BUITENLAND.
Telegraphische berichten.
Benoemingen en besluiten.
Kerknieuws.
Rechtzaken.
Verkoopingen en aanbestedingen.
Thermometerstand.
Gemeenteraad van Middelburg.
Algemaen Overzicht.
lioen per maand. Doch oorlogsuitgaven als nu,
waarvoor dit jaar weder 13, voor het volgend
jaar 16 millioen extra moest worden aangevraagd,
putten onze financiën uit.
„De gouverneur-generaal, getuige van al dat
leed, wakende voor onze eer en belangen, wilde
zich nu eindelijk persoonlijk overtuigenen de
vergunning daartoe was gegevenomdat hij ter
plaatse zou kunnen nagaan en overleggen hoe
een duurzame regeling op allerlei terrein tegen
een vast kostencijfer zou zijn te treffen.
„Van onze vestiging rapporteerde nu de land
voogd gunstig. Men zou daar zelfs niet meenen,
dat men in oorlog is.
„De onderworpen bevolking toont toenadering
en wil niet tot den vroegeren toestand terug. Ook
in den toestand van verwoesting, door het ver
branden van kampongs en het vluchten der bevol
king, scheen verbetering te komen.
„Simpang Olim onderhoudt de gunstige stem
ming, die, naar bericht wordt, bij de bevolking
meerendeels bestaathet volk is den oorlog moede,
zegt men. De toestand van den vijand, die van
de zee is afgesloten, wordt dan ook onhoudbaar.
„De gouverneur-generaal meende nu dat voor de
agressieve politiek die van verzoening moest wor
den aangenomenen daartoe liet hij instructiën
aan den bevelhebberterwijl hij den missigit (de
moskée) wilde doen herbouwen.
„Waakzaamheid bleef plichtmaar de heer van
Lansberge was overtuigddat de vijand het hoofd
in den schoot zou leggen. De buitengewone uit
breiding van onze troepen-formatie zou dan ook
kunnen worden ingetrokken, terwijl de gouverneur-
generaal zou nagaan of vermindering van uitgaven,
o. a. door de reeds plaats gevonden beperking der
blokkade, kon geschieden."
ministerieele departementen. Op verzoek eervol
ontslag verleend als adjunct-commies bij het de
partement van justitie aan m'. A. Heemskerk.
deurwaarders. Benoemd tot deurwaarder bij
het gerechtshof te Amsterdam H. C. Stapelveld,
procureurs-klerk aldaar.
onderscheidingen. Benoemd tot kommandeur der
orde van den Nederlandschen leeuw, mr. J. C. F.
baron d'Aulnis de Bourouill, laatstelijk procureur-
generaal bij het gerechtshof te 's Hertogenbosch.
leger. Voor vijf jaren gedetacheerd bij het
wapen der infanterie van het leger in Nederlandsch
Indië de 2° luitenant S. Mesch, van het 3e regiment
infanterie.
Voor eenigen tijd had zich te Ovezande tegen
over de sedert jaren bestaande kerkvoogdij eene
andere opgeworpen, met den heer D. J. Scholten
als kerkelijk ontvanger. Zaterdag avond werd eene
vergadering van lidmaten der Ned. herv. kerk ge
houden, die bijeengeroepen waren door den heer
J. van 't Zelfde. Na de opening bleek het, dat
de onlangs als kerkvoogden benoemde heeren
Westfeer c. s. hunne betrekking als zoodanig had
den nedergelegd, en met den ontvanger afgerekend
en hem gedechargeerd hadden. Terwijl toch de
bestaande kerkvoogden en notabelen feitelijk nog
altijd het beheer in handen hadden, meenden deze
heeren, dat daardoor niets dan wanordelijkheden
en processen zouden ontstaan, nadeelig voor het
welzijn der gemeente. (G. Ct.)
