N°. 121, 120® Jaargang. Vrijdag 25 Mei. 1877: Dit blad verschijnt dagelijks? met uitzondering van Zon- en Feestdagen? Prijs per 3/m. franco f 3,50. Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Gent? AdvertentiSni 20 Cent per regel? Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.s van 1—7 regels 1,50 iedere regel meer 0,20. Groote letters worden berekend naar plaatsruimte? Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Hayas, Laffïte C°. te Brussel en Parijs. Middelburg, 24 Mei. FETJXL.iLjiE'roïsr- DERDE DEEL. een weeezien. MIDDELBURGSG COl Blijkens een bij bet departement van kokmiën ontvangen en heden in de Staats-courant opgeno men telegram van den gouverneur-generaal van Nederlandsch Indië (gisteren reeds door ons in hoofdzaak gemeld) is bet eenige landschap ter oostkust van Atehin dat het Nederlandsch oppergezag nog niet had erkend, nameljjkLangsar, thans tot onderwerping gebracht. Nadat eene derwaarts gezonden troepenmacht twee versterkin gen had genomen (waarbij vier minderen gewond werden), is de radja persoonlijk zijne onderwerping komen aanbieden. Hem zijn dezelfde voorwaardeu gesteld als vroeger van Simpang-Olim waren be dongen, dus ook de betaling aan het gouvernement van het aandeel in de peper (een kwart dollar per uitgevoerden pikol), dat eertijds aan den sultan van Atehin werd opgebracht. Die voorwaarden zijn door den radja aangenomen en beëedigd. De blokkade is opgeheven. Naar men verneemt zal Z. M. de koning omstreeks half Juni van het Loo voor eenige dagen naar den Haag komen, den 19eH naar het Loo terugkeeren en den 30en zich voor den tijd van eene maand naar Zwitserland begeven. Morgen avond te 7 uren zal in de tent op het Molenwater alhier door het muziekkorps der schutterij het volgende programma worden uit gevoerd N° 1 Marsch héroique, van Buggerbout; n° 2 Wals, van Clément; n°3 Ouverture, van Adamn° 4 Fantasie uit de opera la Bohémienne, van Balfen° 5 Mazurka des traineaux, van Aschern° 6 Andante, van Gaden° 7 Fantasie nit de opera la Traviata, van Verdi. In eene Dinsdag avond gehouden vergadering van de kiezersvereeniging Arnhem, te Arnhem, waar aan ook afgevaardigden nit Bheden en Wagenin- gen deelnamen, werd door den voorzitter medege deeld, dat door geen der leden een candidaat was voorgesteld, maar dat ingekomen waren aanbeve lingen als zoodanig van den heer P. A. Janssen door den heer P. A. Janssen, en van den heer P. de Quartel door den heer P. de Quartel. Deze aanbevelingen, waarvan de eerste geheel, de laatste in hoofdzaak door den voorzitter werd medege deeld, vonden onder de vrij talrijk opgekomen kiezers geen ondersteuning. Daarentegen vereenigden zich allen met de door 105. Naar het Engelsch van mevrouw Henry Wood. Hoofdstuk VII. Vervolg). „De eerste maal dat ik mijnheer Stane daarna gezien heb, sprak ik hem eenige woorden toe en zei dat het mij speet vernomen te hebben dat zijn vader overleden was," hernam Alice. „Ik meende, dat ik dat niet mocht nalaten. Hij bedankte mij voor mijne belangstelling en verklaarde dat het voor hen allen een onverwachte slag was geweest, daar zijn vader in den laatsten tijd veel beter scheen. Maar verder zei hij niets." „Was hij vriendelijk?" „Ja wel, mama, In den beginne, toen ik pas bij mevrouw Preen was gekomen, was hij zeer koud en hield hij zich op een afstand, maar sedert is hij veel voorkomender geworden." „Nu, kind, ik kan alleen zeggen, dat het onge lukkig is, dat gij uwe betrekking moet verlaten, want het zal misschien moeilijk zijn eene andere te bekomen." „Mevrouw Preen heeft gezegd, dat zij naar iets yoor mij zal uitzien," eindigde Alice met een het bestuur gestelde eandidatuur van m'. W. H. Dullert, waarvan de aanbeveling door den voor zitter terecht overtollig werd