N°. 214 120® Jaargang. 1871 11 September. Dinsdag Dit blad verschijnt d a g e 1 ij fc s met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per 3/m. franco f 3,50» Afzonderlyke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent. Advertentiên i 20 Cent per regel. Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.van 1—7 regels f 1,50 iedere regel meer t 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte. Middelburg, 10 September, w f y; COURANT. Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffitk C°. te Brussel en Parijs. In de S taats-courant van 9 en 10 dezer is opge nomen het gewone programma voor de opening van de vergadering der staten-generaal te 's Gravenhage op Maandag 17 September a. Het Provinciaal blad van Zeeland n° 90 bevat een besluit van gedeputeerde staten van 7 dezer, tot afkondiging eener wijziging van het bijzonder reglement voor het bestuur en beheer der water - keering van de calamiteuze polders Margaretha, Kleine Huissens en Eendracht. Ook de heer G. J. W. Berghuijsplaatsvervan gend districts veearts alhier, is door de com missie voor de veepest-enquête gehoord. Wij ontvingen heden een exemplaar van het uitvoerig programma der feestvieringen bij gele genheid van het 25jarig jubiié van mr. M. P. Blaaubeen als burgemeester van Goes, waaraan wij het volgende ontleenen. Maandag 17 September a., des namiddags te 1 uur, zal de burgemeester feestelijk worden afge haald, onder geleide van een eerewacht te paard, naar het raadhuis, waar de receptie zal worden gehouden. Te half 3 heeft een historische op tocht door de stad plaats, verdeeld in vijf groepen. De eerste groep stelt voor een feestelijken op tocht ter gelegenheid eener Opschote door de schutterij van den edelen Crnijsboog St. Jori3 te Goes, ter eere van gravin Jacoba van Beieren in 1428, waarbij de gravin den hoofd vogel getroffen had en als koningin was uitgeroepen. De tweede groepden intocht van den Spaanschen kolonel Mondragon in Goes, tot ontzetting der stad, bij het beleg door de Watergeuzen, 21 Oc tober 1572. De derde groepden pensionaris Jacob Valcke, terugkeerende van een gezantschap in Engeland, door de confrérie van St. Joris luis terrijk ontvangen. De vierde groepoptocht van de schutterij van den edelen handboog St. Sebastiaan, bij gelegenheid eener feestviering van Albert Joackimi. De vijfde groepfragment van een optocht zooals die door onderscheidene broederschappen gewoonlijk op H. Sacramentsdag werd gehouden. Aan den genoemden historischen optocht sluiten DFIBTTÏL JLJBTON. li. Eene vertelling van Marie Freun voii EbnerFschenbacli. Vervolg. In dergelijke gevallen werkt de mededeeling van afschrikkende voorbeelden dikwijls zeer veel uit; daarom besluit de majoor die toe te passen, en voelt zich zeer verlicht nu dat plan tot rijpheid is gekomen. Hoe goed doet hem het bewustzijn, zich nuttig te maken voor iemand, die zooveel voor hem gedaan heeft! Hun vriendschapsband was eigenlijk op zeer zonderlinge wijze ontwikkeld, uit den dolzinnigsten haat van den majoor tegen Chlodwig. Zij hadden elkaar in de stad leeren kennen, waar de grondeigenaar, als zijne zaken hem er heen riepen, zijn intrek in het logement nam waar de majoor tot de oudgasten behoorde. Indertijd was deze een flinke bataljons-komman- dant, die zijn hof maakte, en naar het scheen met veel kans van slagen, aan eene bemiddelde goed geconserveerde weduwe. Ongelukkig kwam hij op het denkbeeld Chlod wig bij de uitverkorene zijns harten aan huis te brengen, en van dat oogenblik af, was zij voor zich aanhet comité voor volksvermakende Koninkl. handboog-sociëteit „Jacoba van Beieren" de Kolf-sociëteit „de Prins van Oranje"de Yeree- niging „Help u zeiven" door en voor arbeiders het kader der schutterijdrie loterij-vereenigingen, twee zangvereenigingen en ruiters. De3 avonds van denzelfden dag te