Voor het gerechtshof te 's Gravenhage wer
den gisteren de pleidooien gehouden in de zaak
van de aanvaring door de Phoenix. Men zal
dat bij er kwam. Vele pillen en drankjes stonden
op haar naam in het boek, zoodat Madelief je niet
kon beweren dat de ziekte maar voorgewend was,
en toch geloofde zij dat. Ééns kreeg zij gelegen
heid over zijne visites te spreken. Voor hunne
deur werden door een kwaadaardig paard zware
kwetsuren aan een man toegebracht. Men droeg
hem in huis, maar Frank was uit. De jongen
liep den eenen kant uit om hem te zoeken en Eva
den anderen; doch hij was nergens te vin
den en de gewonde man, die bewusteloos lag,
moest elders heengevoerd worden, „'t Spijt mg
erg," zei Frank, toen hij te huis kwam, „ik was
bij juffrouw Bell." „Gij schijnt daar nog al
dikwijls te zijn," antwoordde Madeliefje met een
krijschend geluid in hare zooals gewoonlijk koele
stem. „Ik kom er om de twee of drie dagen,"
ze! hij. ,,'t Zal nog wel wat méér gebeuren," dacht
Madeliefje, maar zij zei het niet.
Er was dus geen openbaar feit aanwezig, waarop
zij zich beroepen kon. 't Geen waar zij naar
smachtte was, haar man in gezelschap van Rosa
line te zien. En dit wilde haar niet gelukken.
Niet eene enkele maal had zij hen gedurende een
jaar lang met elkander buiten de deur gezien;
dat aangename schouwspel scheen juist aan hare
oogen te ontgaan. Zij volgde Frank niet meer,
zooals in den beginnezij was zelve begonnen er
zich over te schamen en misschien verveelde het
haar ook; maar zij hield altijd het oog op hem,
en echter was zij niet eenmaal beloond door het
jsien van Rosfalino. Ware die hinderlijke persone
zich de toedracht dier zaak nog te goed herinne
ren dan dat het noodig wezen zou op de talrijke
feiten en bijzonderheden nog eens terug te komen.
Alleen zij medegedeeld, dat voor den appellant
Mollerup werd gepleit door mr. Vlielander Hein
en voor den geïntimeerde de Bruijn door mr. van
Hoek uit Middelburgen dat de hoofdvragen in
de uitvoerige pleidooien deze warenwie de schuld
der aanvaring droegde „Phoenix", of het aange
varen tjalkschipen of op een en cours de voyage
zich bevindend schip beslag kon worden gelegd.
Het hof bepaalde de uitspraak in deze zaak op
25 Juni. Vaderl
«g
Door de sloep van de Belgische loodskotter n°. 6,
gisteren uit zee te Vlissingen binnen gekomen, is
het lijk van een man opgevischt, dat voor de ha
ven drijvende is gevonden.
Het lijk is gisteren middag naar de begraafplaats
overgebracht.
Naar men verneemt is door een raadslid te
Ellewoutsdijk protest aangeteekend tegen de be
noeming van een wethouder in de raadsvergadering
van 5 dezer, omdat de gemeenteraad onvoltallig was.
Naar uit Hoek wordt gemeld is in eene
vergadering van ingelanden van het waterschap
Loven en Willemskerke besloten grintwegen aan
te leggen over de Lovenpoldersche- en de Wil-
lemskerkepoldersche straat.
Ook is te Stoppeldijk het lang besproken plan
weder ter tafel gebracht om door middel van een
kunstweg eene verbinding tot stand te brengen
van Rapenburg over Hengstdijk naar den provin
cialen weg van Hulst naar Walsoorden.
Onder de geslaagden in het Dinsdag te 's Gra
venhage gehouden notaris-examen behoort ook de
heer mr. K. Rembges, advocaat te Kruiningen.
Het dezer dagen medegedeelde bericht om
trent de verplaatsing van het depót van discipline
van Naarden naar Medemblik schijnt nog niet
veel meer dan een voorbarig gerucht genoemd te
kunnen worden. Voor de verplaatsing zouden
althans aan de gebouwen te Medemblik eenige
noodzakelijke herstellingen moeten verricht worden,
waarvan echter tot dusver nog geen sprake is.
De eerste prijs, de wintertuin, in de verloting
van voorwerpen der te Amsterdam gehouden ten
toonstelling van tuinbouw is, naar de Haarl. Ct.
verneemt, gevallen op n°. 3252, 7e serie.
Maandag jl. meldde zich bij den komman-
dant der maréchaussées in Tilburg eene vreeselljk
bloedende vrouw uit de gemeente Loonopzand,
met de klacht, dat haar man, die ruim 30 jaren
met haar is gehuwd en 17 kinderen bij haar heeft
verwekt, haar de hand had afgekapt. Dadelijk
werd haar geneeskundige hulp verleend; wegens
het vele bloedverlies bestaat er vrees voor het
behoud van haar leven. De maréchaussées hebben
den man onmiddellijk aangehouden; wat de oorzaak
is van de misdaad, wordt niet gemeld.
