Telegraphische berichten.
Benoemingen en besluiten.
Kerknie uws.
Landbouw.
Marine en leger.
Rechtzaken.
0 n d e r w ij s.
Londen. Tot bescherming van de belangen der
Britsche onderdanen zullen twee oorlogskanonneer-
booten naar den Donau gezonden worden.
gezonden werd, zijn mandaat werd ontnomen.
Zonderling noem ik het omdat ik, schoon volko
men onbekend met de drijfveeren van der staten
van Groningen bedrijf, gerust als zeker mag stellen
dat de religie aan deze verandering geheel vreemd
is. De onderstelling is, op grond der bekende
politieke gevoelens van den heer de Sitter, die
den heer Cremers vervangen zal, niet gewaagd
dat we hier te doen hebben met eene zuiver
politieke daad, volkomen op hare plaats bij de
politieke verkiezing voor de eerste kamer. En
op politiek gebied is de vervanging van den
heer Cremers eene zeer verstandige daad. Wat
men indertijd van den hoogleeraar de Bosch
Kemper zeide, dat de beide deelen van zijuen
naam het nooit met elkander eens konden worden,
zou zonder twijfel ook op den heer Cremers toege
past kunnen worden, hadde hij het excuus van
een dubbelen naam. Door zijne stemmingen, door
zijne talrijke redevoeringen zoekt men te vergeefs
naar het dunste draadje van consequentie, en
waren onze eerste kamerleden betting men, menig
hoogstaangeslagene had zijn naam van de lijst
doen afnemen tengevolge van zware wedden
schappen „hoe Cremers heden stemmen zou." Nu
kan ik begrijpen dat een lid van de proviijeiale
staten een respectabel en bekwaam man in de
eerste kamer kiest, schoon hij van eene andere
politieke richting iser is op grond der ervaring
veel voor te zeggen dat in de eerste kamer de
partijen niet zoo scherp tegenover eikander behoo-
ren te staan als in de andere. Maar het ver
kiezen en telkens weer inkiezen van iemand, van
wien men waarlijk niet weet wat men aan hem
heeft, is van geen redelijk wezen te vergen; en
het eenige dat dus van de provinciale staten van
Groningen te zeggen valt isdat hun geduld zeer
lang heeft geduurd.
„De uitslag der verkieziugen in Gelderlanden
vooral in Noord-Holland, zijn zeer merkwaardig, niet
het minst voor de regeering, die er het nieuwtje van
gisteren (Dinsdag) in een ministerraad heeft kun
nen genieten. De generaals Juli en Juni hebben
de conservatieve regeeringspartij verlatenevenals
de generaals Januari en Februari in den Krim-
oorlog de Russen in den steek lieten. Juni ver
sterkt de liberale partij in de tweede kamer met
4 a 5 stemmen; Juli doet haar in de eerste 2
stemmen winnen. Ziedaar twee duidelijke wenken
dat het volk, hoe ook geraadpleegd, rechtstreeks of
getrapt, zich afkeerig toont van elke andere dan
eene liberale regeeringdat noch de kiezers zei
ven noch de leden van de provinciale staten zich
laten misleiden door den schijn van groote werk
zaamheid, of het wezen van groote bekwaamheden,
maarnu eenmaal dat gewichtig volksbelang, het
openbaar onderwijsden politieken toestand be-
heerscht, de oplossing dezer quaestie alleen wil
gevonden hebben langs den weg van het libera
lisme.
„Het wordt tijd om de koffers te pakken
ook voor die ministers, die geen badreis onder
nemen."
TELEGRAFHiE. Benoemd, met ingang van 1 dezer,
tot telegrafist le klasse J. Hoffman, J. A. H.
Wissink, O. W. van der Bijll, C. L. Lütkebühl j*,,
J. C. Hermann, N. F. Metz, D. Hoffman en A.A.
Waldorp, allen thans telegrafisten 2e klasse.
ouders, die voor hunne kinderen gebruik maakten
van eene openbare school, is het bij de discussie ook
van toepassing verklaard op ouders, die hunne
kinderen van eene bijzondere of secteschool, gebruik
doen maken. Men is benieuwd of dit restitutie-
stelsel door gedeputeerde staten goedgekeurd zal
worden.
