BUITENLAND. Ingezonden Stukken. Algemeen Overzicht. Torpedo 's. Geneeskundige zoogenaamde „Heil"-gymnastiek. Landgeiiooten De buitenlandsche politiek levert tegenwoordig al zeer weinig afwisseling op. Dagelijks hetzelfde menuhoofdschotel, de Oostersche quaestie, om geven door eenige interpellaties in het Engelsche parlement en geruchten over vredesonderhande lingen, vervolgens de crisis in Frankrijk, gekruid door eenige pikante ministerieele circulaires en dreigende voorspellingen, en eindelijk de discussie in de Belgische kamer over de wijziging der kieswet, nu en dan afgewisseld door persoonlijke kibbelarijen en andere standjes. Belangrijk nieuws is er uit het Oosten niet; voor 't oogenblik bepalen de operaties zich nog voornamelijk tot voorpostengevechten en scher mutselingen in Azië, tot het wederzijds beschieten der aan de oevers van den Donau gelegen Rume- nische en Turksche vestingen. Keizer Alexander is echter te Plojesti aangekomen en men onderstelt dat dit het sein zal wezen voor een krachtige poging om den Donau over te trekken, waarop de Turken zich, blijkens hunne bedrijvigheid, voor bereiden, in de hoop den vijand terug te zullen slaan. De onderstelling, dat dé Russen zich in de eerste plaats tegen Roesjoek zullen wenden is oorzaak dat de vrouwen die vesting reeds hebben ontruimd, terwijl geheel de mannelijke bevolking werkzaam is aan het verleggen van den spoorweg. Daar de Donau. thans valt worden de omstandig heden voor een overtocht der Russen gunstiger. De Russische gezanten te Londen, Berlijn en Weenen, die allen gelijktijdig te St. Petersburg zijn geweest, keeren naar hunne respectieve stand plaatsen terug; graaf Schouwaloff is althans gisteren te Berlijn aangekomen, vanwaar hij heden naar Londen zou vertrekken, terwijl ook de beer d'Oubril weder uit St. Petersburg te Berlijn wordt terugverwacht. Hoewel uit de Russische hoofdstad wordt gemeld dat die heeren diplomaten zich alleen voor hun particuliere belangen naar hunne woon plaatsen begeven klinkt dit wel eenigszins verdacht en de geruchten over vredesonderhandelingen of een eventueele schikking worden door dien terug keer niet weinig versterkt. Eergisteren heeft de Engelsche regeering een dossier stukken betreffende de neutralisatie van het kanaal van Suez overgelegd, waarmede echter de leden van het lagerhuis nog niet volkomen zijn tevreden gesteld, want de markies van Har- tington vroeg gisteren de overlegging der depêche aan Rusland, bevattende de aanzegging der houding die Engeland voornemens is met betrekking tot het kanaal te volgen. Sir Northcote gelooft, dat het ontij dig zou wezen thans andere documenten over te leggen dan die welke reeds zijn aangeboden en medegedeeld, met het doel om te voorkomen, dat de vergadering van aandeelhouders in het kanaal zich misschien onjuiste voorstellingen zoude maken omtrent het gebeurde. Die vergadering werd gisteren te Parijs gehouden, en in het verslag door den heer de Lesseps uit gebracht, is opgenomen de mededeeling der ziens wijze van Engeland omtrent de noodzakelijkheid om den vrijen doortocht door het kanaal vooralle schepen open te houden. De heer de Lesseps merkte op, dat de zienswijze van Engeland de voorkeur verdient boven het voorstel tot een internationale overeenkomst, dat hij onlangs aan het oordeel van lord Derby had onderworpen. De vergadering gaf door eenparige toejuichingen hare instemming hiermede te kennen. Het divi dend is bepaald op 3.55. Naar aanleiding van de depêche van lord Derby aan Rusland, de Porte en Egypte, betreffende de zienswijze van Engeland heeft de khédive aan den sultan te kennen gegevendat indien deze toch mocht besluiten den doortocht van het kanaal aan Russische schepen te verbiedende Porte maar oorlogschepen moet zenden om de toegangen te verdedigen. Morgen zal de heer Harcourt aan de Engelsche regeering vragen of zijna aan Rusland haar be sluit te hebben medegedeeld om zich te zullen ver zetten tegen de uitoefening der gewone