half 8 wordt op de Groote Markt vocaal en instrumentaal con cert met illuminatie en vuurwerk gegeven. Den volgenden dag, Dinsdag, heeft een groot festival plaats. Te halt 11 worden de aangekomen gezelschappen van het spoorwegstation ontvangen en in optocht geleid naar de Concertzaal, waar den bestuurders der muziekkorpsen de eerewijn zal worden aangeboden. Een uur later zal eene muzikale promenade door de stad gemaakt en te 12 uren het muzikaal programma door de verschillende korpsen, tien in getal, uitgevoerd worden, door ieder korps twee nommers. Te 7 uren des avonds worden de eere metalen uitgereikt en de premiën uitgeloofd. Te 8 uren wordt in den tuin der sociëteit „Yan ongenuchten vrij" een vocaal en instrumentaal concert gegeven, en het feest van dien dag met illuminatie en vuurwerk besloten. Woensdag 19 September hebben des avonds te 7 uren groote tooneelvoorstellingen plaats op het slot Ostende door de rederijkerskamer „Aurora" en in het „Café Hartman" door de rederijkers kamer „Ons Genoegen". Eerstgenoemde kamer zal een treurspel en twee blijspelen opvoeren laatstgenoemde een blij- en een kluchtspel, bene vens voordrachten en zangstukken. Beide tooneel- voorstellingen zijn voor ieder kosteloos toeganke lijk, doch kinderen beneden de 15 jaren worden niet toegelaten. Uit bovenstaande vluchtige opsomming blijkt genoegzaam, dat de feestvieringen door het daar mede belaste comité op flinke wijze zijn voorbe reid. 'tls te hopen dat de uitvoering van bet programma door mooi weêr zal begunstigd' wor den, in welk geval Goes ongetwijfeld aan ingeze tenen en vreemdelingen een drietal dagen van gepast genot zal aanbieden. Eergisteren is te Amsterdam de tweede alge- meene vergadering der Vereeniging voor lijken- verbranding gehouden, die 1250 leden telt. Vertegenwoordigd waren de afdeelingen Nijmegen, Dordrecht, 'sGravenhage, Schiedam, Zutfen, Leiden, Delft, Amsterdam, Zaandam, Haarlem en Rotter dam. Het batig saldo van ƒ1121.441 werd over gebracht in bet fonds voor de lijkovens, dat tot ƒ1043.78 gestegen was. Men besloot ƒ110 be schikbaar te stellen voor de kosten van vervoer naar Gotha, indien een lid bij overlijden mocht blijken beschikt te hebben, dat voor zijn lijk van hem verloren, zij wendde haar gunst den landedel man toe en ofschoon die daar in bet minst geen gebruik van maakte, kon de militaire vriend haar niet weder heroveren. De majoor wreekte zich op allerlei wijzen op zijn onwillekeurigen mededinger; hij groette hem niet meer, deed zijn best hem met stekelige gezegden te sarren, ja het moet zelfs voorgekomen zijn, dat hij zweeg als Chlodwig in zijn tegenwoordigheid geprezen werd. In een woordeen storm in een glas water kon niet vreeselijker zijn dan de woede van den majoor, en toch bleef degeen op wien die woede gemunt was, ongevoelig voor de uiting daarvan; hij was toen met andere, zeer vreedzame gedachten vervuld. Hij had het voornemen een huiBelijken haard in te richten en meende dat een zekere overeenstemming van karakters, voldoende zou wezen om een bescheiden huwelijksgeluk te ver zekeren; doch hij zag spoedig in, hoe groot deze dwaling was, en gaf voor altijd de hoop op om zijn afgezonderd kluizenaars-leven gezelliger te maken. Ongeveer in dien zelfden tijd raakte de majoor door de onbillijkheid eens leveranciers, de lichtzinnigheid zijner onderhoorigen en zijn eigen onnoozelheid in groote verlegenheid. Zijn klein vermogen was niet toereikend om het deficit in de kas van het bataljon te dekken, tot welks terug betaling hij na een langdurig onderzoek veroordeeld werd en bovendien' ontging hem, den nauwgezetten man, het verwijt van onbezonnenheid niet en dat was nog het ergste. de gelegenheid tot verbranding aldaar moet wol^e^ gebruik gemaakt. De vergadering heeft verder een prijs van /200 uitgeloofd voor eene wetenschappelijke, in alge