BUITENLAND. Handelsberichten, Verkoopingen en aanbestedingen. Thermometerstand. Staten-Generaal. Algemeen Overzicht. Belgische brieven. Graanmarkten enz. Prijzen van effecten. ff Zondag ia het 13jarige zoontje van eene familie te Ixelles de ouderlijke woning ontvlucht met een waarde van 10,000 franken in geld, effec ten en voorwerpen. Paus Pius IX heeft in zijne dagelijksche manier van leven veel van zijne vroegere kloos tergewoonten overgehouden. Evenals er misschien geen vorst in Europa is, die door zulke groote en indrukwekkende uiterlijke pracht omgeven wordt, zoo wordt er ook waarschijnlijk geen gevonden die eenvoudiger leeft dan de 86jarige grijsaard op het vaticaan. De paus staat iu de laatste jaren niet vroeg meer op. De voormiddaguren zijn meest aan staats zaken gewijd, waartoe de verschillende kardinalen en andere ambtenaren hunne voordrachten komen houden. Te twee uren houdt de paus zijn middag maal. Zijne eetzaal grenst aan zijne slaapkamer en zijn studeervertrek; alle drie zijn zeer eenvou dig gemeubeleerd. De paus neemt alléén aan de tafel plaats op een leuningstoel, met een klein verhemelte overdekt. Een der dienstdoende pre laten, gewoonlijk monsignor Cenni, 's pausen ka- pelaaD, staat nabij de tafel; tweemaal in de week wordt deze plaats door den geheimen secretaris, monsignor Filippini, vervuld. Gasten worden nooit aan de pauselijke tafel toegelaten. Nadat de paus in stilte eenige gebeden gelezen heeft, wordt met, klokslag van tweeën het maal opgedragen, bestaande uit soep en drie schotels, van welke de paus er gewoonlijk slechts twee aanroert. Hij dronk vroe ger nooit iets anders dan gewonen landwijn; eerst in de laatste jaren gebruikt hij, op voorschritt zijner geneesheeren, een weinig Johannisberger- kabinet of Cyprus-wijn van de beste soort. Gebak eet hij nooit. Nadat het tafellaken afgenomen, het roode kleed Weder op de tafel gelegd en de dienstdoende pre laat vertrokken is, laat de paus het hoofd gedu rende eenigen tijd op zijn hand en zijn elleboog op de tafel rusten. In die houding sluimert hij ongeveer een kwartier. Daarna worden eenige audientiën gegeven en hooge gasten ontvangen. Des namiddags leest de paus overluid zijne ge beden. Te half acht des avonds gebruikt hij het avondmaal, bestaande uit éen schotel en een wei nig wijn. Vervolgens begeeft hij zich in zijn studeervertrek, dat door vier op de tafel geplaatste waskaarsen verlicht wordt en brengt den tijd tot tien uren door in eenzaamheid en overpeinzing- Daarna begeeft hij zieh te bed. Het bestuur der godshuizen alhier beeft heden namiddag in het openbaar aanbesteed de uitvoe ring van eenige herstellingwerken aan de tot die inrichting behoorende gebouwen. Hiervoor waren vijf biljetten ingekomen van de volgende allen alhier wonende inschrijvers: K. J. Kuiler, voor f 1620H. P. van de Ree, voor ƒ1600; W. P. van Pagé, voor 1516J. F. M. van der Heil, voor 1329, en W. Willemse, voor f 1193. Door het dagelij kseh bestuur van bet water schap Schouwen is op 17 Mei 1877 in het open baar te Zierikzee aanbesteed: 1° De jaarlijkscbe herstellingen en het onder houden van de sluizen en duikers in de zee inlaag- en binnendijken en van de magazijnen van het waterschap Schouwen in 1877 in drie per- ceelen bij inschrijving en opbod volgens bestek n° 49 als volgt: le perceel aangenomen door L. den Boer, te Zierikzee voor f 340; 2e perceel aangenomen door L. J. Kappers, te Renesse voor f 790; 3* perceel aangenomen door J. Vink, te Noordgouwe voor 765. 2' Het opnieuw delven der boezemwaterleiding van de prommelsluis tot voorbij de binnensluis in den inlaagdijk der eerste inlaag en van de water leiding langs den inlaagdijk van Heertjes inlaag van 30 M. ten oosten der voetbrug bij de hofstede van M. Legemate, tot aan de brug in den Schelp- hoek district Flauwers in 4 perceelen volgens bestek n° 50 bij enkele inschrijving als volgt: le perceel aangenomen door Abr. Berrevoets, te Kerkwerve voor ƒ719; 2e perceel aangenomen door A. v. d. Houten Cz., te Zierikzee voor ƒ976; 4' perceel aangenomen door T. Verboom te Se- rooskerke voor ƒ749, zijnde voor het 3' perceel geen inschrijvers opgekomen. 