende bericht wordt ons heden het volgende ter plaat sing aangeboden: „Die zoogenoemde vijand van den Colorado kever ul. de Uropoda americanais geen kever maar een mijt. Het dier behoort tot de groote afdeeling (klasse) der spinachtige dieren en niet zooals b. v. de kevers tot die der insecten. Of men recht heeft de steel waarmede deze mijt zich vasthecht een staart te noemen weet ik thans niet, ik betwijfel het echter. „Evenzeer betwijfel ik of de Uropoda americana deze steel zal gebruiken om den aardappel kever mede dood te steken. De mij bekende Uropoda's gebruiken dit deel eenvoudig om zich vast te houden en bij deze bezit die steel ook geenerlei toestel om te steken. „Het zou inderdaad, als de Uropoda americana een vijand van den coloradokever kon zijn, een groot voordeel wezen het dier in te voeren op iedere plaats waar deze kever zich vestigt. Evenwel zal ieder die wel eens Uropoda's gezien beeft, begrijpen dat, al ware de overbrenging ook nog zooveel waard, die overbrenging toch wellicht ondoenlijk zou blijken. Er behoort ten minste een goed geoefend en gewapend oog toe om deze mijten, op andere dieren gezeten, te onderscheiden, maar vooral te herkennen. „Ten slotte nog een enkele opmerking. De (mij bekende) parasitische mijten dringen gedeeltelijk of geheel in de huid van sommige dieren en ver oorzaken daar verettering of verzweringof ook zij zuigen eenvoudig eenig vochtin het eerste geval kunnen ziekten het gevolg zijn in het laat ste gevaldunkt mijniet. Maar naar wat (ten minste mii) van parasitische mijten bekend is ge loof ik niet dat men recht heeft aan te nemen, dat de colorado-kever door Uropoda americana doodelijk zou worden gestoken." In de zitting van het kantongerecht te Mid delburg van 11 September jl., zijn de navolgende personen veroordeeldP. d. K., te Philippine, we gens het zonder bewezen overmacht vastmaken van een vaartuig aan een paal van den waterkee- renden zeedijk onder de gemeente Eitthem, in eene boete van f 10 of eeD gevangenisstraf van twee dagen; B. d. N. en C. K., beide te Arnemuiden, wegens het uitoefenen der visscherij op de Wester- Schelde met een vaartuig waarvan het nommer op den achtersteven ter rechterzijde van het roer en in het midden van het groote zeil niet over eenkwamen met dat in de akte van consent uitge drukt, in twee boeten van f 10 of een dag ge vangenisstraf voor elke boete; P. J. D., te St. Laurens, wegens het binnen de gemeente Middelburg ter geleiding toevertrouwen van een paard aan een persoon beneden den leeftijd van zestien jaren, in eene boete van ƒ3 of een dag gevangenisstraf; P. A. B., te Middelburg, wegens het als logement houder te Middelburg doen stationeeren van een rijtuig op het buitenplein van het spoorwegstation aldaar zonder dat vooraf aan eene keuring te hebben onderworpen, in eene boete van f 10 of een dag gevangenisstraf; H. V. te Bouchaute (België) en P. de K. te Philippine, wegens het te zamen rapen van mosselen van een steenberm en paalhoofd onder de gemeente Domburg, (tweemalen gepleegd) in twee boeten van tien gulden of twee dagen gevangenisstraf voor elke boete. door de rechtbank te Rotterdam veroordeeld tot een jaar celstraf en geldboete van f 1000 wegens poging tot oplichting.) Te 10 uren werd gisteren de terechtzitting van het hof fe 'sGravenhage geopeDd en de beklaagde binnengeleid. Het hof is aldus samengesteldde heeren Spoor, voorzittervan Bell, van Panhuijs, Hanlo, de Eaedt van Oldenbarnevelt en Lette van Oostvoorne, raadsheeren; van der Hoeven, advocaat-generaal. De beklaagde wordt bijgestaan door den advo caat mr. Jac. van Gigh. De voorzitter verleent het woord aan den raads heer van Panhuijs, tot het uitbrengen van rapport. De heer van Panhuijs deelt hierop in een zeer uitgewerkt rapport den loop der zaak en het ge wezen vonnis mede (men zie hieromtrent onze no". 146, 147, 148, 149, 157). Door het openbaar ministerie zijn de vijf gisteren genoemde getuigen gedagvaard. De getuigen verschijnen achtereenvolgens voor het hof tot het afleggen hunner verklaringen. Na het zeer uitvoerig verslag der getuigenissen in eersten aanleg afgelegd, door ons in de boven aangehaalde no'. medegedeeld, en bij de gelijk luidendheid, in hoofdzaak althans, der verklaringen thans voor het hof gedaan, meenen wij ons tot het geven van een beknopt overzicht van hetgeen door de getuigen is gezegd te kunnen bepalen. De eerste getuige, de heer Nicaise, verklaart in 1873 kapitein te zijn geweest van de „Oceanus", waarvan hij zelf ook aandeelhouder was. In het begin van 1874 vertrok hij naar Indië en spoedig, in de maand Juli, had hij zijn schip bevracht gekregen, en wel in hoofdzaak een lading van 260 last van de Ned. handelmaatschappij. Hiervan werd dadelijk aan den beklaagde kennis gegeven, die den brief moet ontvangen hebben en voor wien, na die ontvangst, alle reden bestond om de vraclit- penningeu te assureeren. De beklaagde was bovendien de boekhouder der reederij en dus ver plicht te zorgen voor alle mogelijke assurantiën. Voor de dadelijke assurantie der bruto-vracht was te meer reden, omdat wanneer het schip langs de kust vaart er meer gevaar bestaat dan wanneer eenmaal de volle zee is bereikt. Hij ging met zijn schip eerst naar Probolingo en de bedoeling was vervolgens naar Batavia te stevenen. In de nabijheid evenwel van de reede, bij den hoek van Krawang, geraakte het schip aan den grond. Dadelijk werd hierop door hem om assistentie gezonden bij het huis J. F. van Leeuwen te Batavia, dat daarvan pei telegiaat dadelijk aan beklaagde kennis heeft gegeven. Het schip werd toen naar Batavia gesleept en daar gelost, om vervolgens gerepareerd te worden. Na

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 1