Zeetijdi n g e n. BUITENLAND. Uit den oorlog. Gemeenteraad van Zierikzee. Thermometerstand. Polderbestuur van Walcheren. Algemeen Overzicht. Hoof'dst. IV. Inkomsten van verschillenden aard en toevallige baten, 3574.37. Hoofdst. V. Inkomsten der straat- en zand wegen, 8581.24£. Hoofdst. VI. Buitengewone ontvangsten teeld- leening), f 50,000. Het totaal bedraagt alzoo 300,112.28. Uitgaven. Hoofdstuk I. Nihil. Hoofdst.II. Kosten der gewone werken,/116,348.95, waarvan 88.836.86 Noordwatering, 7956.59 Oostwatering, f 10841.50 Zuid watering en 8714 Westwatering. Hoofdst. III. Kosten der buitengewone werken, f 82,589.64, waarvan 50,845.641 Noord-, Oost en Westwatering, verschillende verdedigingswerken 1876 en 1877, 4143.99i Oostwatering, bestorten van den onderzeeschen oever, en 27,600 herstel stormschaden in Januari en Februari jl. Hoofdst. IV. Kosten der straat- en zandwegen, 8600.06. Hoofdst. V. Rentebetaling en aflossing van gevestigde schulden, f 58,147.96. Hoofdst. VI. Bezoldigingen en schadeloosstel lingen aan het bestuur, de ambtenaren en bedien den toegekend, ƒ16.317. Hoofdst. VII. Kosten der inspectiën op de zeewerken, /7C0. Hoofdst. VIII. Kosten van onderhoud eigen dommen en verzekering tegen brandschade, ƒ360. Hoofdst. IX. Grond-en andere lasten, ƒ966.52. Hoofdst. X. Kosten van brand, licht en bureau behoeften, 500. Hoofdst. XI. Druk-, bind- en schrijfloonen, 500. Hoofdst. XII. Kosten bijhouden kadastralen polderlegger' en plans, 500. Hoofdst. XIII. Kosten der verkiezing van commissarissen, 300. Hoofdst. XIV. Alle andere uitgaven, 3430. Hoofdst. XV. Onvoorziene uitgaven, 10,852.15. Het totaal der uitgaven is alzoo ƒ300,112.28. Naardien onder de ontvangsten is geraamd de opbrengst van een buitengewoon dijkgeschot van 2 per hectare zoo voor schotbaar als voor vrij land, wordt tot de heffing daarvan een afzonder lijk besluit genomen om aan de goedkeuring van gedeputeerde staten te worden onderworpen. Jn verband met de vaststelling der genoemde begrooting, wordt nog, zonder beraadslaging of hoofdelijke omvraag, aan het dagelijksch bestuur de gewone machtiging verleend, betreffende af- en overschrijving op sommige artikelen, terwijl op voordracht van dat bestuur de termijnen voor de betaling van het gewoon en buitengewoon dijkge- schot worden bepaald op 24 Mei, 1 Juli, 1 Octo ber en 20 December. Mede wordt zonder hoofdelijke stemming beslo ten, om de met 31 December 1877 buiten pacht vallende landerijen des polders in den loop des jaars weder in het openbaar te doen verpachten en verder het dagelijksch bestuur gemachtigd tot het doen eener af- en overschrijving in betrekking tot verantwoording der gewone en buitengewone werken van den dienst 1876. Vervólg in een volgend nommer.) Zitting van Zaterdag 28 April. In deze vergadering zijn afwezig de heeren de Jonge, Koole, Labrijn, Moolenburgh en Schuur- beque Éoeije, welke laatste later binnen treedt. Na lezing en goedkeuring der notulen van de vorige vergadering komt o. a. ter tafel a een adres van den heer J. W. B. van Nieuwlandt, houdende voorstel, om het geschil tusschen de gemeente en hem bestaande bij transactie te ter- mineeren waarop burgemeester en wethouders voorstellen op gronden van billijkheid tot die transactie te besluiten in dier voege, dat behalve de aangebodene ƒ1800 door den adressant zal worden betaald de helft der kosten van de taxatie en de kosten van het exploit. Na discussie wordt besloten met 7 stemmen tegen 1 (die van den heer Fokker) op het adres afwijzend te beschikken; b een brief