rechten van oorlogvoerende mogendheden in het kanaal van Suez, ook maatregelen heeft genomen om die uitoefening te verhinderen door de Porte en Egypte ten aanzien van Rusland, en vooral om te beletten, dat Turkije en Egypte zich niet zullen verzetten tegen de vaart van Russische handelsschepen door het kanaal. Door een officieuse nota aan Havas heeft de Frairsche regeefióg bekend gemaakt, dat de minis ter van binnenlandsche zaken sedert zijne optre ding geen andere circulaire tot de prefecten heeft gericht dan die betreffende de colportage. Dit is parlementair uitgedrukt eene onjuistheid, want het „Recueil des actes administratifs" van het departement Loiret bevat den tekst eener cir culaire van 31 Mei jl. aan den prefect tot bestrij ding dor propaganda van valsche berichten. De minister wenscht dat omtrent de plaats gehad hebbende gebeurtenissen de meest mogelijke stik zwijgendheid zal worden in acht genomen, want hij schiijft vrij krasse maatregelen voor om ge noemde propaganda te bestrijden. Daar de circu laire niet in het Journal officiel is verschenen schijnt de minister ook hare geheimhouding te hebben gewenscht en misschien is de opneming in het Recueil geheel tegen zijne bedoeling geschied. Eindelijk is de Belgische kamer weder een stap vooruitgegaan in de behandeling van het aanhan gige wetsontwerp tot wering van misbruiken bij de verkiezingen. Op voorstel der regeering werden eerst de artikelen 25 en 26 afgedaan. Zij werden aangenomen overeenkomstig de voordracht van den ministerzoodat de aanwijzing van de stem die de kiezer uitbrengt, zal geschieden door het stel len van een kruis in een daartoe aangewezen vak boven de lijst der candidaten die hij verkiest, of, indien hij op candidaten uit beide lijsten wil stemmen, door het kruis te plaatsen achter den naam van iederen candidaat afzonderlijk. Daarop werd de discussie over artikel 46 hervat en deze nam nogmaals de geheele zitting in beslag. Een amendement van den heer Frère Orbaudat ook strafbaar zou wezen het verkrijgen der mede deeling van de stem door iemand uitgebracht, door middel van misbruik van gezag giften beloften of andere dergelijke middelen, werd verworpen met 66 tegen 47 stemmenwaarop het artikel onge wijzigd is aangenomen met 64 tegen 44 stemmen. Het toenemende gebruik van torpedo's in den laatsten tijd en de krachtige toepassing daarvan in den tegenwoordigen oorlog heeft bijzonder de aandacht op deze vernielingswerktuigen gevestigd, die in de moderne, meer humane wijze van oorlogvoeren meer en meer een belangrijke plaats innemen. De aanwending van ontplofbare voorwerpen ter vernietiging van vijandelijke werken is volstrekt niet nieuw en heefl o. a. een zeer merkwaardige rol gespeeld in de belegering van Antwerpen door den hertog van Parma in 1584 en 1585. Het eenige middel om de stad te veroveren was honger, en er was daarom den veldheer alles aan gelegen de eenige mijlen beneden Antwerpen door twee sterke forten verdedigde Schelde voor de scheepvaart te versperren. Eene poging om een der forten te nemen mislukte en de hertog besloot thans den stroom door een brug af te sluiten, hetwelk met behulp van de ingenieurs Barocci en Plata gelukte. Aanvankelijk was men te Antwerpen zeer gerust, daar men het algemeen voor onmogelijk hield den trotschen stroom af te sluiten, doch toen de brug werkelijk gereed was begon allengs de vrees voor hongersnood te ont waken. De stad bevatte 85,000 zielen, voor wier onder houd jaarlijks 300,000 centenaars koren noodig waren, zoodat indien de blokkadebrekers de Schelde niet meer konden passeeren spoedig ge brek moest ontstaan. De brug, vervaardigd uit platboomde vaartuigen, ter weerszijden door zware palen bevestigd en met kabels en ijzeren kettingen verbonden, was met zware balken belegd, zoodat men de geheele brug kon passeeren. Zij had een lengte van 2004 schreden, was geheel met kanonnen bezet en aan de einden door bastions gedekt. Zij werd door niet minder dan 97 kanonnen en 1500 