meen bevattelijken vorm geschreven verhandeling, van hoogstens 5 vel druks, aver de lijkenver branding, te schrijven in de Nederlandsche taal. De volgende vergadering zal te Arnhem worden gehouden. Tot leden van het hoofdbestuur werden herkozen dr. J. Rutgers en W. C. A. Staring, dr. A. A. Fokker, dr. S. Hoogewerff, prof. D. Hui- zinga en prof. A. C. Oudemans. In plaats van prof. Oudemans en dr. I. Teixeira de Mattos (die voor de benoeming bedankten), prof. Franchimont en mr. C. de Jong van Beek en Donk. Verder werd besloten: de gewone mededeelingen aan de afdeelingen ook aan dagbladen toe te zenden; bij de gemeentebesturen aan te dringen dat de over blijfselen, door ruiming van grafruimten en be graafplaatsen verkregen, verbrand wordendaartoe zal op kosten der vereeniging een vervoerbare lij koven worden aangeschaft. Men schrijft ons uit Rotterdam: Nadat de plannen van het zoogenaamd Techno logisch bureau te Amsterdam, om hier in het feestgebouw eene tentoonstelling te houden op de manier van die te Utrecht, waren mislukt, omdat de pers tijdig tegen die plannen waarschuwde en de industrieelen voorts werden ingelicht door de Vereeniging van fabriek- en handwerksnij verheid te Utrecht, is de heer Geesink er toch nog in geslaagd hier eene tentoonstelling tot stand te brengen. Niet echter in het feestgebouw, welks directie er niet mede te doen wilde hebben, maar in het Verkooplokaal aan den Oostsingel. En welk eene tentoonstellingZóóveel voorwerpen, als men met schik in eene niet te groote woonkamer plaat sen kan, zonder dat de dingen te veel opgehoopt staan. Dat heette „Tentoonstelling voor handel, industrie en kunst"! De tentoongestelde voorwerpen kwamen voor het meerendeel uit het buitenland. Daar was men dus blijkbaar nog niet voldoende ingelicht. Slechts enkele inzenders uit ons land hadden meegedaan. Wel waren er nog meer, die plaats ruimte besteld hadden, doch zij hebben, nadat zij waren ingelicht, zich teruggetrokken. Tegen een ot meer van hen zal, naar men verneemt, de heer Geesink proces voerenhij eiseht namelijk vergoeding, omdat zij nu eenmaal plaatsruimte besproken hadden. De toegang tot de' „tentoonstelling" was voor 25 cent opengesteld. Maar er kwam nagenoeg niemand. Trouwens de bezichtiging van hetgeen er te zien was, was geen 5 centen waard, laat siaan het vijfdubbele. Toen heeft men verzonnen Daar kwam Chlodwig, hij bewees hem vertrou wen, stelde een borgtocht en toen de majoor kort daarna gepensionneerd werd, haalde hij hem naar zijn landgoed, waar zij van dien tijd at al kibbe lende als de beste vrienden woonden. In de eerste jaren sprak de majoor er nog dikwijls van dat het langzamerhand tijd werd dat hij dat uitsluitend beschouwende leven liet varen en een nieuwen werkkring zocht; doch van lie verlede stierven ook deze laatste sprankjes van zijn zucht naar bezigheid weg. Hij bracht zijn eerzucht en zijne voorstelllingen van hetgeen hij onder gunstige omstandigheden nog had kunnen presteeren, aan zijn vriend ten offer, daarbij meenen- de dat hij dien ouontbeerlijk was geworden. „Onontbeerlijk!" zei de majoor eenige malen hardop, rekte zich uit, luisterde nog een poosje naar het eentonige gekletter van den regen, die tegen de vensters sloeg, en viel in slaap. Den anderen morgen bij het ontbijt was Chlodwig opgewekter dan hij in langen tijd geweest was. De majoor dacht: dat komt omdat hij zijn hart gelucht heeft, en voelde zich gerustgesteld en vergat terstond alles wat hij tot redding van zijn vriend uitgedacht had. Eerst eenige dagen later, toen het gesprek weer eens op de macht der verbeelding kwam, herinnerde hij zich zijn voornemens van dien nacht en bracht ze zonder eenig uitstel te pas. Hij zette zijn gelaat in een ernstigen plooi en begon op den geheim- zinnigen, gedempten toon der kindermeiden als ze sprookjes vertellen: om aan te kondigeD, dat de bezoekers voor hun kwartje vrije vertering zonden hebben. Doch ook dat hieip niet. 