Telegraphische berichten, Benoemingen en besluiten. Kerknieuws. Marine en leger. Rechtzaken. Thermo meterstand. bodem geen plaats is waar de mest geborgen, maar een fabriek waar zij omgewerkt, waar zij plantenvoedsel wordt. Stalmest zal altijd de hoofdvraag blijven, kunstmest bijzaak, hulpmest. Hij wekt de krachten van de stalmest op, is de drijver. Goed gebruikt en niet te duur betaald, kan kunstmest uitstekende diensten bewijzen. Beide sprekers zijn het in hoofdzaak geheel eens en de heer Vis zou gaarne van de uit Schouwen aanwezige leden vernemen, wat er aan is van het geen hij gehoord heeft omtrent de tarwecultuur op Schouwsche gronden. De voorzitter had gehoopt dat de vraag, die hier in deze afdeeling gesteld is, ook door haar zou worden toegelicht. Nu dit niet bet geval is wendt hij zich ook, behalve tot de leden uit Schou wen, tot die uit Zuid-Bevelaud. De heer Mazure uit Zierikzee antwoordt daarop, dat de meekrap een der meest geliefkoosde plan ten is van den Schouwen-Duivelandschen landbouw, waar men noode afstand van doet, getuige de nieuwe stukjes die nog dit jaar, nu ze algemeen voorgoed dood gehouden wordt, geplant zijn, doch hij vermeent dat de gronden in Schouwen, evenals op andere plaatsen in Zeeland, even ge schikt zijn voor verbouw van tarwe als van mee krap, als men maar de eerste met evenveel zorg behandelt als men tot dusver de laatste gedaan heeft. In 'tland van Hulst, zegt de heerHombach, is de meê slechts als een weeldeartikel bekend, en toch gelooft hij niet dat daar minder rijkdom is dan in meekrapverbouwende streken. De heer Marlet heeft naar zijne meening den juisten weg gewezen. Gaarne zou hij ook wenschen besproken te zien de smet of brand in de tarwe. Op voor stel van den president wordt dit uitgesteld tot het volgende jaar. De heer de Beste zegt dat er met de teelt van tabak groote winst te behalen is, en vraagt of het niet wenschelijk zou zijn de meekrap door tabak te vervangen? Zij ook vereischt diepe grondbe werking, is een handelsgewas en kan veel op brengen. De vraag, zegt de voorzitter, is niet beantwoord, allerwege worden nog proeven genomen. Hij acht het wenschelijk ze aan te houden tot het volgende jaar, waartoe besloten wordt. Ik constateer hierbij dat er niemand is opgestaan om het voortzetten der meekrapcultuur in bescher ming te nemen, en stel voor om ze in het register van overleden gewassen te boeken; dankbaar te zijn voor het verleden en te vertrouwen dat in de toekomst de grond, waarop een3 meekrap welig tierde, goed bebouwd, met winst elk gewas zal opleveren dat een zorgvol gebruiker er op teelt. Is de oprichting van beetwortelsuikerfabrieken in Zeeland aan te raden? Deze vraag zou worden ingeleid door den heer J. van der Minne, suikerfabrikant te Steenbergen, die echter verhinderd is dit te doen, doch zijne meening schriftelijk ontwikkeld en aan het bestuur ingezonden heeft. De secretaris leest ze voor en ik ontleen er het volgende aan. De bieten uit Zeeland zijn over 't algemeen re delijk goed te bewerken en de qualiteit is vooral uit de oude polders zeer voldoende. Wat echter onmisbaar en in Zeeland schaars is, is goed zui ver water. Onzuiver water bemoeilijkt de kristal lisatie en werkt nadeelig op de stoomketels. De kolen zijn in Zeeland wel wat duurder dan op andere plaatsen, doch dat is geen onoverkomelijke hinderpaal. Onder de groote bezwaren behoort zeker de belasting en de inmenging van den fiscus. Yoor de belasting, die naar tweëerlei aanslag ge heven kan worden, moet de fabrikant borgstellen, en ieder bedenke zich tweemaal eer hij in Neder land belasting-fabrikant wordt. Zeker is het ech ter dat