120® Jaargang.
N». 115.
1877;
Donderdag
17 Mei.
Dit bkd verschijnt dagelijks^
met uitzondering van Zon- en Feestdag©nï
Prijs per 3/m. franco f 3,50.
Afzonderlijke nommers zijn verkrijgbaar a 5 Cent.
Advertentiën j 20 Cent per regel.
Geboorte- Trouw- Doodberichten enz.: van 1—7 regels f 1,50
iedere regel meer 0,20.
Groote letters worden berekend naar plaatsruimte;
Hoofdagent voor België en Frankrijk: de firma Havas, Laffite C°. te Brussel en Parijs.
Middelburg, 16 Mei.
Benoemingen en besluiten.
0 n d e r w ij s,
Kerknieuws.
Marine en leger.
MIDDGLBIIRGSGHE COURANT.
w
j;
Te laat om op den loop der zaak nog eenigen
invloed te kunnen uitoefenen is bij de tweede
kamer ingekomen een adres van zeven grondeige
naren, uitmakende den gemeenteraad van Vrouwe
polder, houdende bezwaren tegen het wetsontwerp
waarbij eene grens verandering van verschillende W al-
chersche gemeenten, en daaronder de inlijving van
een deel hunner gemeente bij Veere werd voorgesteld.
Uit dat adres, gevoegd bij eenige ons verstrekte
inlichtingen, alsmede uit de aan de tweede kamer
overgelegde stukken, putten wij het volgende tot
opheldering dezer „annexatie-quaestie." Tot toe
lichting voor diegenen onzer lezers, welke niet
volkomen op de hoogte der locale omstandigheden
zijn, diene de herinnering dat de gemeenten Veere
en Vrouwepolder respectievelijk 1086 en 1131 in
woners tellen en dat de heer mr. J. Snijder als
burgemeester aan het hoofd van beider gemeente
bestuur geplaatst is.
Uit de memorie van toelichting bij het wetsont
werp blijkt reeds dat men te Vrouwepolder niet
gunstig voor de inlijving gestemd was, welke als
nadeelig voor de gemeente-financiën beschouwd
werd. Dit bezwaar werd, zoo het heette,
opgeheven door eene overeenkomst tusschen beide
gemeenten, waarbij Veere op zich nam Vrouwe
polder jaarlijks f 600 uit te keeren voor het ge
meenschappelijk onderhoud van twee grintwegen.
Het blijkt echter uit het ingediende adres, dat
noch de zeven adressanten, noch de overgroote
meerderheid hunner mede-ingezetenen door die
schadevergoeding van hun tegenzin ten opzichte
der toekomstige annexatie genezen zijn.
De zaak is reeds lang hangende. In de raads
vergadering van den 11™ Mei 1870 werd door den
burgemeester ter tafel gebracht het toen voor het
eerst opgemaakte ontwerp der grensverandering.
Zoowel de gemeenteraad als de ingevolge art. 131
der gemeentewet benoemde commissie van inge
zetenen verklaarde zich echter daartegen, en
verschillende destijds aan het college van gede
puteerde staten ingediende adressen strekten om
te verzoeken, dat aan het ontwerp geen gevolg
gegeven mocht worden. Den 30™ Juli 1870 deelde
echter de burgemeester aan den raad mede, dat de
zaak in e 1 k geva 1 tot stand zou komen, dat
het er dus slechts op aankwam het bedrag der
schadeloosstelling vast te stellen en dat, indien
men nu met de aangeboden som van f 600 geen
genoegen nam, men gevaar liep niets te zullen
krijgen. Voor dat dilemma geplaatst, besloot de
raad zich in het voorgestelde bedrag te schikken,
doch men hoopte niettemin nog altijd dat het
dreigend gevaar zou afgewend worden.
Werkelijk scheen het alsof de zaak dien loop
zou nemen. Zeven jaren lang hoorde men er niets
van en het is dus niet te verwonderen dat de
adressanten onaangenaam verrast werden, toen zij
op eens vernamen dat het oude ontwerp weder
opgerakeld en, met een verzoek van den minister
om het spoedig te behandelen, aan de staten-
generaal ingediend was.
De bezwaren tegen de aan enkelen hunner mede
ingezetenen toegedachte eer, om voortaan bij het
aloude „markiezaat" te mogen behooren, waren in
dien tijd eer toe- dan afgenomen. Hun eigen
woonplaats zou een deel van haar grondgebied,
volgens het oordeel der belanghebbenden het meest
welvarende, moeten afstaan. Zijzelven zouden
zich ingelijfd zien bij eene gemeente, wier finan
ciën in veel minder gunstigen toestand verkeeren
dan de hunne, eene gemeente wier uitgaven,
naar hun beweren, „op allerlei wijzen zijn
opgevoerd om haar het uiterlijk aanzien van eene
s t a d te doen behouden", en die, tengevolge dier
uitgaven, gedwongen is hooge belastingen, ja zelfs,
bij uitzondering, een accijns op het gemaal te
heffen.