In deze week zal, naar men verneemt, de
beroeping plaats hebben van predikant bij de
herv. gem. te Oosthem (kl. Sneek), aan welke
betrekking boven en behalve eene solide pastorie
een jaarwedde van ƒ6000 verbonden is.
{U. D
De jaarlijksche collecte ten behoeve van het
fonds voor noodlijdende kerken en personen in de
classis van Middelburg heeft opgeleverd uit
Middelburg, Nederd. en Eng. gemeente ƒ221.45
Nieuw- en St. Joosland16.60
Vlissingen, Nederd. hervormde gemeente 15.55
Oostkapelle15.50
Domburg15-38
Serooskerke 13-00
Koudekerke3.72
Rittkem3.50
St. Laurens3.00
Yeere3.32
Souburg3.25
Aagtekerke3-®3
Westkapelle5.51
Zoutelande4.58J
Biggekerke4.33
Arnemuiden4.30
Kleverskerke4.00
Meliskerke3.90
Grijpskerke3.79
Vrouwepolder2.25|
Gapinge4.86
Totaal 383.48
De provinciale staten van Overijsel hebben
besloten in den aanstaanden winter 32 lezingen
over landbouw te doen houden, voor elke lezing
30 te betalen, en den toegang daartoe vrij te
stellen. De door gedeputeerde staten voorgestelde
regeling van het landbouwonderwijs werd aange
nomen, zoodat nu in dat vak eens per week te
Zwolle, Kampen, Enschedé en Almelo onderwijs
zal worden gegeven.
Gisteren is alhier aangekomen de kolonel
G-. B. C. Stoop, kommandant van het 3e regi
ment infanterie, die heden het garnizoen alhier
heeft geïnspecteerd.
De luitenant ter zee 2e klasse jhr.R.W.J.
van Pabst van Bingerden en de scheepsklerk
J. Langereis, laatst behoord hebbende tot het
eskader in Oost-Indiö en van daar den 4en dezer
in Nederland teruggekeerd, zijn met dien datum,
op nonactiviteit gesteld.
provinciën omwanneer de regeering blijft weige
ren tot de uitvoering van het werk over te gaan,
dat werk behoudens aanzienlijken geldelijken
steun van het rijk, zoowel wat de verbetering
als het verder onderhoud betreft zelve te
ondernemen
2° aan gedeputeerde staten op te dragen om,
V3n dit beginsel uitgaande de onderhandelingen
met de regeering voort te zettenen den provin
cialen staten te gelegener tijd van den uitslag hun
ner bemoeiingen verslag te doen, onder bijvoeging
van zoodanige voorstellen als zij zullen meenen te
behooren.
In de algemeene vergadering der Vereeniging tot
afschaffing van sterken drank zijn o. a. herbe
noemd als voorzitter jhr. J. L. de Jonge en als
secretaris mr. C. C. E. d'Engelbronner.
Het voorstel van het hoofdbestuur om aan de
regeering te verzoeken, afgescheiden van een her
ziening der patentwet, aan de staten generaal voor
te stellen: een bijzondere belasting in te voeren
op drankverkoop, zoo in het groot als in het klein;
het aantal drankwinkels (slijterijen, tapperijen enz.)
te beperken tot een matig cijfer, in verh^/'
tot de bevolking; vereenigde uitoefening',
perij met andere winkelnering te verbieden, overi
gens de vergunning tot vestiging van drankwinkels
op te dragen aan de gemeentebesturendie ver
gunningen, alleen verkrijgbaar voor mannelijke
meerderjarige ingezetenen, in het volle genot
hunner burgerlijke rechten, te onderwerpen aan
een recht van f 25 tot f 500, in halfjaarlijksehe
termijnen vooruit te betalen, en herroepelijk te ver
klaren in geval van herhaalde overtreding, binnen
twaalf maanden, van plaatselijke of algemeene
rijkswetten op het stuk der tapperijen, werd aan
genomen met algemeene stemmen.