van de commissie van toezicht voor het Middelbaar onderwijs, houdende aanbe veling van een dubbeltal ter benoeming van een lid dier commissie, bestaande uit de heeren Er- merins en van Nes van Meerkerk. Wordt benoemd met algemeene stemmen de heer Ermerins. Tot lid van het college van curatoren der La tij n- sche school wordt benoemd de heer dT. W. G. van Manen met 6 stemmen. De heeren Ermerins en de Jonge van Ellemeet verkregen ieder l stem. Een verzoekschrift van den heer H. C. van don Ende alhier om een perceel gemeentegrond in eigendom te verkrijgen tot het stichten van een steen- en pannenbakker^ op zekere voorwaarden wordt ter visie voor de leden gelegd om in eeue volgende vergadering te behandelen. Burgemeester en wethouders bieden aan den raad het gemeenteverslag over 1876 aan, waar van zoodra het zal zijn gedrukt een exemplaar aan de leden zal worden uitgereikt, voor kennis geving aangenomen. Wordt medegedeeld het proces-verbaal der op neming van de kas en boeken van den gemeente ontvanger waaruit bleek dat deze in or^e waren en zich op 14 April jl. in kas bevond ƒ15,195,26. Voor kennisgeving aangenomen. Tot leden der commissie voor de zaken der schutterij worden benoemd de heeren Mulock Hou wer en Schuurbeque Boeije en tot hunne plaats vervangers de heeren Macaré en Pilaar. Tot leden van bet bureau van stemopneming voor de aanstaande verkiezing van 3 leden der provinciale staten worden benoemd de heeren Isebree Moens en Zuurdeeg en de overige leden als plaatsvervangers. De geloofsbrief met bijlagen van het nieuw benoemde raadslid den heer Blankert wordt over eenkomstig het advies der commissie ad hoe goed gekeurd en wordt mitsdien tot zijne toelating besloten. Nadat besloten was om nog eenige punten ter behandeling tot eeue volgende vergadering aan te houden wordt de zitting gesloten. meer trouw aan zijno verplichtingen zou hebben mogen verwachten om maatregelen te nemen ter voorkoming van een Eussischen inval, heeft de regeering telkens verwezen naar de aanstaande uitspraak der kamer. Nadat deze eindelijk den 26en dezer was geopend bood de regeering haar twee dagen later een ontwerptraktaat met Rus land aan hetwelk na eenige oppositie met 79 tegen 25 stemmen door de kamer is aangenomen. Een nader antwoord aan de Porte is niet meer noodig; zij weet nu dat Rumenie haar ontrouw is geworden. Volgens de Politische correspondenz is thans de regeering van Rumenie nog voornemens aan de kamer een wetsontwerp aan te bieden waar door de werking der grondwet opgeheven, aan de prins een onbeperkt gezag opgedragen en de wa pening zoo krachtig mogelijk bevorderd zou wor den. Op die wijze zou men dus een zuivere dicta tuur onder Russische inspiratie verkrijgen. Terwijl op verschillende punten reeds vijande lijkheden hebben plaats gehad is de keizer van Rusland gisteren weder in de hoofdstad van zijn rijk aangekomen, vanwaar hij de beweging zijner legers zal gadeslaan, die over het algemeen onder gunstige omstandigheden ten strijde trekken, daar zij kunnen rekenen op den steun der bevolking van de landstreken welke zij doortrekken, terwijl het niet schijnt te ontbreken aan de noodige geld middelen om behoorlijk voor de troepen te kunnen zorgen. Dit laatste moge eenigszins vreemd klinken vooral in verband met de laatste geruchten om trent pogingen tot het slniten eener leening. Uit St. Petersburg wordt niet alleen gemeld dat die ge ruchten ten eenemale onwaar zijn, maar tevens dat er voldoende geldmiddelen voorhanden zijn om den oorlog gedurende dit jaar te kunnen