De deputatie van Nederlandsche katholieken,
welke zich te Rome bevindt om den paus met zijn
bisschopsfeest geluk te wensehen, wordt niet vóór
de volgende maand terug verwacht.
Men schrijft ons uit Utrecht van den
16 dezer:
Sedert een paar dagen volgt hier de eene ramp
op de andere. Zaterdag nacht werden wij gewekt
door de brandklokin een betrekkelijk zeer korten
tijd werden er een paar huizen in de asch gelegd.
Heden morgen reeds vroeg viel een schilders-
knecht, die boven op een ladder eenige werkzaam
heden te verrichten had, naar beneden, met dat
ongelukkig gevolg dat er vrees voor zijn leven
bestaat.
Een paar uren daarna had aan dezelfde woning
een dergelijk ongeluk plaats. Een rijtuig reed
een denkbeeldig wezen geweest, zij zou op de
werkdagen niet onzichtbaarder hebben kunnen
zijn voor Madeliefje en de buren. Op Zondag zag
Madeliefje haar gewoonlijk in de kerk; dan zat
Rosaline in eene bank, waarop men uit die van
Max Brown het gezicht had. Het meisje zat daar
dan in een eenvoudig zwart zijden kleedje, stil,
aandachtig, op niemand lettende; had zij zich tot
non vporbereid, de wereld had haar niet miuder
belang kunnen inboezemen. Eene zwarte voile
bedekte altijd haar gelaat, maar kon er de schoon
heid niet van verbergen. Als Frank ook ter kerk
was, leverde zijn gedrag geen stof tot aanmerkin
gen en deed hij geen moeite om bij 't uitgaan een
gesprek met haar aan te kuoopen. Overigens zou
hij er ook de gelegenheid niet toe gehad hebben,
want Rosaline scheen reeds weg te zweven voor
dat nog iemand der anderen opstond en was
dadelijk uit het gezicht.
Onder deze betreurenswaardige omstandigheden
had bet eene seizoen het andere opgevolgd. Frank
en zijne vrouw leefden koel met elkander en
stonden stilzwijgend op voet van oorlog, zonder
dat iemand, z ij althans, er eene erkende reden
toe had.
Op dezen zelfden avond, toen Edina naar hen
op weg was, bracht de West-Indische mail een
brief voor Frank van Max Brown. Deze schreef
geregeld eens in de maand en al zijne brieven
behelsden in meer of minder bepaalde bewoor
dingen beloften omtrent zijne terugkomst. Een
vast tijdstip werd er nooit in genoemd. Frank
tegen een ladder waarop een schilder stond, die
gelukkig den tijd en de tegenwoordigheid van
geest had, zich aan de kroonlijst van 'tbalcon
vast te houden.
Later op den dag omstreeks twee uren gingen
de paarden die voor een berline gespannen waren,
aan het hollen en liepen in dolle vaart in de
Oudegracht. Een paard was dadelijk dood, het
andere werd met moeite gered, en eindelijk om
streeks 6 uren werd uit het Singel opgehaald het
lijk van een manspersoon.
buitenland.
Konstantinopel. De minister van buitenland-
sche zaken telegrapheert aan de gezantendat
de versterkte Russische haven Sukkumkaleh,
aan de Oostkust der Zwarte zee, door de Ttirk-
sche troepen te land en te water aangetast en in
hunne handen gevallen is. De vijand, die op de
vlucht werd geslagen, leed groote verliezen.
De bevolking ontvangt de Turksche troepen
overal vriendschappelijk.
In Circassie en verscheidene plaatsen van den
Kaukasus hebben opstanden plaats.
Parijs. De maarschalk Mac Mahon heeft
nadrukkelijk verklaard, dat hij de vredelievende
staatkunde zal blijven handhaven en alle ultra-
montaansche manifestatiën nóg krachtdadiger dan
tot dusver zal tegengaan.
Door burgemeester en wethouders van Zierikzee
is op den 16en dezer ten raadbuize aldaar in het
openbaar aanbesteedhet doen van eenige vernieu
wingen aan de gebouwen en andere werken dier
gemeente, met het gewoon onderhoud daarvan, in
9 perceelen als volgt
1« perceel. Openbare gebouwen, aangenomen
door J. van Dijke te Zierikzee, voor f 2890.