geproduceerde suiker altijd aftrek vindt, even als de veevoedering en de mest uit de fabriek. Waar men goed water heeft is het eene onderne- geleden gezegd hadt, toen allen riepenGij moet Thans. „Thans moet ik u goeden nacht zeggen," viel ik hem in de rede, hem de hand reikende. „Hier scheiden zich onze wegen." „Mag ik u niet naar huis geleiden?" vroeg hij. „Maar ge hebt gelijk. De menschen kunnen niet weten welk een ernstig gesprek wij gehad hebben. Van u echter te scheiden, zonder de hoop te kunnen koesteren u spoedig weêr te zien. „Gij komt toch soms op Airy-Hill?" zei ik ontwijkend. „Om u dan'uitgevlogen te vinden," antwoordde hij. „Als ik er iets aan doen kan, niet," zei ik glimlachend. „Werkelijk? Is het u dus niet geheel onaange naam mij te ontmoeten? O, ge weet niet, hoe mij dit verheugtMaar," liet hij er aarzelend op volgen, „spreken kunnen wij elkander in het gun stigste geval daar ook niet. En toch heb ik u nog zooveel te zeggen. Ge gaat hier zeker niet dikwjjls wandelen „Dat vraagt niet de predikant, maar de officier," zei ik, hem ernstig aanziende. „Gij hebt gelijk, en toch. Mijn hemel, als men maar kon wat men will Maar loop niet zoo snel, of, als ge volstrekt weg wilt; geef mij dan ten minste uit uw mooi bouquet eene bloem tot aandenken; daar bjjv., uw naamgenoot, die vero nica „He, hoe weet gij. pDat ge Veronica heet? Die naam stond met ming, die met goed gevolg aangevangen en gedre ven kan worden. De resultaten zijn uiteenloopend en het benoodigde kapitaal bedraagt voor eene middelmatige fabriek vier ton. Op voorstel van den heer Vis wordt besloten dit zoete onderwerp ook tot eene volgende verga dering aan te houden. Niemand en ook niet het bestuur hebben iets meer voor te stellen, zoodat de voorzitter met eene dankbetuiging aan de aanwezigen de verga dering sluit. Onder dit alles was deze en gene reeds stil ver dwenen óf om te gaan luisteren naar de heerlijke muziek op het tentoonstellingsterrein buiten de stadóf zich gereed te maken tot deelneming aan den rijtoer. Voor dit laatste stonden te half drie een ruim veertigtal rijtuigen gereeddie weldra door leden, bij voorkeur buiten de afdeeling Tolen, bezet waren. Langs een prachtigen boom dijk, met schaduwrijke olmen beplantdeed deze lange reeks van rijtuigen, door de onvermoeide zorg van commissarissen in orde gerangschikteen rit van een paar uren. Te Oud Vosmeer en nog op een paar pleisterplaatsen werd aangelegd om eene kleine verfrissehing te nemen. De wegen, of lie ver de dijken die we langs redenslingerden door prachtige korenvelden en langs nette hofsteden. Alles draagt de blijken dat de landbouw verbe tert, meer en meer belangstelling wekt, en ook hier menige boer woontdie timmeren kaneven als Lamfried in Reinaert de Vos. Hoogst voldaan over alles kwamen we dan ook hier terug en zochten aan de keurige tafel van den heer Stols of elders gelegenheid tot versterking van ons hon gerig gemoed. 's Avonds vereenigden de meesten zich in de zaal of den tuin van „Non semper", waar het muziekkorps van het derde regiment huzaren een groot feestconceri gaf. De muziektentin groen en vlaggen getooid, was smaakvol verlicht, en evenals de tuinnu en dan door Bengaalsch vuur in een fantastischen gloed gehuld. Tot na midder nacht was men genoeglijk bijeen, onder genot van uitstekende muziek en het gebruik van de noodige dingen uit het buffet van den heer Leeuw. Ook zij, die daar niet konden zijn, vonden in caroussels, in wafelkramen, of op 't bal een pretti- gen avond, en keerden voldaan over den eersten feestdag huiswaarts. Wordt vervolgd.) onderscheidingen. Verlof verleend aan L. A. baron van Neukirchen, genaamd