voeren, terwijl daarenboven de sommen voor be taling van intresten en aflossing zijn aangewezen. Dit alles is zeker wel in staat om een goeden dunk te geven van de Russische financiën. Volgens de laatste berichten van het oorlogs- tóoneel in den Kaukasus hadden de Russen den 26en dezer de versterkte stad Muchasteh genomen, waarna den volgenden dag de infanterie zich van Kueruekdara en de cavalerie zich van Lubotin en Chadjivolie heeft meester gemaakt. TweeTurksehe monitors hebben de Russische grenspost St. Ni- kólai gebombardeerd, waardoor een Russisch officier werd gedood en een soldaat gewond. Dén 27en naderden de Turksche monitors Poti, doch zijn deze haven gepasseerd zonder haar aan te doen. Van meer belang nog is een telegram van den grootvorst-opperbevelhebber van het Zuiderleger, nl. dat do Turksche steden Galatz, Imail en Kilia aan de monden van den Donau gelegen, zonder slag of stoot door de Russen zijn bezet. Niet dat men verwachtte dat deze steden door de Turken sterk zouden worden verdedigd, maar de inneming er van bevestigt eenigermate de onderstelling dat de Russen toch ook aan die zijde de Dobroedsja willed' binnendringen. Eenparig hebben de mogendheden besloten geen gevolg te geven aan het laatste door Turkije gedane verzoek om tusschenkomst. Zij willen blijkbaar een zeker diplomatiek échec mijden, aangezien Rusland in geen geval meer van terug trekken zal willen weten nu het eenmaal zóo ver is. Over het geheel blijft alle diplomatieke werk zaamheid vooreerst geschorst, daar Oostenrijk en Duitschland vooreerst nog geen ambassadeurs naar Konstantinopel zenden. Hoewel hoogstwaarschijn lijk door de Duitsche regeering prins Reuss zal worden benoemd om die hooge waardigheid te gaan bekleeden, zal men eerst den gang van zaken aanzien. In de Hongaarsche kamer is door de liberale partij de volgende interpellatie tot de regeering gericht: 1° Beschouwt de regeering het tractaat. van Parijs van kracht voor Oostenrijk-Hongarije; 2° Is de regeering geneigd zich te verzetten tegen eene vergrooting van grondgebied van Rusland ten koste van Turkije; 3° Zal zij. verhinderen dat hetzij direct of indirect de vorstendommen en de landen in het schiereiland van den Balkan zullen worden gesteld onder de suzereiniteit van Rusland? Wanneer de regeering op deze vragen zal antwoorden wordt niet gemeld. Het officieele Italiaansche regeeringsorgaan be vat eene neutraliteitsverklaring van het konink rijk in den thans uitgebroken oorlog. (Denige Italiaansche oorlogschepen zijn te Salonika aan gekomen. In de Spaansche Cortes heeft de heer Barzanal- lana het budget voor 1878 aangeboden, dat in ontvang en uitgaaf een bedrag van 735 millioen pesetas aanwijst, zoodat het, o wonder, sluit zon der tekort. Alle pogingen in den Duitschen rijksdag aan gewend tot invoering van beschermende rechten zijn mislukt, daar alle voorstellen tot heffing van rechten op het ijzer, ook die der regeering werden verworpen met 211 tegen 111 stemmen, zoo dat de voorstanders van beschermende rechten ge heel verslagen zijn. Koens, geb. de Witte, d. D. Corstanje, geb. Lint hout, d. J. Schmidt, geb. Romein, d. OverledenP. J. van den Berg, wed', van O. J. Verplakke, 73 j. A. P. Tavenier, 62 j. M. C. Bootsgèzei, wede. van W. M. Hillebrand, 79 j. Zierikzee. Gehuwd: A. Geers, jm. 25 j., met C. J. Voorloop, jd. 21 j. Bevallen: B. Graveleijn, geb. Goos, z. D. G. Manni, geb. van Wezel, z. M. Verschuur, geb. Berrevoets, z. M. Verbeke, geb. Corzelius, z. E. J. F. H. Ochtman, geb. Cornet, d. A. van Vessem, geb. de Goffan, z. A. Houdkamp, geb. Ornee, d. P. Haringx, geb. van der Valk, z. Overleden: J. M. Risseeuw, d. 18 d. P. A. Ver- schuur, d. 9 m. A. Huson, d. 22 m. A. Gravelijn, z. 2 d. 28 Apr. 