17 Mei. 'fl av. 11 u. 54 gr. 18 's morg. 7 u. 53 gr. 's midd. 1 u. 60 's av. 6 n. 58 gr. gr. TWEEDE KAMER. Goederen in <1© dood© hand. Wij ontleenen alsnog het volgende aan het in de zitting der tweede kamer van 12 Mei uitge bracht rapport door de commissie, belast met het onderzoek van de van regeeringswege overgelegde statistiek van de onroerende goederen en de in de grootboeken der nationale schuld ingeschreven kapitalen, welke zich in de zoogenaamde doode hand bevinden. De commissie acht het onmogelijk om ten aan- peu der vormen en schakeeringen, waaronder zich de doode hand hier te lande vertoont, uit de- overgelegde tabellen de juiste kennis op te doen, of de wetenschap, welke de regeering bezit, aan van elders bekende feiten te toetsen. Hetzelfde is het geval wat den omvang aangaat van het bezit, waarvan deze stukken spreken. De com missie (bestaande uit de heeren Tak, Smidt, v. d. Loeff, van Nispen en van Berkhout) is dan ook eenstemmig van oordeel, dat de overgelegde tabel len omtrent den toestand van het bezit der „doode hand" hier te lande geen gegevens schenken, die bewijzen, dat de regeering daarvan volkomen op de hoogte is, of aan de kamer de gelegenheid verschaffen om zich daarvan een juist en helder denkbeeld te vormen, voor zoover het, gelijk thans, te doen is om een juiste kennis der toestanden en rechtsverhoudingen van het bezit in de doode hand te verkrijgen. Eene minderheid van de commissie acht het bezit dezer kennis onnoodig en van weinig waarde. Voor zoover men wil beoordeelen of werkelijk het bezit der „doode hand" een redelijken grondslag van belastingheffing kan geven, zijn de overge legde cijfers afdoende. Een meerdere uitwerking, kennis van bijzonder heden, mogen de nieuwsgierigheid bevredigen, een staatsbelaBg is daarmede niet gemoeid. De meerderheid daarentegen acht het, met de regeering, een overwegend staatsbelang, dat de overheid ook met den toestand van het bezit der „doode hand" volledig en juist bekend zij. Alleen dan kan de politiezorg, handhaving van orde en rechtszekerheidbehoorlijk worden behartigd en kunnen de bestaande belastingwetten (een geheel andere zaak dan de invoering van een nieuwe belasting, met 'toog waarop in 1859 dergelijke tabellen werden opgemaakt, die voor dat meer beperkte doel voldoende waren) vooreerst worden uitgevoerd. Daartoe is bet noodig, dat de publiek- en privaat-rechtelijke zedelijke lichamen, corpora- tiën en stichtingen, welke in elke gemeente des rijks worden aangetroffen, afzonderlijk worden opgegeven en de aard en omvang hunner bezit tingen afzonderlijk worden uitgedrukt. De conclusie van de meerderheid strekt dan ook om zoodanige volledige opgaaf alsnog van de regeering te vragen. „De naties zijn evenals de individuen aan ziekten onderhevig" zeide de paus gisteren tot de Duitsche pelgrims die hem geluk kwamen wenschen. „De geneesheer geneest de individues zoo ging hij voort, en God verwekt Attilas om de volken te doen ontwaken. Duitschland heeft thans zijn Attila." Frankrijk is ook weder ziek en 't was te wen schen dat het eveneens een Attila kreeg, die het voorgoed kon redden uit de macht der reactie welke er telkens weder het hoofd opsteekt. Maar ook zonder dat begint het reeds te ontwaken en het ontstaan der overtuiging dat het een speelbal is in de handen van eenige intriganten zou wel eens ernstige gevolgen kunnen hebben. De maarschalk president heeft een gevaarlijken coup begaan, die hem wel eens zou kunnen berouwen. Niet alleen in Frankrijk zelf, maar ook in het buitenland, heeft de brief van den president der republiek aan zijn eersten minister een zoo geweldige sen satie verwekt, dat de schrijver zelf eenigszins hui verig moet zijn geworden