Ook bood het aan Vrouwepolder voorgespiegelde
vooruitzicht, om voortaan 600 'sjaars uit de
gemeentekas van Veere te mogen trekken, weinig
roost voor het te lijden verlies aan. Omtrent de
soliditeit der financieele verplichtingen van Veere
heeft Vrouwepolder reeds droevige ervaringen
opgedaan. Eenmaal heeft Veere beloofd jaarlijks
125 bij te dragen voor het onderhoud van den
grindweg van Vronwepolder. De nakoming der
belofte geraakte echter reeds spoedig in het ver
geetboek. Een ander maal nam Veere op zich f 50
'sjaars te betalen voor den weg van Gapinge naar
Serooskerke. Van eene vervulling dier verplich
ting is nooit iets gekomen. Op grond dier onder
vinding beschouwen de belanghebbenden, te
recht of ten onrechte, dit willen wij nu daarlaten,
hunne toekomstige pretentie op Veere's ge
meentekas ongeveer met hetzelfde oog, waarmede
een voorzichtig kapitalist, in den tegenwoordigen
ongelukkigen fondsentij deene geldbelegging in
Spaansche, Turksche of andere „noodlijdende"
beurswaarden aanziet.
Het zijn deze bezwaren, welke in het adres der
zeven Vrouwepoldersche raadsleden, uit naam van
al hun gemeentenaren, ontwikkeld en aan de
tweede kamer voorgehouden zijn, doch te laat om
te voorkomen dat het dreigende wetsontwerp in
de zitting van Dinsdag werd „afgehamerd". Sleehts
eene kleine minderheid stemde er tegen, onder
welke wijvan de Zeeuwschs afgevaardigden,
alleen den heer van Eek opmerken. Op de eerste
kamer is nu nog de hoop der met annexatie be
dreigden gevestigd, doch hoewel wij hun bet
requesteeren niet willen afraden, bekennen wij dat
onze hoop voor hen klein is. De eer om voortaan
tot de „stad" Veere te behooren, is eenmaal, of
schoon zij zich die stad nimmer tot woonplaats
kozen, in den raad der machthebbenden bun toe
gedacht en voor dat voorrecht zullen zij, trots
hooger gemeentelasten en gemaal-accijns, dankbaar
moeten zijn aan hen die het hun bezorgd hebben.
Gisteren avond heeft de tweede kamer hare
werkzaamheden voor dit zittingjaar ten einde
gebracht. Hare beraadslagingen in de beide zit
tingen van gisteren zijn in verschillend opzicht
zóo belangrijk geweest dat wij daarop, bij
gelegenheid, noodzakelijk zullen moeten terug
komen.
Voor bet oogenblik melden wij Blechtster aan
vulling van ons telegrafisch overzicht van gisteren,
dat eene voorspelling, onlangs in een tot ons ge-
richten brief geuit, vervuld is geworden. Vóór
het scheiden heeft de liberale partij in de kamer
met de tegenwoordige regeeriug afgerekend.
Aan het wetsontwerp tot verhooging van hoofd
stuk V der staatsbegrooting, waaronder de kosten
voor de verbetering van den Rotterdamschen wa
terweg begrepen zijn, knoopte de heer Kappeijne
de quaestie van vertrouwen in deze regeering vast.
Hij constateerde dat de regeering in gebreke is
gebleven, de twee groote politieke vraagstukken
van den dag, de regeling van het lager onderwijs
en de aanvulling der kiestabel, in staat van wijzen
te brengen. Daar hij geen stremming in den loop
der zaken wilde, zou hij niet tegen het wetsont
werp stemmen. Maar zijne stem zou niet gelden
als een bewijs van vertrouwen in het ministerie,
dat hij niet meer als eene regeering, maar als eene
commissie van administratie beschouwt.
De minister Heemskerk trachtte de regeering
vrij te pleiten en poogde tevens de aanneming van
het aanhangige wetsontwerp wèl tot een votum
van vertrouwen te maken. „Als men meent,
zeide hij, mij te moeten doen aftreden, dan
moet men dit ontwerp afstemmen."
De heer Kappeijne hield echter zijne beschuldi
ging vol en toonde zoo overtuigend aan dat de
regeering in de twee groote quaesties van den dag
óf niet gewild, óf niet gedurfd heeft, dat van een
bewijs van vertrouwen wel geen sprake mem kon
zijn. Van de uitspraak der natie bij de stembus
zal de beslissing over die quaestiën, welke de
regeering onopgelost heeft gelaten, afhangen.