man met geweren verdedigd. De hertog achtte zich zeker van 't bereiken van zijn doel. Binnen de stad echter woonde een scheikundige uit Mantua, met name Gianibelli, die in 1585 aan den senaat van Antwerpen een plan tot verwoes ting der brug overlegde. Aanvankelijk wilde men er niets van weten, doch eindelijk gaf men hem twee kleine schepen van 70 en 80 tonnen inhoud, in plaats van 3 groote, zooals hij gevraagd had, en de geleerde ging met den uurwerkmaker Bory en deD werktuigkundige Timmermann aan het werk om de beide scheepjes „Het Geluk" en „De Hoop" genaamd, tot drijvende batterijen in te richten. In het ruim liet hij een kast van arduin steen metselen, die hij met 7000 pond van een door hem vervaardigde bijzondere ontplofbare stof vulde. Dezen krater bedekte hij met oude molen- steenen en grafzerken en daarboven plaatste hij nog een spits toeloopend dak, dat met kettingen, kogels en blokken ijzer bedekt was. Op de spits van het dak werden takkenbossen en andere brandbare stoffen gelegd, die zouden worden aan gestoken om bij de vijanden het vermoeden op te wekken, dat men met eenvoudige branders te doen had. Om den krater aan te steken waren in den muur kleine openingen gelaten die met lonten waren voorzien en daarenboven had Bory er een uurwerk in gelegd, dat na zekeren tijd een vonk moest verwekken. In den nacht van 5 April 1585 zou de poging om de brug te verwoesten worden ondernomen, doch ongelukkigerwijs werd de uitvoering opgedragen aan den onbekwamen admiraal Jacob Jacobzoon, door het volk „Koppenloppen" genaamd. Door domheid en vrees ging hij veel te overhaast te werk, tengevolge waarvan „Het Geluk" volstrekt geen uitwerking deed en op denKaloot aan den grond geraakte. Er had wel een gedeeltelijke ontploffing plaats, maar met gëeü ander gevolg dan dat een aantal schansgravers werden gedood. „De Hoop" dreef aan de zijde van den Kaloot tegen de brug juist op de plaats waar het bastion ophield en de constructie van vaartuigen en palen begon. Nu werden de Spanjaarden bang. De hertog riep den matrozen toe, dat zij op het schip moesten springen om het vuur te blusschen én de markgraaf van Rysburg voerde zelf lachende de matrozen aan. Eensklaps echter vloog met een vreesolijken slag „De hoop" met alle ma trozen, het blokhuis en de geheele bezetting iu de lucht; het grootste gedeelte der brug werd in stukken geslagen en de troepen daarop gedood. Het water werd over den oever gedreven en de aarde beefde als bij een aardbeving. Door de lucht vlogen ploegscharen, molensteenen, straat- steenen, hoofden, armen, beenen en verscheurde lichamen. Ongeveer 1000 soldaten waren met éen slag gedood, waaronder ook de markgraaf, terwijl de hertog van Parma zelf op den grond geworpen en door een stuk hout getroffen werd. De passage der Schelde was vrij, doch aan de lafheid van admiraal „Koppenloppen" was het te wijten, dat de onderneming geen verdere gunstige gevolgen voor de stad had, zoodat de belegeraar de brug spoedig liet herstellen en Antwerpen noodzaakte den 18en Augustus te capituleeren. Hoewel volmaakt hetzelfde denkbeeld ten grond slag lag aan de vervaardiging der ontplofbare schepen van Gianibelli als aan de tegenwoordige torpedo's, verschilt de samenstelling van deze niet weinig met de vroegere vernietigingswerk tuigen. De eigenlijk gezegde eerste torpedo werd in 1771 uitgevonden door David Bushnell te Westbrook in Connecticut. Zijn denkbeeld on dervond echter weinig bijval en hij werd er zelfs zoozeer over aangevallen, dat hij zijn naam ver anderde in dien van dr. Bush, onder welken hij in Georgia stierf. George Washington droeg van dit alles kennis door een brief, die nog bestaat, zoo wel over de uitvinding als over den persoon zelf. Verschillende omstandigheden verhinderden echter het doen van proefnemingen, en het denkbeeld om vijandelijke schepen door onderzeesche helsche werktuigen te verwoesten, werd eerst in het begin dezer eeuw weder op het tapijt gebracht door een ander Amerikaan