genoemd. Toch spoorde de voorzitter er toe aan, geen eerlijk middel te verzuimen om de verkiezing van den heer Dullert te bevorderen, daar, al zijn op dit oogenblik geen ernstige candidaten genoemd, soms ter elfder, ja bijna ter twaalfder ure, nog aanbe velingen geschieden, waaraan velen gehoor geven. (Arnh. ct.) Gisteren nacht is overleden de procureur-generaal bij het gerechtshof te Amsterdam, mr. M. Schoo- neveld P. Jz., ridder der orde van den Ned. leeuw. De heer Schooneveld was bekend als een zeer gestreng en tevens ijverig en bekwaam magis traatspersoon. Door zijn uitgaaf van het „wetboek van strafrecht" heeft hij zich ook voor de literatuur van het recht verdienstelijk gemaakt. (Hbl.) Dé oud-minister Fransseri van de Putte heeft herhaaldelijk bloot gestaan aan aanvallen wegens zijne houding als suikerfabrikant indertijd tegen over de inboorlingen. De oud-resident J. A. Cas- persz, thans gepensioneerd te Depok, schrijft aan 't Bataafsch Handelsblad, dat hij als assistent resident was daar waar de heer van de Putte fabrikant wasdat hij eenigszins tegen hem was ingenomen, en dus nauwlettend op zijn gedragin gen toezag, maar dat hij hem steeds als vriend tegenover den inlander heeft bevonden; hij trachtte de Madureezen met hoog loon en voorschotten te winnen. Zooals het kamerlid en de minister spreekt, handelde hij, zegt de heer Caspersz, onder mijn voormalig politie-beheer. De Staats-eourant van heden bevat het konink- Irjls boelïiii ran don dezerj Staatsblad. B" 119j houdende bepalingen omtrent doorvoer van arse nicum houdende afval van aniline-kleuren-fabrie- ken. In de Staats courant van heden is opgenomen het verslag aangaande het oud-provinciaal archief in Noord-Holland gedurende 1876. Zooals wij gisteren reeds mededeelden bevatte de Staats courant het koninklijk besluit betref fende de stuurmans examens. Het Handels blad noemt het een zeer belangrijk besluit, dat te gemoet komt aan den zoo dikwijls geuiten wensch naar eene algemeene regeling van het stuurmans- examen. In afwachting van eene regeling van het zee vaartkundig onderwijs bij de wet, geeft het besluit van 5 Mei jl., n°98, van staatswege laatste snikken, „want zij weet dat goede betrek kingen schaars zijn." Op niemand had het nieuws een zoo pijnlijken indruk gemaakt als op Edina, die altijd 'de zaken van de meest practisehe zijde opnam én daardoor het gewicht der nieuwe moeilijkheid het best kon beoordeel en. Den vorigen dag was zij in de City naar den winkel gegaan voor welken zij de chenille-haarnetjes gemaakt had en had zij een gesprek met den winkelier gehad. Deze had haar verzekerd, dat die netjes geheel uit de mode waren geraakt, zoodat hij er geene meer liet maken, maar haar geraden eenig ander werk ter hand te nemen. Van het nieuwe werk, dat hij noemde, had zij echter geen verstand en dus was zij moedeloos tehuis gekomen. Nog eene andere zaak, die haar en mevrouw Raynor sedert eenigen tijd zorg baarde, was de opvoeding der kinderen. Robert behoorde naar school te gaan en Alfred diende op eene school te worden overgeplaatst waar meer te leeren was dan op zijne tegenwoordige. Robert was nu acht jaren oud en Edina had den wensch wel eens voelen oprijzen dat hij geplaatst mocht worden op de bekende school van Christ's Hospital. Nu Alice op het punt stond tehuis te komen, achtte zij het hoog tijd in dezen een besluit te nemen. Kon Robert daar worden opgenomen, dan kwam er ruimte voor Alice. Toen dit des avonds tusschen haar, mevrouw Raynor en Charles besproken werd, was men het spoedig eens, dat men vóór alles eene lijst van de gelegenheid tot het verkrijgen van een d i p 1 o m a als stuurman aan boord van koopvaardijschepen, en stelt daartoe een reglement vast met een pro gramma van de examens, in