van Nijvenheim, ritmeester in Pruisischen dienst, tot het aannemen van het ridderkruis le klasse der Albrechtsorde en der Frederiksorde, hem respectievelijk door Z. M. den koning van Saksen en door Z. M, den koning van Wurtemburg geschonken. leger. Op pensioen gesteld de kapitein P. L. Berail, van het le reg. veld-artillerie, op zijne aanvrage, en het bedrag van het pensioen bepaald op ƒ1689 'sjaars; aan voornoemden kapitein de rang verleend van majoor. Benoemd bij het 2e regiment veld-artillerie, tot 1™ luitenant, de 2« luitenant E. A. van Leent, van het le reg. vesting artilleriebij het 2e reg. vesting-artillerie, tot ltB luitenant, de 2' luitenant R. A. X. van de Wall, van het korpsbij het 3e reg. vesting-artillerie, tot kapitein 2e klasse, de le luitenant C. E. van Strijen, van het 2e reg. veld-artillerie. In de op Woensdag 11. gehouden vergadering van de classis van Middelburg werden tot leden van het provinciaal kerkbestuur van Zeeland her kozen de heer J. P. Nonhebei en gekozen de heer groote letters op den zakdoek geborduurd, dien ge onlangs bij het zingen naast u hadt gelegd." Zwijgend nam ik eenige der teedere blauwe bloempjes uit het ruikertje en gaf hem die; hij greep er echter zoo haastig naar, dat de zwak bevestigde fijne kroon zich losliet en in mijne hand achterbleef. „Ziet ge!" riep ik uit, zeer voorbarig de gedachte vertolkende, die mij plotseling door den geest ging „zoo zwak is Mannentrouw!" „Mannentrouw herhaalde hij het door mij in 't Duitsch uitgesproken woord. „Wat wil dat zeggen?" Ik bloosde en verklaarde hem de beteekenis van dien naam, die men in Duitschland aan deze bloem gegeven heeft, omdat zij zoo broos is. „Dat is onrechtvaardig," zei hij, lachend het hoofd schuddende; „vrouwentrouw is niet besten diger dan mannentrouw. Neen, dan hebben wij een beteren naam voor die bloem. Wij noemen haar Vaarwel." „Vaarwel? Dat is een afscheidswoord!" zei ik, terwijl ik gevoelde dat ik bleek werd. „Alzoo vaarwel Maar hij hield mijne hand vast en zag mij diep in de oogen. „Voor mij is de bloem noch Vaarwel, noch Mannentrouw, maar Veronica," fluisterde hij. „En als de Veronica bestendig is, zal de Mannen trouw het ook zijn." Ik bloosde onder zijn blik en bij zjjne woorden. Om mijne verlegenheid te verbergen wcnddjgik mij tot het onrustig trappelende paard, streelde het J. A. de Wolff, en tot secundi de heeren J. H. L. Roozemeijer en J. van der Thoorn. Voorts werd, nadat de heer B. H. Carp schrif telijk had te kennen gegeven dat hij zich geen herkiezing kon laten welgevallen, in zijne plaats tot praeses van het klassikaal bestuur van Mid delburg gekozen de heer G. C. Boomer en tot assessor de heer J. J. Richard, en werden voorts tot leden gekozen en herkozen de heeren D. Rijn- ders en J. van den Beke Callenfels en tot secundi de heeren J. H. Klomp, S. Ulfers, J. van den Bergen, Jac. Dommisse en P. Melis. Tevens werd, op voorstel van den beer Nonhebei, bij meerderheid van stemmen besloten dat de classis van Middelburg er ten sterkste bij de synode op zou aandringen, om geene verandering in de be staande vragen, bij de bevestiging van ledematen gebruikelijk, toe te laten, waarbij eene minder bestemde formule naast of in de plaats der tegen woordige vragen zou worden gesteld. De 1' luitenant A. Breeman van het 3e regi ment infanteriete Vlissingen in garnizoenis aangewezen om naar Delft gedetacheerd te worden tot het ontvangen van onderricht in de behande ling van de nieuwe brandbluschmiddelen. Door het gerechtshof te 's Hage is gisteren o. a. de zaak behandeld van H. V.smid te Kou- dekerkebeschuldigd van diefstal van een emmer, twee