Robert Fulton. Deze bood zijne uitvinding eerst te vergeefs aan de Fransche regeeriDg en later met goed ge volg aan de Engelsche aan. Een mislukte poging tegen de bij Boulogne verzamelde Fransche vloot gaf hem echter aanleiding naar zijn vaderland terug te keeren, en in den oorlog van 1812 werden van Amerikaansche zijde verschillende pogingen aangewend om de Engelsche blokkade-schepen door zijne torpedo's te laten springen. Het nieuwe apparaat verwekte bij de Engelsche vloot de groot ste vrees en gaf den bevelhebbers aanleiding om de strengste maatregelen bij het wegnemen van Amerikaansche schepen te bevelen. Men had echter het belang der torpedo's voor de verdedi ging nog niet ingezien. In het jaar 1829 begon kolonel' Colt proefne mingen met onderzeesche batterijen en bij latere proeven, waartoe hij door het congres met 17,000 dollars werd ondersteund, gelukte het hem in 1842, in tegenwoordigheid van 40,000 toeschou wers, de brik Volta in de haven van New-York te verwoesten. Tot nogtoe waren de proefnemin gen alleen gericht tegen voor anker liggende schepen, doch den 13en April 1843 vernielde kolo nel Colt een in volle vaart zijnde brik van 500 ton op den Potomac, terwijl hij zelf zich in Alexandria, vijf Engelsche mijlen vandaar, bevond. Hierdoor werd de aandacht van alle mogendheden op het nieuwe werktuig gericht. De Oostenrijkers maakten het zich het eerst ten nutte en omgaven Venetië met een geheel net van electrische torpedo 's. In hoeverre dit systeem, dat ook door Duitschland bij de verdediging van de haven van Kiel werd toegepast, afdoende was, is bij gebreke van nieuwsgierige vijanden nog niet gebleken. Wordt vervólgd.) Bij de toenemende toepassing der z. g. Heil gymnastiek, achten wij het niet ongeraden er op te wijzen, dat in den laatsten tijd herhaaldelijk in verschillende dagbladen aankondigingen voorkomen van onderwijzers en onderwijzeressen, bevoegd tot het geven van lessen in de gymnastiek bij het lager of middelbaar onderwijs, die den volke ver kondigen dat zij te consulteeren of te spreken zijn, ter voorkoming, genezing of beteugeling van lichaamsmisvormingen. Tot het verkrijgen van een diploma van be voegdheid tot het geven van bovengemeld onder wijs, wordt slechts gevorderd eenige bekend heid met de ontleedkunde van het menschelijk lichaam, inzonderheid van de organen voor de lichaamsbeweging, en een vrij oppervlakkige kennis van de natuurkunde van den gezonden mensch. Daar nu, op enkele uitzonderingen na, de meeste personen, die het examen afleggen, hebben ver zuimd de eenvoudigste wetten der natuur- en scheikunde aan te leeren, die toch noodzakelijk zijn om ooit tot een goed begrip der ontleedkunde of natuurkunde van den mensch te komen, zoo is het te begrijpen hoe dun dit verguldsel op de meeste bezitters der diploma's is aangebracht en hoe veelal meer geheugenwerk dan een juist begrip der zaak tot het welslagen in het examen leidt. Daar nu verder tot de juiste beoordeeling van lichaamsmisvormingen en vooral van hare oorzaken, die zoo uiterst menigvuldig en verschillend van aard zijn, niet slechts behoort een oppervlak kige kennis vain ontleedkunde en natuurkunde van den mensch, maar veol meer een degelijke studie van de ziektekundige ontleedkunde, ook van organen die vaak verre van de plaats der misvorming verwijderd liggenzoo is het in het algemeen ten sterksfe te ontraden zich door de bovenvermelde aankondigingen te laten verleiden, zonder een bevoegd geneeskundige vooraf te raadplegen. Veeleer is het aan te bevelen, van de op zich zelve nuttige geneeskundige gymnastiek slechts gebruik temaken, onder herhaald of aanhou dend opzicht van een bevoegd en erva ren geneeskundige, 'tls geen zoo gemak kelijke taak, zelfs voor den geneesheer, om uit te maken welke lichaamsoefeningen of spierbewegingen in ieder afzonderlijk geval voor den misvormde de geschikte zijn. Het handelen met oordeel des onderscheids, met het oog op de zoo menigvuldige oorzaken, in