werking tredende op 1 Januari 1878. Een staatscommissie vergadert daartoe jaarlijks achtmaal in gemeenten, door den minister van binnenlandsche zaken in Januari aan te wijzen. Zij bestaat uit 7 leden en 3 tot 6 plaatsvervan gers, door de ministers benoemd voor éen jaar. De examens worden 3 weken te voren in de Staats courant aangekondigd. Het mondeling ge deelte is openbaar. Diploma's zijn verkrijgbaar voor den rang van 3">, 2™ en len stuurman voor de groote vaart (waaronder ook de Atlantische), en van 2cn en len stuurman voor de kleine vaart (Europeesche zeeën tot en met de Zwarte zee); de leeftijd is minstens 18 jaren. Om het examen van derden stuurman te kunnen afleggen, moet men minstens 200 dagen buiten de Ned. zeehavens hebben gevaren. Voor den 2™ stuurman gr. v. wordt vereischt, dat hij een jaar als derde heeft dienst gedaanvoor id, kl, v.dat hij minstens 2 jaren buiten de Ned. zeehavens beeft gevaren. Voor eersten stuur man moet men minstens 2 jaren als tweede stuur man hebben dienst gedaan in de vaartwaarvoor men een diploma verlangt. Behalve in de gewone vakken kan men tevens bewijzen van bekwaam heid afleggen in het schrijven en spreken van FranschHoogduitsch en Engelschvoor het diploma van 1° en 2e stuurlieden ook omtrent de kennis van het stoomwerktuig en het manoeuvree ren met stoomschepen. Daarvan wordt in het diploma melding gemaakt. Bij afwijzing wordt men niet opnieuw toegelaten dan na een zeereis van minstens zes maanden voor de groote vaart en van minstens vier maanden tout do kioine vaart. Voor het examen van derden stuurman wordt vooraf 5voor dat van tweeden stuurman f 7.50voor dat van eersten f 10 be taald onverschillig welke de uitslag zij. Jaarlijks brengt de commissie een beredeneerd verslag uit. Te Sneek had Zondag de jaarlijksche vergade ring der provinciale Friesehe werkliedenver- eeniging plaats, voornamelijk gewijd aan de bespreking der vraagpunten betrekkelijk den fabriekarbeid. In hoofdzaak werden de volgende conclusiën aangenomen: 1° Het is noodig en wensche'iijk dat de wet op den fabriekarbeid van 19 October 1874 zoodanig worde uitgebreid, dat ze alle kin deren ten goede komen en wel met dien verstande, dat zij, met inbegrip vau veldarbeid, het verbod inhoude van allen dienstarbeid tot 14 jaar. gouverneurs dier instelling, die de plaatsen te begeven hadden, moest trachten te hekomen. Misschien zou daar iemand onder zijn, die in vroegere jaren majoor Raynor gekend had en nu gezind zou wezen zijn zoontje voort te helpen. Hoe zouden zij echter aan zulk eene lijst komen? Zij wisten het niet en gingen, het hoofd met die vraag vervuld, te bed. „Ik zal het eens aan mijnheer Jones vragen," zei Edina den volgenden morgen. „Misschien heeft dip. zulk eene lijst wel." Jones had er geene, doch zei dat hij er eene te leen dacht te kunnen krijgen. Dit gelukte hem ook en hij kwam die zelf in den loop van den dag brengen. Edina ging er dadelijk in zitten studeeren. „Daar is al in het begin een naam dien wij kennen," sprak zij, met een glimlachje opziende. „Waarlijk?" riep Charles met belangstelling uit, toen hij dien glimlach waarnam. „Wie is het, Edina „Mijnheer George Atkinson op den Arendshorst." „Hoe ongelukkig!" riep mevrouw Raynor uit. „De eenige man tot wien wij ons niet kunnen wenden." „De eenige man tot wien wij ons zullen wen den," verbeterde Edina. „Zoo g ij het niet doet, Mary, zal ik het doen." „Gij zult toch geene gunst van hem vragen, Edina „Dat zal ik w e 1," antwoordde zij met nadruk. „Mijnheer Atkinson heeft zich jegens u niet goed gedragenlaten wij hem nu de gelegenheid geven dit in eene geringe mate te herstellen." 