Het Utr. Dagblad verneemt uit goede bron, dat
het bericht van het Handelsblad betreffende het
voornemen van de directie der staatsspoorwegen,
om in het najaar haar treinen weder van haar
eigen station te Utrecht te laten aankomen en
vertrekken, volkomen ongegrond is.
Onze Haagsche correspondent schrijft
ons het volgende
„Wat hoogst zelden gebeurt, heeft thans plaats
gehad: eene zuivering van de eerste kamer door
de provinciale staten, waarbij vier nieuwe leden
in dat college zijn gebracht. Alleen de vervanging
van den heer Verschoor door den heer Smitz in
Noord-Brabant is, van het standpunt der eerste
kamer beschouwd, normaalhet aftredend lid
verzocht wegens hoogen leeftijd niet herkozen te
worden. Dergelijke verzoeken en de onverbidde
lijke dood zijn voor de eerste kamer, dank het
diep wortel schieten van het ouderwetsch beginsel
van herkiezingen quanct même bij de staten der
meeste provinciën, gewoonlijk de eenige aanleiding
tot mutatie. Natuurlijk mag men daarbij ver
wachten dat de mutatie niet slechts in verande
ring van een gezicht, maar ook in verandering
van richting zal bestaan. In plaats van den heer
Verschoor, don eenigen protestant die uit Noord-
Brabant ter eerste kamer afgevaardigd werd,
wordt de eerste kamer thans verrijkt met een man
van de in Noord Brabant bovendrijvende partij,
die in de tweede kamer zijne sporen verdiend heeft
en den naam. heeft verworven van zijne tong niet
te slijten met spreken, maar haar alleen te ge
bruiken om te stemmen naar de wenschen van
den clerus. Deze verandering is te natuurlijk om
er lang bij stil te staan.
„Zonderling dat, terwijl de eenige protestantsche
afgevaardigde uit het katholieke Zuiden door een
elericaal vervangen werd, op hetzelfde oogenblik
den eenigen katholiek, die uit eene noordelijke
provincie naar den waterkant van het Binnenhof
eene kleine geldsom betrof, die ik helaas van hem
had moeten leenen," en daarop verhaalde ik hem
door welke omstandigheden ik daar toenmaals toe
gedwongen was geweest.
„Neen," zei Ashbourne, „Ford vertelde mij niets.
Op Georgiana's vraag naar het adres want ik
was niet in staat hem die zelf te doen haalde
hij een zakboekje te voorschijn en nam er een
brief uit. Ik herkende uwe hand op het adres,
ja ik zag dat de brief aangeteekend was, hoe
veel moest er u aan gelegen zijn geweest, dat die
in zijne handen kwam
„Daarop echter, als tot audere gedachten
komende, legde hij den brief naast zich op de
tafel (zoodat ik het couvert nu grondig kon be-
studeeren) en zei„Verschoon mijmaar ik
herinner mij, dat miss Elten haar adres niet bij
dezen brief gevoegd heeft; zij had het mij vöor
haar vertrek reed3 gegeven." Bij die woorden nam
hij uit het zakboekje eene kaartdie hij mij toe
reikte.
„Zijn naam stond aan de eene zijde, en aan de
andere de uwe met de opgave van uwe woon
plaats, door uwe hand geschreven."
„Ja," zei ik op doffen toon, „alles naar aanlei
ding van die rampzalige vijf pond sterling."
„Thans weet ik dat, maar toenmaals, gelijk ge
zult begrijpen, was ik verschrikt, vertoornd, over
tuigd. Nog hield ik, buiten staat tot spreken,
de verdachte kaart in de hand, toen eene andere
als toevallig uit het zakboekje op den grond viel
en Milly, die het geheele tooneel met boosaardige
De gemeenteraad van Doniawerstal heeft be
sloten restitutie van schoolgeld te verleenen aan die
ouders, welke om den verren afstand van eene der
scholen in hunne eigene gemeente, hunne kinderen
ter school zenden naar eene naderbij gelegen school
in eene andere gemeente. Ofschoon het voorstel
de strekking had alleen restitutie te verleenen aan
nieuwsgierigheid had bijgewoond, uitriep„He,
miss Elten's portret
Zij bukte er zich naar, maar reeds had ik de
kaart opgeraapt. Ja, het was uw photographisch
portret, hetzelfde innemende, vriendelijke gelaat
dat mij zoo zeer had aangetrokken, datzelfde
opene trouwhartige oog dat ik vertrouwd had en
dat zooals ik toenmaals moest gelooven
mij had bedrogen. Ik wierp de photographie
heftig op de tafel neêr en stond op.