voor hetgeen hij heeft gedaan. Eergisteren morgen was de president nog zeer conciiiant gezind, zooals bleek uit de keuze der personen die door hem werden geraadpleegd. Tegen den avond echter veranderde zijne stemming en kwam er sprake van een ministerie-de Broglie, en gisteren morgen werd door een afgezant van den maarschalk de heer Decazes uitgenoodigd de por tefeuille van buitenlandsche zaken te behouden in een kabinet-de Broglie. De heer Decazes wei gerde, waarop de zendeling van den president der republiek moét hebben gezegd, dat bij een zooda nige weigering de optreding van een kabinet- de Broglie hoewel naar zijne meening ten on rechte door geheel Europa zou worden beschouwd als de zegepraal van het clericalisme, waardoor men tegenover het buitenland in een zeer moeilijke positie zou kunnen geraken. De heer Decazes echter verklaarde, dat hij de stelling die hij ge durende drie jaren tegenover het binnen- en buiten land heeft aangenomen, niet door een twijfelachtige manoeuvre in gevaar wil brengen. Hoewel de heer de Broglie gisteren nog niet bij den maar schalk was ontboden, was eergisteren avond toch een aanzienlijk publiek by den grooten intrigant tegenwoordig, waaronder men een aantal ontslagen prefecten, in wier harten de hoop reeds ontwaakte, opmerkte. Des namiddags begaf zieh de heer de Fouvtou naar het Elyaée en kort daarop was er sprake van een ministerie-de Broglie-Fourtou-Magne. De agitatie vermeerderde en o. a. werd het oor deel van de Londensche Times bekend, die de vrees uitdrukt, dat de uitgebroken crisis slechts het voorspel van ernstige gebeurtenissen zal zijn en dat de in de laatste zeven jaren verkregen politieke resultaten gevaar zullen loopen. Een en ander schijnt den minister-president aan- eiding te hebben gegeven tot een communiqué aan de dagbladen, door tusschenkomst van Havas. Daarin wordt verzekerd, dat de president zijn stellig voornemen heeft uitgesproken om de vredelievende politiek met alle mogendheden te handhaven en met de meeste kracht alle ultramon- taansche demonstraties, die zich mochten voordoen, te onderdrukken. Nieuwe emotie; in de couloirs en de andere zalen der kamer van afgevaardigden verdrong men zich om de depêche van Havas te lezen, die druk werd besproken. Het oordcel over den brief aan den heer Jules Simon was over het algemeen on gunstig, en men was geneigd hem toe te schrijven aan de opwinding van een oogenblikte weeg ge bracht door de omgeving van den maarschalk, doch niet aan een vooraf overlegd en vastgesteld plan, voornamelijk omdat men blijkbaar geen ministerieele combinatie gereed had. Na de mede- deeling van de depêche van Havas was men van gevoelen, dat het moeilijk zou wezen een kabinet uit de rechterzyde te vormen, omdat het clericale element er in zou moeten ontbreken, en het scheen toch dat de maarschalk dien weg op wilde. Te midden van allerlei geruchten en bgeenkom- sten naderde het UHr waarop de zitting der kamer zou worden geopend en waarin de orde van den dag zon worden voorgesteld, die den vorigen avond in pens bijeenkomst van de drie groepen der lin kerzijde, in het Grand hotel gehouden, was aange nomen. Niet minder dan 300 afgevaardigden waren daar bijeengekomen, terwijl buiten een talrijke menigte verzameld was, die herhaaldelijk „Leve Gambetta!" riep. Deze is de eenige spreker ge weest, die met kalmte en waardigheid den ernst van den toestand heeft ontwikkeld. De orde van den dag, met algemeene stemmen door de vergade ring aangenomen, luidt aldus: „De kamer, overwegende dat het haar in de tegenwoordige crisis en ter vervulling van het mandaat, dat zg van het land heeft ontvangen, be taamt te herinneren, dat het parlementaire overwicht, hetwelk door de ministerieele verantwoordeUjkheid wordt uitgeoefend, de eerste voorwaarde is voor de regeering, die door de constitutioneele wetten in het leven is geroepen; „verklaart dat het vertrouwen der meerderheid slechts