rokken, een paar kousen en een koperen keteldeels op een afgeslotendeels op een onaf gesloten erf te 's Heerenhoek des nachts. De advocaat-generaal- requireerdodat hem een half jaar cellulaire gevangenisstraf zou worden opge legd. Zijn verdediger mr. Leesberg bepaalde zich tot het aanvoeren van enkele verzachtende omstan digheden. De uitspraak zal heden plaats hebben. Het gerechtshof te Arnhem heeft gisteren Theodoras Schut, wegens diefstal met braak en gewapend verzet tegen de justitie, veroordeeld tot 20 jaren tuchthuisstraf. binnenland. Rotterdam. Door de arrondissements-recht- bank alhier werd heden uitspraak gedaan in zake J. de Decker Gz. De beklaagde werd, overeen komstig den eisch van het openbaar ministerie, schuldig verklaard aan poging tot oplichting en veroordeeld tot éen jaar cellulaire gevangenisstraf, eene geldboete van 1000 en in de kosten. buitenland. Londen. In het Engelsche lagerhuis heeft de heer Bourke medegedeeld dat de regeering sedert den 25en April geen rapport over de mishandeling der Joden in Rumenië ontvangen heeft. Aan den consul te Bucharest is last gegeven tot het instel len van een onderzoek. Twee der drie knapen, 11 jaar oud, die in den laatsten tijd bun werk maakten van diefstal in winkels alhier, bevinden zich thans in voorloopig arrest. Naar wij vernemen zijn de volgende stukjes voor het klokkenspel op den Abdijtoren alhier gekozen. Voor het heel uur „VolkswehrMarsch" van Goria door H. Cramer; voor het kwartier na heel uur een Russische dans; voor het half uur „Carnaval polka" door D. Magnus, en voor het kwartier voor heel uur een Poolsche mazurka. den hals en zei: „Adieu, Amoe, breng uw meester veilig te huis." Ashbourne boog zich intusschen over mijne hand heen en die even met de lippen aanrakende, zet hij „Niet vaarwel, maar tot weêrziens, Veronica!" XI. Hij bemint mijSedert dit woord voor de eerste maal is uitgesproken, heeft het in millioenen harten een jubelenden weêrklank gevonden; maar voor elk menschenhart schijnt het nieuw en enkel daarvoor geschapen te zijn. Hij bemint mij! O, dat ik het aan de geheele wereld had mogen verkondigen. Dat ik het had mogen uitzingen in de gansche schepping, om alle creatuur deelgenoot te maken van mijn geluk! De geheele menschheid zou ik willen omhelzen en toch ontvlied ik elk levend wezen en sluit mij op in mijn stil vertrek, om alleen te zijn met mijn geluk, alleen met de ge dachte aan hem Hij bemint mij! Wat is mij nu gelegen aan de onverschilligheid der overige wereld Wat deert mij de spottende toon, waarop Georgianabij mijn terugkeer vraagt of ik eene wandeling in den maneschijn zoo aangenaam vind? Op haar zal ik nimmermeer boos kunnen zijn, want zij bemint hem -ook en wordt door hem versmaad. Zij is beklagenswaardig genoeg. Wat stemt het geluk toch zacht en verzoeningsgezind! Bij de werkzaamheden tot het maken van een nieuwe schutsluis in de Marinehaven te Vlis singen, komen een groote massa ijzeren kogels, granaten en bommen voor den dag. Deze projec tielen, waarvan tot nu toe ongeveer vijf en twintig duizend kilogram is opgedolven, hebben blijkbaar nimmer aan hunne bestemming voldaan. Zij zijn herkomstig uit de parken der Engelschen en door hen in December 1809, voor hunne ontruiming, van Walcheren, in de havens gestort. De vesting werken en het dok werden te gelijk ertijd ver nield. Hbl Gisteren middag circa 3 uren ging een paard voor een der bij 't badhuis te Scheveningen ge stationeerde wagentjesdat zonder bewaking was, op hol, rende over het terras voorbij den muziek tempel, vernielde een ijzeren pilaar bij de Kur- zaal en bracht groote ontsteltenis bij de omstan ders te