„Ford stak het portret weër weg met eene zoo
hatelijke uitdrukking op zija gelaat, dat ik on
willekeurig de vuist balde. Nog éen woord van
dien mensch, en ik geloof dat ik hem zou hebben
neêrgeslagen. Ik maakte eene buiging nooit
zal ik den duivelschen triomf in Georgiana's oogen
vergeten! en ijlde naar huis."
„En ik.... ik was veroordeeld en opgegeven,"
riep ik smartelijk uit.
„Moest ik u niet veroordeelen vroeg Edmund.
„Die man had toch reeds vroeger mijne ijverzucht
gaande gemaakt, ofschoon ik u later duizendmaal
verschooning heb gevraagd, dat ik zelfs maar een
oogenblik aan eene dergelijke afdwaling van uw
hart had kunnen gelooven. Maar herinner het
u zelve eensZoo dikwijls ik u op Airy-HilJ zag
was hij in uwe nabijheid en scheen hij door u
geduld te worden, en tot duidelijke ophelderingen
hadt ge nooit den tijdHet laatste tooneel, toen
hij u een brief in de band drukte, was mij nog
geheel onopgelost gebleven. Nu kwamen uw brief,
de kaart met het adres, het portret en uw stil-
Naar wij vernemen zal de behandeling der zaak
van den heer J. de Decker Gz, in appèl voor
het gerechtshof te 's Gravenhage hoogst waarschijn
lijk eerst na de vacantie worden behandeld, daar
bijna al de dagen in de vacantie reeds voor andere
zaken zijn aangewezen.
zwijgen tegenover mij er b^ was dat niet
genoeg om een man te overtuigen, wiens vertrou
wen reeds door bittere ervaringen geschokt was
„En wjj kenden elkander nog pas te kort,"
merkte ik zuchtend aan.
„Desnietteminging Edmund voort, „ofschoon
mijn verstand overtuigd was, wilde mijn hart het
nog niet gelooven. Het getuigenis van dien man
en de bewijzen, die hy in zijn bezit had, waren
voor mij nog niet voldoendeik wilde een onpar
tijdiger getuige hooren. Henry, die u had zien
vertrekken en dien ik de eerste maal met wrevel
het woord had afgesneden, moest zich nu nader
verklaren. En toen vernam ik, Veronica, dat die
persoon u naar Blackheath vergezeld had, dat ge
te zamen levendig hadt gesproken, dat hij op het
oogenblik van vertrek
„O, zwijg ik kan zelfs thans nog de
herinnering aan dat oogenblik niet verdragen!"
riep ik huiverend uit. „Maar ik kon mij onder
dat gewoel van menschen evenmin tegen zijne
onbeschaamdheid verweren als ik den beet eener
slang had kunnen ontwijken!"
„Die schelm!" riep Edmund met fonkelende
oogen uit. „Maar toenmaals had ik geen begrip
van zulk eene vermetelheid en ge zult mp toege
ven dat deze mededeelingen, waarop ik Henry een
eed liet doen, na 't geen ik op Airy-Hill vernomen
had, geen twijfel meer overlieten. Overweldigd
door verdriet en verontwaardiging nam ik den
brief waarin ge my eenmaal beloofd had dat de
Yeronica bestendig zou zijn, met de bloem, uw
BUITENLAND,
De Morning Post meldt dat het parlement tot
den 10en Augustus a. uiteen zal gaan.
De keizer en de keizerin van Brazilië zullen
Zaterdag namiddag in de residentie aankomen,
komende van Brussel, waar don Pedro en zijn
gemalin éen dag na hun vertrek uit Engeland
zullen vertoeven.