2e perceel. Kaaimuren, aangenomen door J.
Lammers te Zierikzee, voor f 792.
3e perceel. Beschoeiingen en paalwerken, aan
genomen door J. Bartels te Zierikzee, voor f 1012.
4e perceel. Leveren van materialen en leggen
van winterkrammat, aangenomen door J. de Rijke
te Stavenisse, voor f 944.
5e perceel. Bruggen, dichtste sas enz., aange
nomen door J. Haringx te Zierikzee, voor f 689.
6e perceel. Riolen, putten en waterleidingen,
aangenomen door J. Lammers te Zierikzee,
voor f 307.
7e perceel. Vernieuwen der defensiewerken van
een gedeelte Westhavendijk, aangenomen door
J. de Rij ke te Stavenisse, voor 1536.
8e perceel. Hetmaken van steenglooiing ter ver
vanging van oud rijsbeslag aan het Kwistegeld,
aangenomen door J. de Rijke te Stavenisse,
voor ƒ939.
9a perceel. Schoolgebouwen, aangenomen door
J. Haringx te Zierikzee, voor 1600.
16 Mei. 's av. 11 u. 48 gr.
17 's morg. 7 u. 53 gr. 's midd. 1 u. 58 gr.
's av. 6 u. 56 gr.
verbetering.
In het verslag der gisteren gehouden zitting is
door een misverstand ten onrechte de heer F. W.
Hering genoemd als reclamant bij gedeputeerde
staten tegen zijn aanslag in de plaatselijke directe
belasting op de inkomsten.
Het bedrag van het kohier der belasting op de
honden is f 1264.50.
verzocht Èva het licht op te steken en stond bij
het vuur. terwijl hij zijn brief las. Het was zacht
najaarsweêr en er waren nog weinig mensehen die
stookten; doch Madeliefje was altijd huiverig en
had gaarne dat er tegen den avond vuur wierd aange
legd. Menschen, die ontevreden zijn, voelen zich dik
wijls onbehagelijk, terwijl anderen van niets weten.
„Hij schrijft, Madeliefje, dat hij nu bepaald
komt," riep Frank levendig uit, terwijl hij den
brief nog eens doorzag. „Ik ben nu vast van
plan naar het vaderland terug te keeren, zegt hij,
en kan kort na nieuwjaar bij u zijn. Gij zult het
wel vreemd gevonden hebben dat ik zoolang weg
gebleven ben, maar ik zal u alles persoonlijk wel
uitleggen. Ik vrees dat het nu met mijne moeder
ten einde loopt."
Zij gaf geen antwoord en maakte geen opmer
king hoegenaamd. Dagen lang sprak zij soms
niet tegen hem behalve wanneer er op iets, dat
hg ze!, volstrekt een antwoord noodig was.
„En als Brown terug komt zullen wij moeten
verhuizen," vervolgde hij. „Daar zult gij zeker
wel blij om zijn."
„'t Is mij om 't even of wg al dan niet verhuizen,"
was haar onbeleefd antwoord.
't Scheen haar ook inderdaad om 't even te zgn.
Voor haar had het leven zijne bekoorlijkheid verlo
ren. Of indien zij van de twee had moeten kiezen,
zou zij wanrschgnlijk liever gebleven zijn waar
zij was; want als zij van hier vertrokken zou de
baan geheel en al vrij zijn voor haar man en dat
slechte schepsel.
Geheel onverwachts kwam gisteren avond het
bericht der ministerieele crisis in Frankrijk.
Waaraan zij is toe te schrijven blijkt uit den hier
achter voorkomenden brief van maarschalk Mac
Mahon, die in zoo scherpe bewoordingen is ge
steld, dat de bedoeling om de aftreding althans
van den minister-president en misschien van het
geheele kabinet uit te lokken, duidelijk genoeg is.
De heer Jules Simon heeft hem ook terstond als
zoodanig opgenomen, evenals de minister van jus
titie, de heer Martel, die eveneens, zoodra hij van
den inhoud kennis had gekregen, zijn ontslag heeft
ingediend. Nadat de maarschalk den brief van
den heer Jules Simon had ontvangen heeft hij van
de aanbieding van diens ontslag in een zeer kort
schrijven kennis gegeven aan de andere leden van
het kabinet. Of deze eveneens hun ontslag zullen
aanbieden is nog niet bekend.