kan worden verkregen door een kabinet, dat vry is in zijne handelingen en vast besloten om te regeeren overeenkomstig de republikeinsche beginselen, die alleen de orde, den inwendigen voorspoed en den buitenlandschen vrede kunnen handhaven, en gaat over tot de orde van den dag." In de kamer vroeg gisteren de president der linkerzijde, de heer Devoucoux, het woord om de regeering te mogen interpelleeren over de ministe rieele crisis, waarop de heer Christophle, minister van openbare werken, antwoordde dat het demis sionaire kabinet slechts is belast met de afdoening der loopende zaken; hij was niet bevoegd in op helderingen te treden over de incidenten die tot het ontslag hebben geleid. Daarenboven waren de ande*e ministers afwezig, waarom hg verzocht de interpellatie uit te stellen tot heden. Na eene rede van Gambetta besloot de kamer toch tot de discussie over de voorgestelde orde van den dag. over te gaan, die ten slotte werd aangenomen met 355 tegen 145 stemmen. Niets heeft echter gebaat om den maarschalk te weerhouden op het hellend vlak waarop hij zich bevond; hg is in de armen der reactie terecht gekomen en heeft het volgende kabinet samenge steld: de Broglie, minister-president en justitiede Fourtou, binnenlandsche zakenCaillaux, financiën-, Paris, openbare werken; de Meaux, landbouw; Brunet, onderwijs. Het ontslag van de ministers van oorlog en buitenlandsche zaken is niet aange nomen; marine zal voorloopig dooreen interimair minister worden bezet. Het voorstel door den beer Sturm in de Oosten- rijksche kamer gedaan tot wijziging van het artikel in de grondwet betreffende de delegaties van de beide deelen der monarchie is verworpen, na eene rede van den minister-president Auersperg, waarin hij verklaarde, dat de regeering overeenkomstig de grondwet de handhaving wenscht van de ban den die de beide deelen der monarchie verbinden. In de Hongaarsche kamer kondigde de heer Iranyi eene interpellatie aan; om te vernemen of de regeering had ingestemd met de memorie van Berlijn, de conferentie van Konstantinopel en het protocol van Londen, en zoo ja hoe deze toestand te rijmen is met het traktaat van Pargs en de belangen van Hongarije. De heer Helfy vroeg of, met het oog op de ge beurtenissen in Bulgarije, de regeering het oogen blik nog niet gekomen acht om partij te kiezen en met de andere mogendheden het traktaat van Pargs te handhaven. De minister Koloman Tisza zeide dat in Rurae- nië niets agressiefs is geschied. Het Russische leger is er met toestemming der autoriteiten bin nengerukt; voorts is bij het traktaat van Parijs de neutraliteit van Rumenië niet geproclameerd en het is eindelijk twgfelachtig of die neutraliteit voordeelig voor Oostenrgk-Hongarije zou zijn. Overigens verklaarde hij dat geen enkele regeering parlementaire instructies zou aannemen om die als leiddraad te volgen in de buitenlandsche politiek indien de regeering in de minderheid is, zit er niet anders op dan dat de party die het vertrouwen geniet zich met de regeering belast. De kamer nam akte van deze verklaringen. Brussel16 Mei. De heer Paul Janson, de nieuwe afgevaardigde voor Brussel, trekt nog altijd de aandacht van het publiek in hooge mate tot zich. Hij is nog volstrekt niet in de algemeene gunst gedaald. Men kan evenwel niet zeggen, dat hij tot dusver - getoond heeft op de hoogte te zyn van de positie, die eene verkiezing onder omstandigheden als de zijne hem heeft verschaft. Niet dat de heer Janson niet goed spreekt, o neende beide keeren, dat hg in de discussie over het wetsontwerp tegen de misbruiken bg verkie zingen het woord heeft gevoerd, heeft hg zich telkens bewonderenswaardig van zyn taak gekwe ten, maar buiten zyn weten heeft hg zgn invloed verkleind. Om zich bg de linkerzgde aangenaam te maken heeft hg haar meer concessiën gedaan dan zg van hem kon verwachten. Dit is een fout, een groote fout zelfs. In plaats van zelf de linkerzgde te zoeken