In de avondzitting werd vervolgens het artikel
betreffende den Rotterdamschen waterweg met 38
tegen 17 en daarna het wetsontwerp zelf met 54
tegen 2 stemmen aangenomen.
Nadat vervolgens de minister van koloniën op
eene interpellatie van den heer Fransen van de
Putte geantwoord had, dat het doel der reis van
den gouverneur-generaal naar Atchin geweest is,
zich van den stand der zaken te overtuigen en
eene duurzame regeling van het bestuur te ont
werpen, terwijl een uitvoerig verslag omtrent die
reis is ingediend, waarin vele geruststellende ver
zekeringen voorkomen, werd de laatste vergadering
van dit zittingjaar gesloten.
Naar wij vernemen is tot vice-eonsul van Spanje
teVlissingen benoemd de heer J. A. Fokker aldaar.
De Staats-courant van heden bevat het konink
lijk besluit van 30 April jl., (Staatsblad n° 95),
tot wijziging van het besluit van 8 December 1876,
(Staatsblad n° 237), houdende bepalingen omtrent
het onderzoek van meelaftreksels in bierbrouwe
rijen, alsmede van bier en azijn.
onderscheidingen. Benoemd tot ridder der orde
van den Nederlandschen leeuw M. baron d'Erp,
secretaris van legatie bij het Belgische gezant
schap te 's Hage.
notarissen. Op verzoek eervol ontslag verleend
aan O. H. Zoutmaat Brugman als notaris te Edam.
Benoemd tot notaris binnen het arrondissement
Sneek ter standplaats de gemeente Bolsward,
N. L. J. Bruinsma, thans notaris ter standplaats
Ameland.
lager onderwijs. Vergunning verleend om hier
te lande lager onderwijs te geven, aan de juffrou
wen F. M. Bryan, geboren te Manchester, K. D.
Coles, geb. te Castle Cary, M. S. Devenoge, geb.
te Lausanne, N. Easson, geb. te Leith, L. E.
Rauscher, geb. te Straatsburg, J. H. Rudolph,
geb. te Cleve, T. Sponagel, geb. te WesthofeD,
R. E. Udriet, geb. te Boudry.
marine. Bepaald dat in dit jaar de bij art. 30
van bet reglement voor het koninklijk instituut
voor de marine te Willemsoord bedoelde commissie
tot bet afnemen van het eindexamen aan de adel
borsten 2e klasse zal bestaan uit: den gepensio
neerden vice-admiraal F. A. A. Gregory, als voor
zitter; den kapitein ter zee A. Rietveld; de
kapitein-luitenants ter zee W. H. F. van Oordt
en C. F. T. van Woelderen; en den luitenant ter
zee le klasse J. H. Haakman, als leden; laatst
genoemde lid der commissie tot het examineeren
van zee-officieren.
Op verzoek op pensioen gesteld, ter zake van
in en door den dienst ontstane lichaamsgebreken,
de officier van gezondheid le klasse bij de zee
macht S. F. Kruijt, onder toekenning van een
jaarlijksch pensioen van 900 en van eene
verhooging van 300 'sjaars voor werkelijk ver
blijf in militairen dienst in 's rijks overzeesche be
zittingen en koloniën en tusschen de keerkringen.
Bevorderd tot officier van gezondheid le klasse
bij de zeemacht die der 2e klasse W. F. Clous.
leger. Buiten werking gesteld het besluit van
den 25™ Juni 1876, voor zooveel de detacheering
van den 2™ luitenant E. K. H. A. Hamming, van-
het wapen der infanterie hier te lande, voor den
tijd van vijf jaren bij het leger in Neerlandsch-
Indië betreft; en genoemde 2e luitenant in rang
en ancienneteit overgeplaatst bij het wapen der
infanterie van het leger in Oost-Indië.
Op nonactiviteit gesteld de le luitenant jhr.
C. F. A. Roëll, van het 4e regiment huzaren, in
afwachting dat nader omtrent hem worde beschikt.
Aan den len luitenant A. Broese van Groenou,
van het 4e regiment infanterie, op verzoek eervol
ontslag uit den militairen dienst verleend.
belastingen. Verplaatst de controleurs der
directe belastingen, in- en uitgaande reebten en
accijnsen: P. J. A. Clavareau, van Veulo naar
MaastrichtH. E. Hulsebosvan Charlois naar
Venlo.
Tot directeur der H. B. S. te 's Hage is be
noemd dr. J. D. van der Waals, leeraar aan die
school.
Bij de opening der stembus voor de verkiezing
van achttien gemachtigden voor het kiescollegie
bij de Nederd. Herv. gemeente te Middelburg is
gebleken dat al de candidaten van de vereeniging
„Evangelie en Belijdenis" gekozen zijn.