2<> De dagtaak van jongelieden van 14lo jaar mag van 1 April tot 1 September niet langer zijn dan 8 uren, na dien tijd niet meer dan 6 uren, opdat de lust tot verkrijging van meerder en uit gebreider onderwijs bljjve bestaan. Tot verkrijging van dat onderwijs moet voldoende gelegenheid bestaan. 8° Geen kinderen mogen tot fabriekarbeid worden toegelaten dan na geneeskundig advies, opdat de ontwikkeling van hun lichaam niet in gevaar kome. Ook ten opzichte van arbeid van vrouwen worden doeltreffende maatregelen genomen 4° Bekwame, der zake kundige mannen wor den als inspecteurs aangesteld, die met de uitvoe ring en handhaving der wet worden belast. Het Weekblad van Voorne c. a. bevat het volgende: „In de afgeloopen week zijn meer eeden gezworen dan anders misschien in een geheel jaar. De gansche rechterlijke macht heeft opnieuw onder aanroeping van Gods heiligen naam verklaard, dat zij haar plicht zou doen; circa 700 maal is het plechtig eedsformulier daarbij uitgesproken. „Zoo oppervlakkig de grondwet inziende," zeide de president der arrondissements-rechtbank van den Haag zeer geestig in een toost aan het feest maal, „zou men denken, dat het niet mogelijk was om tweemaal benoemd te worden tot president van dezelfde rechtbank. Toch is het zoo, mijne- heeren, en ik kan er bijvoegen: ik heb die benoe ming nu ook tweemaal betaald." Een uitbundig gelach volgde op deze woorden, en op die wijze werd op de beste wijze het schandaal gepersifleerd, dat men van alle ambtenaren, onverschillig of zjj in rang gepromoveerd waren, of wel dat zij zijn blijven zitten op hun plaats, opnieuw de exorbitante Icosten eerier benoeming- heeft geÖlSCtlt. IntUSSChen verder dan de wanden van de feestzaal is die klacht niet gekomen. Geen enkel orgaan heeft zich dat schandaal aangetrokken, maar wij vinden geen reden daarom hetzelfde te doen. Naar onze bescheiden meening had de volksvertegenwoordi ging daarvoor moeten waken, en toen 't bekend werd dat het zou gebeuren, had men er over moeten interpelleeren." Gisteren werd te Rotterdam in het Zeemans huis de jaarlijksche algemeene vergadering van aandeelhouders in die inrichting gehouden. Even als in de vorige jaren werd de vergadering bijge woond door Z. K. H. prins Hendrik, eere-voorzitter van het bestuur, die bij het binnentreden en bij het verlaten van het gebouw met levendige toe juichingen werd begroet. Bij de opening der vergadering sprak de voorzitter van het bestuur, „Ik hoop, Edina, dat ik mij niet liefdeloos of haatdragend betoon, maar ik k a n hem niets vra-i gen," ze! mevrouw Raynor met ontroering. „Dat behoeft ook niet, Maryi k zal het doen," hernam Edina. „Ik doe het eigenlijk even ongaarne als gijmaar de gedachte aan dien armen Robert zal mij sterken." „Ik geloof, dat elk der gouverneurs slecht3 éénmaal in de drie jaren over eene plaats kan beschikken," merkte Charles aan. „Misschien heeft de eigenaar van den Arendshorst zijn woord reeds voor zijne eerstvolgende beurt gegeven." „Dat moeten wij dan onderzoeken, Charley, Maar hoe zullen wij nu aan zijn adres komen? Ik hoop, dat hij in Engeland is." „Hij is op den Arendshorst, Edina." „Op den Arendshorst?" herhaalde zij. „Wezen lijk?'^ „Hij heeft er een halfjaar geleden bezit van geno men eD aan zijn rentmeester Fairfax een huisin de nabijheid gegeven. Ik weet dat hij er nog is, want slechts een paar dagen geleden zag ik mijnheer Preen een brief voor hem daarheen adresseeren." „Gij hebt het ons niet eens verteld dat hij op den Arendshorst was, Charles," zei Edina op min of meer verwijtenden toon. „Waarom zou ik dat gedaan hebben vroeg hij. „De handelingen van mijnheer Atkinson zijn ons thans onverschillig, en zijn naam klinkt ons ook niet zoo aangenaam in de ooren, om dien zonder noodzaak te noemen." „Nu," hervatte Edina, „het doet mij genoegen

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 1