't Publiek liet den ondernemer der tentoonstelling in den steek, zooals het de industrieelen gedaan hadden. Tbans is een deel van. het tentoongestelde reeds door de inzenders teruggehaald, waarschijnlijk omdat zij geen gek figuur wilden maken, en de rest zal, naar men hoort, in publieke veiling wor den verkocht, omdat het de kosten van transport niet waard is. De onderneming is alzoo jammerlijk mislukt. Wat te Utrecht gebeurde is gebleken maar éen keer mogelijk te zijn. Al heeft ook de justitie, na een streng onderzoek, geen termen kunnen vinden om ter zake van de publiek gemaakte feiten eene vervolging in te stellen, de openbaar heid aan die feiten gegeven, heeft hare uitwerking niet gemist. Herhaling van zulke feiten is onmo gelijk gemaakt. Men heeft in deze zaak een nieuw bewijs van wat groote waarde de publici teit is. De commissie van oppertoezicht en beheer der kweekschool voor zeevaart te Leiden bericht dat op Maandag 24 September 1877 in voornoemde inrichting eene keuring zal plaats hebben van knapen, die eene verbintenis in 's rijks zeedjenst wenschen aan te gaan. Bij beschikkingen van 7 September zijn aan C. Bot Cz. te Sliedrecht en aan T. Volker te Dordrecht, tot wederopzegging, vergunningen ver leend voor een stoomsleepdienst op de stroomen, rivieren en kanalen in acht provinciën. Eenige bladen hebben vermeld, dat aan den voormaligen secretaris der Kanaalmaatschappij vergunning is verleend, zijn gevangenisstraf te ondergaan met toelating tot de pistole. Tot toelichting dienedat de gevangenedie tot de pistole is toegelatenveel betere huisvesting, voeding en ligging ontvangt dan zijn medegevan genen mits hij dit zelf betaalt. Niet ieder ge vangene, die het betalen wil, heeft het recht dergelijke betere huisvesting, voeding en ligging te verkrijgen, maar de minister van justitie moet daartoe vergunning verleenen, die deze vergun ning aan den een verleent (o. a. aan den hierboven genoemden veroordeelde), aan den ander weigeren kanna gehoord te hebben den aanklager (het O. M.), doch zonder te hooren den rechterdie het vonnis heeft geveld, of den verdediger. Daar dus de beslissing in deze geheel is overgelaten aan het welgevallen van den minister, is door het besluit van 29 Sept. 1875 (Stbl. n®. 5) aon den minister een recht tot het verleenen van een „Men moest nooit van de macht der verbeelding praten, zonder te gelijkertijd haar gevaren in aan merking te nemen. Als men dit verzuimt, kan er licht een ongeluk gebeuren!" Chlodwig zag hem van ter zijde aan en zweeg. Na een tamelijk lange pauze, waarin men zijn denkorgaan bijna kon hooren werken, vervolgde de majoor: „Ik kan u een voorbeeld noemen, dat ieder verstandig mensch afschrikkend zal vinden. Wij hadden een kapitein bij ons regiment, een dapper soldaat, moedig tegenover den vijand die een hartstochtelijke voorliefde voor glas bad. „Voor het glas, wilt ge zeggen" verbeterde Chlodwig. „Neen voor glas voor glaswaren, voor flesschen, borden, kandelaars en vazen van glas. Hij raakte in verrukking voor het venster van een glaswinkel. Zijn vurigste wensch zou geweest zijn een glazen huis te kunnen bouwen; dat had hij zich in alle bijzonderheden uitgedacht en vermaakte ons dikwijls met de beschrijving er van. Op eens merken wij dat zijn gang stijf wordt, dat hij bang is om een schielijke beweging te maken, of zich tegen iemand te stooten en dat hij zich voortdurend zit op te poetsen. Op het paard was hij niet meer te krijgen, en hij vermeed zich aan groote hitte of koude bloot te stellen, daar hij vreesde een barst te krijgen. Eens hield hij mij de handen voor het gezicht en zei „Kijk hoe doorschijnend! En wat hem tot een volslagen krankzinnige

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 1