's av. 11 u. 46 gr. 29 's morg. 7 u. 47 gr. 's midd. 1 u. 53 gr. 's av. 11 u. 49 gr. 30 's morg. 7 u. 48 gr. 's midd. 1 u. 50 gr. 's av. 6 u. 47 gr. Algemeene vergadering van Zaterdag 28 April. Voorzitter de heer D. A. Dronker3. Afwezig met kennisgeving de commissarissen Roose, Becius en Vis, beide eerstgenoemden wegens ongesteldheid. Na opening der vergadering worden door den voorzitter aangewezen 3 leden, zijnde de heeren Berdenis van Berlekom, Minderhoud en Volkrijk Liebert, tot onderzoek der geloofsbrieven van den nieuw benoemden commissaris W. A. baron van Lijnden, die, op voorstel der commissie toegelaten zijnde, door den voorzitter wordt beëedigd en geïnstalleerd. De notulen der najaarszitting van 23 September 1876 en de buitengewone vergadering van 23 December daaraanvolgende worden gelezen en goed- gekeurd. Wordt voorlezing gedaan van het door het dagelijksch bestuur opgemaakte jaarverslag om trent den toestand des polders, over het afgeloopen jaar 1876 overeenkomstig art. 105 van het reglement. Onder meer bleek daaruit het volgende: De stormen van Januari tot begin Maart, meer bepaald die van 1 Januari, 30/31 Januari (toen het staande water eene hoogte bereikte van 2 M. boven het peil van hoog water) en 27/28 Februari, (waarbij de golven aan de Noordwatering respec tievelijk 4, 5 en 5,5 M. boven dat peil opliepen) veroorzaakten belangrijke schade aan dezeewerin gen des polders, waarbij de Westkappelsche zee dijk het hevigst werd aangevallon. Aldaar bestond de schade hoofdzakelijk in grondverlies in en boven de kramwerken, het beschadigen van rijs- beslag, krammat en steenglooiing, terwijl van het staket tusschen de dijkpalen 22 en 24 vier reien over eene lengte van 22 M. werden weggeslagen. De kramwerken leden het meest. Door eene aanmerkelijke beschadiging der duinen tusschen de strandpaien 41 en 43 aan de Oostwa tering werden aldaar eenige voorzieningen ge vorderd. De kosten van herstel der genoemde stormschade zullen ongeveer 40,000 vorderen, waarvan ƒ34,000 voor de Noordwatering, 3565 voor de Oostwate ring, 556 voor de Zuidwatering en 1665 voor <lo Woaiwaloviog. Tot dekking dier kosten is over 1877 de heffing van een buitengewoon geschot noodig van f 2 per hectare, zoodat het geschot zal bedragon 14.50 per hectare schotbaar en ƒ6.30 per hectare vrij land. In de najaarsvergadering zal het dagelijksch bestuur een plan met begrooting van kosten over leggen ter verranging der tusschen de dijkpalen 4 en 14 van den Westkappelschen zeedijk zich bevindende 30,000 Ma rijsbeslag door steenglooiing van zuilenbazalt. Omtrent den toestand der duinen luidt het ver slag niet gunstig; tengevolge der stormen had weder achteruitgang plaats, te weten gemiddeld: Noordwatering, Zuiderstrand, 2.92 M.; idem Noor- derstrand 4.20 M.Oostwatering 2.69 M.West watering 2,93 M. Bij Domburg bedraagt het verlies van 4 tot 9 M. De bij het polderbestuur in beheer en onder houd zijnde kunstwegen bevinden zich in vrij voldoenden staat van onderhoud. Wordt besloten het verslag te doen drukken en daaraan verder de gewone uitvoering te geven. Komt in behandeling de polderbegrooting voor 1877. De commissie aangewezen tot het voorloopig onderzoek der begrooting brengt daarvan verslag uit bij monde van den heer Schorer, die te ken nen geeft dat de commissie de werken heeft nage gaan en onderzocht, dat