Z. K. H. prins Hendrik wordt uit Soestdijk te
'sHage verwacht, teneinde den keizer van Brazi
lië te begroeten.
Voor het nationaal zangersfeest te Nijmegen
hebben 23 zangvereenigingen haar medewerking
toegezegd, onder welke ook Vlissing's mannenkoor,"
Mr. N. P. J. Kien, burgemeester van Utrecht,
is van zijn ziekte nog niet hersteld, zoodat hij
waarschijnlijk weldra zijn eervol ontslag zal aan
vragen.
Voor het eerste gedeelte der geldleening ten
laste der gemeente Breda, groot f 200,000 a 4i pet.,
voor het uitvoeren van openbare werken, ten be
drage van 100,000, is voor een bedrag van
f 115,000 ingeschreven.
Volgens opgaaf in de Staats-courant hebben
gedurende de maanden AprilJuni 1877 5142
personen het koninkl. kabinet van schilderijen
(Mauritshuis) te 's Hage bezocht, terwijl het museum
Meermanno Westreenianum slechts 10 bezoeken
ontving. De Gevangenpoort werd door 5296 perso
nen bezichtigd.
Den 6en dezer hield dr. van Loo uit Venlo
te Ems eene voordracht over de door hem uitge
vonden beweegbare gipsverbanden bij breuken,
die bij ophelderde met demonstraties en modellen.
De voordracht, die ruim een uur duurde, werd
door den lijfarts van den keizer van Duitschland,
dr. von Lauer, professor Giwartowski uit Breslau,
graaf van Limburg Stirum en verscheidene art
sen bijgewoond. Met levendige belangstelling volg
den de toehoorders de duidelijke voorstelling van den
spreker en gaven hunne algemeene ingenomenheid
te kennen met de groote voordeelen van zijn stel
sel dr. von Lauer en prof. Giwartowski betuigden
hem nog speciaal hun hartelijken dank voor zijn be
langwekkende voordracht. Dr. van Loo verklaarde
met alle energie te zullen ijveren voor de invoering
van de beweegbare gipsverbanden in zijn vaderland;
in Ems verbaasde men er zich over, dat zij nog
niet algemeen vooral in de veldhospitalen worden
gebruikt.
Twee bevallige jonge dames van Bergen
in Henegouwen, oud 19 en 15 jaar, zijn te Parijs
in een hotel aangehouden wegens oplichterij. De
oudste, Constance Defeignes, had eene liefdesver
bintenis aangeknoopt met een student aan de
école des mines te Bergen, en leefde, met hare
jonge vriendin, zeer eendrachtelijk met haar aan
bidder. Op een goeden morgen vond deze echter
het huis ledig, zijne meubelen opengebroken, al
zijn geld en zijne kostbaarheden verdwenen en de
twee schoone vogeltjes uitgevlogen. De justitie
was de vluchtelingen weldra op het spoor en liet
ze te Parijs aanhouden.
Ongeveer drie jaren geleden zijn te Berlijn
naamgenoot, die ge mij gegeven hadt, het eenige
teeken uwer liefde dat ik bezat, en wierp beide
in 't vuur, waar ik zag hoe de vlam ze langzaam
verteerde. Ik sprong toen op mijn paard, mijn
Amoe, het eenige schepsel ter wereldzooals ik
dacht, dat trouw en zonder valschheid was, en
stormde in den nacht naar buiten. Eerst tegen
den morgen keerde ik doodmoê en verslagen van
geest naar huismaar den slaap kon ik niet vinden,
noch dien nachtnoch gedurende vele volgende."
„Die ook ik in bange gemoedsgesteldheid door
waakte," zei ik met ontroering.
„Laat mij zwijgen van den tijd, die nu volgde.
Thans eerst werd ik gewaar hoe lief ik u had
gehad; van vroegere teleurstellingen was ik beko
men, maar deze wond, ik gevoelde het, zou nimmer
genezen. En daarbij het stilleeentonige leven
waartoe ik verwezen was, o het was ontzettend
Wordt vervolgd),