leeftijd, lichaamsgestel, ontwikkelingsperioden enz., gelegen, is hier de zaak, waarop alles aankomt. En dat oordeel kan slechts gegrond zijn op een d e g e 1 ij k e studie en practische ondervinding op het zoo rijke en uitgebreide gebied der ziek tekundige ontleedkunde en chirur gie, waarop gymnastiek-leeraars geheel vreemdelingen zijn. Wij meenen hiermede het publiek te dezen op zichte voldoende te hebben gewaarschuwd tegen teleurstelling en slechte uitkomsten. Maar nog éen punt wenschen wij even aan te stippen en wél deze vraagHebben zij, die een diploma bezitten als onderwijzer of onderwijzeres in de gymnastiek, hetzij voor lager of middelbaar onderwijs, de bevoegdheid tot het geven van consultatiën ter g enezing van misvormin gen des lichaams, anders dan onder toe zicht, op v e r z o e k o f op vo o r s c hr i f t van een bevoegd geneeskundige? Wij gelooven hierop ontkennend te moeten antwoorden, want zelfs het aankondigen in het openbaar dat men, zonder geneeskundige te z ij neen tak der geneeskunde uitoefent, is verboden in 1 art. 3 der wet van 1 Juni 1865 (Staatsblad n° 60), regelende de uitoefening der geneeskunst. Wordt misschien juist om deze laatste reden het woord „Heil-gymnastiek" niet opzet telijk in de plaats van „geneeskundige gymnastiek" behouden Naar het voorbeeld van enkele (werkelijk erva ren en kundige) gymnastiek-onderwijzers werpen zich anderen op, die geen de minste bewijzen van geschiktheid tot het toepassen der genees- kundig e gymnastiek kunnen leveren. Velen gaan daarbij nog verder, door f r i c t i n massage en andere heelkundige handgrepen, zelfs galvanisme, op eigen gezag toe te passen bij bepaalde ziektegevallen. Hiertoe zijn zij, onzes inziens niet alleen geheel onbe voegd, maar, door hunne totale onbe kendheid met de z ie k t e - p r o c e ss en die in de beenderen, gewrichten, spieren en andere deelen kunnen huisvesten, geheel onbekwaam tevens. Dit laatste punt wenschen wij hiermede onder de aandacht te brengen van het geneeskundig staatstoezicht, om te voorkomen dat onbevoeg den en onbekwamen dagelijks s t r a f f e- loos en dikwijlstennadeelevanhet publiek, tegen de bestaande bepalingen der geneeskundige wetten van 1 Juni 1865, (Staats blad n" 60), handelen. M., 20 Mei 1877. X. Het Nederlandsche volk is met diepe smart ver vuld bij den dood van zijne edele koningin. Ontvallen is aan het koninklijk huis een hoog sieraad, een koningin, die luister gaf aan den troon. Ontvallen is aan het Nederlandsche volk een koningin, die om de verhevenheid des geestes even hoog vereerd als om hare deugden bemind werd. Een koningin ook naar den geest, en daarbij vrouw in den schoonsten zin, teedere moeder, een hart vol liefde. Hoe zij beeft lief gehad, weten de duizenden, die zij beweldadigde, de armen en ellendigen aan wie zij haar gaven niet zond maar bracht, de lij denden, die haar troostend woord hebben gehoord, haar weldoende hand hebben gevoeld. Aan zulk een eerbiedwaardige vrouw behoort aan den ingang van het Lange Voorhout een stand beeld of monument te worden opgericht in onver gankelijk metaal, als een dankbare hulde van het Nederlandsche volk. Een eenvoudig burger stelt u voor, daartoe de handen in een te slaan. Alle Nederlanders en ook vreemden zullen zich voorzeker vereerd ge voelen, tot het schooue doel wat goud en zilver beschikbaar te stellen, en worden uitgenoodigd mij een briefkaart te zenden met de volgende ver klaring „De ondergeteekende wenscht bij te dragen gulden tot de oprichting van een standbeeld of monument voor de koningin." Daar de kosten wellicht honderd-duizend gulden zullen bedragen, is de samenbrenging van het goud der rijken en het zilver van duizenden noodig om het denkbeeld te verwezenlijken, dat later door een commissie van beproefde mannen zal worden uitgevoerd, aan wie ook de inkasseering der toegezegde gelden wordt opgedragen. 's Gravenhage, den 5en Juni 1877. H. J. DOORMAN. Boschkant n°. 1.

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 3