zij ovortuigd is van de noodzakelijkheid der werken welke zijn voorgedra gen, bij gevolg ook van de voorgestelde heffing van een buitengewoon dijkgeschot ad 2 per hectare, en zij mitsdien tot de vaststelling der begrooting adviseert. De commissie wenscht.daarbij alleen nog op te merken o dat zij met genoegen heeft waargenomen, de zorg van het dagelijksch bestuur voor de helmbe planting der duinen en hoopt dat men vooral ook ten opzichte van dat belangrijke punt niet te zui nig zij; b dat in den laatsten tijd veel i9 gesproken over den wintervoorraad van materialen alsof er niet genoegzaam zou zijn voorhanden ge weest; dat zij echter dit punt nauwkeurig onder zocht en kennis genomen heeft van een door het dagelijksch bestuur opgemaakt overzicht van den wintervoorraad dio van 18621876 is ge leverd geweesd, en zij daardoor de overtuiging heeft verkregen dat die in den regel voldoende is en zij zich dus ook volkomen vercenigt met de betrek kelijk dit punt in de tegenwoordige begrooting gedane voordracht. De uitgaven en daarna de ontvangsten wor den artikelsgewijze voorgedragen en bij opvol ging zonder beraadslaging goedgekeurd. De be grooting wordt in haar geheel in omvraag gebracht, met algemeene stemmen aangenomen en in ontvang zoowel als in uitgaaf vastgesteld op ƒ300,112.23, te weten: Inkomsten. Hoofdstuk I. Ontvangsten wegens vorige dien sten, 2500. Hoofdst. II. Opbrengst van eigendommen en bezittingen, 1799.56J. Hoofdst.III. Belastingen eu beffingen, ƒ233,657.10. Hieronder komt als gewoon dij kgesehot 199,265.13 ?n gis buitengewoon dijkgeschot ƒ33,827.32. De banden tusschen Turkije en Rumenie zijn thans officieel verbroken. Op bet herhaald verzoek van den Turkschen grootvisier aan prins Karei gedaan van wien men als een Hohenzollern De sultan heeft in zijn manifest verkondigd dat hij zich „met de heilige vaan van het kalifaat en van het sultanaat naar hot leger zal begeven." Omtrent de beteekenis hiervan merkt het Weensche „Fremdcnblatt" op, dat nu de kalif, de opvolger van den profeet, zelf ten oorlog trekt, deze door de Muzelmannen als een heilige, tevens als een godsdienstoorlog Dschihadzal worden beschouwd, en, ingeval de beheerscher der geloovigen hen daartoe mocht oproepen, zullen zij zich allen ver plicht gevoelen om naar het zwaard te grijpen en ten strijde te trekken. Misschien kan men deze oproeping wel spoedig verwachten, want naar men verzekert, zal de sultan ook de heilige „vaan van den profeet" medenemen naar het leger, om die ter geschikter ure te ontrollen. Deze reliquie heeft altijd groote diensten aan het huis van Osman bewezen en toen zij de laatste 'maal in 1827 op bevel van Mahmoed II op het hoofdplein te Konstantinopel werd opgeheven, om door hare hulp den opstand der Janitzaren te onderdrukken grepen alle Muzelmansche inwoners der hoofdstad naar het zwaard en richtten een zoo verschrikke lijk bloedbad onder de opstandelingen aan, dat het bloed in stroomen door de straten vloot. Door deze banier te ontrollen zou Abdoel Hamed alle geloovigen, zelfs die in het Russische rijk, op gevaar van het verlies hunner toekomstige zaligheid verplichten deel te nemen aan den hei ligen oorlog, en de gevolgen van een zoodanige gebeurtenis zijn dus niet te berekenen. De intocht der Russen in Rumenië gaat regelmatig voort. Volgens de inlichtingen van een Rnssischen correspondent van de Politische Correspondenz zouden tot 30 April 225,000 man troepen, 34,000 paarden en 688 stukken geschut de Rumeensche grenzen passeeren. Hetzelfde orgaan