Op het zendingsfeest, dat den 20en Juni
a. te Kloetinge zal gevierd worden, zal, naar wij
vernemen, dr. Cohen Stuart van Utrecht de ope
ningsrede uitspreken. Als sprekers worden nog
genoemd de heeren von Wrangel auf Lindenberg,
van Utrecht; Sjoers, van Dordrecht; de Wilde,
van Schiedam; van der Valk, van Delftvan Eek,"
uit Utrecht; de Bruyn, van LeyderdorpPierson,
van ZettenCoolsma, van RotterdamBrijce, van
's Gravenhage; Gezelschap, van F'ijnaart; Notten,
van 's Hertogenbosch. Voor extra-reisgelegenhedeu
is weder als vroeger gezorgd. Voor reizigers uit
Rotterdam zal het zeer gemakkelijk zijn dit jaar
het Zuider-zendingsfeest te bezoeken.
Blijkens een bij het departement van marine
ontvangen telegram is Zr. Ms stoomschip Batavia,
onder bevel van den luitenant ter zee der le klasse
W. van Oorschot, in den namiddag van den 14™
dezer te Malta aangekomen. Aan boord is alles
wel. Staats-cour
De concessie-aanvrage voor den spoorweg
's HageHoek van Holland is door den heer Ent
hoven ingetrokken op grond der door de regeering
gestelde voorwaarde van voorafgaande verzekering
der exploitatie door eene bestaande spoorwegon
derneming.
Op eene vergadering van broodbakkerskneehts
te Leiden, is besloten aan de patroons te vragen
het aantal werkuren te bepalen op 12 per etmaal
tegen vast loon en bij langer arbeid 15 cent
extra-loon per uur.
Uit Deventer schrijft men dd. 13 Mei aan
de Arab. ct.„Sedert eenigen tijd heerscht in
deze stad een financieele crisis. Men hoort niet
anders spreken dan over het staken van betalingen
door de grootste handelshuizen het failliet gaan
van zeer voorname firma's. Deze catastrofe is
veroorzaakt door eene vóór weinige jaren hier
opgerichte financieele instellingdie aan velen en
zelfs aan hendie het niet verdiendenveel
vertrouwen schonk. Er zullen vele jaren moeten
verloopen alvorens het zoo geschokte vertrouwen
is teruggekeerd. Deventer, bijna geïsoleerd van
spoorwegenberoofd van athenaeum en rechtbank,
hield altijd zijn hoofd fier omhoog. Nu het ook
eene zoo groote financieele catastrofe is overvallen,
ontzinkt het de moed en is er veel inspanning
noodig om dien te herstellen."
Het asyl Steenbeek ontvangt volgens de
opgaven vele blijken van sympathie. De kosten
van wederopbouwing zijn echter aanzienlijk, daar
veel door den brand is vernield. Door den direc
teur den heer H. Piersouis reeds ruim f 16,000
ontvangen. De verpleegden zijn nog op den
vluchtheuvel gehuisvest en zullen daar blijven,
totdat het gebouw weder gereed is.
De beruchte .moordenaar van zijn kind,
Moyaux, die later ook nog eenige pogingen heeft
aangewend om zijne vrouw te dooden, is door het
gerechtshof te Parijs tot levenslangen dwangarbeid
veroordeeld.
Een merkwaardig staaltje van verzet tegen
het gezag van den staat levert de pastoor van
Boves in het departement van de Somme, de heer
Carpentier. Naar aanleiding van de circulaire van
den minister van binnenlandsche zaken aan de
prefecten waarin deze worden aangeschreven om
de onderteekening van adressen aan de regeering
ter ondersteuning van de petitie der bisschoppen
te verhinderen, schrijft genoemde pastoor aan den
prefect van de Somme van den maire te hebben
vernomen, dat ook deze last had bekomen met
alle hem ter beschikking staande middelen de
circulatie van zoodanig adres in zijne gemeente te
stuiten. De maire had den pastoor kennis gege
ven dat hij de veldwachters de noodige bevelen
zou geven tot uitvoering van den regeeringsmaat-
regel. De pastoor had den maire voor deze mede-
deeling bedanktmaar hem tevens te kennen ge
geven „dat hij onmogelijk kon toegeven dat de
luim van een minister van binnenlandsche zaken
in- de plaats der wet zou worden gesteld." Daar
hij volgens de wet de vrije uitoefening van het
recht van petitie heeft zal hij daarvan geen afstand
doen op grond van deze circulaire. De lijst tot
onderteekening van een adres in bovengenoemden
zin was in zijne gemeente reeds gesloten en hij
wilde dat juist wegzenden met een klein getal
handteekeningen voorzien, maar nu zal hij haar