had deze hem moeten zoeken. In stede daarvan heeft hy som mige van zijne beginselen over boord geworpen, b. v. dat om kennis te stellen in plaats van den census, een beginsel dat op zijne verkiezing van grooten invloed is geweest. Door de kiezers van Brussel gekozen met de verklaarde bedoeling om een waarschuwing te geven aan de linkerzijde, had de heer Janson vooral moeten vermijden in den toon zijner collega's te vallen en op de scherpe uit vallen van eenige katholieke afgevaardigden niet moeten verklaren, dat hij in geval van ontbinding, hand aan hand zon gaan met de heeren Orts c. s. die gisteren nog zgn onverzoeniyke vganden waren. De heer Paul Janson wil oppositie voeren op de wgze als deheer Gambetta, maar hg vergist zich in plaats en tgd. De heer Gambetta had voor zijne han- delwgze een afdoende reden, waarvoor alle andere overwegingen moesten wijken: hg moest de repu bliek redden. De heer Janson echter behoeft niets te redden dan de schitterende positie die hem in het parlement is verschaft. Om zich te handhaven behoorde hg voor geen isolement te vreezen. De welsprekendheid vermag veel. Zou hg zich voor een dergelijke taak niet sterk genoeg hebben gevoeld? Of is het gemis aan parlementaire ervaring? Hoe dit zij, ik vrees dat indien hij zich niet in tijds bedenkt, en zich laat meesleepen door de par lementaire omgeving, die iedere persooniyke krachts inspanning verlamt en vernietigt, Brussel niet zoo ingenomen zal blgven met de stem die het den 306m April heeft uitgebracht. Redenaarstalent alleen is niet voldoende om een politicus temaken. Alleen door langdurigen arbeid en ernstige studie wordt men staatsman. De heer Janson heeft nog niets bedorven maar laat hg niet vergeten, dat de Tarpeïsche rots nabg het kapitool is gelegen. Gent, 18 Mei. Roode en witte tarwe ad 100 kilo op staal fr. 35.rogge op staal ff. 23.50; gerst fr. boekweit fr. 25.50; paar- denboonen fr. 18.--; koolzaad fr. 46.lijnzaad fr. 39.— lijnkoeken fr. 28.50; koolza'adkoeken ff. 21.50boter fr. 2.85 per kilogrameieren fr. 2.per 26 stuks. Vussingen, 18 Mei. Boter per kilogram f 0.95 a ƒ0.85. Eieren f 3.40 a fper 104 stuks. Amsterdam, 18 Mei. Raapolie op zes weken f 40}. Lijnolie 34}. Amsterdam, 17 Hei. IS Hei. Mederl. Cert. Werk. schuld. Certific. dito dito dito dito dito Aand. Handelmaatschappij, dito exploitat. Ned. Staatssp. Loten stad Rotterdam, dito dito Amsterdam België. Cert. bij Rothschild. Frankrijk. Inschrijvingen Inschrijvingen Rusland. Oblig. 1798/1816. Certific. laser. 5e serie Obl. Hope C". 1855 6e serie, dito f 1000 1864. dito L. 100 1872. dito L. 100 1873 Loten 1864. Loten 1866 Oblig. Hope& Cc. Leen. 1860. Certific. dito Inscr. Stieglitz C°. 2ea4L. Obligatiën 186769 Certificaten Aand. Spoorw. Gr. Maatsch. Oblig. dito dito dito Aand. Kiew-Brest dito Baltische spoorweg. Oblig. spoorweg Poti-Tiflis dito dito Jelez-Griasi. dito dito Jelez Orel dito dito Charkow Azow Polen. Schatkistobligatiën Aand. Warschau-Bromberg. dito dito Weenen. Oostenrijk. Obligatie metal, in zilver Januari/Juli. Obligatiën dito April/Oct. dito in papier Mei/Nov. dito dito Febr./Aug. Aand. Nation, bank. Loten 1860 dito 1864 Hongarije. Schatkistbiljett. Oblig. Theiss spoorweg Italië. Certific. Amsterdam. Oblig. Z.-Ital. spoorweg. Spanje. Obligatiën Buitenl. Oblig. Binnenlandsche. Portugal. Obligatiën Turkije. Inschr. Alg. schuld. Obligatiën 1869 3 4 5 3 3 2} 3 5 5 5 5 5 5 5 5 5 4} 4 4 4 6 5 4} 4 5 3 5 5 5 5 4 4 5 5 5 5 5 3 5 6 5 6 3 3 3 3 5 6 >ct. 63^ 63 75} 75} 9 100 100} 0 1014 102 w 99} 99} 0 981 98} 0 1001 100} 0 0 i i 65} B B 94} 95 B 59} B 74| 0 86} 87} 0 75| 76} 75} 76} 1) 120 123 B 117 119} 0 77 78 n 61} 62 n 68 68} 0 40 100 100} 81} 82} 0 B 29} 0 43} 43} 84 84} 0 0 83} 84 f? n 76} 0 B 47} 48} 0 48} 49 0 48}} 0 44}} 45 0 44} 0 100} 0 82 83 0 100 100} 0 B i ii 58} 0 0 38} 38} 10} 10} 0 10} 10TV 0 513 51} 0 6} 6} 7} 7}

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 3