beweert, dat de overtocht over den Donau zou plaats hebben bij Imail in Besserabië, alwaar thans 8 divisies infanterie, 12 regimenten cavalle- rie en 16 batterijen vereenigd moeten zijn. Deze macht moet weldra de Dobroedsja binnenrukken tusschen Sulina, Tultscha en Matschin. Deze legerafdeeliDg zou dan op Silistria aantrekken, zoodat het Turksche leger, indien deze beweging gelukte, spoedig eene frontverandering zou moeten maken, aangezien Widdin en Roestsjoek van de hun aanvankelijk toegekende beteekenis veel zou den verliezen. Een depêche van den Lloyd van Galatz van 28 dezer meldt dat de Turksche pantserschepen voor de haven kruisen, terwijl veel Russische schepen te Galatz passeeren. De scheepvaart op de stad is gestremd. De schepen van onzijdige mogendheden moeten vertrekken binnen een zekeren termijn, die ruim genoeg is gesteld om hun lading te voltooien. Volgens een officieel telegram uit Belgrado van 28 dezer had toen de Servische regeering nog geen enkele mededeeling der Porte ontvangen, betreffende het plan om een deel van het Servische grondgebied te bezetten. De bevelhebbers der Servische troepen hebben ook nog geen enkele beweging van de Russische troepen tegen het grondgebied van het vorstendom gemeld, zoodat alle berichten van anderen aard en alle gevolg trekkingen die daaruit worden gemaakt, van nul en geener waarde zijn. Uit den Caucasus wordt omtrent de bewegin gen der Russische troepen gemeld, dat den 24" April twee kolonnes die uit Akhaltrik enAlexan- dropol zijn opgerukt, onder bevel van generaal Boris Mélekoff op het Turksch grondgebied zijn doorgedrongen en zijn aangekomen de linkerko- lonne te Moublamouss en de rechter te Lachowragen. Aldaar heeft eene schermutseling plaats gehad, waarin 7 Turksche officieren en 100 manschappen krijgsgevangen zijn gemaakt. Den 25en is de linker- kolonne te Kizitcheektchak aangekomen. Na een heet gevecht heeft zij het Turksche kamp van Moukhaster genomen. De rechterkolonne rukte op den weg van Atchamour voort. Ook den 26eD zijn bij Alexandropol verscheidene kleine gevechten geleverd. Te Kicheneff is de grootvorst Wlademir aangekomen, alsmede generaal Tchernajeff, de bekende aanvoerder van het Servische leger in den laatsten veldtocht. Hij heeft zich bij den opperbevelhebber van het Russische leger aange meld. Grootvorst Nicolaas heeft uit Kicheneff en grootvorst Michel uit den Caukasus per telegraaf hun dank betuigd aan de gemeenteraden hunner geboorteplaatsen voor de adressen die hun zijn aangeboden.' Zij verzekeren dat zij met hulp dei- Voorzienigheid hun plicht hopen te doen zooals zij jegens bun vaderland en hun vorst verplicht zijn. Volgens Russische berichten zouden de Tur ken het plan om bij Kalafat over den Donau te trekken opgeven. Zij zouden langs de rivier in oostelijke richting oprukken en verschillende regi menten naar de Dobroedsja zenden. De reserve bevindt zich te Sofia. Binnengekomen te Vlissingen het stoomschip Rotterdam, gezagv. Vis, komende van Rotterdam, bestemd naar N. Amerika, met de volgende pas sagiers le klasse geene. 2e kl. 15 geestelijke zusters, 2 priesters en de heeren Winecke, H. IClatt en C. Krol en 3 kin deren, benevens 61 tusschendeks passagiers. Binnengekomen het brikschip Joblings, gezagv. Scharpe, geladen met steenkolen voor de gasfabriek alhier. - Heden nacht binnengekomen het stoomschip W. A. Scholten, gezagv. Janzen, komende van New-York (via Engeland) geladen met stukgoe deren, benevens de passagiers i

Krantenbank Zeeland

Middelburgsche Courant | 1877 | | pagina 2