't Is duidelijk dat de maarschalk-president slechts
een stok heeft gezocht om een hond te slaan,
zooals men zegt, en dat hg de ware redenen voor
zgne handelwgze jegens zgn eersten minister niet
vermeld. De ophelderingen toch van den heer
Jules Simon zijn klaar genoeg; iedereen kan ze
beoordeelen, want de wet op de reorganisatie van
de gemeenteraden is nog slechts in eerste lezing,
waarin niets beslist wordt, aangenomen, en tegen
de voorgestelde perswetgeving had de regeering
slechts bezwaren voor zooveel betrof de vreemde
mogendheden, en te dien aanzien had zij dan ook
hare reserves gemaakt.
Waar de schoen eigenlgk wringt is gemakkelijk
aan te wijzende tegenwoordige minister-president
en sommige zijner collega's zgn den maarschalk
te liberaal, en de laatste gebeurtenissen op het
gebied der kerkelijke politiek hebben waarschijn-
lijk den doorslag gegeven. De intriges van de
heeren de Broglie, Buffet, de Chesnelong, Depeire,
Dupanloup enz. die steeds een grooten invloed op
den maarschalk hebben uitgeoefend, zijn eindeigk
met een gunstig gevolg bekroond, wat zij zeker
voor het grootste gedeelte te danken hebben aan
de houding van het ministerie ten aanzien van de
laatste clericale manifestaties ten gunste van den
pauselgken stoel.
Na de wisseling van de brieven tusschen den
maarschalk en den heer Simon hebben deze nog
een korte ontmoeting met elkander gehad, waarin
eerstgenoemde zijne bezwaren te kennen gaf, dat
hg meer en meer naar de linker zg de werd ge
trokken, terwijl hg door de conservatieven aan
het bewind is gebracht.
De vraag rijst thans op: wat nu? De maar
schalk heeft terstond den heer d'Audiffret Pasquier
bg zich ontboden, tot wien hg vroeger in gelgke
omstandigheid, bg de aftreding van het kabinet-
Dufaure Marcère eveneens zijn toevlucht heeft
genomen, en heeft hem zijne opinie medegedeeld.
De chef van het kabinet heeft zich volgens
den maarschalk niet in staat getoond om het
conservatieve deel van zijn programma in de
kamer ingang te doen vinden, en dit kabinet der
linkerzijde, dat op een kabinet van het linker
centrum is gevolgd, was in werkeigkheid slechts
de gevangene van de radicale linkerzgde.
Het advies van den hertog d'Audiffret Pasquier
is nog niet bekend, daar er, door de begrafenis
van den heer Ernest Picard, gisteren weinig gele
genheid voor conferenties was. Er zijn verschillende
geruchten in omloop, zelfs over ontbinding, doch
er is nog niets bepaald. Natuurlgk houden ook
de verschillende partijgroepen drukke bgeenkom-
sten om den toestand te bespreken.
„Ik zal vrij zijn, wanneer Btown weêr hier is
om zijne praktijk te hervatten," hernam Frank,
„en dan zal ik trachten u in eene aangenamer
omgeving te plaatsen dan hier. Ik weet, Madelief je,
dat het n sterk aangedaan heeft en nog doet;
maar ik ben niet bij machte geweest het anders
te maken."
Zijn toon was teeder en onverwacht boog hij
zich voorover en drukte haar een kus op het
voorhoofd. Madeliefje gaf geen teeken van beant
woording; zg duldde hem en dat was alles. Maar
de tranen welden in hare oogen op. Frank zag
het niet; hij ging met den brief naar zijne apo
theek, waar hij een groot gedeelte van den tgd,
als hij te huis was, moest doorbrengen.
Zijne gedachten waren verre van hier. Zou
Pellet zijne tusschentijdsche verhuizing gedoogen,
als het zoover kwam Zou hij die, om het zoo
uit te drukken, permitteeren? Zou hij niet veeleer
hem op den voet volgen en zich weêr bij een
anderen drogist nestelen, waar hij hem in 't oog
kon houden? Frank was zeker, dat hij dat doen
zou. Ofschoon onbewust hoe lang zijne vrouw
hem bespied had, was hg overtuigd dat hij altijd
aan de spionuage van Pellet was blootgesteld.
Wordt vervolgd,)