weeg. Aan het einde van het terras werd het dier tot staan gebracht; het gareel van het rijtuig was verbrijzeld. Als een bewijs voor den gunstigen invloed, dien het werken in de open lucht op den toestand van krankzinnigen hebben kan, wordt het vol gende gemeld. Op eene erve, gelegen aan de Berkel, is een houten woning geplaatst, bestaande uit 2 slaap vertrekken, eene zitkamer en een keuken, waar gedurende de zomermaanden eenige verpleegden uit het krankzinnigengesticht te Zutfen, die te vertrouwen zijn, van Maandag tot Zaterdag onder behoorlijk opzicht wonen en werken aan de door graving van een stuk grond, om de Berkel, die daar ter plaatse een grooten omweg maakt, be langrijk te doen bekorten en daardoor een groot stuk grond vruchtbaar te maken. LI. Dinsdag heeft die verbinding plaats gehad door het wegruimen der beide dammen. De pa- tienten werden daarna onthaald op sigaren en toonden blijkbaar hunne ingenomenheid met den uitslag van hun arbeid. Buitengewone maatregelen waren eergisteren in het Paleis van justitie te Amsterdam genomen tot handhaving der orde. Slechts weinigen konden toegang verkrijgen tot de openbare tribune, en militairen, agenten van politie en veldwachters waren noodig, om den drang van het publiek te keer te gaan. Langzamerhand zakte de menschen- massa wat af. Des avonds was de aanblik in de rechtzaal eigenaardig. De weelde van gaslicht kent het Paleis van justitie niet, waar des avonds zelden zittingen worden gehouden. Toen de duisternis viel, werden de tafels van rechters en verslagge vers met Carcel-lampen en kaarsen verlicht, terwijl getuigen en publiek in het donker bleven zitten. Slechts een flauw lichtje werd in den gang ontdekt, overal elders in gangen en op trappen was het duister. Men verneemt, dat d'. Campbell te 'sHage de intrekking heeft verzocht zijner benoeming tot theater-directeur voor het volgende speeljaar. De wettelijke erfgenamen van wijlen kardi naal Antonelli worden door eene jonge gravin M. die voorgeeft een natuurlijke dochter van deu kardinaal te zijn, om haar aandeel in de nalaten schap aangesproken. Hoewel zelfs de tusschen- komst van den paus is ingeroepen, heeft men de zaak niet in der minne kunnen schikken; de partijen willen thans tot een proces overgaan, dat met belangstelling wordt te gemoet gezien, omdat het waarschijnlijk nog meer belangrijke zaken omtrent den omgang van den kardinaal met het sehoone geslacht aan het licht zal brengen. 28 Juni 's av. 11 u. 61 gr. 29 's morg. 7 u. 64 gr. 's midd. 1 u. 75 gr. 's av. 6 u. 72 gr. Ik lag in mijne slaapkamer, wier deur ik achter mij gesloten had, op mijne knieën aan het geopende venster, waaruit ik den helderen nachthemel met al zijne gouden sterren aanschouwde. Ik bad niet, maar elke blik naar boven, elke traan van geluk die mijn oog ontrolde, was een dankgebed. Op die wijze bracht ik den halven nacht door; en zelfs toen ik mijne legerstede had opgezocht golfde het bloed te oatstuimig door mijne aderen, klopte mijn hoofd te koortsachtig, dan dat slapen mogelijk zou zijn geweest. De slaap brengt verge telheid aan, en ik zou geen minuut hebben willen vergeten, welk geluk mij dezen avond ten deel was gevallen. Desniettemin sloot eindelijk eene sluimering mijne oogen, die tegen den morgen in een vasten slaap overging. Verkwikt ontwaakte ik op den gewonen tijd; maar even als kort geleden na de avondpartij de schrikgestalten van den nacht voor het morgenlicht geweken waren, week ook thans voor dat licht de gewaarwording v&n geluk, die mijn gemoed vervuld had en nu voor kalmte plaats maakte. (Wordt vervolgd),

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 2